Ontstellende conclusies censuur- commissie voor Ned. Nieuw-Guinea WEERBERICHT Honderden brieven werden onrechtmatig geopend Nevelgordijn werd aangetroffen Héél erö Betrekkingen China - Indonesië thans op dieptepunt gekomen NEDERLANDS PLEIDOOI VOOR „COMMISSIE VAN CONTACT" Opgericht 1 maart 1860 WOENSDAG 16 DECEMBER 1959 No. 29926 LEIDSCH DAGBLAD DirecteurE. A. E. van Dlshoeck HoofdredacteurJ. Brouwer DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN 17.50 per kwartaal; 12.55 per maand; f 0.59 per week Witte Singel 1, Lelden - Giro no. 57055 Telefoon Directie en Administratie: 25041; Redactie: 21507 Onwettige gang van zaken Het rapport over de censuur in Ned. Nieuw- Guinea is gistermiddag aan de minister en de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken aange boden door de voorzitter jhr. mr. G. Witsen Elias in aanwezigheid van de andere leden van de commissie van onderzoek. Daarin wordt tot ont steltenis van de commissie geconstateerd, dat honderden en honderden brieven onrechtmatig zijn geopend, van en voor onverdachte Euro peanen, van wie niemand de subversiviteit kon aannemen. Dit alles geschiedde in hoofdzaak door en onder leiding van het Openbaar Ministerie. Ook was hierbij ten nauwste een aantal bestuurs ambtenaren betrokken. De commissie constateert echter, dat vast is komen te staan, dat de huidige gouverneur op geen enkele wijze bij deze onrechtmatige opening betrokken was of daar kennis van droeg. Een misverstand wordt echter recht gezet, na melijk dat er verontwaardiging bestond, dat er in Ned. Nieuw-Guinea censuur werd toegepast. Deze In Ned. Nieuw-Guinea heeft de commissie soms een nevelgordijn aangetroffen. Het was inderdaad niet altijd makkelijk, om achter de waarheid te komen. Zo was de commissie gebleken dat in een periode in 1957 onwettige censuur is toe gepast. De commissie heeft de waarheid alleen kunnen vinden langs de weg van analyse en deductie. Na haar onderzoek in Ned. Nieuw-Guinea heeft de com missie in Den Haag haar werkzaamheden voortgezet; toen is haar nog meer materiaal in handen gekomen. In het juridisch laboratorium van het ministerie van Justitie is dit materiaal onderzocht en 14 dagen geleden is het laboratorium- rapport ontvangen. Voor de commissie was het overigens een groter voldoening dat dit laboratorium-rapport de commissie zekerheid heeft gegeven over punten, waarvan zij aanvankelijk slechts de waarschünlijkheid aannam. Publieke zaak? De commissie is in haar verschillende conclusies en aanbevelingen steeds una niem geweest. Een minderheidsnota wordt in het rapport niet aangetroffen. Thans is de taak van de commissie ge ëindigd en begint die van de regering. Uit het rapport blijkt dat o.m. behan deld zijn zaken, die 's lands veiligheid raken. Deze zouden zeker niet publiek EEN zorgvuldig gehandhaafd en gewaarborgd briefgeheim is één van de meest waardevolle wezensken merken van een democratische samen leving. In het algemeen zal men censuur dan ook alleen aantreffen in landen, waar èf de democratische beginselen niet in tel zijn óf waar de veiligheid van de staat controle op de briefwisseling, in het bijzonder in het internationale postverkeer, wenselijk of noodzakelijk maakt. Met name zal dit laatste het geval zijn in tijden van oorlog of binnen landse revolutie of bij dreiging daartoe in de vorm van subversieve acties, welke dus gericht zijn op verstoring van de bestaande openbare orde. Waar de kwestie West-Irian voor de Indonesische regering sinds jaar en dag het kernpunt uitmaakt van haar poli tieke activiteit en propaganda, is het volkomen begrijpelijk, dat in Nederlands Nieuw-Guinea postcensuur werd uitge oefend. Men kan er zich zelfs over ver wonderen, dat men eerst in 1956 tot deze maatregel overging. Is postcensuur opzichzelf dus een volmaakt legaal verschijnsel, de Grond wet bepaalt nadrukkelijk, dat brieven slechts mogen worden geopend met toe stemming van de onafhankelijke rechter. De ontstellende conclusie van de