£sso Optimistische welvaartsprognoses oor groei wetenschap en techniek iaar voor inflatie onderkend TOCH PROCES TEGEN KILB Jonge bluffers, met hun juffers achter op de twee-takt tuffers; Buren achter dure sturen die een week-end wagen huren; Eclatante circusklanten; Ooms en tantes met verwanten - allen roepen blij en luid: met Esso bent u beter uit! Export van vis en visprodukten levensbelang voor Denemarken Leidse Professoren - wijk had deze week prettige j-eestavovid.. iUt.Mi ddevistawds - bond bad het over verkoopgesprekken.. de Ver. voor Expenimw teel Radio Onderzoek was h'tXeev) o de Ver.van huisvrou wen zag wintersport film (mefsbow na IC uiQegsiqeest werden .gewichtige" ptannen besproken o. ze Vtebbe n weer Wééi wat te doorstaan de rericht 1 maart 1S60 Zaterdag 14 november 1959 Vijfde blad no. 29899 Voor de komende 100 jaren....? itte doen ter bevordering besparingen? (Van onze financiële medewerker) is waarlijk geen wonder dat de koersstijging op de Amsterdamse aandelen- korte onderbrekingen telkens wordt hervat, want wat er over de mdse conjunctuur, trouwens over die van geheel Europa, gezegd en geschre- ,rdt. moet tot optimisme stemmen. Men behoeft hier niet eens te denken uitlatingen van prof. J. Wemelsfelder bij de aanvaarding van het ambt logleraar aan de Technische Hogeschool te Eindhoven, die ons een eeuw ijenoeg onafgebroken welvaart voorspelt op grond van de snelle vorderin- b wetenschap en techniek. Maar ook een figuur als de minister van Econo- Zaken, de heer De Pous, heeft in de Tweede Kamer een gedocumenteerde juing over de Nederlandse economie ten beste gegeven, die ons nationale rt trots moet vervullen. left namelijk als zijn mening uit- a dat de gunstige ontwikkeling internationale conjunctuur zich naaste toekomst zal voortzetten ons land daarin een belangrijk zal hebben. e dustriele produktie hier te lande et een stijging van ca. 7% gedu- ]e eerste maanden van dit jaar nnachtig verloop gehad en dat zij constant is gebleven, wordt door ister meer als een adempauze, dan keerpunt in de ontwikkeling ge- gevolg van de stijgende con- in andere landen, zal de Ne- jse export verder kunnen toe- hetgeen tot grotere industriële ingen zal leiden. Voor 1959 wordt •eming van ca. 7%% verwacht, ae lijn zich voortzet, moet voor lening worden gehouden met een istijging van het volume der par iinvesteringen in vaste activa in i een bedrag van f 1100 miljoen, van grootte van omstreeks 14%, ïrtijd zullen uiteraard ook de :ere bestedingen toenemen, voor ft ca. 4V2%, voor 1960 met 6%, voor laatstgenoemd jaar met niet dan f 1700 miljoen. bekend moet er, om een nieuwe ie in de ontwikkeling van het Kh leven te voorkomen, een glo- snwicht zijn tussen de bestedin- ■jt beschikbare middelen en het is geruststellend van de minister te a dat hierop voor het lopende g worden gerekend, zodat het sbalanssaldo ditmaal niet noe- ird van dat voor 1958 zal af- ongetwijfeld een verheugende iar de minister is nuchter ge- ons hiermee niet op de wolken vandelen. Ivikkelingsrichting van de Ne- i economie wijst er namelijk op, hij, dat de bestedingen thans neiging hebben iets sneller te in de middelen, een proces, dat I960 nog zal versterken. Hierbij iken aan de invloed van een ver- trbetering van lonen en salaris- andere arbeidsvoorwaarden en gelijk boven gezegd, de beste lnet ca. f 1700 miljoen zullen jjen, zal het voordelig saldo van ingsbalans in 