Arie
van Houwelingen
Ook bij cricket gat max
Stiefkind....
in 1899....
„BOGNETEAU
Op
de
gladde
ijzers
WERELDKAMPIOEN
EN
SPORTMAN
VAN HET JAAR
In 1937 was Aal van Amsterdam
Neerlands beste wegrenner
eenmaal
de toon aan
ZO DACHT MEN
eertijds de strijdkreet
van de Leidse
Mixed Hockey Club
1 MAART 1860 - 1960
LEIDSCH DAGBLAD
ECHO EN VISlpEN j
Het hoogtepunt in de wielergeschiedenis van Leiden en omgeving.
Het ligt niet ver achter ons. Wie herinnert zich niet die enerverende
augustusavond van het vorig jaar, toen de blonde Sassenheimse renner
Arie van Houwelingen, terwijl de vreugdetranen hem over het spitse
energieke gezicht liepen, in het Olympisch Stadion op de hoogste
trede van het ereschavot mocht klimmen als wereldkampioen der
amateur-stayers. Welk een opwindende finale, wat een schrik ook,
toen kort voor het einde gangmaker Wiersma benzine moest bijtan
ken en Arie's zege aan een zijden draadje kwam te hangen. Maar
wat een ontladende vreugde ook bij die 60.000 wild-enthousiaste
toeschouwers, toen de blonde Sassenheimer het stuk toch nog redde
en Nederland een wereldkampioenschap schonk. In januari van dit
jaar benoemde de traditionele AVRO-enquête hem tot SPORTMAN
VAN HET JAAR 1959.
Zo traden 25 jaar geleden de win-1
naars van een koppelwedstrijd op de
wielerbaam te Rotterdam aan voor
de ereronde. Links: G. Vreeswijk
Met de huidige secretaris van de
LRTV „Swift", de heer A. Vermeulen,
hebben wij de reeds vergeelde bladzij
den van Leidens wielergeschiedenis-
boek omgeslagen. Het begon op 19 juli
1919. Op die dag werd in Den Burcht
„Samen Werken In Fors Tempo" op
gericht, totaal 11 leden rijk. Het was
in de Sleutelstad de start van het wiel
rennen in georganiseerd verband.
Enkele jaren later (1922) deed de jonge
wielerspruit reeds van zich spreken.
Dankzij het lid Gé Hulst, thans wonen
de te Wassenaar, die het nationale
record LeidenUtrecht v.v. met auto-
gangmaking op zijn naam bracht met
2 uur 37 min. en 54 sec. Voorts vestig
de in het jaar 1930 Willem Graafmans
de aandacht op zich. Hij veroverde een
Alphen), de vader van Wil Vreeswijk,
rechts G. Hulst, de recordhouder
LeidenUtrecht v.v. Beiden zijn
erelid van Swift.
tweede plaats in het amateurkampioen
schap van Nederland lange afstand op
de baan. Bovendien greep Graafmans
lid van Swift datzelfde jaar het
nationale kampioenschap (amateurs)
op beide afstanden op de hometrainers.
De 3 km-titel op de rollen kwam even
eens in handen van een Leidse renner:
J. Verschoor.
Adellijke eter
Niet alleen op de fiets leverden Swift-
renners goede prestaties. Met gouden
letters staat geboekstaafd 3 oktober
1930, want op dit feest van Leidens
ontzet haalde Swift als deelnemer aan
de traditionele optocht de eerste prijs
weg.
Ajax was niet alleen voetbal-,
maar ook cricketvereniging en
ook als zodanig heeft zij een
vooraanstaande rol gespeeld. Er
is een tijd geweest, dat Ajax de
toon aangaf in de Nederlandse
cricketwereld en dat was
merkwaardig genoeg slechts
vijf jaar na haar oprichting.
Dank zij M. Beyerinck, de gebroe
ders Adam tvan wie een de vader zou
worden van een beroemde voetballer),
De Groot en De Goeje, de latere NVB-
voorzitter en voetbal-staatsman bij
uitnemendheid, werd reeds drie jaar
na de oprichting het kampioenschap
van de tweedeklasse NCB behaald.