commissie, welke onder voorzitterschap van jhr. mr. G. Witsen Elias een onder zoek heeft ingesteld naar de censuur in Nieuw-Guinea, is evenwel, dat die toe stemming heeft ontbroken, en dat vele honderden brieven onrechtmatig zijn geopend door en onder leiding van het Openbaar Ministerie met medewerking van diverse hooggeplaatste bestuurs ambtenaren. Dat is inderdaad héél erg. HOEWEL de inhoud van het rapport nog niet is bekend gemaakt (en om redenen van staatsveiligheid misschien ook wel niet bekend gemaakt zal worden, althans niet in zijn geheel) en dus nadere bijzonderheden op dit ogenblik ontbreken, kan uit de toe spraak, waarmede mi'. Witsen Elias het lijvige dossier aan de minister van Bin nenlandse Zaken heeft aangeboden, voldoende worden afgeleid, dat het hier een zéér ernstige en omvangrijke schen ding van het briefgeheim betreft. Er blijken talloze brieven te zijn geopend, verzonden door en/of geadres seerd aan personen en instanties, die boven elke vorm van verdenking staan van subversieve actie en die aldus hebben bloot gestaan aan een onbeschei den en onrechtmatige controle op hun zakelijke en persoonlijke correspondentie. Dit klemt temeer in een kleine Europese gemeenschap, waar de onderlinge ver houdingen en verbindingen van nature toch al veel meer kwetsbaar zijn dan in een groter verband, waar men minder op elkaar is aangewezen en minder van elkaar afhankelijk is. Juist in een dergelijke samenleving kan de kennis neming van feiten door personen voor wie deze mededelingen niet bestemd zijn. heel gemakkelijk leiden tot verstoring van de noodzakelijke harmonie en samenwerking en zelf van het evenwicht in de dagelijkse omgang. Wa>t hier ge beurd is, achten wy héél erg. Zó erg, dat wij ernstig hopen, dat de onthulling van deze feiten zal leiden tot zodanige maatregelen, dat dergelijke excessen voor nu en altijd onmogelijk worden gemaakt en dat de voornaamste moeten worden. De vraag of wél publiek moeten worden gemaakt de namen van alle personen, die met deze onwettige censuur direct of indirect te maken heb ben is moeilijk. Inderdaad worden na men genoemd van personen die hierbij slechts in kleine mate betrokken zijn en op hen zou wellicht later een niet ge heel verdiende smaad blijven kleven. Aan de andere kant is de commissie ge bleken, dat zowel in Ned. Nieuw-Guinea als in Nederland veel gerucht over deze zaak is ontstaan en dat de geruchten vaak in stryd met de waarheid waren. Zou slechts een zeer summier rapport gepubliceerd worden dan zou het gerucht niet uitsterven. Kleine groep ernstig schuldig De voorzitter sprak tenslotte de hoop uit dat het rapport niet het gevolg zal hebben dat een blaam wordt geworpen op het gehele bestuur van Ned. Nieuw- Guinea. Weliswaar is een kleine groep van mensen ernstig schuldig gebleken, onder wie personen met grote verant woordelijkheid, maar hiertegenover staat dat deze blaam zeker niet het gehele ambtenarenkorps treft, dat, zoals de commissie is gebleken, onder vaak moei lijke omstandigheden, hard werkt voor het welzyn van land en volk. Ministeriële waardering De minister van Binnenlandse Zaken mr. E. H. Toxopeus herinnerde na de aanbieding van het rapport aan de aan leiding die de regering heeft doen be sluiten deze commissie van onderzoek in te stellen. De regering had geen behoef te aan een commissie die recherchewerk ging doen, maar aan iets geheel anders, zei hij. Wij kregen hier te maken met kwes ties van strafrecht, staatsrecht, be stuursbeleid en wij hadden nodig man- censuur is geheel legaal: immers, er zijn verschil lende ordonnanties, krachtens welke censuur mo gelijk is. De voornaamste daarvan is de Diensten Toe- zichten Ordonnantie (DTO). Deze stamt uit Ned. Indië en regelde het toezicht op het postaal ver keer middels censuur, maar bepaalde tevens dat geen brieven geopend mochten worden zonder toestemming van de Landrechter. Zulks in over eenstemming met de Grondwet, die de aantasting van het grondrecht van het briefgeheim