Margot Fonteyn CLIVIA, EEN MOOIE DE KAMERPLANT Een Zoeklicht ONS MENU ZATERDAG 14 NOVEMBER WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 2 Ballet, ballet en niets dan ballet ONDANKS HAAR39 JAREN NOG STEEDS AAN DE TOP V OP DE BOEKENMARKT VAN DE WEEK „Op het moment, (lat ze niet meer het beste kan geven; heeft ze het eindpunt van haar carrière bereikt!" Clivia's bloeien ook niet als men ze vlak voor de bloei ver pot. Als dat gedaan moet wor den moet het gebeuren na de bloei en niet vlak voor die tijd. Clivia's hebben ook een hekel aan te grote bloempotten; ze staan eerder in een te grote dan in een te kleine pot en dat is iets waarmee U ook rekening moet houden. Goed: als verpot moet worden, doet men dat dus direct na de bloei en dan kan men ook de jonge scheuten, die zich onder aan de voet van de moederplant ontwikkelen wel afnemen. Doe dat ook in geen geval vlak voor de bloei, de oude plant heeft er toch van te lij den. Na de bloei kan men dan de plant uit de pot nemen en schudt men tevens alle oude aarde tussen de wortels uit; dan heeft men tevens gelegenheid eens goed te controleren of de plant ook zieke wortels heeft, want dat komt bij een clivia nogal eens voor en die moeten dan tegelijkertijd zorgvuldig weggesneden worden. Meestal kan de clivia wel in dezelfde pot verder gekweekt worden, doch als alle wortels gezond zijn, zal men een iets ruimere pot moeten nemen. Overigens kan men een clivia ook heel goed op kracht houden door haar wekelijks een weinig te bemesten, doch 's winters mag men dat niet doen. Voor dit doel kan men het best gebruik maken van de bekende kamer- plantenkunstmest. De clivia moet in de zomer- maanden ook tegen de felle zon beschermd worden; eventueel kan men haar ook met pot en al op een licht schaduwplekje in de tuin ingraven, doch begin oktober moet ze opnieuw naar binnen. G. KROMDIJK. geren van 18 tot 30 gehouden van J. Goudsblom. Ik heb dit mogelijk hoogst belangrijke werk niet goed kunnen lezen vanwege het miserabel kleine lettertje en de volgepropte regels. Achterin vindt men in tabellen de antwoorden op de enquêtevragen pro- centsgewijze opgesomd. En verder verschenen in herdruk: „Philip en de anderen" van Cees No- teboom, „De grote zaal" van Jacoba van Velden. Zowaar ook ,,'t Geluk hangt als een druiventros van de Scharten Antink-combinatie en de on verwoestbare „Showboat" van Edna Perber; alle by Querido Amsterdam in de Salamanderpockets. CLARA EGGINK Er blijven nog steeds klach ten binnenkomen van mensen, die hun clivia niet in bloei kun nen krijgen. De plant groeit goed, doch wil maar niet bloeien. Men kan het ook te goed met zijn planten voor heb ben; de clivia moet in de win ter rust hebben. Van nu tot on geveer half februari mag men in geen geval bemesten en men moet ook zeer spaarzaam zijn met water. Er wordt slechts zo veel water gegeven dat de bla deren nog net niet verschrom pelen. Clivia's staan over het algemeen ook veel te warm; als ze in een normaal verwarmde kamer staan moet men wel meer gieten en dan gaat de plant toch door met groeien en vergeet een bloemknop te vor men. Een zeer matig verwarm de kamer is daarom al meer dan voldoende. Vorige week vroegen wij hier de aandacht voor Frederick Ashton. Als choreograaf van het Royal Ballet draagt deze rustige, be scheiden, maar zeer begaafde figuur een groot deel van de ver antwoordelijkheid voor het hoge artistieke niveau, waarop dit be roemde Britse balletgezelschap zich beweegt. Zijn naam is schier onverbre kelijk met het Royal Ballet ver bonden. Maar de zijne niet alleen. Ook die van Dame Margot Fon teyn. Haar naam en faam als danseres zijn wijd over de wereld bekend. Het zal een bijna onherstelbaar ver lies voor het Britse ballet betekenen, wanneer de dag is aangebroken, dat zij zich zal moeten terugtrekken. Maar eens zal die dag komen. Wanneer? Niemand weet het nog, zijzelf ook niet. Haar talloze bewonderaars zul-, len haar heengaan diep betreuren. Maar voor één vrouw zal deze bittere dag toch ook een zoete smaak heb ben. Deze vrouw is de zilverharige me vrouw Hilda