Concurrentie zal gaan toenemen op de wereldmarkten De zaak-Rally heeft Diepenveen in twee fel agerende groepen verdeeld Europees Marshallplanbepleit Kofferschrijfmachines Brieven komen van heinde en ver Het Bestaansrecht van de reclame L.S.C. kreeg deze week weer een héél Corpsvaandel de Centr. Ver. v. Markt straat en Rivier handel hadookjéest. in Wassen aar was een lm avond over ,0e Macht van hetUhiné enin Leiden werden di ploma's uitgereikt aan jonqe zettersdrukkers gisteravond werd yropj ganda qemaakt voor ündezwaterjagersduh. vanavond heeit Leiden een propaganda avond Reserve gemeentepolitie., Opgericht 1 maart 1860 Zaterdag 13 februari 1960 Derde blad no. 29974 Geen prioriteit van spaarpremiën nodig (Van onze financiële medewerker) Het zijn sterk wisselende aspecten, welke de effectenbeurzen de laatste tijd te rien geven en zij brengen een grote mate van onzekerheid tot uitdrukking. Een onzekerheid, die te groter is omdat men zijn verwachtingen voor het jaar 1960 vry hoog had gespannen, zowel voor de Amerikaanse, als voor de Europese economie en dienovereenkomstig tot een hoge, voor de Amerikaanse shares zelfs tot een zeer hoge waardering was gekomen. De koersdaling, die in januari plaats had en die de beurswaarde van de te Amsterdam genoteerde aandelen met f. 1 miljard heeft doen dalen, is dan ook van New York uitgegaan en het is ook deze week weer gebleken, dat een koersherstel op Europese beurzen voor een groot deel zijn beweegkracht aan de stemming in Wall Street ontleent. Hoewel de economi sche toestand in de V.S. en in Europa zeker niet identiek is en vooral het koers- niveau van de Neworkse aandelenmarkt niet op één lijn mag worden gesteld met die van de Amsterdamse beurs, zullen de nationale factoren, welke haar beheersen, eerst weer ten volle tot hun recht kunnen komen, als de Newijorkse beurt tot rust is gekomen en, de Amerikaanse economie de moeilijkheden, welke thans worden gesignaleerd, heeft overwonnen. De Amsterdamsche Bank constateert ln haar verslag over 1959 een funda mentele herdistributie van de interna tionale monetaire reserves ten gunste van Europa, maar die als zij zich ln dezelfde richting zou blijven ontwikke len de verhoudingen scheef zou trekken en het vertrouwen in de dollar ondermijnen. De rollen zijn dus, zoals vroeger ai eens opgemerkt, sinds het einde van d*1 oorlog verwisseld, zodat genoemde in stelling zelfs een soort „Europees Mar shallplan" bepleit, niet omdat de V. hulp nodig hebben, maar omdat de door dit land tot dusver verleende hulp kan wegvallen en Europa deze taak althans ten dele zal moeten overnemen. Het zal zich o.m. moeten openstellen voor Ame rikaanse goederen en diensten, waar door in de monetaire verhoudingen weer een verbetering zal ontstaan. Hoezeer deze verhoudingen zich de laatste jaren hebben gewijzigd, blijkt wel hieruit dat het Amerikaanse aandeel in de wereldgoudvoorraad van 71% in 1948 tot ca. 50% in 1959 is gedaald en de dol lartegoeden van het buitenland, welke in 1938 ca. 10% van de Amerikaanse goud voorraad uitmaakten, in 1959 tot ca. 70% zijn toegenomen. De Twentsche Bank constateert in haar verslag hetzelfde verschijnsel en wijst erop dat, als de V.S. erin slagen het surplus op hun handelsbalans te vergroten en tevens hun kapitaalexport inkrimpen, het effect daarvan zal zijn een versterkte concurrentie op de we reldmarkten. Hierbij valt tevens te den ken aan de opkomende Japanse exporten en aan de onderlinge concurrentie tus sen de zes en de zeven Europese landen, die zich tot een gezamenlijke econo mische activiteit hebben aaneengesloten. Het staat dus zo dat naarmate het de V.S. gelukt de positie van handels- en betalingsbalans