Daarmee deed Ajax tevens haar in
trede in de eersteklasse. Nauwelijks
twee jaar later mocht de jonge ver
eniging zich kampioen van Nederland
noemen.
Daarna zakten de prestaties geleide
lijk en in 1907 trok Ajax zich vrijwillig
terug uit de eersteklasse. Gedurende
een tiental jaren speelde zij een be
scheiden rol in de tweedeklasse. Wel
werd enige malen het kampioenschap
behaald, maar toen in 1920 diverse
prominente spelers het voorbeeld van
zovele Ajacieden volgden en naar
Indië vertrokken, werd eigener bewe
ging het besluit genomen om het vol
gend jaar uit te komen in de derde
klasse.
Tommy Rice
Jongere krachten namen de open
gevallen plaatsen in en met de be
proefde steun van ouderen als Eige-
man, Van der Mey, Schilthuyzen en
de befaamde Engelse bowler Tommy
Rice, die eens het kunststukje lever
de om met drie opeenvolgende bal
len drie dubbeltjes van de mat weg
te „pitchen", bracht het seizoen 1922
wederom het tweedeklasseschap.
Een nieuwe bloeiperiode brak aan.
In 1923 werd het kampioenschap dei-
tweedeklasse behaald en het volgende
seizoen, bij de invoering van het
systeem-De Meyere, maakte Ajax haar
joyeuze rentrée in de eersteklasse,
waar zij zes jaar stand heeft gehou
den. voordat de weg terug roodzwart
opnieuw in de tweedeklasse deed be
landen.
Waar zij, evenals de LCC, de cricket
club van UVS, nog altijd met wisse
lend succes verblijft. Maar de animo
voor cricket is bij ASC groot. Vooral
de jeugd heeft voor de „Koning dei-
sporten" interesse en de kans is dus
groot, dat binnenkort een nieuwe rood
zwarte cricketgeneratie de oude roem
van Ajax nieuwe glans zal gaan ver
lenen
In die jaren telde Swift ook een fiet
sende jonkheer onder zijn leden.
Deze, jhr. Van Panhuis, studeerde in
Leiden en vergaarde grote roem door
zijn geweldige eetlust. Hij verscheen
eens aan de start van een wedstrijd
met 25 bananen en 20 eieren in zijn
fouragetas
In 1935 veroverden de Leidse renners
in het clubkampioenschap van Neder
land op de weg (180 km) een fraaie
vyfde plaats met slechts luttele secon
den achterstand. Bij de renners, die
dit mooie resultaat bevochten, komen
we voor het eerst de naam van de
Leiderdorper Aat van Amsterdam tegen.
Aat kon er iets van, dat bleek in de
volgende jaren. In 1937 reed de Leider
dorper in Kopenhagen en deed een
greep naar de regenboogtrui bij de
profs op de weg. Hij haalde de reis
niet, maar zijn zesde plaats was niet
temin bijzonder eervol. In die tijd stond
Van Amsterdam bovendien als de beste
wegrenner op de Nederlandse ranglijst.
Later stapte Van Amsterdam over
naar de baansport. Eveneens met suc
ces, want de nationale trui der kam
pioenen sierde eenmaal als stayer
zijn stevige body.
Wie herinnert zich verder niet het
koppel J. Riethoven—J. Verschoor. W.
Rijsbergen 2 x 2de in de Nederlandse
amateurkampioenschappen op de weg)
en Jac. de Groot?
Spaak in het wiel
Toen stak de wereldoorlog een spaak
in het wiel. Na de wereldbrand kwam
een nieuwe generatie zich aandienen,
terwijl ook enkele oudgedienden, o.w.
