camera s
TUIN
KAMER
Een Zoeklicht
JACK HAWKINS
IN
EN
ROND
EN
VOETLICHT
ZATERDAG 23 JANUARI WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 2
v OP DE BOEKENMARKT
Een bloemlezing uit P. C. Boutens
moeilijke keus
nieuwsgigr:ge
Sophia Loren heeft nieuwe hobby
financierproducent
regisseur en acteur
NIEUWE ROCK-FAVORIET
EDDY COCHRAN
vruchten te plukken. Eddy verscheen
al driemaal op het witte doek: 'The
girl can 't help it". "Untamed youth"
en "Johnny melody".
Steeds maar rockend
Bij het zien van dit plaatje behoeft
men echt niet meer te vragen, welke
de nieuwe hobby is, die Sophia Loren
zich heeft aangemeten. Sophia foto
grafeert
En hoef
Over de kwaliteit kunnen we uiter
aard siiet oordelen. Maar wat de
apparatuur betreft heeft ze haar lief
hebberij meteen maar groots opgezet.
Het toestelletje, dat zo achteloos
Welk een taak! Een bloemlezing samen te stellen uit de talloze verzen van
Boutens! Ook al woont men zelf op Walcheren, zoals de samensteller en inleider
Hans Warren doet. De inleider, want hü heeft van dit werk nog verantwoording
afgelegd ook. Dat hij dit alles ondernomen heeft is reeds voldoende om Warren
lof toe te zwaaien.
Ik geloof niet, dat ik een dichter weet, die zozeer ontsnapt aan alle poëtische
zeer interessante essay van Warren. Het is inderdaad interessant, maar en
criteria als juist Boutens. Dit treft mij weer sterk bij het lezen van het toch
hü weet dit zelf ook en zegt het (blz. 11) of het voor Boutens' verzen
verhelderend is, is een tweede. Terecht merkt Warren op, „uiteindelük is alleen
die poëzie, die geen enkel commentaar van node heeft". Een juiste opmerking
waar men evenwel tegenin kan zeggen: is dit wel waar? Of, wat voor soort
commentaar? Is er poëzie die goed is en toch commentaar behoeft?
VELE UREN
Sophia brengt in dat verhaal vele
uren in de stad door aan de zijde van
een parachutist, die zy toevallig in de
trein heeft ontmoet. Volgens het sce
nario was dat in 1944. De militair had
vier dagen verlof. Die ging hij door
brengen in New York. In de luxe
trein van Miami naar New York wordt
hij getroffen door de schoonheid van
Sophia.
jny is een aardige, spontane en
naïeve jongen en hij heeft in de liefde
een enorm uithoudingsvermogen. Want
tit,einijk past hij helemaal niet in het
leventje, uai Sopma voor ziciizeif neen
uitgestippeld. Ze koestert zich name-
iyx. in ue „Deschermmgvan 'n schat
rijke industrieel, die haar alles kan
en wil bieden, wat zy maar wenst. Be
halve liefde en huwelijk
Juist de hardnekkigheid van de pa
rachutist maakt het Sophia erg moei
lijk. Aanvankelijk was het slechts een
viuchtige, vrolyke ontmoeting, maar
allengs gaat het in haar binnenste
onstuimig stormen.
En dan zal Sophia de moeilijke keus
moeten maken: het luxe leventje, koud
maar zeker, voortzetten of de voor
keur geven aan een leven vol liefde,
maar zonder die hechte financiële ze
kerheid.
Dit zieleconflict is de basis waarop
het verhaal eigenlijk is op getrokken.
Maar de parachutist en zijn mooie
gehelde me, de amandelvornnge ogen
hebben daartussendoor volop gcicgen-
iit.,. i.:.i ue stad New York eens rustig
te bekijken en vele bijzondere punten
te bezoeken. Vanzelfsprekend laat
Sidney Lumet dan de camera's deze
aantrekkelijkheden duidelijk registre
ren Maar Sophia heeft deze film
beelden niet nodig om de markante
punten van New York te herinneren.
Ze heeft zelf materiaal genoeg. Her
haaldelijk heeft zij tijdens de schaarse
vrije momenten tussen de opnamen de
sluiters van haar eigen fototoestellen
laten klikken. Twee maanden verbieel
de filmgroep in deze gigantische me
tropolis. De aanwezigheid van Sophia
was daarby steeds vereist. Geen mo
ment kon men buiten haar. In nage
noeg elke scène verschijnt zy in het
beeld.
