Harriet Laurey vertelt graag als er maar geen grote mensen bij zijn Bisschop Dibeïius over de kerk en de gehoorzaamheid aan de overheid HEINZ Scheveninger voerde in haringrace te veel vis aan en werd beboet Als 12-jarige ging zij al met haar verhalen op huurttournee In West-Dnitsland geeft men de voorkeur aan huidige toestand die nog mogelijkheden biedt TOMATO KETCHUP! Directeur zegtdat hij open kaart heeft gespeeld „TRESLONG" Duizend bakkers in Rotterdam protesteren tegen SER-voorstel DONDERDAG 29 OKTOBER 1959 Winnares van kinderboekenprijs 't Was geloof ik januari of zoiets en er lag een beetje sneeuw. Ik liep in de Tempeliersstraat in Haarlem en daar zag ik een paar jon getjes aan zo'n klein zelfgemaakt jeep je prutsen. Toen dacht ik hoeveel er van zo'n jeepje te maken zou zijn als je het helemaal rood zou schilderen en je zou er een mooi luifeltje boven maken. Het leek me allemaal heel feestelijk". Dat jeepje rijdt door het kinderboek „Sinter klaas en de struikrovers" van Harriet Laurey, dat dit jaar door de jury van de Commissie ter Bevordering van de Belangen des Boek handels bekroond werd met de duizendguldenprijs voor het beste kinderboek van 1958. Een impressie uit de besneeuwde Tempeliers straat en déze prijs, het is een combinatie die de Haarlemse dichteres Harriet Laurey een beetje verlegen heeft gemaakt. „Toen het me informeel was verteld, heb ik een ogenblik gedacht: zou het soms een grapje wezen? Maar wie maakt er nou zó'n grapje, dat doet geen mens.Zo Werd zij vertrouwd met de gedachte dat haar Sinter klaas en haar struikrovers tezamen en in vereniging de prijs voor haar in de wacht hadden gesleept. De brief met de mededeling van de be kroning lag ondertussen namelijk op een verkeerd adres. „Ik schrijf verhalen voor mijn plezier" We waren van plan, diepzinnig met haar van gedachten te wisselen over een mogelijk verband tussen poëzie en kin derverhalen. Zag zijzelf daar verband tussen? Maar zij wuifde onze gedroomde conversatie weg door dat verband heel nuchter uit te leggen: „Dezelfde uit gever, bij wie ik ook al gedichten had doen verschenen, vroeg my of ik niet eens een kinderverhaal zou proberen...". Harriet Laurey heeft reeds als twaalf- dertienjarige ontzaglijk veel vertelsels rondgestrooid onder de Brabantse jeugd, in wier midden zij opgroeide. Avond aan avond was zij van zeven tot negen uur bezig de kinderen in de naburige gezin nen het verhaal-vóór-bedtijd te bezor gen. Wat er in die verhalen allemaal gebeurde, nam nu eenmaal geruime tijd in beslag en soms bereikte haar terwijl zij bij de buurkinderen aan bed zat, een ijlbode van de overburen of zij nog niet kwam, want de kinderen zaten al een half uur ln nachtpon te wachten! Gemakkelijker „Zoiets ls veel makkelijker als een kinderboek schrijven", zei ze. „Ze zaten erbij. Je kon dus weten welke kant ze op wilden. Je kon zeggen: wil Je iets met een rover of met een klein vogeltje? Zie je, dat is het verschil. Ik begin er ook alleen aan als ik werkelijk een figuur heb om van uit te gaan. Bij „Tovertje konijn en haasje Repje" was dat een konijn, dat ik uit de hoed van een goo chelaar zag komen. Ik dacht: wat moet het vreselijk zijn om als konijn geen moeder te hebben, maar in een hoge hoed te zijn ontstaan. En bij „Hopla het feestvarken" dacht ik aan een stel jonge biggetjes dat ik uit de trein had gezien, je weet wel, zo'n biggetje, dat alles nog in het leuke en liefelijke heeft, wat een varken in het grote en belachelijke heeft Harriet Laurey, echtgenote van de journalist Ton Neelissen en moeder van Bernadetje, een baby van enkele maan den. die nu en dan krachtig interrum peerde. schreef op haar elfde jaar in het diepst geheim eigen versjes in een schoolschrift. Op een avond kwam zij Export bloembollen heeft 200 miljoen overschreden Het Productschap voor de Bloembol len handel heeft meegedeeld, dat de uit voer van bloembollen per 24 oktober de 200 miljoen gulden heeft overschreden. Verleden jaar bereikte de uitvoer deze stand pas eind december. Dit hogere exportcijfer wordt toegeschreven aan de gestegen verkoopprijzen voor bloembol len tengevolgde van de toegenomen