te verbeteren, de landen van Europa een zwaardere strijd zullen moeten voeren om hun welvaartspeil te handhaven en te verhogen en in dit klimaat zal zich ook het Nederlandse bedrijfsleven moeten ontwikkelen. Het is, wat de V.S. betreft, een be moedigend verschijnsel dat de gedeel telijke consolidatie van de grote staats- sculd het gewenste resultaat heeft opge leverd en deAmerikaanse regering, al thans voorlopig, van haar zorgen over een juiste financiering der staatsuit gaven is bevrijd. Mogelijk dat dit, te zamen met de lichte daling van de rente stand, in het midden van de week tot een krachtig herstel op de Newyorkse beurs heeft geleid, waarnaast natuur lijk ook technische factoren, als dek kingsaankopen van baissiers, het hunne tot een koersstijging hebben bijgedragen. Overigens kan worden gezegd dat de baisse-transacties op de Newyorkse beurs tot nu toe van betrekkelijk geringe om vang zyn gebleven en in vele kringen nog de mening bestaat dat een econo mische depressie van enige omvang in 1960 zal kunnen worden voorkomen. In procenten van de hoogste stand der aandelenkoersen voor dit jaar is de sinds begin januari ingetreden koersver- laging trouwens nog niet van grote om vang. Voor ons land, evenals voor West- het probleem van het evenwicht tussen produktie en bestedingen, ten aanzien waarvan men niet volkomen gerust is. Minister De Pous heeft reeds geconsta teerd dat de bestedingen in een sneller tempo stijgen dan de produktie toe neemt en ook de beide genoemde bank instellingen signaleren dit verschijnsel als een gevaar voor een overbesteding met alle gevolgen daarvan. De Amsterdamse Bank wijst er bijv. op dat een bepaalde procentuele stijging van de consumptie een veel grotere in vloed heeft op de conjunctuur dan een zelfde procentuele styging van de in vesteringen. Zo is de waarde van een stijging van de investeringen met 10% gelijk aan de waarde van een consump tiestijging met circa 3M> en het is wel zeker dat de eerste bij de laatste achter blijft. Een toeneming van de consumptie dringt tot grotere produktie en dus tot nieuwe investeringen, maar de doel treffendheid hiervan wordt bedreigd door de daling van het aantal beschik bare werkkrachten. Een daling van de werkloosheid beneden 3% betekent dat zich overspanningsverschijnselen voor doen en daar het cijfer thans tot ca 2% is gedaald en algemeen loonsverho gingen worden toegepast, acht de Am sterdamsche Bank het gevaar voor een tot nieuwe overbesteding leidende ont wikkeling van de consumptie niet denk beeldig. Het Is in dit verband een gelukkig ver schijnsel dat de besparingen in ons land tot dusver de verwachtingen overteffen. met het oog waarop de Twentsche Bank zeer terecht de vraag stelt of het zo dringend nodig is het sparen aan te moe digen doormiddel van premies uit de ge- meenschapskas, hetgeen wij, zoals men zich zal herinneren ook van meet af hebben afgekeurd. Zonder dringende redenen en deze zijn er thans niet - is het inderdaad niet nodig om aan het toekennen van spaarpremies in allerlei vorm, prioriteit te verlenen boven een hoognodige aanpassing van de belas tingtarieven, waarbjj dan zeker niet in de laatste plaats aan die voor de ven nootschappen moet worden gedacht. Want een verlaging van de vennoot schapsbelasting leidt in het algemeen niet tot een stijging van de consump tieve uitgaven, maar stelt de onderne mingen in staat tot de financiering van nieuwe investeringen, dan wel tot een verlaging van de prijzen, waarvan de gehele gemeenschap en niet, zoals bij het toekennen van spaarpremies, slechts een deel van de bevolking profiteert. Het resultaat van de inschrijving op de riieuwe staatslening ca. f. 2 mil