Hookham, Margots moe der. „Mijn hart zal breken, wanneer zij zich terugtrekt. Misschien gebeurt dat reeds over enkele jaren. Maar aan de andere kant zal ik toch ook gelukkig zijn. Dan zal zij eindelijk een rust krij gen. Dan zal zij zich ergens vast kun nen vestigen en zal zij gelegenheid krijgen te genieten van de normale dingen van het leven". Eindelijk een film Het gesprek met de moeder van de beroemde ballerina had plaats in het Londense Royal Opera House. Boven, op de galerij, terwijl beneden op het gigantische toneel Dame Margot het nieuwe ballet van Frederick Ahston „Ondine" danste. Tussen de met rode pluche bedekte stoelen stonden de filmcamera's, felle lampen en geluidsinstallaties. Overal lagen kabels. Eindelijk na twintig jaar van onophoudelijk aandringen en even hardnekkig weigeren had Margot Fonteyn erin toegestemd voor een film op te treden, die onder de welsprekende titel „The Royal Ballet" de bioscopen zal binnengaan. Mevrouw Hookman keek vol aan dacht naar haar dansende dochter. En in haar herinnering zag ze nog dat meisjes van zes. dat naar een dans- clubje werd gestuurd om haar slechte houding wat te corrigeren. Het was hetzelfde meisje, dat nu een gevierd ballerina is. Niet voor nageslacht „Heeft ze tot het maken van een film besloten, omdat ze beseft dat haar dansjaren geteld zijn en zo een mogelijkheid ziet om haar kunst voor het nageslacht te bewaren?" Mevrouw Hookman. een grote grove, maar vriendelijke vrouw - welk een verschil met haar vederlichte, ranke dochter, die daar moeiteloos over het toneel zweeft slaat haar handen ineen en draait voor de eerste maal Onder de onlangs verschenen pocketboeken hebben mijn aandacht getrokken: „Zwart Afrika" (Querido Amsterdam) van dr. Herman Wouters. Dit boek is een buitengewoon prak tisch en overzichtelijk naslagwerk be treffende de verschillende rassen en stammen in Afrika. Een groot aan tal fascinerende foto's verlucht het werk. „Zwart Afrika" is van dezelfde schrijver als „Volken en volkenkunde", dat reeds eerder in deze reeks ver schenen en herdrukt is. Maoaber van versiering, maar aan grijpend van inhoud is „De rijmende dood" (Querido, Amsterdam). „Het boekje van een scheelkijker", zoals de jonge dichter en prozaïst Alfred Koss- mann dit, zijn eigen werk noemt. Al scheelkijkende, waarmee hij bedoelt met één oog het leven beminnend en met het andere datzelfde leven ver foeiend, heeft hij nagegaan in hoe verre het sterven van enige beroemde schrijvers in overeenstemming is ge weest met hun opvattingen van het menselijk bestaan. Deze schrijvers zijn Gottfried Keller, Von Kleist, Kloos, Stefan Zweig en Lenau. Inderdaad, naar hun dood toe schrijvende heeft hij knappe karakteristieken gegeven van deze unieke en ontroerende le vens. Uit deze schetsen blijkt ook weer eens duidelijk hoe veel beter iemand die de schrijversaard waarlijk begrijpt, in staat is om een levensgeschiedenis te schrijven dan de nijvere archieven- snuffelaar. Een zeer schone verzameling verzen uit alle landen hebben Dick Voerman en W. A. Braasem bijeengelezen. Deze verzen, oorspronkelijk in zeer ver schillende talen geschreven, zijn ver taald door Nederlandse dichters. Over het algemeen zeer goed, enkele mees terlijk. zoals Bert Voetens vertaling van Dylan Thomas' Fern Hill. Terecht heet deze bundel „De muze kent geen Babel" (Querido, Amsterdam). De bloemlezing uit de gedichten van M. Nijhoff draagt als titel de regel uit het vers Awater „Lees maar, er staat niet wat er staat". Deze veel omstre den en veelbesproken regel is m.i., in dien niet uit zijn verband gerukt, zo helder als glas, zoals trouwens ge woonlijk het geval is in Nijhoffs ver zen. Wonderlijk is dat Nyhoff zelf nogal eens zijn best heeft gedaan om zijn toehoorders op een dwaalspoor te brengen en soms een soort poëzie - mystiek trachtte te suggereren waar hij bepaald niet veel van gemeend moet hebben. De samensteller, Gernt Kamphuis, heeft de verzen vooral la ten gaan door een totnutoe ongepu bliceerde lezing van Nijhoff, hetwelk een uitstekend idee. Deze lezing is in typisch