productiekosten. Onderscheiding voor prof. dr. P. Geyl De Nederlandse historicus prof. dr. P. Geyl is onderscheiden met de Duitse orde „Pour le merite" voor wetenschap pen en kunst. De bij de onderscheiding behorende versierselen zijn prof. Geyl gisteravond in de Duitse ambassade in Den Haag overhandigd door de Duitse ambassadeur dr. J. Löns. Dit geschiedde tijdens een diner, waarbij o.m. aanzaten minister en mevr. Cals, staatssecre taris en mevrouw Van Houten en de rector-magnificus van de Rijksuniversi teit te Utrecht en mevrouw Nuboer. RESTEN VAN KLOOSTER TE DELFT GEVONDEN Op een terrein aan de Rotterdamse- weg te Delft zijn arbeiders bij het ver richten van grondwerk gestuit op muur- resten van een middeleeuws klooster, dat door het gemeente-archief is ge ïdentificeerd. als het klooster Konings veld. Dit klooster werd in 1252 gesticht en was oorspronkelijk opgezet als een dubbelklooster. Er hebben echter alleen nonnen in gewoond, die o.a. verpleeg stersdiensten verrichtten in het gast huis, dat ongeveer in dezelfde tijd werd gesticht. In zijn dissertatie over de ge schiedenis van het oude en nieuwe gasthuis te Delft heeft de Delftse stadsarchivaris, dr. P. D. Oosterbaan, hierover geschreven. Behalve de muur- resten zijn ook scherven en potjes ge vonden. Rapport economische toestand van Suriname Het rapport, dat de Nederlandse pro- fessoren Lieftinck en Goedhart, na een bestudering in Suriname, aan de Suri naamse regering hebben uitgebracht over de economische en financiële toe stand van het land, is enige dagen ge leden in de Surinaamse ministerraad 'n onderwerp van bespreking geweest. Het zal aan de staten van Suriname worden doorgezonden en alsdan worden vrijge geven voor publikatie. Het rapport brengt bepaalde gevaren, die de wel stand van Suriname kunnen bedreigen, onder de aandacht en geeft de maatre gelen aan, die tegen deze gevaren kun nen worden genomen. thuis en zag haar vader met dat schrift in zijn handen zitten. „Kind", zei hij ernstig, „jij moet je licht niet onder de korenmaat stellen". Hij las het gedicht je „Sterrendans" voor. Toen gebruikte hy een woord, dat zijn dochtertje niet kende: „subliem". Brandend nieuwsgie rig zocht zij even later in Koenen op, wat subliem was verheven, goddelijk, mooi bijzonder, of bovenmenselijk edel, stond er Bekendheid Haar poëzie kreeg vooral bekendheid toen zij met Ad den Besten in contact was gekomen en deze in de Windroosse rie haar bundel „Loreley" het licht deed zien. Ondertussen werkte zy by een boekhandel op het Rokin, een functie, waarvan zij gedacht had, dat deze voor al op het praten over boeken zou neer komen, maar waarin in werkelijkheid een elektrische boekhoudmachine voor haar opdoemde, „die als je er met een vinger naar wéés al vermenigvuldigde Hoe ik dat nog een tijdje heb kunnen volhouden begrijp ik niet, ook niet van van die boekhandel, want toen ik weg ging hebben twee accountants drie da gen gewerkt om de boeken weer in orde te maken". Met heel wat meer plezier werkte zy daarna als secretaresse by een geneeskundig hoogleraar in het Binnen gasthuis te Amsterdam. Inmiddels kon haar litteraire werk rustig voortgaan. Jeugdherinnering By het schrijven van kinderboeken dringt zich de herinnering aan haar jeugd in Brabant weer op. „Daarby denk ik het liefst aan de Brabantse kin deren, niet zo geweldig bijdehand, niet zo griezelig intelligent als veel kinderen hier", zegt zij. „Tegenover zulke kinde ren zou ik me onzeker gaan voelen. Ik het ook nooit kunnen vertellen als er volwassenen by zaten". Harriet Laurey heeft geen welom- ïynde opvoedkundige pretenties. „Ik schryf die verhalen zó voor myn ple zier, dat ik er helemaal geen ethische gedachten over heb. Het leuke van het ordne't". Maar wat is nu overheid, vraagt schryven voor kinderen vind ik, dat je alles zo kunt inrichten als je het het liefste hebt. En dan gaat een kind graag met je mee". Daarmee formuleerde zy alleen nog maar een beginsel, want de kunst van het vertellen, van het aan voelen van de kinderlyke orde moet dan nog beginnen. En daarin liggen de ele menten van haar verhaaltrant, welke de jury moeten zyn opgevallen. Wij denken hierbij aan