jard voor een lening van f. 300 miljoen is weliswaar geen absolute maatstaf voor de omvang van de in ons land be schikbare kapitalen, maar zegt in dat opzicht toch wel iets en kan als zo danig, zowel voor de obligatie-, als voor de aandelenmarkt als een stimulerende factor worden aangemerkt. Het is trou- aandelenmarkt wel gebleken dat van een overstelpend aanbod geen sprake is en dat het voornamelijk de sterk geste gen internationale en zware aandelen zijn, die aan de flauwere stemming hun tol hebben moeten betalen. De stand van zaken ten aanzien van het Nederlandse bedrijfsleven is, in weerwil van de eerder genoemde ver schijnselen, dan ook niet zodanig dat er reden is om het vertrouwen in de aan delen van onze gevestigde ondernemin gen op te zeggen. Ook het koerspeil is, algemeen gesproken, niet buitensporig hoog wanneer men kennis neemt van de verslagen, welke thans verschijnen en de dividenden, welke over 1959 worden uitgekeerd. De banken hebben het in 1959 zeer goed gedaan en het dividend van de Amsterdamsche, Rotterdamsche en Twentsche Bank kon dan ook met 2% worden verhoogd, hoewel men onge twijfeld nog belangrijke bedragen aan het ook van de buitenwereld heeft ont trokken, dat nu eenmaal in ons land bij de meeste ondernemingen de ge woonte is. Men ziet het ook aan de forse divi dendverhoging bij Van Vlissingen Co (van 14 tot 22%) nu men, als gevolg van de oppositie van een groep aandeelhou ders, met de kaarten op tafel moest ko men. Ook een verslag als dat van de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot laat een deel van het verkregen resul taat schuil gaan, maar toont niettemin een vrijwel gelijk financieel resultaat als dat van 1958, dat weer grotendeels voor de vernieuwing van de vloot wordt wens ook tijdens de koersdaling op de aangewend. Aandeelhouders ontvangen Advertentie Alle bekende merken o.a.: TRIUMPH, model Gabriële, va. f 309.— EVEREST met tabulator f350.— SWISSA, Zwitsers produktf 335. GROMA, zwaar model in koffer f 350, KOLIBRI, reisportable in kunstlederen tas f265.— MONTANA, reisportable, in plastic koffer f265.— VRAAG GEHEEL VRIJBLIJVEND DEMONSTRATIE. Haarlemmerstraat 167171 over een vergroot kapitaal 9% tegen 11% over 1958, maar kunnen de vol doening smaken dat de maatschappij haar positie op de wereldzeeën voort durend versterkt door de moderni sering van haar schepen, hetgeen thans samenvalt met een vrij algemene op leving op de vrachtenmarkt onder in vloed van een zich uitbreidende wereld handel. In het licht van de positie en de resul taten van de Nederlandse ondernemin gen is er dan ook geen reden zich over de Amsterdamse aandelenmarkt al te veel zorgen te maken en te minder als de belegger in zijn effectenportefeuille voor een verantwoorde verhouding tussen obligaties en -aandelen heeft zorg ge dragen. Overijsels dorpje door journalisten bestormd Onderzoekingen Een feit is dus, dat de gewestelijke raad van het Landbouwschap in Zwolle op het ogenblik een onderzoek instelt naar het contract. Een feit is ook, dat het Bureau Arbeidsrecht van het NVV te Zutfen op het ogenblik onderzoekt in hoeverre en langs welke weg een ver haal op loon bij de heer Kolkman voor Bally valt te bewerkstelligen. Het argu ment, dat Bally op de Kokbosch als „kind in huis" zou zijn behandeld, wordt door de anti-groep in Diepenveen met (Van onze Groningse correspondent) De Diepenveense postbodes hebben nog nooit zo'n „grote klant" gehad aan boer A. Kolkman op de Kokbosch als deze week nu het verhaal in Nederland bekend werd, dat hij bijna vijftig jaar lang zijn inwonende knecht Hendrik Bally beloonde met een rijksdaalder per week, waar dan sinds de oorlog twee kwartjes voor pruimtabak am.