slechts toestaat na toestemming van de onafhankelijke rechter. Deze ordonnantie is in Ned. Nieuw- Guinea toegepast in 1956. Aanvankelijk waren de overtredingen van deze voorschriften niet groot, doch de commissie heeft, gelijk hierboven reeds vermeld, tot haar ontsteltenis geconstateerd, dat na de invoering van de DTO honderden en hon derden brieven onrechtmatig zijn geopend, n.l. zonder dat die toestemming was gevraagd. nen die op deze terreinen thuis zyn. De minister sprak er zijn waardering over uit dat alle aangezochte commissieleden bereid waren de taak te aanvaarden, een taak met bepaald minder aangename as pecten op verschillend gebied. De minister sprak er voorts zijn vol doening over uit dat de commissie er in geslaagd is haar omvangrijke arbeid in zo korte tijd en zo grondig te verrichten. De regering zal nu het rapport in be raad nemen. Mochten zich daarbij nog vragen voordoen dan zal zij het op gro te prijs stellen wanneer de commissie leden zich beschikbaar stellen hierover nog met haar van gedachten to wisse len, aldus minister Toxopeus. De voor zitter van de commissie antwoordde dat de commissie daartoe gaarne bereid is. Kamer wordt ingelicht Nader wordt ons medegedeeld dat de regering voornemens is zodra zij van De commissie van onderzoek naar de postcensuur op Nieuw- Guinea heeft gisteren het rapport de inhoud van het rapport kennis heeft genomen onverwijld, overeenkomstig haar toezegging by monde van minister Korthals in antwoord op een desbetref fende vraag van het Tweede Kamerlid, de heer De Graaf, de Kamer omtrent de resultaten van het onderzoek in te lich ten. Tevens zal zij zich, indien de inhoud van het rapport daartoe aanleiding mocht geven, tezamen met de gouver neur van Ned. Nieuw-Guinea, die zich voor besprekingen in Nederland bevindt, bezinnen over eventuele executieve maatregelen alsmede over de wijze om de mogelijkheid van herhaling in de toe komst van onwettige postcensuur in Nieuw-Guinea doeltreffend te voorko men. Het rapport is niet minder omvangrijk dan een telefoonboek van een grote ge meente. Met de bijlagen telt het circa 800 pagina's, het rapport zelf beslaat ruim 100 bladzijden. 76 personen werden gehoord. Er is geen bewering gedaan, noch enige stelling ingenomen, zonder de motieven op te geven met verwijzing naar de processen-verbaal. Eerst de Nederlanders, nu de Chinezen Het Indonesische leger heeft thans bij decreet bepaald dat het verboden is „vreemdelingen die illegaal Djakarta zijn binnengekomen.verborgen te houden of te beschermen". Overtredingen kunnen met drie jaar gevangenis worden bestraft. Het leger vreest dat de Chinese kleinhandelaren die uit de provincie worden verdreven zullen trachten zich illegaal in Djakarta te vestigen, Formeel is het slechts „vreemdelingen" verboden in de provincie kleinhandel te drijven. Maar in de praktijk treft het verbod honderdduizenden Chinezen. De betrekkingen tussen China en Indonesië hebben door het optreden van Djakarta een dieptepunt bereikt. China is thans de „expansionistische" en „imperialistische mogendheid". Overigens hebben de felle nota's van China aan Indonesië zeker drie jaar communistische propaganda te niet gedaan. Waarnemers in Djakarta geloven dat de maatregelen van de Indonesische re gering tegen de nationalistische Chine zen, vorig jaar, een gevolg waren van communistische propaganda. De „Times of Indonesia" schreef dat de Chinese nota „een aanmatigend en arrogant leugenstuk" is. De regeringsge zinde „Berita Indonesia" betoogt dat Ch\na thans haar ware gelaat toont. Volgens „Merdeka" heeft president Soekarno zich vergist toen hij dacht dat „communistisch Chinees kapitaal nuttig kon zijn bij de wederopbouw van Indo nesië". De toneelspeler Jan Musch, die begin november na een hartaanval in het St. Jansziekenhuis te Laren vorden gemaakt en dat de voornaamste nnnu>„ ht>e>h de?e in- ♦chuldigen streng zullen worden gestraft, werd opgenomen, hee[t ae±e richting gisteren verlaten. De 83- jarige