de ontmoeting tussen Sinterklaas en zyn jongste knechtje Carlito met de struikrovers, die met het drinken van brandewyn be klonken wordt In alle opwinding daar over verzuimde de schrijfster niet ons mede te delen, dat het kleine knechtje een beetje suiker in zyn brandewyn kreeg. De minister van Defensie, ir. S. H. Visser heeft gistermiddag een be zoek gebracht aan Bronbeek bij Arnhem. De bewoners vormden bij de aankomst van de minister een erewacht. Duitsland De Evangelische kerk in Oost (Van onze correspondent in Bonn) Het hoofd van de Duitse Evangelische Kerk, de bijna 80-jarige bisschop Dibeïius, schreef onlangs aan de Hannoverse bisschop Lilje een brief, waarin hij de vraag opwierp hoe men in de moderne wereld met communistische staten de brief van de apostel Paulus aan de Romeinen nog moet opvatten. Wat is in onze dagen nog de overheid?, vroeg Dibeïius. En daarmee bracht hij niet slechts een theologisch maar ook een politiek dispuut aan de gang! Dibeïius doelde op Romeinen 13:1, waar geschreven staat: „Alle ziel zij den machten over haar gesteld onderworpen, want daar is geen macht dan God, en de machten die daar zijn, die zijn van God geordineerd" (d.w.z. door God ingesteld). Kerk kan bevolking nog steun geven De Duitse bybelvertaling spreekt in dit verband van „Jedermann sei Untertan der Obrigkeit, die Gewalt iiber ihn hat. Denn ist keine Obrigkeit ohne Gott, wo aber Obrigkeit ist, die ist von Gott ver- Dibelius. En hy beperkt prompt daarop de plicht van de christen om de over heid te gehoorzamen en verwijst op het woord van Augustinus: „Waar geen recht meer is, wat zijn daar de staten anders dan roverbenden?" Voor de christenen in communistisch Oost-Duitsland zou de realisering van Dibeïius' stelling erop neer komen, dat zij het communistische regime in alles de rug zouden moeten toekeren. Waarmee zy de positie van de ZÓ gebruikt uien De fles op tafel en een flinke portie op het bord WAT EEN SMAAKGEMOY! (Speciale berichtgeving) Op 24 mei van dit jaar liep de SCH. 117 de IJmuider haven binnen met 28 kantjes Hollandse Nieuwe. De haringrace was in volle gang. De volgende dag was de SCII. 177 tot op een uur van de haven genaderd. Het schip had 68 kantjes van het zeebanket aan boord. De SCH. 117 verliet de haven weer, ging het andere schip tegemoet en nam 18 kantjes over. Volgens de verordening, die het Produkt- schap op verzoek van de reders heeft ontworpen, mogen per schip niet meer dan 50 kantjes worden „geland". De visserijmaatschappij, die de beide schepen ter haringvangst had uitgestuurd, de Rederij N.V. C. Vrolijk te IJmuiden, werd gever baliseerd omdat zy de verordening zou hebben overtreden. Vanmorgen eiste de officier van Justitie tydens de behandeling voor de Haar lemse economische politierechter, mr. H. G. Rambonnet, 2500 gulden boete. De politierechter veroordeelde de maatschappy tot 300 gulden. 2500 gulden boete werd geëist De directeur van de redery was van mening, dat hy de verordening niet heeft overtreden omdat hy op elk van zyn beide schepen niet meer dan 50 kantjes haring heeft aangevoerd. „Ik heb volkomen open kaart gespeeld. Voor de radio heb ik gezegd, dat de beman ning de haring kon zouten omdat we in totaal 10 kantjes mochten aanvoeren", zei hy. De ambtenaar van de algemene in spectie in IJmuiden merkte als getuige op, dat de maatschappy de 18 kantjes had kunnen aanvoeren als verse in- plaats van als groene. In het laatste ge val brengt de haring echter veel meer op, aldus getuige. Handigheidje De officier van Justitie meende dat het verschil in veilingprys ongeveer 2000 gulden zou hebben bedragen. „De maatschappy heeft dit voordeel gekre gen door een handigheidje", aldus de officier. De directeur betwistte dit. Het hoofd van de juridische afdeling van het Produktschap zei als getuige, dat men onder aanvoeren moet verstaan h brengen van de haring van de vang- plaats naar de vaste wal. Per zeereis mogen niet meer dan 50 kantjes wor den aangevoerd. Iedereen zou het aan tal kantjes dat hier bovenuit gaat wel tot vlak by de haven kunnen brengen en laten overnemen. Een dergelijke pen deldienst zou de regeling echter in de war sturen, aldus de getuige. De directeur wierp tegen dat de duur van de reis niet in de verordening wordt genoemd. Of het schip nu een uur bui ten is of 24 uur maakt volgens hem niets uit. De officier van Justitie zei in zyn re quisitoir, dat reders gebruik kunnen maken van een combinatie waarvan een schip eventueel als jager fungeert. Als verdachte zo'n combinatie had willen maken had hij dit vroegtijdig moeten opgeven by het Produktschap. De SCH 117 had al een reis gemaakt en voer opnieuw uit - en dat voor een uurtje - om wat de SCH 177 teveel by zich had. over te nemen. f 2500.