Nijhoviaanse stijl opgetrokken. Hij suggereert allerlei geheimzinnige contacten tussen spreker en toehoor der, een hond verleent zijn passieve medewerking, taal en lettergreep krij gen een metafysiek tintje. Vervolgens leest men een en ander over de plaats van de kunst in de maatschappij en een kleinigheid over de verdrijving uit het paradijs. Hij geeft een „achter af verklaring" van de naam Awater en komt langs de weg der associatie op schrijvers die zijn voorkeur heb ben. En na op deze wijze iedereen zeer beboeid, en dus bevredigd te hebben, komt hij zelf tot de ontdekking dat hij „totaal zijn eigen poëzie verzuimd heeft te vermelden". Nijhoff hield er nu eenmaal niet van dat iemand wat je noemt „de boeren de kunst afvroeg", maar daarom moet men zich niet door deze titel in de luren laten leggen. Er staat bij Nijhoff altijd wat er staat en wat een geluk is dat! Uitgave in de Ooievaarreeks van Daamen, Den Haag. Voorts heb ik nog een Odyssee-ver taling in proza (Ooievaar) ontdekt van dr. Jap van Gelder, die mij trof door de levendige, even vermaakte toon. Ook is verschenen het derde deel van de reeks „Proza en Poëzie" van R. Nieuwenhuis waar ik reeds eerder op gewezen heb (Qurido, Amsterdam», waarin een keuze uit werk van Neder landse schrijvers die werkten tussen 1700 en 1880. Eveneens in de Sala manderreeks vindt men „De nieuwe volwassenen", een enquête onder jon- sinids vele minuten haar ogen van het toneel af. „Wees ervan overtuigd, dat dit het laatste is. waaraan ze gedacht heeft", zegt ze fel. „Ik weet heel zeker, dat als ze ook maar een moment aan het na geslacht had gedacht deze film hele maal niet gemaakt zou zijn. Ze denkt dat het nageslacht over haar en haar kunst zal lachen. We hebben nog wat brokjes film van Pavlova. Ze hebben erg verwarrend gewerkt. Want ze deed alles, wat jonge dansers vandaag de dag wordt voorgehouden om niet te doen". Geen zwanezang „En deze film wordt zeker niet haar zwanezang. Ze heeft nog geen enkele reden om zich terug te trekken", con stateert mevrouw Hookham. „Wanneer zal dat dan gebeuren?" „Ik weet het ook niet", zegt me vrouw Hookham, tex-wijl haar ogen te- rugdwalen naar het toneel. ..Maar ik weet wel. dat ze nooit haar hoogtepunt zal voorbij dansen. Daarvoor is ze veel te kritisch ingesteld. Op het moment, dat ze voelt dat ze niet meer het beste kan geven, heeft ze haar eindpunt bereikt!" En beneden danst de Britse prima ballerina een pas-de-deux met de mannelijke ster van het gezelschap, Michael Somes. Een vlekkeloze uitvoe ring. Op haar 39-jarige leeftijd toont ze nog geen schim van een retour. De critici schreven dit seizoen, dat ze gracieuzer en gevoeliger danst dan ooit tevoren. Jong genoeg „Wanneer ze ermee ophoudt", ver volgt mevrouw Hookham zonder haar ogen van het tafereel beneden af to wenden, „zal ze nog jong genoeg zijn om nog plezier te hebben in vele din gen, waar haar nu eenvoudig de tijd voor ontbreekt. Haar leven is altijd ballet geweest, nog eens ballet en niets anders dan ballet. Bijna iedere dag van haar leven was gevuld met lessen, oefeningen en repetities. Vaak volgde er 's avonds dan nog een voorstelling. Op een tournee in het buitenland was er zelden of nooit tijd om te doen waar ze zin in had. Ze moest altijd in het theater zijn. En als haar aan wezigheid daar niet vereist was, dan durfde ze niet uit te gaan uit angst zich teveel te vermoeien, zodat ze zich niet tenvolle zou kunnen geven. Als ze eenmaal het dansen eraan heeft ge geven, zal ze in staat zijn om te gaan en te staan, waar zij wil. Dan zal ze zich eigenlijk geen zorgen meer behoe ven te maken over de conditie van haar spieren. Ze zal dan de tijd aan haarzelf hebben". Hoe lang nog „Ze is nu nog aan de top van haar Dame Margot Fonteyn in Frederick Ashtons ballet Ondine' MAANDAG: rest koud vlees, andijvie, aardappel koekjes; wentelteefjes. DINSDAG: gevulde slakropjes, rauw gebakken aardappelen; flensjes. WOENSDAG: stoofpot kool met stukjes rauwe an dijvie en kaas; chocoladevla met peer. DONDERDAG: bami; kamemelkpudding. VRIJDAG: leverragoüt, bietjes, rijst, óf cham- pignonragoüt, gebakken bloemkool, rijst; appelmoes met vanillevla. ZATERDAG: stamppot rauwe spinazie met spekj schuimige yoghurtvla. ZONDAG: sneetje speciaal; varkensfricandeau, doperwten worteltjes, aardappe len; druiven. Recept: sneetje speciaal. 