J. en R. Riethoven en Jac. de Groot
nog hun partijtje meefietsten. Nieuwe
gezichten zagen we in K. Post, D. Wal
let (Leimuiden), Wil Vreeswijk (Al
phen), Jaap Slingerland (Zoeterwoude)
en later de gebr. Van Wetten Noord -
wijkerhout), Arie van Houwelingen
tSassenheim), H. van Gent en Plas-
meyer.
Jac. de Groot nam deel aan de Ronde
van Nederland en in 1953 werd de
strijdlustige Vreeswijk derde in het
kampioenschap achtervolging ama
teurs. De Alphenaar ging toen op eigen
kosten slechts twee renners werden
afgevaardigd naar de wereldkam
pioenschappen te Parijs en werd in de
achtste finales door de man, die de
wereldtitel zou behalen, uitgeschakeld.
Later ging Vreeswijk stayeren en ach
ter de zware motoren reed de Alphen-
se prof zich naar een tweede plaats in
het Nederlands kampioenschap 1958.
Afgevaardigd naar de wereldkampioen
schappen, behaalde Vreeswijk een eer
volle vijfde plaats. En ook nu spreekt
de man uit de Rijnstreek nog steeds
een woordje mee.
Arie en de Tour
Van de Rijnstreek naar de Bollen
streek. De Noordwykerhoutse favo
riet Arie van Wetten reed in de Ron
de van Spanje en Zwitserland en
werd in 1956 zelfs in de Tour-ploeg
gekozen. Helaas, in de tweede etappe
stapte Arie van zyn fiets, nog voor
de strijd in feite begonnen was. De
geweldige hitte was hem te machtig
geworden.
De wielersport floreert in de Bollen
streek. Arie van Houwelingen, Pietje
v. d. Lans (Ned. kampioen 50 km in
1958 en kampioen der achtervolgers in
1959), de „crosser" Van Dijk uit Lisse
spelen een eerste viool in de vader
landse wielerwereld.
In het jaar 1958 diende zich een
nieuwe spruit van de wielerfamilie
Riethoven aan: Reinier. Hoe tragisch
liep diens carrière afOp 6 augus
tus 1958 nam de 16-jarige Riethoven,
die toen reeds het officieuze Neder
landse kampioenschap der nieuwelin
gen op zijn naam had geschreven, deel
aan de befaamde Acht van Chaam. In
de eindsprint haalde een massale val
partij de jeugdige, veelbelovende Leidse
renner uit het leven weg
Basketball behoort tot de stiefkinde
ren van de Leidse sport. De grote af
metingen van het veld zijn onze
stad beschikt immers niet over een
sporthal een onoverkomelijke hin
dernis. Het enthousiast propageren
door enkele Amerikaanse studenten ten
spijt, duurde een opleving van deze
sport in competitieverband slechts kort
Tot voor kort reisde een Leids stu
dententeam elke zaterdag naar de
Houtrusthallen in Den Haag om daa;
zijn wedstrijden te spelen.
Dit jaar namen de Bona Stars hui:
taak over en dit ploegje, met een kerr.
van Westindische jongelui, gooit than;
hoge ogen naar het kampioenschap
van haar afdeling. De promotie naai
de eersteklasse, welk een mooie belo
ning zou dat zijn voor de vele opoffe
ringen, die de Bona Stars zich moeten
getroosten.
Is het beoefenen van het
voetbalspel wel geschikt voor
iedereenDat was een vraag,
welke de bestuurderen van de
Nederlandse Voetbal Bond in
het jaar 1899 de bond be
stond toen tien jaar zeer
ernstig bezig hield, ja zelfs
met zeer grote zorg vervulde.
In de NVB-almanak van het
seizoen 189S1899 schrijft de
grote sportpionier en oprichter
van de HFC, NVB en nog véle
andere sportbonden, de Haar
lemmer Pim Muiier, het vol
gende:
Voetbal als afleiding voor
werklieden in de grote in
dustriële centra is een zaak,
die de NVB niet dan na ern
stige studie op het pro
gramma der pers- en propa-
ganda-commissie mag zien
verschijnen, daar wij ons niet
blindelings mogen vergelijken
met Engeland, Schotland en
Ierland, waar de mensen
s zaterdags vrijaf hebben.