- boete De officier zei het voordeel dat de maatschappy heeft gehad door het ver schil in veilingprijzen in de geëiste boe te te willen verdisconteren en eiste 2500 gulden boete. De directeur hield vol dat de reisduur niet in de verordening vaststaat, er zyn ook reders, die snelboten, die zelf hele maal niet vissen, naar de vangplaatsen sturen om haring te halen. De politierechter meende evenwel, dat i'.e overtreding bedreven is, maar ver oordeelde de maatschappij tot een veel lagere boete dan de geëiste, nameiyk 300 gulden. toch al in een moeiiyke situatie zich be vindende Evangelische kerk in Oost- Duitsland nog ernstiger zouden maken... Dibeïius moest dan ook direct vanOost- duitse kerkelijke leiders horen, dat de gehoorzaamheidsplicht wel degelyk geldt tegenover de thans bestaande Oostduitse regering Verzet geboden Volgens Dibeïius dekken Paulus' woor den niet meer de huidige politieke si tuatie in Duitsland. En wel sedert er par tyen in het geding zyn. Het woord „Obrigkeit" is z.i. verdwenen, omdat de zaak zelf verdwenen is sedert een staats- ordening tot stand kwam die werd op gebouwd op de politieke partijen alleen. In de democratie is het volk de z.g. Obrigkeit en daarmee de tydelijk door het volk met macht beklede, aan het bewind zynde partijen. Eén stap verder gaat Dibeïius dan met zijn standpunt, dat z.i. de christen moet innemen te genover een communistisch regime. Het voortbestaan van de overheid, van de „machten over haar gesteld" volgens Paulus, loochent Dibeïius n.l. zowel waar het de echte democratie betreft, als waar het de communistische staat aangaat. Waar het communisme betreft, moet men tot de conclusie komen dat Dibeïius regelrecht aanspoort tot verzet. Bekend is reeds zijn opvatting over verkeers borden. Waar hy in het westen een snel heidsbeperking van 15 km. per uur ziet, wil hij zich daaraan houden, omdat het hier een beperking voor allen geldt. Maar in communistisch Oost-Duitsland wil Dibeïius het bord negeren, omdat de functionarissen van de communistische partij zich er ook niet aan behoeven te houden Luther en de Turken Deze stellingen komen overeen met die van de Noorse protestantse leider Berggrav, die ten tijde van de Duitse bezetting stelde, dat een christen de staat slechts zo lang gehoorzaamheid schuldig is, als deze staat een rechts staat is. Maar dit standpunt van Dibe ïius en Berggrav vindt in West-Duits- land en Oost-Duitsland onder de chris tenen geen gehoor. Ook de communis tische staat, zo zegt men, heeft bepaalde functies, die samenhangen met het ver zorgen van de bevolking, met de orde in het algemeen. In de praktyk zyn er voor de Oostduitse leden van de Evan gelische kerk byzondere bezwaren, om dat by het opvolgen van Dibeïius' stel lingen de protestantse geestelykheid re gelrecht in de ondergrondse tegen de communistische regering terecht zou komen. En dat acht men onverantwoord en onmogelyk. Men gaat er dan ook in het algemeen in Evangelische kringen in West-Duitsland van uit, dat de staat kundige ordening beschouwd moet wor den als afkomstig van God en men wyst erop, dat zelfs Luther de heidense Turkse staat van zyn tijd als een goed lopend staatsapparaat beschouwde! Laatste steun valt weg Men sluit uiteraard niet de ogen voor het feit, dat in een communistische staat een wereldbeschouwing bestaat, die alle mensen totaal wil beheersen, die de kerk volkomen wil uitsluiten. Maar men wil verder werken in Oost-Duitsland. desnoods met geestelyk verzet tegen het rode regime, maar niet volgens stellin gen als die van Dibeïius, die leiden tot