TAB HUNTER
Maar, metropool of provinciestadje,
het is toch overal hetzelfde. Ook in
New' York lopen nieuwsgierigen te
hoop als vliegen op honing, wanneer
er klinkende namen in het geding
zijn. De politie had handen vol werk
met de afzettingen, zodat de opnamen
soms overdag, soms 's nachts
zonder onderbreking konden doorgaan.
Sidney Lumet via een knappe
carrière bij de televisie in het film
vak terecht gekomen, waar hij direct
naam maakte met films als „Twelve
angry man" en „Stage struck" heeft
een speciale werkmethode, 's Morgens
voor de opnamen komen alle mede
werkers bij elkaar in een hotel. Veel
al waren daar ook de producenten,
Carlo Ponti en Marcello Girosi, bij.
Daar wordt dan het scenario voor die
dag grondig doorgenomen. Alles wordt
intensief bestudeerd. Bij eventuele pro
blemen kan een ieder zyn mening
naar voren brengen. En wanneer de
opnamen beginnen weet iedereen pre
cies, wat van hem of haar verwacht
wacht wordt. En deze methode heeft,
volgens Lumet nog een voordeel: men
is reeds opgenomen in de sfeer van
het gebeuren, wanneer men eindelijk
de camera's in beweging brengt.
In de eerste plaats hebben ze hem
kortgeleden uitgeroepen tot leider van
een groepje Britse filmprominenten.,
die met een werkkapitaal van tien
miljoen gulden en de zegen van John
Davi3, directeur van de Rank organi
satie. films wil gaan maken en dis
tribueren.
Het was louter toeval, dat dit film-
avontuur van Jack Hawkins en de zij
nen samenviel met de eerste maal, dat
hij geld in het theater 6teekt. Jack
Hawkins zo kan men wel zeggen
financiert het stuk „De hagedis op de
rots". Niet omdat hij nu zo dol is op
hagedissen of rotsen, maar hij heeft
vertrouwen in dit stuk en in... zichzelf.
Want hij zal zelf de hoofdrol vertol
ken in dit toneelspel, dat draait om
een vijftiger in Australië, die daar
goed geld heeft verdiend, maar ge
ruïneerd dreigt te worden door een
verschrikkelijk slecht seizoen.
WEER TERUG
En daarnaast gaat hij nog een film
produceren en in een spelen. Niet de
zelfde.
„Ik wil voor eens en voor altijd dui
delijk maken, dat ik nooit voor de
camera's zal verschijnen in een film,
als ik er als regisseur achter hoor.
Dat is mij te moeilijk. Ik weet dat
vele anderen het hebben gedaan, maar
het is niets voor mij. Ik wil mij óf op
het acteren óf op het regisseren con
centreren".
Hem werd gevraagd, waarom hij na
acht jaar weer naar het toneel terug
ging.
Hij antwoordde: „Het is niet omdat
het lijkt alsof ik een filmacteur ben,
die nooit een voet op de planken heb
gezet. Integendeel, mijn eerste ver
schijning was op het toneel. Ik was
toen dertien. Eerst negen Jaar later
kreeg ik mijn eerste filmrol. En het
was vele Jaren later dat ik meer
bekendheid kreeg op het witte doek
dan op het toneel".
Jack Hawkins vertelde dit tijdens
de opnamen voor de film „The league
of gentlemen" in de Pinewood-studio's
in Londen. Deze rolprent, waarin
Hawkins speelt, is de eerste van acht
welke Allied Film Makers in de ko
mende twee Jaar denken te maken.
AMERIKAANS
Wij zelden het reeds, deze filmgroep
werd gevormd door enkele prominen
ten uit de Britse filmindustrie. Zij
hebben zich gespiegeld aan Ameri
kaanse voorbeelden. In Hollywood
gaan immers steeds meer acteurs er
toe over voor eigen rekening en
risico te werken. Zij hebben ge
broken met het oude systeem en dra
gen z^if da verantwoording. En in
casseren later zelf de winst F
op blz. 10 neemt hij deze buiging voor
de moderniteit, tot myn genoegen
overigens, weer terug en zegt: „Ieder
dichter van betekenis is een knoop
punt van wegen die uit het verleden
samenkomen en wegen die naar de
toekomst leiden". Hoe moet dat dan
met de afgeslotenheid van de Bou-
tensiaanse periode? Of bedoelt hij te
zeggen dat Boutens eigenlijk geen
„dichter van betekenis" is? Ja, dat is
hy wel, zegt Warren iets hogerop met
de woorden „In onze literatuur is hij
even ontegenzeglijk een man van be
tekenis". Of is hij dus alleen maar een
„man van b" geweest en geen „dichter
van b"?