-s.ucp „lvyvu..„, uici oorspronkelijk eigenbouw van het land van Kolkman zelf op gekort meewarig schouderophalen behan- werd. Van heinde en ver komen de brieven binnen, waarin volmaakt deld: „Best mogelijk, maar dan zouden wij daar met graag kind aan huis wil len zyn". En men vertelt hoe Bally vaak. als hij schillen en afval kwam halen, hier en daar een homp brood in zijn zak stak om het later op te peuzelen. Men stelt verder, dat Bally dan misschien geen volwaardige boerenknecht was, maar hij toch van vroeg in de morgen tot laat in de avond aan het werk was: schillen ophalen, vee verzorgen, huishoudelijke karweitjes opknappen en allerlei werk zaamheden meer. onbekenden in vaak ongezouten taal hun afschuw over deze zaak te kennen geven. Boer verontwaardigd over de publiciteit Uiteraard praat de 'heer Kolkman daar niet zoveel over. maar dat het geen com plimenteuze brieven zijn. dat heeft hij toch wel laten merken. En ook, dat het tegenwoordig bepaald niet met vreugde is, wanneer hij gehoor geeft aan het rin kelen van de telefoon, want ook die brengt hem vaak in contact met ver ontwaardigde mensen. Intussen krijgt ook Hendrik Bally in het rusthuis „Het Weterman" meer post dan hij vermoe delijk ooit in zijn leven zo dicht op el kaar heeft gehad: brieven met alleen maar een woord van deelneming over het verleden of gelukwensen met het onbezorgde heden, maar ook geld, snoep en sigaren. Opschudding Het geval-Bally heeft een complete opschudding veroorzaakt in het lande lijke Diepenveen, dat er gemeenlijk zo rustig en lieflijk voortleeft onder de rook van Deventer. Journalisten van allerlei kranten tot en met een buitenlands pers bureau hebben sinds vorige week zater dag, toen deze zaak aan het rollen kwam, Diepenveen bestormd, vaak in ge zelschap van fotografen. Op de Kok bosch van boer Kolkman had men er woensdag zelfs een record-aantal van twaalf te verwerken en daar waren dan de cameramensen en reporters van de NTS neg niet eens bijgeteld. En ook maandag en dinsdag was het al een ko men en gaan geweest van afgevaardig den van week- en dag-bladen. En zoals het nu eenmaal gaat in een vry kleine besloten gemeenschap doen de vreemd ste verhalen en merkwaardigste geruch ten de ronde over die bezoeken. In het rusthuis „Het Weterman" heeft men. toen de invasie op gang begon te komen deuren angstvallig en zorgvuldig dicht gehouden, omdat men wil voorkomen, dat Bally helemaal niet meer op verhaal kan komen. Het dorp heeft zich inmid dels heel duidelijk in twee groepen ver deeld, de ene partij staat fel aan de kant van boer Kolkman .maar niet minder fel is de groep, die blij is dat deze zaak aan het rollen kwam en die zijn veront waardiging, dat verschillende Diepen- veners pertinent weigeren om ook maar iets met de heer Kolkman te maken te hebben. Huizen, waar jaar in jaar uit Bally voor zijn werkgever schillen en an der afval kwam halen, vindt boer Kolk man nu vijandig gesloten. Verontwaardigd De heer Kolkman is hevig verontwaar digd over de publiciteit en de behande ling die hem ten deel valt. Hü is zonder overigens de kern van het ver haal te ontkennen en bevestigend dat de genoemde loonbedragen juist zijn zich van geen kwaad bewust. Veeleer vindt hij, dat hij en zyn famlilie zich altijd heel goed tegenover Bally hebben ge dragen en dat hem eigenlijk alleen maar dank toekomt. Hij zegt dan, dat Bally van het begin af aan een onvolwaardige knecht is geweest, die tal van werk zaamheden op de boerderij niet kon ver vullen. Bovendien schermt hij met een schriftelijk contract, dat goedgekeurd zou zijn door de plaatselijke sociale com missie van het Landbouwschap, een con tract, dat volgens hen, die