In Brussel is de stemming inzake
liet probleem-Kongo iets verbeterd
Regering stelt alles in het werk
nieuwe overbesteding te voorkomen
koningin opende A.M.V.J.- gebouw
an de Mauritsweg te Rotterdam
Maar Afrikaanse volksmenners
maken gebruik van ontbreken
van onafhankelijkheidsdatum
Belastingverlaging nu minder
urgent dan 1 a 2 jaar geleden
gericht I maart 1860
Zaterdag 19 september 1959
Vijfde blad no. 29852
loge van dit brandpunt gloed uitgaan!"
Jisteravond heeft Koningin Juliana in Rotterdam de opening bijge-
ond van het nieuwe AMVJ-gebouw, dat zijn ingang heeft aan de
uritsweg. Zodra de noodbioscoop „Lutusca" verdwenen zal zijn,
de reiziger, die op het station C.S. arriveert, recht voor zich het
11 bouwwerk kunnen zien aftekenen tegen het silhouet van de
Jerne stad.
)e Koningin werd ontvangen door de Commissaris der Koningin
je provincie Zuid-Holland mr. J. Klaasesz, door burgemeester Van
alsum van Rotterdam en door de voorzitter van de Stichting
[Vj-werk mr. A. Ruys. In haar gevolg bevond zich mr. dr. K. P.
der Mandele in diens kwaliteit van kamerheer i.b.d.
de hall kreeg onze vorstin bloemen
eboden door de 9-jarige Flora In-
jiousz. Hier waren o.m. ter begroe-
aanwezig de minister van Justitie
A, C. W. Beerman, die tevens voor-
is van de Stichting A.M.V.J.-ge-
de minister van Sociale Zaken
folksgezondheid, mr. dr. Ch. J. M.
an Rooy en de Staatssecretaris van
en W., mr. Y. Scholten, alsmede
AMVJ-bestuurders.
de toneel- en gymnastiekzaal,
heen het gezelschap zich begeven
waren behalve vele genodigden
(alrijke jongeren aanwezig,
welkomstwoorden van mr. A. Ruys,
minister mr. A. C. W. Beerman
ens uit, dat het contact met dit
m en met de geest van het hier
thte werk voor talloze jongeren
ontmoeting zal zyn, die maakt dat
zij hun levensweg reizen in blijd-
directeur, mr. C. B. Posthumus
s, gewaagde van zijn hoop op
in deze stad, vooral in die zin,
een groeiend getal jonge mensen
ntdekken, dat het mogelijk en zin-
om met anderen van andere op-
ag en eventueel ook van andere
stand of ras, samen iets op te
n.
aller grote verrassing begaf Ko-
n Juliana zich hierop naar het po
en sprak daar, zich tot de voor
richtend, de volgende woorden:
orens aan uw verzoek te voldoen
wat ik zeer graag zal doen om
gebouw voor geopend te verkla-
wil ik toch eerst een wens uit-
iken. Die wens is, dat dit gebouw
zyn een oase in de eenzaamheid
de grote stad, de grote stad die
ilreert door zUn leven en zijn
rgie; maar die inspireert ook
rdat zij, zoals hier, de behoefte
gemeenschap weet op te vangen
daarmee zichzelf completeert.
dit huis zijn een middelpunt,
brandpunt, een punt waar radio-
Iviteit van uitgaat, waar men het
van de gemeenschap kan er-
waarin de wereldse levens-
st bloeit naast de geestelijke le-
skunst. Moge er aldus gloed en
mte uitgaan van dit brandpunt,
ie het velen verwarmen, verlich-
en activeren!
rie jaar geëist wegens
overval bij Teriet
hoger beroep heeft voor het Ge-
hof te Arnhem terecht gestaan
o-jarige venter uit Arnhem, één
de twee mannen, die onlangs uit
uis van Bewaring te Arnhem de
hebben genomen. Hij werd be-
ligd van het plegen van een nach-
overval in een boerderij aan de
wrnseweg bij Teriet op 20 ja-
j.l. De overval had geen succes,
de bewoners, twee bejaarde
ontwaakten en alarm sloegen,
procureur-generaal mr. G. W. C.