toneelspeler wordt door zijn verpleegsters uitgeleide gedaan Bezoek Tsjen Ji afgelast In kringen van het ministerie van Buitenlandse Zaken liet men doorsche meren dat het bezoek van minister van Buitenlandse Zaken Tsjen Ji van com munistisch China aan Indonesië, blijk baar is afgelast. Dit bezoek stond voor het eind van dit jaar op het program. Men verklaarde dat Tsjen er vermoe delijk niets voor voelt deze problemen onder ogen te zien: 1. Hij is bang de Chinezen in Indone sië onder ogen te komen, speciaal wan neer hij een toegeeflijke houding aan neemt jegens Indonesië, wat betreft het bevel dat de buitenlandse winkeliers daar van het platteland moeten ver dwijnen. 2. Hij is bang voor Indonesische de monstraties. Imperialisme In officiële kringen heerst grote onte vredenheid over de Chinese communis ten, na de recente uitwisseling van scherpe protestnota's inzake de status van buitenlandse handelaars. Een zegsman merkte op: „We bekij ken communistisch China thans precies zoals we dat iedere andere imperialisti sche mogendheid doen. Van nu af aan zullen onze betrekkingen met Peking zeer voorzichtig en zorgvuldig zijn. Wij weten dat de expansionistische wensen van communistisch China niet alleen hier, maar ook in de gehele wereld wor den gevoeld". Toen gevraagd werd waarom Indone sië zich dit gevaar niet eerder bewust was geweest, antwoordde de zegsman: „Tot dusverre hebben we onze handen vol gehad met de Nederlanders, maar nu beginnen we met de Chinezen". Anti-Indonesische demonstraties Volgens de mededeling van radio- Peking zijn in de grote Chinese ste den protestvergaderingen gehouden tegen de door de autoriteiten in In donesië jegens de Chinrvcn aldaar genomen maatregelen. Er werden daarbij resoluties aangenomen waar in van de Indonesische regering wordt geëist, dat zy de rechten en belangen van deze Chinezen zal ontzien. Volgens de Chinese radio publiceerden de kranten te Peking van deze demon straties lange verslagen. Het „Volks dagblad" bevatte een artikel van de on dervoorzitter van de Vereniging voor Chinees-Indonesische vriendschap. Hu over deze zaak aangeboden aan de regering. Jhr. mr. G. Witsen Elias (rechts), de voorzitter van de com missie, biedt het rapport aan mi* nister mr. E. H. Toxopeus van Bin nenlandse Zaken aan. NAVO-OVERLEG IN PARIJS Atlantische ministers wierpen gisteren in hun redevoeringen olie op de golven (Van onze Parijse correspondent) De eerste dag van de jaarlijkse ministersconferentie der vijftien Atlantische landen heeft gisteren in Parijs een rustig verloop gehad. Na de rel met de Fransen die de Amerikaanse generaal Nathan Twining vrijdag j.l. ontketende schenen alle ministers die gisteren, met uitzondering van de IJslandse delegatieleider, aan het woord zijn geweest het er vooral wel op gezet te hebben hun eensgezindheid zo nadrukkelijk mogelijk te onderstrepen. Afgezien van enkele onbelang rijke nuances werd dus door iedereen de ontspanning met vreugde begroet om die vreugde vervolgens onmiddellijk weer af te dempen met de waarschuwing de plichten en lasten der verdediging van de Westelijke veiligheid en vrijheid vooral toch niet te verwaarlozen! geweldig dat alle landen, groot en klein, er in zouden moeten delen. In aansluiting op deze gedachten- gang formuleerde de Nederlandse staatssecretaris de wenselijkheid van een speciale commissie uit de permanente NAVO-raad die het blijvende contact over de voorbe sprekingen en het verloop van de aanstaande topconferentie met de overige Atlantische landen zou moeten onderhouden. Dr. Van Houten onthulde in een on derhoud, dat hij na de zitting met Ne derlandse journalisten had, dat vóór het topberaad een NAVO-conferentie, ver moedelijk eveneens op ministerieel niveau zou worden belegd. Geen Russische concessies De Nederlandse delegatieleider toonde zich intussen maar tamelijk sceptisch over de oprechtheid van de Russische vredesverlangens, die hij in elk geval aan een ernstige proef op de som zou willen