Weliswaar blijkt uit rap
porten van politiehoofden in
de grote arbeidsdistricten en
steden in Groot Brittannië,
dat het voetbalspél de men
sen nuttige ontspanning geeft
en het drankmisbruik erdoor
vermindert, terwijl ook het
gaan zien met vrouw en kin
deren naar goedkope, mooie
wedstrijden hetzelfde gevolg
schijnt te hebben, maar bij
ons is het de vraag, of men
de werklieden hiermede wer
kelijk een dienst bewijst, of
men ze niet uithuizig maakt,
en vooral of z ij die lichaams-
beweging nodig hebben na
een week van lichamelijke
arbeid
Door een door de bond op
kleine schaal te beginnen en
quête, in te stellen op fabrie
ken, waarvan de directeuren
genegen zijn mede te werken
om dit onderzoek te leiden,
zou m.i. (Muiier - red.), die
zaak het beste kunnen wor
den voorbereid.
Doch ik voor mij geloof,
dat men tot het resultaat zal
komen, dat slechts die werk
lieden. die een zittend of een
zijdig (lichamelijk) werk ver
richten, gebaat zullen worden
door het surplus van een
paar uur voetbal vóór of nd
kerktijd."
Zo dacht men omstreeks de
eeuwwisseling. En dat men er
met die gedachten flink naast
heeft gezeten, heeft de tijd in
middels geleerd.
Overigens om misverstan
den te voorkomen Muiier
was beslist geen snob, die de
sportbeoefening slechts wilde
resoneren voor de „betere
kringen", ook al leefde in de
beginperiode van de NVB dit
idee bepaald sterk. Men stond
zeker niet afwijzend tegen de
in het begin van 1900 opgerichte
zogenaamde „volksvoetbalbon
den", maar vóór alle voetbal
lers onder de banier van de
Nederlandse Voetbal Bond wa
ren verzameld, moesten toch
heel wat weerstanden worden
overwonnen.
„Dat het nut zal hebben het
voetbalspel (onder zekere rege
len) aan jongens uit het volk te
leren, staat bij mij vast". Met
deze woorden besloot Muiier
zijn verhaal in de voetbalalma
nak van 1899.
Wél, de jongens hébben het
geleerd
„Bogneteau
Dat was eertijds de strijdkreet van de Leidsche Mixed Hockey Club.
De naam Bogneteau had de LMHC geleendvan de heer, die in de
jaren rond 1903 het oprichtingsjaar van de LMHC op de Boommarkt
de tapperij Hoekbar beheerde en die eens de hakbijl gebruikte om, uit zelf
verdediging, een luidruchtige bezoeker van zijn etablissement de schedel
in te slaan.
Die hakbijl vertoonde namelijk veel overeenkomst met de sticks, die men
in de eerste jaren van de toen nog niet zo streng gereglementeerde hockey-
sport gebruikte. De overlevering vertelt, dat een der vooraanstaande Leidse
spelers zijn stick aan beide zijden met eiken platen en bouten had versterkt
en met dit moordwerktuig vrolijk hockey speelde.
Men keek in die jaren niet zo nauw.
Vanaf elke plaats op het veld mocht
men in die beginperiode nog doelpun
ten en de „volley's" die daarvan het
resultaat waren, maakten heel wat
ouders huiverig als hun dochters toe
stemming vroegen dit „barbarenspel"
te mogen beoefenen. Ook voor de ter
reinen van vroeger zouden we nu geen
goed woord over hebben. Het veld
achter „Posthof", waarop de Leidsche
Mixed Hockey Club in 1903 het levens
licht aanschouwde, was doorgaans on
bespeelbaar. Eenmaal organiseerde de
gerant van Posthof er een zomer
kermis op en na afloop van dit festijn
kon hockeyend Leiden heel goed zien
waar het circuspaard zijn rondjes had
gedraafd.