eiste 3 jaar gevangenisstraf met
De rechtbank te Arnhem had
hte veroordeeld tot 2 Jaar gevan-
!raf met aftrek. Uitspraak 1 ok-
dodelijke val van
legstgeestenaar
cursie in Alpen was niet
kampleiding verboden
aanleiding van het bericht over
lelijke val van een Oegstgeeste-
1 de Franse Alpen (in ons num-
|Q dinsdag j.l.) vernemen wij na-
i de zijde van de vader, die zich
atse van de gang van zaken op
»gte heeft gesteld, dat bet
3e 24-j'arlge student in de wis-
Uurkunde aan de Leidse Univer-
i. Vis uit Oegstgeest betrof, die
a aan een studentenwerkkamp,
arechte werd in eerderbedoeld
(afkomstig van een der grote
teaus) gezegd, dat de heer Vis
e Engelsen geweigerd zouden
mee te gaan met de anderen,
ürsie is zonder meer niet doorge-
a van een verbod van de kamp-
is geen sprake geweest. Het
heeft te kennen gegeven op eigen
heid een tocht over bekende pa-
willen maken, waartegen van de
der leiding geen bezwaar be-
alleen werd zoals voor de
ag de waarschuwing meege-
ie nodige voorzichtigheid te be-
n. De verongelukte student zal
jar zeker aan gehouden hebben,
j als een bedachtzame jongeman
stond. Het ongeluk moet toege-
a worden aan een plotselinge
itering van de weersomstandig-
onweer, gladheid en het ontbre-
3 uitzicht door zware wolkenban-
ze omstandigheden zijn de jeug-
sderlander noodlottig geworden.
Met deze wens verklaarde H.M.
Koningin het gebouw geopend.
Hierna volgde een programma onder
de titel „Uitzicht".
Tijdens de pauze werd in de foyer
een grammofoonplaat van het lied
„God heeft de wereld lief" aan H.M.
aangeboden door mevr. J. Kuyper-Jur-
gens, die het dichtte en componeerde.
Tot slot werd een rondgang door het
gebouw gemaakt, waarbij de Koningin
in verschillende zalen en kamers ge
tuige kon zijn van tafeltennis, bridge
en schaken, van een demonstratie judo
en van een basketballwedstrijd.
Bevrijdingsdag van
Brabantse corridor
Met enorme enthousiasme en groot
eerbetoon aan de Amerikaanse oud
strijders van de 101ste Amerikaanse
luchtlandingsdivisie, werd gisteravond
het 15de bevrijdingsfeest van de Bra
bantse corridor uit 1944 ingezet.
Zoals elk jaar werd nu ook een fak
kelestafette van Bayeux naar Eindho
ven onderhouden, langs de weg. die de
geallieerde troepen zich door de vijan
delijke legers naar ons land vochten.
Terwijl de klokken beierden, vuurpij
len van de lichttoren ten hemel wer
den gejaagd en Bengaals vuur het
Eindhovense „18-septemberplein" in ro
de gloed zette werd de koningsfakkel
uit Bayeux. omringd door fakkeldra-
gende hardlopers en wielrenners naar
de waarnemend burgemeester de heer
F. J. W. Gijsels gebracht. Daar ontvin
gen de vertegenwoordigers uit de cor
ridor-gemeenten het bevrijdingsvuur om
op hun beurt dit naar hun steden en
dorpen te dragen.
Vervolgens formeerde zich een enorm
lange stoet achter de burgemeester met
de fakkel en de Amerikaanse gasten.
Men trok onder overweldigende belang
stelling door de versierde en verlichte
straten naar het Bevrijdingsmonument
op het Stadhuisplein. Nadat de heer
Gijsels een korte toespraak had gehou
den, stak hij onder oorverdovend ge
juich de vlam van de vrijheid aan bij
het Bevrijdingsmonument met de ko
ningsfakkel uit Bayeux. Vervolgens
klonk plechtig het volkslied.
Het bevrijdingsfeest in de lichtstad
en ook in de andere corridorgemeenten
barstte daarna in volle hevigheid los.
H.M. de Koningin heeft gisteravond
te Rotterdam de opening van het
nieuwe AMVJ-gebouw bijgewoond.