3 sneetjes oud witbrood, 3 plakken bacon, 3 plakken appel, 3 plakken jong belegen kaas van cm. dikte, mayonaise. Rooster de sneetjes brood in de koekepan of in de oven. Boor en schil intussen de appel en snijd er plakken van Vz cm. dikte van. Bestrijk het geroosterde brood met mayonaise, leg op ieder sneetje een plak bacon, vervolgens een schijf appel en tot slot een plak kaas. Doe de sneetjes in een vuurvaste schotel en plaats deze in een hete oven met veel bovenwarmte tot de kaas gaat smelten. Besti-ooi de bovenkant met wat pa prikapoeder of gehakte peterselie. Recept: schuimige yoghurtvla. 1. yoghurt, 2 eieren, 2 dl. melk, 30 g. suiker, 8 g. gelatine, citx-oen- rasp. De eidooiers met suiker kloppen, verdunnen met wat aan de kook ge brachte melk en met dit mengsel de rest van de melk binden. Van het vuur af de geweekte gelatine hierin oplos sen, de vla wat af laten koelen, de yoghurt toevoegen en daarna het stijf geklopte eiwit en de citroenrasp er voorzichtig doorscheppen. De vla in een vlaschaal of coupeglazen over doen. De kleine kunst maarmet 'n grote K. De kunst van smakelijk koken wordt veel een voudiger als U Maizena Duryea gebruikt - het ideale bindmiddel voor groenten, soepen en sausen. De clivia kan wel bloeien kunnen. Maar hoelang zal ze zich daar nog kunnen handhaven?" „Het is moeilijk daar een antwoord op te geven. Maar geloof mij, er is niets triester dan een eens beroemde ballerina te zien, die de dagen van haar roem ver achter zich heeft. Er komt voor iedere danseres nu eenmaal een dag, dat ze bepaalde bewegingen niet meer feilloos kan uitvoeren. De jaren eisen hun tol. Ze staat dan voor de keus heen te gaan of haar opgaven te vereenvoudigen. Wanneer ze het laat ste kiest, wordt 't een tx*agedie. 'tls een drama zo'n ballerina te zien, die zich had moeten tenjgtrekken, maar inplaats van deze inderdaad moei lijke stap te nemen blijft optrekken met een altijd jongere groep. Die jon ge meisjes kunnen je oud doen lijken eenvoudig door naast je te staan. Het dansen doet dan niet eens terzake". Haar ogen zijn nog steeds naar be neden gericht, waar Dame Margot Fonteyn en Miohael Somes dwarrelen tussen de kronkelende rij als nimfen geklede balletmeisjes. Margot Fon teyn. gekleed in een doorzichtig lichtblauw met glinsterende pailletten afgezette kleed zag er even jong, maar veel sierlijker en gracieuzer uit dan de meisjs om haar heen, al waren de meesten half zo oud. Daar op het toneel heeft Margot Fonteyn, rank en lenig nog als een hinde, meer weg van een kleindochter dan van een dochter van mevrouw Hookham. Bevallig en met een voor haar leeftijd verrassend gemak en souplesse voert ze alle bewegingen uit. Nergens een hapering, nergens een smet te ontdkken. Het eindpunt van Margots carrière lijkt verver weg. Na een periode waarin men naast herfst- en wintergroenten nog pruimen en maar liefst aardbeien aantreft (iets wat wel heel frappant was!) begint nu zo langzamerhand toch echt de herfst met z'n specifieke voortbrengselen zijn intree te doen. De tomaten en kom kommers worden schaarser en dus duurder, de plaats van de natuursla wordt door glassla ingenomen en prei en alle koolsoorten zqn er alweer volop! Daar 's winters de keuze van verse groenten en fruit altijd beperkter is, is het verstandig nu nog zoveel moge lijk te profiteren van produkten als tomaten, komkommers, spinazie, sla en druiven, die er straks óf te prijzig voor zijn öf helemaal van de markt zullen zyn verdwenen! Wanneer ze rauw worden opgediend is de beno digde hoeveelheid gering en is men dus voordeliger uit, maar wanneer het buiten guur is neemt de behoefte aan slaatjes af! Denk in zo'n geval dan eens aan stamppot of stoofpot met rauwe groenten! Heel gezond, niet duur en verwarmend!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 14