1960 vermoedelijk tr dan ca. f600 miljoen bedra- I voor onze volkshuishouding als ilmum moet worden beschouwd. dus duidelijk dat, naarmate de Buur zich in opgaande lijn ont- ook het gevaar voor overbeste- lnflatie toeneemt. Men kan zich a over verheugen dat dit gevaar Nederlandse regering trouwens die van andere landen, wordt cd en dat krachtige pogingen gedaan om het te keren. Men in de V.S., zowel als in West- id, waar de regering door con- tvan vlottende schuld en de uit- o nieuwe staatsleningen de geld- iaalmarkt tracht te binden. En onzent blijft men er op bedacht tnwicht tussen een stijging van tie en produktiviteit enerzijds en irtlculiere bestedingen en inves- anderzijds zoveel mogelijk te heeste economen zijn van oordeel gevaar voor een nieuwe depres- ir schuilt in een te snelle toe fin de particuliere bestedingen die van de industriële investerin- de nota van de Nederlandse re- welke deze week over de bevor- ran de bezitvormlng is versche idt erop dat ook zy vooreerst een van de particuliere besedingen acht. bar dat middelen worden over- om de besparingen bU de bevol- doen toenemen, hetgeen men bereiken door daaraan premies de faciliteiten te verbinden, de Jeugdspaarwet, de in voorbe- ÓJnde Premiespaarregeling rijks- uen en het te wijzigen wetsont- l vrijstelling van sociale en fis ten van werkgeversbijdragen in urfondsen, is daarmee reeds een («naakt. Thans wordt gedacht 3 belastingvrije premie van 20% dingen van meerderjarigen tot tag van ten hoogste f 400 per en per jaar over spaarbedragen, 'Jaar zullen uitstaan op een bij- spaarrekening, de belegging ge- 1 die tijd in effecten en even- t aankoop of schuldaflossing van w huis. tou al een grote nurks moeten 'men geen waardering had voor «en van de regering om de be- tot bezitsvorming te prikkelen, «en omdat daardoor zelfstandig- 1 verantwoordelijkheidsbesef wor- «orderd, maar ook de mogeiyk- voor het contimueren van de taart in het algemeen worden waar is en hieraan behoeft 1 te worden getwijfeld dat deze taart in de eerste plaats afhan- van nieuwe investeringen en Ijende produktie, zullen de be ta niet bij de stijging van het W inkomen mogen ten achter eerder nog in wat sterkere mate 'toenemen. Het „streefcijfer" van 'oog altijd niet ten volle bereikt ttchte daling van het spaarover- 'tl de spaarbanken in september "waarschuwing zijn dat het ge- ta" een te grote bestedingsdrang bevolking thans niet denkbeel- betekenen, een budgetaire last van f45 f 65 miljoen per jaar en hier is dus geen sprake meer van bezitsvorming, maar van bezitsspreiding, want wat de Staat aan de één geeft, moet hij van de ander nemen. Waarover de regering het thans nog niet eens is, maar wat heel wat sympa thieker, meer rationeel en veel eenvou diger zou zijn, dat is de vrijstelling van inkomstenbelasting voor Inkomsten uit bezit tot een zeker bedrag (genoemd is een bedrag van f 300) voor de gehele be volking, waardoor ongetwijfeld de spaar zin in sterke mate zou worden bevor derd. Het is immers wel zeker dat de zware belastingdruk op inkomen en ver mogen, waaronder wij nu al jaren ge bukt gaan en die zwaarder is dan in veie andere landen, tot een zekere roe keloosheid ten aanzien van de particu liere bestedingen leidt en belastingvrije besparingen binnen zekere grenzen zou den dit euvel in vele gevallen kunnen doen verdwijnen. In nog veel sterkere mate echter wor den de nationale besparingen, direct