Tijdens de rondgang kwam H.M.
in een vertrek, waar jongeren aan
het schilderen waren. Geheel buiten
het protocol vroeg een meisje, dat
zich toelegde op vrije-vlak-verde-
Voortgaande consolidatie vlottende schuld
(Van onze Brusselse correspondent)
Hoewel de berichten uit Kongo enigszins verward zijn, heerst in
Brussel een ietwat betere stemming dan kortgeleden. Sinds het ophef
makende ontslag van minister Van Hemelrijck en de aanvaarding van
het ambt van minister van Kongo door de heer De Schrijver, hebben
de regeringspartijen, de katholieken en de liberalen, getracht het
onderling over de te volgen politiek weer eens te worden.
Zoals de eerste minister, de heer Eyskens en ook de nieuwe minister
van Kongo in de laatste dagen herhaaldelijk hebben beklemtoond: de
beloften, vervat in de Koninklijke boodschap van januari 1959 en de
door alle regeringspartijen toen eenstemmig goedgekeurde regerings
verklaring, zullen loyaal worden uitgevoerd. Alleen het tempo, waarin
zal gewerkt worden, is nu versneld.
Economisch apparaat
moet intact blijven
Dat betekent, dat de provinciale raden
onmiddellijk na de verkiezingen van
maart 1960 zullen worden gevormd en
dat de algemene raad en de wetgevende
raad ten spoedigste na die datum en in
ieder geval in 1960 tot stand zullen ko
men. Ook de nodige uitvoerende licha
men zullen worden geschapen, terwijl er
tevens toe zal worden overgegaan de
provincies van Kongo een grote autono
mie te verschaffen. Men bedenke hier
bij, dat sommige van deze provincies
uitgestrekt zijn als grote Westeuropese
staten, terwijl zij bewoond worden door
naar aard en ontwikkeling zeer verschil
lende stammen.
Er zal veel meer aandacht dan in de
laatste maanden aan het economisch,
financieel en sociaal beleid worden ge
schonken. Dat dit dringend nodig is,
blijkt bijvoorbeeld uit het feit, dat de
Kongolese provincieraden reeds danig
het mes hebben moeten zetten in hun
buitengewone begrotingen voor 1960.
Deze moesten in sommige gevallen bijna
gehalveerd worden. Het is gemakkelijk
grootse plannen te maken, maar de
financiën voor de uitvoering moeten er
ook zfjn. Gelukkig is de export van
Kongo dit jaar flink gestegen en als het
economisch beter blyft gaan, zal men
wellicht ook de middelen vinden om de
economische expansie van Kongo voort
te zetten.
Opruier gepakt
Voorlopig domineert echter de poli
tiek. Er wordt yverig gewerkt aan de
voorbereiding van de nieuwe instellin
gen en de komende verkiezingen, waar
voor veel wetteksten en besluiten moe
ten worden klaargemaakt. Dezer dagen
is te Brussel de wetgevende raad samen
gekomen, de toekomstige Kongolese Se
naat, maar thans nog een adviserend
lichaam. Hiervan maken zowel blanken
als zwarten deel uit. Deze laatsten zyn
afgevaardigd door de Kongolese provin
cies. Als voorzitter treedt minister De
Schryver op. Eén van de Kongolese
leden van deze raad ls afwezig, de heer
lingen, of Hare Majesteit het ook
eens wilde proberen. Zij ging hier
gaarne op in.
(Van onze financiële medewerker)
Het is uit de toelichting van minister Zylstra op de staatsbegroting duidelijk
geworden, dat het by de opstelling daarvan niet enkel gaat om een evenwicht
tussen ontvangsten en uitgaven van de staat. In niet mindere mate is ook het
oog gericht op de monetaire consequenties en de invloed, welke er van het over
heidsbeleid ten aanzien van de staatsfinanciën op de conjunctuur uitgaat.