de inhoud kennen, uitmunt door vaagheid en waar in over een loonbedrag in concreto niet wordt gesproken. De heer Kolkman ver telt ook dat Bally niets liever deed dan steeds bij hem blijven, daar hij „als kind aan huis zou zijn behandeld.". De hele rel, zo meent Kolkman, zou aan het rol len en in de kranten zijn gebracht door een schoonzoon, met wie hij in onmin is geraakt. Nederlandse verfexport 20 procent groter De Nederlandse verfexport ontwikkel de zich in 1959 zeer gunstig. In totaal werd 16 miljoen kg verf voor een waar de van bijna 40 miljoen gulden geëxpor teerd. zo deelt de exportgroep verf van de Vereniging van Vernis- en Verf fabri kanten mee. De verfexport heeft zich na de oorlog in een steeds opgaande lijn bewogen. In vergelijking met 1950 kan een verdubbe ling worden geconstateerd. Sloopauto's uit buurlanden in ons land weer op de weg Een waarschuwing van de KNAC aan kopers van gebruikte auto's: Wees vooral voorzichtig met het ko pen van auto's, die tweedehands uit Duitsland of België zijn geïmporteerd. In toenemende mate komen er sloop auto's over de Nederlandse grens, die hier worden opgelapt en verkocht. In 1958 werden er vanuit Duitsland ruim 2500 gebruikte personenauto's in ons land ingevoerd. Van België uit bijna 1800. Vorig jaar waren deze aan tallen respectievelijk ruim 4000 en iets minder dan 3000. Er zijn verschillende redenen voor deze grote en sterk stijgende import van gebruikte wagens. Ten eerste kan invoer ervan uit fiscaal oogpunt voor deel bieden. Daarnaast is het zó. dat de verzekeringsmaatschappijen in de ons omringende landen dikwijls een bescha digde auto eerder als „total loss" be schouwen. Men vindt er wrakken bij, die op zichzelf nog wel hersteld kunnen worden. Van deze categorie komen er telkens de grens over. Ze worden dan hier uiterlijk in een staat gebracht, die een misleidend goede indruk maakt. Er zijn zeker ook goede exemplaren bij de geïmporteerde gebruikte wagens (b.v. als het betreft import om fiscale redenen), maar de gebrekkige exempla ren overheersen. De KNAC merkt tenslotte op. dat de importen van deze opgeschilderde wrak ken opnieuw aantonen, hoe noodzake lijk het is een technische keuring door ter zake kundige instanties vooraf te laten gaan aan elke aankoop van de I gebruikte auto. Niets mee te maken Vast staat ook. dat de schoonzoon, die door da heer Kolkman als de grote zon debok is aangewezen, met de eerste pu- bliikatie in de krant helemaal niets te maken heeft gehad. Bovendien is het initiatief van Bally zelf uitgegaan om verbetering in zijn toestand te brengen. Toen hij in het ziekenhuis lag klaagde hij zijn nood en pas later is de schoon zoon eraan te pas gekomen, omdat die zich in afwachtng van plaatsing in het rusthuis, waarvoor Sociale Zaken van Diepenveen zorgde .over hem ontfermde en hem in huis opnam. De heer Kolkman zegt ook. dat „de heren" van Hoenderlo volledig met de toestand op de hoogte waren, maar een feit is. dat de inrichting Hoenderlo, als een „klant" meerderjarig is geworden, zich daar ndet meer mee bemoeit, als blijkt, dat hij zichzelf kan redden. En j dat was omstreeks 1916, toen Bally meer- derjarig werd, het geval. Wel heeft men hem naderhand bij zijn huldiging voor veertig jaar trouwe dienst teen hij ook de zilveren eremedaille Oranje-Nas- sau kreeg— toegespreken en 25 gulden gegeven. De heer Kolkman is vastbeslo ten om recht- en eerherstel te zoeken. Even stellig als vele Diepenveners en daar zijn ook boeren bij overtuigd blijven van het grove onrecht dat Bally is aangedaan Industriële vormgeving op de voorgrond Reclame kan zich alleen ontplooien in een vrije wereld, een wereld waarin de economie gebaseerd is