Is het eigenlijk ook wel van belang
dat hij tot een volkomen afgesloten en
voorbije periode behoort", als de dich
ter zich „min of meer (heeft) afgewend
van de gemeenschap" en „bewust een
groot gedeelte van de wereld buiten
sloot"?
Tot deze tegenstrijdigheden komt
men wanneer men probeert op rede
lijke wijze over Boutens' verzen te pra
ten. Er is zoveel verwerpelijks en te
vens zoveel onvergankelijk bewonde
renswaardigs dat het niet mogelijk
blijkt deze poëzie onder één hoedje te
vangen. Boutens was een eenling. Ook
als dichter ondanks de invloeden die
Warren terecht opgesomd heeft En
hij heeft men vergete het vooral
niet honderden verzen geschreven.
Nu is het in deze tijd van voorkeur
voor alles wat „nieuw" is of zich als
zodanig aankondigt, een hachelijke on
derneming een dichter als Boutens aan
te bevelen. Ik vind het dus niet ver
wonderlijk dat Warren dit minder van
ganser harte gedaan heeft dan hij
eigenlijk wel zou willen. Althans, die
indruk krijg ik uit het inleidende es
say. dat mij geboeid, evenwel niet be
vredigd heeft. Op de tegenstrijdigheden
er in heb ik al gewezen, tegenstrijdig
heden, ik zeg het nogmaals, die voor
een groot deel uit de aard van Bou
tens' werk zelf voortkomen. Natuurlijk
kan iedereen, die kwaad wil, om het
nu maar eens zo te noemen of die om
principiële redenen Boutens af wil wij
zen. vallen over de precieuse Nieuwe-
Gidserigheden van een vers zoals het
eerste dat Boutens geschreven heeft en
dat als geheel buitengewoon onfraai
is. Warren heeft het met die bedoeling
niet aangehaald. Integendeel, hij wijst
er nadrukkelijk op dat men Boutens
aan iets dergelijks niet moet toetsen.
Want daartegenover staan vele, zeer
vele voorbeelden die zulk Jeugdwerk
volkomen te niet doen. Men leze b.v.
de aanhef van het vers Aan Prosper
van Langendonk uit Zomerwolken:
„Wat onverhoedsche sikkel heeft "uw
nest gedeerd".
Om kort te gaan, ik had Warrens es
say zo gaarne wat positiever gezien.
Deze kleine onvrede naast zoveel lof,
vindt natuurlijk zijn oorzaak in het
feit dat ik zeer gesteld ben op Boutens'
verzen ondanks de verschuivingen die
zich met de jaren in mijn waardering
hebben voorgedaan. En ik weet het.
Men noemt tegenwoordig de dichters
van vroeger gezamenlijk en in vereni
ging „dood". Ik herinner mij ook dat
Marsman in de jaren dertig iets der
gelijks zei en als men iets dergelijks
tweemaal heeft horen beweren dan be
gint men het gevoel te krijgen dat het
met dat doodzijn wel mee zal vallen.
Marsman drukte zich overigens wat
sierlijker uit en sprak van klassiek.
Boutens leeft nog, dat is wel duidelijk.
In een bekende reeks van zakboeken,
de Ooievaarreeks Bakker/Daamen
N.V. Den Haag 1959) is deze goede
bloemlezing verschenen in 10.000 ex.
Een bloemlezing die representatief ge
noeg is, ook al mis ik er enige voor
keuren in en al had ik een en ander
weggelaten, om enige duizenden lezers
Boutens te leren kennen.
CLARA EGGINK
EDDY COCHRAN
Warren zegt ook: „Het werk van
deze dichter behoort tot een volkomen
voorbije en afgesloten periode". Dit kan
men wel zeggen, maar ook niet. Want
De grootbloemige Phyliloc actus
wordt veel bladcactus genoemd.