en indirect, belemmerd door de waardever mindering van het geld, welke tot dus ver van jaar tot jaar voortgaat en waar aan, naar veler mening, vooreerst ook nog geen einde zal komen. Wat geeft een premie van 4% per jaar op de be sparingen, als de koopkracht van het geld in die tijd met weinig minder daalt? Mr. G. F. Brantsma, directeur van de Spaarbank voor de Stad Amsterdam is daarom zo bijzonder verheugd, dat de Openbaar ministerie plan deze zaak „Corruptieve laksheid" (Van onze correspondent in Bonn) Het openbaar ministerie in Bonn heeft bekendgemaakt, dat het zich niet xou neerleggen bij het besluit regering zulk een groot belang hecht aan de waardevastheid van het geld en terecht want wij zijn ervan overtuigd dat, zo er op dit punt grotere waarbor gen zouden kunnen worden geschapen, de spaarzin van de Nederlandse bevol king niet met allerlei ingewikkelde en omslachtige methoden zou behoeven te worden geprikkeld. Hier ligt voor de regering de allervoor naamste taak. Naarmate zU erin slaagt met de normale middelen de waarde vastheid van het geld te bevorderen, zul len ook de besparingen toenemen en zullen voor de waardering van obligaties en aandelen op de effectenbeurs weer klassieke normen kunnen worden aan gelegd. Want dat deze thans ontbreken, is uit het recente koersverloop maar al te dui delijk. Advertentie (Van een speciale medewerker) In onze editie van 17 oktober j.l., gaven wij U een artikel over Esbjerg als de voornaamste vissershaven van Denemarken. Thans willen wij de verschillende aspecten van de visserij in Denemarken eens belichten. Sinds 1950 is een stijgende tendens te bespeuren zowel in de aan voer van vis als in de geldelijke opbrengst. Ieder jaar is er een toe name te zien. In 1957 bedroeg de totale aanvoer van vis en schaal dieren 526 miljoen kilo voor een waarde van 291 miljoen Deense kronen (1 D. kroon rr f0.55). Voor 1956 waren deze cijfers 456 miljoen kg. voor 265 miljoen kr. en in 1955: 418 miljoen kg. met een opbrengst van 252 miljoen D. kronen. Zowel wat de afname in het binnenland als wat de afzet naar het buitenland betreft heeft de stijging zich voortgezet. In 1956 was de export in zijn geheel 161 kg. voor een waarde van 300 miljoen Deense kronen. In 1956 waren er 12.402 vaste vis sers werkzaam, d.w.z. die het gehele jaar in de visserij werkzaam waren, be nevens 4659 tijdelijke vissers. In totaal waren dit 17.061 man. Hieronder geven wij U een overzicht van de vloot gedurende de jaren 1956 en 1955: Schepen groter dan 15 ton voorzien van motor: 1368 in 1956, 1347 in 1955. Schepen van 5—15 ton voorzien van motor: 2199 in 1956, 2231 in 1955. Sche pen kleiner dan 5 ton voorzien van motor: 4221 in 1956, 4230 in 1955. Sche pen kleiner dan 5 ton niet voorzien van motor: 6044 in 1956 6079 in 1955. Uit bovenstaande ziet men, dat er een toename is van 21 vaartuigen groter dan 15 ton en een teruggang van 35 in de categorie onder de 5 ton. Dit zijn hoofdzakelijk roeiboten. GROOT ASSORTIMENT Voor het aanschaffen van het vistuig werd in 1956 78 miljoen D. Kr. uitge geven. Daar de Deense vissers zowel in de openzee als in de nauwe zeegaten vissen, is er een groot assortiment aan vistuig. Als wij de aanvoeren nader gaan be zien, dan blijkt dat de hoof daan voer bestaat uit haring en sprot met een hoeveelheid van ongeveer 240 miljoen kg. In 1956 was dit cijfer 188 miljoen kg. De opbrengst van de haring is ongeveer 