regelrechte ondergrondse arbeid, welke de Oostduitse bevolking nog meer in de eenzaamheid zal brengen, in plaats van, zoals thans, een kerkelijk leven dat door de communisten getolereerd wordt en dat de bevolking tot op zekere hoogte steun geeft onder omstandigheden, die soms mensonterend genoemd kunnen worden. In deze zin interpreteren de leidinggevende Evangelische theologen dan ook Paulus' woorden inzake gehoor zaamheid aan de overheid. RESTAURANT Hillegom Zaterdag 31 oktober in ons Café-Restaurant Het feest van de maand „WEENSE AVOND". Diverse attracties. Wiener Spezialitate. Orkest van der Heeft. Tafelreservering 0 25205347. Tot 2 uur geopend. Telegram aan staatssecretarissen Economische moord' (Van onze Rotterdamse correspondent) „Duizend bakkers in Rotterdam bijeen zien het voortbestaan van hun bedrijven in ernstige mate be dreigd. Zij zijn van mening, dat nachtarbeid in hun bedrijf tot het uiterste moet worden beperkt en dat een wijziging in de arbeidswet op dagarbeid gericht moet zijn". Dat was de inhoud van het telegram, dat gisteravond na een druk bezochte protestvergadering in het Groothandelsgebouw te Rotterdam naar de staatssecreta rissen van Economische en Sociale Zaken werd verzonden. Aanleiding tot de byeenkomst was het SER-voorstel om geleidelyk over te gaan tot de invoering van een drie ploegen - stelsel voor de bakkers en een vervroe ging van het verkoopuur van vers brood tot acht uur 's ochtends. De verschillen de sprekers hadden voor dat voorstel weinig goede woorden over. De heer A. Koning, voorzitter van de Chrstielyke Bakkerspatroonsbond in Nederland, ge waagde zelfs van een „economische moord met voorbedachte rade" en „een uitmoording op korte schaal van de 63.000 mensen, die in de kleine en mid delgrote bakkersbedryven werkzaam zyn". Met man en macht De heer J. B. Hurkmans, voorzitter van de Nederlandse Katholieke Bak kerspa troonsbond, verklaarde, dat men „met man en macht tegen het voorstel zou vechten". De heer C. Koppert, voor zitter van de Nederlandse Bakkersbond welke samen met de twee andere or ganisaties alle 10.000 kleine bakkers in Nederland vertegenwoordigt sprak zich in gelyke zin uit. Hy deelde mee, dat alle centrale middenstandsorganisa ties zullen helpen „het dreigende onheil af te wenden". Tevoren hadden twee sprekers op deze eerste protestvergadering van bakkers er zullen er meer volgen elders in het land ten aanhore van de zaal vol bakkers, van enkele Tweede Kamer leden en van bestuursleden van mid denstandsorganisaties de bezwaren te gen het SER-rapport geformuleerd. „De SER is er op geen enkele wyze in geslaagd tot een synthese te komen tussen de verschillende standpunten, die door de grootbedryven, de werknemers en de coöperaties worden ingenomen. Men heeft een knoop doorgehakt en een keuze gemaakt ten gunste van de groot bedryven door voor te stellen de nacht arbeid weer mogeiyk te maken. Dit is volslagen onrechtvaardigd. Als dit voor stel wordt aanvaard zullen duizenden kleine bakkers hun bestaan moeten op geven", aldus mr. P. J. Wintels. direc teur van de Nederlandse Katholieke Bakkerspatroonsbond, die tijdens zyn rede herhaaldelyk door luid applaus werd onderbroken. Consument ook de dupe „Hierdoor zal niet alleen de bezits- spreiding worden geschaad maar ook zal de consument de dupe worden. Die con centratie van het bakkersbedryf in en kele grote zaken, die dan onvermydelyk is, zal zeker niet bevorderlyk zyn voor de kwaliteit van het brood". De heer K. A. J. M. Samson, secreta ris van de Nederlandse Rooms-Katho- lieke Middenstandsbond releveerde dat Jaariyks 400 kleine bakkersbedryven hun deuren al moeten sluiten. Door sanering tracht men dit proces te stuiten maar het SER-advies doorbreekt deze poging geheel omdat het niet alleen de onge zonde maar ook de gezonde bedryven zal doen verdwynen. De SER voorziet een besparing van drie procent per brood. Het is niet duidelyk, aldus de heer Samson, waarom men in een land. dat de laagste broodprys van West-Europa heeft, daarvoor tienduizend bakkers patroons wil laten verdwynen of op nieuw de nacht Insturen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 13