onderwerpen. De Russen hebben zelfs nog geen begin van een werkelijke concessie gedaan, zo meende hy vast te kunnen stellen. Niettemin achtte dr. Van Houten, zoals alle andere woord voerders de ontspanning in de interna tionale verhouding toch een ontegen zeglijk feit. Vandaag hebben ook de ministers van Defensie hun militaire duit in het Atlantische zakje mogen werpen en morgen zullen de voorlopige conclusies uit deze eerste fase van het Westelyke overleg getrokken kunnen worden. Na de besprekingen van zaterdag tot en met maandag tussen de grote Westelijke Vier Amerika, Engeland. Frankrijk en West-Duitsland waarbij het hoofd accent op het duet Eisenhower-De Gaulle zal vallen, zullen de vijftien ministers volgende week dinsdag de ba lans van de Atlantische of Westerse bedoelingen, verlangens en vooral onge rustheden voor dit moment met het oog op de ontmoeting met premier Kroesj- tsjef op mogen maken. Tieii-jarenplaii van minister Herter Nadat Frankrijks premier, Michel Debré, in zyn inleidende toespraak des morgens had opgemerkt dat de Atlan tische alliantie zich ontwikkelen en ver jongen moet, hoorde men de minister van Buitenlandse Zaken der Verenigde Staten, Herter, de verzekering geven, dat zijn regering in geen enkel opzicht over woog de Amerikaanse troepen uit Europa terug te trekken. Herter maakte zelfs een toespeling op een tienjarenplan, dat overigens nog niet heel duidelijk uit de grondverf is gekomen. Hij durfde zich slechts iets dichter bij het brandende knelpunt in de discussie met Frankrijk te begeven toen hy opmerkte dat Ame rika naast zijn plichten jegens Europa toch ook de Atlantische beginselen van militaire integratie trouw wenste te blyven. Het antwoord op deze opmerking viel niet in het nieuwe NAVO-paleis, maar in het Elysée. Bij een ontvangst van Franse partijleiders herhaalde generaal De Gaulle namelijk, dat hij van over tuiging bleef, dat een land alleen als een nationale eenheid doelmatig kan worden verdedigd. De twee grote we reldoorlogen van deze eeuw, zo luidde de presidentiële illustratie van dit beginsel, zijn beide op deze grondslag door de geallieerden gewonnen. Een constatering waarby men misschien alleen de vraag zou willen stellen of die oorlogen niet veel eerder gewonnen zouden zijn zo niet vermeden hadden kunnen worden, in dien een geallieerd en geïntegreerd leger al veel eerder zou zyn opgericht! Scherpzinnig pleidooi van staatssecretaris v. Houten Het essentiële strijdpunt is dus zeker niet beslist. Met vereende krachten werd gisteren alleen gepoogd de aandacht te richten op positieve aspecten van de Atlantische samenwerking. In dat ver band heeft de Nederlandse staatssecre taris van Buitenlandse Zaken, dr. H. R. van Houten, die de ziek geworden mi nister Luns verving, een rustig en scherpzinnig pleidooi gegeven voor een effectieve solidariteit, die zich nu vooral ook bij de voorbereiding van en tijdens de aanstaande topconferentie Oost- West zou moeten openbaren. De verantwoordelijkheid en de draagwijdte van de stap, die de grote Westelijke mogendheden misschien zullen moeten nemen is. zo betoogde dr. Van Houten, zo Yu Tsjin, waarin deze zegt dat het de „reactionairen" in Indonesië zijn, die de vriendschap tussen beide landen te genwerken. Hy zegt: „Deze kwestie reikt ver der dan de belangen van de honderd duizenden Chinese handelaren in den vreemde, zy raakt de volken van de twee landen, de vrede in Azië en in de wereld". Nevelig De Bilt verwacht van heden- tot mor genavond: Zwaar bewolkt met plaatselijk mist of motregen, later ook enkele opkla ringen. overwegend matige zuldelyice wind. Vannacht temperaturen om het vriespunt. Morgen overdag ongeveer dezelfde temperaturen als vandaag. (Opgemaakt te 11.15 uur). 17 DECEMBER Zon op: 8.43 uur; onder: 16.29 uur: Maan op: 19.03 uur; onder: 9.51 uur Hoogwater te Katwyk te 4.35 en 16 44 uur. Laagwater te 020 en 12.39 uur. Dit Blad bestaat uit oagina's

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 1