Vooral sinds het einde van de tweede wereldoorlog is de invloed van het over
heidsbeleid op de conjunctuur in belangryke mate toegenomen. Het herstel van
de tijdens de oorlog sterk gedaalde nationale produktie heeft de noodzaak van
een inflatoire financiering meegebracht en de daardoor ontstane mogelijkheid
van een grotere consumptie heeft by velen de mening doen postvatten dat zulk
een inflatoire financiering nog zo kwaad niet is. Overbesteding, rentestyging en
recessie hebben echter de gevaren van de inflatie weer duidelijk aan het licht
gebracht. Nu in vele landen de bestedingen in een snel tempo toenemen, is het
verklaarbaar dat de regeringen alles in het werk stellen om een nieuwe over
besteding en de funeste gevolgen daarvan te voorkomen.
De verhoging van het disconto in de
VB. en West-Duitsland heeft ongetwy-
feld dat oogmerk en ook de staatsbe
groting 1960 van minister Zylstra is
niet in de laatste plaats gericht op een
zodanige beinvloeding van de nationale
conjunctuur dat een herhaling van de
recessie 1956/57 zo mogelyk wordt voor
komen.
Het spreekt vanzelf, dat by de be
staande en voortgaande integratie van
Europa en de internationale verhoudin
gen in het algemeen, ook de Nederlandse
conjunctuur zich niet kan onttrekken
aan de invloed van de economische en
monetaire ontwikkeling in het buiten
land. Tegen de gevolgen daarvan is ook
de meest bedachtzame en deskundige
begrotingspolitiek van de Nederlandse
regering niet bestand. In zoverre blyft
de gang van zaken in de V.S. ook voor
de Nederlandse conjunctuur van het
grootste belang, temeer omdat de Euro
pese valuta's aan de Amerikaanse dol
lar zijn gekoppeld.
Wat echter de invloed van het over
heidsbeleid op de Nederlandse conjunc
tuur betreft, kan worden geconstateerd
dat de minister van Financiën zich daar
van terdege bewust is en de voor 1960
in de begroting uitgestippelde gedrags-
lyn van de regering moet dan ook in
dat licht worden bezien.
Het heeft begrypelykerwys vooral in
de kringen van het bedryfsleven enige
teleurstelling gewekt dat de tydelyke
belastingverhogingen, op de verlenging
waarvan tot eind 1960 oud-minister Hof-
stra is gestrand, toch voor dat jaar zul-
ter Zylstra anderzyds toegeeft dat de
belastingen zich in het algemeen op een
te hoog niveau bevinden.
Men zal hierby echter in aanmerking
'moeten nemen dat de Nederlandse eco
nomie in de loop van 1959 een groter
herstellingsvermogen heeft getoond dan
mocht worden verwacht. De aandrang
tot belastingverlaging, welke er een en
twee jaar geleden bestond, was een uit
vloeisel van de teruggang in het be
dryfsleven, die tot een aanzienlyke be
perking van de industriële investeringen
leidde. Belastingverlaging zou een rui
mere armslag voor het bedryfsleven be
tekenen en er toe kunnen leiden dat de
gevolgen van de recessie in sneller tem
po zouden kunnen worden overwonnen.
In zyn toelichting op de begroting
heeft minister Zylstra echter een ver
snelde expansie van de economische be-
dryvigheid in ons land kunnen consta
teren, o.m. een stijging van de Neder
landse export, welke boven de raming
van het Centraal Bureau uitgaat en
voor zover er thans reeds cyfers over de
bedryfsresultaten van het eerste half
jaar bekend zyn, overtreffen deze in
meerdere of mindere mate die van het
voorgaande jaar.
Het is dus gebleken dat de inderdaad
zware belastingdruk in 1959 de expansie
van het Nederlandse bedryfsleven geen
onoverkomelyke bezwaren in de weg
heeft gelegd en dat zy ook een belang
rijke toeneming van de particuliere be
stedingen niet heeft verhinderd. Men
zou dus kunnen zeggen dat een belas
tingverlaging uit een oogpunt van con-
len worden gehandhaafd, hoewel minis- junctuurpolltiek thans minder urgent is
dan ze een en twee jaar geleden scheen
en dat ze, nu de grotere produkfiviteit
in een verhoging van de lonen wordt
omgezet en de bestedingen daardoor
zullen toenemen, zelfs het gevaar voor
overbesteding zouden vergroten. Zo ge
zien, zal men de handhaving van de ty
delyke belastingverhogingen moeten bil
lijken.