60 miljoen D. Kr. Als aanvoerprodukt komt kabeljauw op de tweede plaats met 55 miljoen kg. voor een waarde van 32 miljoen D. Kr. Dan komt de schol met een aanvoer van 30 miljoen kg. en een opbrengst van 60 miljoen D. Kr. Ma kreel is ook een belangrijke vissoort in de aanvoer. De prijzen van makreel en kabeljauw lagen boven die van 1956. Deze aanvoeren van vis vinden hun weg naar het binnenland, naar de con- servenfabrieken, de export en niet te vergeten de vismeelfabrieken. Het binnenlands verbruik was in 1955 14,4 kg en in 1956 bedroeg dit 12 kg per hoofd. We zien hierin dus een daling van de consumptie van vis van 17% VEEL CONSERVEN De visverwerkende industrie kan heel wat vis gebruiken. In 1955 was dit kwantum 68 miljoen kg, n 1956 61,6 mil joen kg. Verschillende vissoorten wor den verwerkt tot filets, terwijl haring, sport en makreel hoofdzakelijk worden verwerkt in de conservenfabrieken. Ha ring en makreel worden ook gebruikt in de rokerijen voor de fabricage van ge rookte en gestoomde waar. De hoeveelheid vis, haring en makreel bedroeg in 1957 ongeveer 68 miljoen in Bonn is niet van te laten rusten van dc zevende strafkamer in de Westduitse hoofdstad, volgens het welk er geen proces-Kilb zal plaats vinden. Indien het gerechtshof te Keulen de bezwaren van het Bon ner openbaar ministerie aanvaardt, zal er toch een proces tegen Ade- nauers's voormalige assistent Kilb en de Daimler Benz directieleden Könecke en Stalin plaats vinden. De zevende Bonner strafkamer meen de vorige week dat er niet voldoende redenen waren om de heren Kilb, Kö necke en Stalin voor het gerecht te da gen. Er was volgens de strafkamer geen sprake van corruptie. Kilb zou, toen hij nog persoonlijk assistent van Adenauer was, van Daimler Benz auto's te leen hebben gekregen, niet in zijn functie van ambtenaar, maar volgens de strafkamer als lid van de CDU! De strafkamer ging niet uit van de verhouding Kilb-Ade- nauer als die tuasen een ambtenaar en de Bondskanselier, maar als die tussen een CDU-lid en de CDU-voorzitter. De kamer zag geen corruptie in de be weerde hulp van Kilb voor Daimler Benz bij een order uit Perzië voor 750 autobussen. Dit alles veroorzaakte veel deining in Bonn, waar men er vorige week over sprak dat de „groten" geen haar werd gekrenkt, maar „dat de klei nen moesten hangen". Van Zwitserse zyde heeft men ten deze zelfs gesproken van „corruptieve laksheid"! Anderen 6praken van meten met twee maten. De argwaan van het publiek had door een proces uit de wereld moeten worden ge holpen, zei een vierde groep tenslotte. Nu het openbaar ministerie te Bonn evenwel niet van plan is de zaak-Kilb te laten rusten, openen zich nieuwe mo gelijkheden om, zoals men hier zegt, het recht zijn loop te gunnen. Nog te meer daar dezer dagen de minister van Justi tie van Noordrijn-Westfalen. Flehing- haus, uitdrukkelijk iedere invloed op de beslissing van de Bonner officier van Justitie Drügh, die hier het laatste woord had, verontwaardigd van de hand wees. Het is nu mogelijk, dat wanneer het Keulse gerechtshof het besluit van Drügh accepteert, het proces-Kilb-Kö- necke-Stalin toch zal plaats vinden voor de zevende strafkamer te Bonn, of voor een andere strafkamer te Bonn, dan wel voor een kamer in een stad buiten Bonn. Tegenaanval van Kilb Inmiddels begint de zaak-Kilb nu een staartje te krijgen. Zo heeft Kilb zelf een klacht ingediend bij de president van de Bonner