Studenten
In 1914 staakte de LMHC haar acti
viteiten om op 18 oktober 1917 opnieuw
tot leven te komen. De vereniging be
schikte toen over een terrein achter
„Pomona" en het eerste elftal bestond
grotendeels uit studenten. In de jaren
rond 1928 was de LMHC, hoewel niet
officieel, in wezen een onderdeel van de
studenten-maatschappijOrganisato
risch ging het toen niet zo best. De
penningmeester vergat voortdurend de
contributie te innen en de kern van
het eerste elftal werd op zaterdag
avond in Sociëteit „Minerva" gefor
meerd Het resultaat was in de meeste
gevallen, dat men op zondagmorgen
stad en land moest aflopen om een
compleet team te krijgen. Veelal ein
digde Leiden dan ook onderaan. Tot
1928 was dit niet zo erg. Lager dan de
tweedeklasse bestond niet. Toen in dat
jaar echter een derdeklasse werd in-
steld, profiteerde Leiden prompt van
deze nieuwe mogelijkheid, welke het
Nederlandse hockey haar bood, aldus
lazen wij in een herdenkingsartikel,
dat de oud-LMHC-praeses, de heer H.
J. de Koster in de jubileum-Passing
Shot van 1957 schreef.
Bizarre trekjes
Men beschikte in die jaren over
enkele bizarre trekjes. Een nieuw lid
werd soms op de eerste wedstrijd-zon
dag afgehaald met een derdeklasse
lijkwagen en verschillende spelers had
den de gewoonte vóór inplaats van na
de wedstrijd hun douche te nemen.
Op 18 september 1932 werden de
eerste Oegstgeester velden betrokken,
welke in 1937 werden verwisseld voor
de huidige accommodatie. Het is daar
na met de LMHC crescendo gegaan.
De vereniging ging een flink woordje
meespreken in de Nederlandse hoc-
keywereld. De dames promoveerden
naar de eersteklasse en het ledental
groeide gestadig. Gé Goekoop, die in
1928 lid werd en tot 1954 in het eerste
speelde men noemde in die jaren de
LMHC wel eens „de club van Goe
koop" werd in 1938 gekozen in het
Nederlands B-elftal voor wedstrijden
tegen België en Duitsland en latei-
speelde Corrie Nagel verscheidene ma
len in het nationale dameselftal. En
dan niet te vergeten Han Drijver, die
als Leidenspeler zijn langdurige, ver
dienstelijke interland-carrière aanving.
Ook de echtgenote van de heer Goe
koop heeft zich bijzonder verdienste
lijk gemaakt voor de LMHC. Zij is het
geweest, die indertijd, toen de dames
nog in een aparte bondscompetitie
speelden, de mixed-hockeygedachte in
Nederland heeft gerealiseerd. Thans
behoort de LMHC tot de grootste ver
enigingen van Leiden. Het eerste da
meselftal speelt met wisselend succes
in de tweedeklasse, maar het eerste
herenteam heeft dit seizoen een be
langwekkende rol gespeeld in de over
gangsklasse. De overgang naar het
hockey-walhalla lijkt nog slechts een
kwestie van een jaar of wat. Temeer
daar de LMHC de beschikking heeft
over een enorm aantal juniorleden: de
basis voor een bloeiende vereniging.
Leiden en omgeving als schaats-
centrum.
Van heinde en verre komen ze.
de schaatsenthousiasten. als de
befaamde Molen- en Merentoch-
ten worden uitgeschreven.
Helaas, de laatste jaren zijn de
organisatoren van deze mooie
toertochten niet fortuinlijk ge
weest: Koning Winter s regering
was niet ijzig genoeg.
Maar in dit relaas van 100 jaar
sport in Leiden en omgeving mag
een stemmingsplaatje van deze
door het gehele land bekende
tochten, die vele duizenden deel
nemers trekken, toch niet ontbre
ken. Een oer-vaderlandse sport.