Botanisch is dat wel niet juist,
doch dat doe>t er voor de huis
vrouw minder toe. Zij kent die
plant nu eenmaal onder deze
naam. Voor cactussen is niet
zo veel belangstelling meer als
vijfentwintig jaar geleden, doch
soorten, die wel willen en kun
nen bloeien, worden toch nog
veel gekweekt. De Phyliocaotus
is er één van. Overigens niet de
Ciabkelijkste, doch al6 men
;r maar op de juiste manier
verzorgt, zal de plant de bloem
knoppen wel behouden. Het
komt namelijk nogal eens voor,
dat ze die ontijdig laat vallen
of dat de plant onvoldoende
wil bloeien: dat kan heus wel
anders. U moet er rekening mee
houden, dat ze op een geheel
andere manier behandeld moet
worden dan de gewone cactus
sen. Deze soort pleegt in de bos
sen te groeien en verlangt dus
minder zon, doch meer warmte.
Zij moet dus in de zomer
maanden tegen al te felle ron
een beetje beschermd worden.
In deze tijd van het jaar kan
ze het zwakke zonlicht best
hebben en vindt ze dat zelfs
wel prettig. In de wintermaan
den maakt de plant edgeixlijk
een rusttijd door. Zij moet zich
bezinnen op het vormen van
bloemknoppen en dat zal men
zeker niet in de hand werken
door normaal door te gaan met
het gieten en bemesten. Er
moet slechts weinig gegoten
worden; de potgrond moet be
slist aan de droge kant zijn en
zelfs al kleuren de stengels wat
rood; maak U niet ongerust.
Het komt wel weer in orde.
Het mag echter niet zo ver
doorgevoerd worden, dat de
bladen of stengels indrogen. Dat
is verkeerd en kan ook bloem
knoppen kosten. Wordt er dus
weinig gegoten en niet bemest,
dan is het wel goed om te
sproeien. Doe dat vooral met
lauw water.
Als men vroeg In het voor
jaar de dikke bloemknoppen
ziet, kan een weinig gegoten
worden, doch overigens laat men
de plant zo veel mogelijk met
rust. Het is ook niet goed haar
telkens van standplaats te doen
veranderen. Het is zelfs niet
juist haar ten opzichte van het
zonlicht te draaien. In de lente
of in de voorzomer kan de plant
haar schone bloemen ontplooien
Jammer genoeg bloeien de
meeste soorten maar één dag.
De schone bloemen van de Phyllocactus
doch het is werkelijk iets moois, die tot op de helft terug te
Men klaagt er wel eens over, sno .cn. rio'h doe dat dan direct
dat de bladeren op den duur na de bloei en in geen geval
zo lang worden en dat men er vlak vóór die tijd.
eigenlijk geen raad mee weet.
Er is geen enkel bezwaar tegen G. KROMDUK.
"i iiilMilliPill
JACK HAWKINS
Jack Hawkins gaat een bijzonder
drukke tijd tegemoet.
Maar men behoeft geen medelij
den met hem te hebben. Hij heeft
het allemaal zelf gewild. Alleen,
dat het zich opeens zo zou op
stapelen, dat had hij niet ver
wacht. En nu groeit het hem
boven het hoofd,
een beetje boven het hoofd.
De Britse groep werd gevormd door
Jack Hawkins en Richard Attenbo-
rough, twee zeer populaire acteurs. Bij
duo sloten zich aan de scenario
schrijver Bryan Fortos, het producer
regisseur-team Michael Relph en Ba-
Dearden en tenslotte de camera
man Guy Green.
In dit groepje zijn dus alle talenten
verenigd nodig voor het maken van
een film. En de garanties voor een
goede film.
Rankidrecteur, John Davis, heeft fi
nanciële 6teun beloofd en de groep
volledige vrijheid van handelen gege
ven. Het is mede op deze manier, dat
hij en zijn mensen hopen een deel van
de filmmarkt te kunnen behouden
voor Engeland.
Het was tijdens de opnamen van
„The league of gentlemen" de eer
steling dus van Allied Film Makers
dat Jack Hawkins een brief ontving
van zijn elfjarige zoon Nicolas, die op
kostschool is.