op de vryheid van producent en consument en van elkeen die bü het goederen- en dienstenverkeer is betrokken. Alleen op basis van een vrije economie kan men dan ook spreken van het bestaansrecht van reclame, omdat een vrye economie gepaard gaat met concurrentie en concurrentie zonder reclame nu eenmaal onbestaanbaar is. Tot deze uitspraak kwam jhr. W. van Andringa de Kempenaer, voorzitter van het „Genootschap voor reclame". Hij sprak gisteren over „Reclame maken zonder reclame" aan een koffiemaaltijd van het departement Amsterdam (in Krasnapolsky) van de Ned. Mij. voor Nijverheid en Handel. „In ons land", zo zeide spreker, „wordt jaarlijks 400 tot 450 miljoen gulden in reclame geïnvesteerd. Reclame mag men zeker niet op één lijn stellen met pro paganda. Immers propaganda dient een ideëel doel, reclame een commercieel doel. Reclame vormt een onderdeel van de zgn. „Sales promotion", de verkoop bevordering. In iedere gulden die we in Nederland uitgeven steekt 1.9 cent aan reclame. Over de bedragen die het Amerikaanse bedrijfsleven aan reclame besteedt noemde spreker indrukwekken de cijfers. Hij stelde vast, daC tien jaar geleden hier en elders het reclame budget nog niet de helft bedroeg van het huidige. In steeds bredere kring namelijk legt men een steeds grotere belangstelling voor reclame aan de dag. Spreker verklaarde dit uit de verande ring in de verhouding tussen leverancier en cliënt. Vroeger bestond er tussen bei den een persoonlijk element. Dit is nu vervangen door wat spreker noemde: „Het vertrouwen op afstand", en dat is het merkartikel. Daar komt by, dat in het moderne produktieproces de mens als maker steeds meer schuil gaat achter de tech nische apparatuur en dat de directies van de ondernemingen meer zorgen hebben over het afzetprobleem dan over de produktie. Om de consument te trek ken heeft men de industriële vormgeving te hulp geroepen, waarvan de betekenis steeds meer wordt ingezien. Doel hier van is niet alleen een goed produkt te leveren, maar dit de consument tevens voor te zetten in een verantwoorde vorm en aantrekkelijke verpakking. Om het menselijk aspect van de reclame tot zijn recht te laten komen J zijn, volgens spreker, de volgende drie punten nodig: 1. een produkt of dienst verlening; 2. een markt om te opereren: 3. de mens als verbruiker. Bij bepaling van de richting der reclamepolitiek geeft de laatste de grootste zorg Spreker noemde reclame een der grootste mach ten in de huidige samenleving. Het is j goed, dat we ons af en toe op de ver- j antwoording te dien aanzien beraden.) Dit geldt ook met betrekking tot nieuwe reclamemiddelen zoals de commerciële1 televisie, waarvan spreker zeide. dat deugdelijke maatstaven dienen te wor den aangelegd op haar eerlijkheid en waardigheid, teneinde een verantwoord gebruik van dit nieuwe medium te1 maken Het Genootschap voor Reclame j is zich hiervan wel bewust. Er mag geen sprake zijn van een „uit levering aan het grootkap taal", zoais men wel eens hoort beweren. Ook de kleine middengrote adverteerder dient te worden ingeschakeld en aan zijn trek te komen. Aan die eis zal het Genoot schap ongetwyfeld vasthouden, aldus de heer Van Andringa de Kempenaer, wiens toespraak grote belangstelling trok. Bij de veehouder Korver was het gisteren feest. Het „feestvarken" was de koe „Annie 8", die gisteren haar honderdduizendste liter melk gaf. De dochters van de boer na men een glaasje extra op het feest. Het was de tweede Nederlandse koe, die deze prestatie leverde. Op de gehele wereld zijn maar veertien van deze gevallen geregisteerd. I ZORRUG PATJE OR By KOMT ENZ. ENZ.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1960 | | pagina 9