rechtbank tegen de rech ter van instructie Böckling. Deze zou in september 1958 het bevel tot inhechte nisneming van Kilb. die daarna enige maanden lang heeft gezeten, hebben goedgekeurd zonder dat hij zich voor af op de hoogte had gesteld van de inhoud van de akten betreffende het geval-Kilb. Waarom Kilb en zijn advo caat met deze klacht niet minder dan veertien maanden hebben gewacht, is een raadsel. Böckling zou destijds tegen Kilbs advocaat hebben gezegd: „Ik ken de stukken niet. Ik kom juist van va kantie, maar mijn assistent heeft mij de zaak uiteengezet. Het heeft geen zin te protesteren tegen de hechtenis: wie éénmaal verduisterd heeft, verduisterd altijd...." Böckling zou Kilb daarop uit het huis van bewaring bij zich hebben geroepen, waardoor de openbaarheid van de hech tenis op de hoogte is gekomen, hetgeen Kilb onjuist acht. Rij-opleiding politie te Rotterdam Als eerste stad in Nederland heeft Rotterdam een cursus voortgezette rij opleiding voor politiemannen in het leven geroepen. De eerste resultaten zijn zo goed. dat politiekorpsen van andere steden en ook de Rijkspolitie zeer grote belangstelling voor dit Rotterdamse initiatief hebben. Het ziet er dan ook naar uit, dat diverse gemeenten er toe over zullen gaan zo'n cursus in te stel len. De motorisering van de Rotterdam se politie is de laatste jaren in een hoog tempo doorgevoerd en het aantal voer tuigen wordt nog steeds uitgebreid. Op het ogenblik zijn er 131 auto's en 51 motoren in gebruik. 800 leden van het actieve deel van het korps zijn in het bezit van het rijbewijs. Bij de opleiding moeten zowel mannelijke als vrouwelijke aspiranten leren autorijden, zodat op den duur praktisch alle politiemannen en -vrouwen in het bezit van het bur gerrijbewijs zullen zijn. Steeds meer echter deed de behoefte aan een verdere opleiding zich gevoelen. kg. overeenkomende met de hoeveelheid I verwerkte vis in het jaar 1955. De vismeelfabrieken verwerken grote hoeveelheden vis en haring. Van de ha ring is dit zelfs 70 a 80% van de totale aanvoer. Deze fabrieken zijn doorgaans het eigendom van coöperatieve vereni gingen. In Denemarken, trouwens ook in de Scandinavische landen leeft de coöperatieve gedachte wel heel sterk. Vandaar dat men in Denemarken ook veel coöperatieve nettenfabrieken en in koopverenigingen voor de aankoop van diverse visserij-goederen aantreft. Hierboven vermelden wij reeds dat in 1956 de export van Denemarken 161 mil joen kg bedroeg voor een waarde van 300 miljoen D. Kr. Hiervan was de verse vis het belangrijkste artikel nl. 120 miljoen kg voor een bedrag van 64.5 miljoen D. Kr. Hierop volgde visfilet met een kwantum van 42.5 miljoen kg. voor 14 miljoen D. Kr. Vismeel komt op de derde plaats op de exportlijst met 46.2 miljoen kg voor een bedrag van 40 mil joen D. Kr. Uit de hierboven vermelde getallen zien wü dat de export van vis en vis produkten van grote betekenis is voor de welvaart van dit land. SCHIPPER-EIGENAARS In Denemarken zijn geen grote rede rijen, zoals in sommige Westeuropese landen het geval is. In dit land zijn de kotters veelal het eigendom van de schipper, of een combinatie gevormd door enige leden van de bemanning. Rest nog op te merken, dat de visserij en de nevenbedrijven de laatste jaren een periode van welvaart meemaken. Wij lazen dit in het „Fisheries Year Book". kov«ewcl« wekavt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 7