„Na het gebruikelijke: „Zend post
zegels a-ub." en „Ik kom erg moeilijk
uit met mijn zakgeld" kwam er een
zin, die mij erg verraste", vertelde
Jack. „Er stond: „Ik heb de leiding bij
een stuk. dat ik geschreven heb en
waarin ik met een kussen rond mijn
middel de hoofdrol speel".
„Nicolas heeft nooit enige neiging
in die richting getoond. Maar het geeft
te denken, niet?", mijmerde Jack
Hawkins.
En dan te denken, dat Hawkins sr.
naast acteren ook gaat regisseren en
produceren! Inderdaad, de gedachten
gaan dan uit naar de appel en de
boom.
EDDY ROCKT
Hy ziet er uit als een jongere uit
gave van Marlon Brando. Lang, slank,
blond en blauwe ogen. Een van de
laatste troetelkindjes van de Ameri
kaanse „showbusiness", deze Eddy
Cochran.
Vele teenagers hebben hem hoog
staan op hun favorietenlijst en in de
jazzblaadjes wordt hij met dikke vol
zinnen hogelyk geroemd.
Ja, Eddy behoeft na „die zes weken"
zich voorlopig geen zorgen meer te
maken. Hij heeft de wind in de zeilen
en met zyn stemgeluid schraapt hij
vele dollars bij elkaar.
Die zes weken
Toen lag hij in het ziekenhuis.
Samen met zijn oudere broer was
Eddv op jacht geweest naar ratten. Die
maakten de buurt van zijn ouderlijke
woning onveilig. Vooral de kippen
moesten het ontgelden. En die ge
bruikten de Cochrans liever voor eigen
consumptie. Maar broerlief stond nog
al raar te schutteren met zijn automa
tische pistool en Eddy moest met een
diepe schotwond in het been naar het
ziekenhuis. De jongen verveelde zich
hartgrondig en zijn ouders mochten
hem zijn gelfefde gitaar brengen. Ed
dy zong wat en het sprookje be
gon.
Enthousiaste verpleegsters: „Een
tweede Elvis Presley".
En zo ging de sneeuwbal aan het
rollen. Spoedig werd de jonge Eddy
stevig omarmd door radio en televisie
en de grammofoonplatenmaatschappy-
en konden niet voldoende watten aan
slepen om hem in te leggen. Hy „deed"
het immers by de jeugd.
De paardestaarten en spijkerbroeken
in Amerika worden lyrisch als ze over
hem beginnen.
Eddy zou anders zyn, hij zou menen
wat hij zingt, hy is apart, zijn luid
ruchtige rock is echt, fris, jongens
achtig en ga maar door. De rockende
jeugd heeft 'n nieuw idool. En dat idool
zich maar koesteren in die sympathie.
Wilt u wat meer weten? Hobbies: vis
sen, jagen (behalve op ratten!), auto
reden en mooie kleren. Z'n garderobe
puilt uit van de „werkkleding": 65
sweaters, 200 dassen en 23 spijkerbroe
ken (in alle mogelyke en nog meer
onmogelyke kleuren). En de filmindus
trie doet ijverig haar best van dit
rockboompje zo snel mogelyk wat
opzij tegen de leuning van haar stoel
hangt te bengelen is van Japanse
oorsprong. Tenminste, het idee voor
de reconstructie kwam uit het land
van de Rijzende Zon. Maar de camera
zelf werd in Amerika vervaardigd.
Het kost zo'n slordige tweeduizend
gulden. Voor de liefhebbers nog en
kele bijzonderheden: het is een een
ogige spiegelreflex-camera in Rolleir
formaat.
En dan hebben we het nog niet ge
had over het kleinbeeldcameraatje,
dat ze in haar lange, slanke handen
houdt. Het zal vermoedelijk niet veel
goedkoper zijn, Ja, men kan wel
zeggen, dat Sophia het flink heeft
aangepakt. Maar het moet gezegd,
ze heeft er wel plezier van gehad
tijdens de opnamen voor de film
„That kind of woman".
Deze rolprent werd opgenomen in
New York .En het was voor de eerste
maal in haar witte-doekcamère (27
films, waarvan 7 in Amerika), dat
Sophia voor camera's stond, die in
New York stonden opgesteld. Dat was
geen toevalligheid. De dynamische
wereldstad speelt een grote rol in het
verhaal, dat onder leiding van regis
seur Sidney Lumet tot een film ge
maakt werd.