Gelykblyvende belastingen drukken
bovendien minder zwaar als het na
tionaal inkomen stygt en ook daarom
moet worden toegegeven dat de nood
zaak van belastingverlaging in een op
gaande conjunctuur minder groot is dan
in een tijd van depressie. Het kan zelfs
nodig zijn dat van de staatsbegroting
een zgn. anti-cyclische werking uitgaat,
waardoor de opgaande conjunctuur eni
germate wordt geremd en deze doelstel
ling heeft ongetwyfeld bij de opstelling
van de begroting van 1960 voorgezeten.
Daar komt by dat in een opgaande
conjunctuur niet alleen de staatsuitga
ven automatisch stygen, o.m. doordat
ook de beloningen van het overheids
personeel de in de particuliere sector
toegestane verhogingen moeten volgen,
maar ook de aandrang tot nieuwe
staatsuitgaven groter wordt.
Het is dus duideiyk dat ook de staats
uitgaven automatisch met de sty ging
van het nationaal inkomen meegroeien.
Dat de styging van de staatsuitgaven
voor 1960 by die van het nationaal in
komen achterbiyft, kan daarom als een
verdienste van de nieuwe staatsbegro
ting worden aangemerkt. Met voldoe
ning mag in dit verband worden vastge
steld dat minister Zijlstra het aanvatten
van nieuwe overheidstaken zoveel mo
gelyk wenst tegen te gaan, het afstoten
van bestaande taken is echter heel wat
moeilijker.
Een en ander zal de regering hebben
doen besluiten de tydelyke belastingver
hogingen in afwachting van de verdere
conjunctuurontwikkeling te handhaven.
Ook de consolidering van vlottende
schuld bedoelt een groter deel van het
nationaal inkomen te binden en een
overbesteding tegen te gaan. Vandaar
dat by de laatst uitgegeven staatslening,
conversie van de lening 1962/64 werd
opengesteld, van welke conversie voor
het grootste deel van de lening werd ge
bruik gemaakt (f. 791 miljoen) en waar
door dit bedrag dus voor een veel lange
re tijd dan de duur van de lening 1962-
64 vastgelegd en derhalve aan de geld
markt werd ontrokken.
By de financiering van de staatsuit
gaven moet ook rekening worden ge
houden met de behoeften van het be
dryfsleven en van de lagere publiek-
rechteiyke lichamen, welke laatste met
de consolidering van hun vlottende
schuld als bekend op de goeds weg zijn.
Gedurende de eerste acht maanden van
1959 heeft de Bank voor Ned. Gemeen
ten aan de gemeenten f. 640 miljoen,
grotendeels voor consolidatie verstrekt
en met deze consolidatie wordt nog
steeds voortgang gemaakt, waarnaast
uiteraard ook nieuw kapitaal aan de ge
meenten wordt verstrekt.
De onlangs uitgegeven 4% lening
van de Bank voor Ned. Gemeenten,
groot f. 100 miljoen tot de koers van
100 is een zeer groot succes geworden,
zodat slechts een minimaal percentage
van het ingeschreven bedrag kan worden
toegewezen. Zelfs de 4 1/4 lening van
Gelderland k 99 is er vlot ingegaan,
maar zy was ook slechts f. 10 miljoen
groot, waarvan bovendien reeds f. 3 mil
joen tevoren was geplaatst.
In elk geval biyken er in ons land nog
altijd grote bedragen voor permanente
belegging beschikbaar te zyn, voorna
melijk bij de institutionele beleggers,
hetgeen de Bank voor Netd. Gemeenten
er biykbaar toe heeft genoopt nogmaals
meteen 4lening aan de markt te
komen, nu tot een bedrag van f. 75 mil
joen en opnieuw tot de koers van 100
Deze lening heeft ook overigens dezelfde
voorwaarden als de eerste, n.l. een loop
tijd van 25 jaar, terwyl de eerste tien
jaar geen vervroegde aflossing mag
plaats vinden en daarna slechts met een
premie van lYz resp. 1
Deze lening komt min of meer als een
verrassing, omdat bekend was, dat Rot
terdam en Amsterdam een 4 1/4 le
ning 99 in voorbereiding hadden en
daaruit de conclusies werd getrokken,
dat de gemeenten weer een zelfstandige
financieringspolitiek kunnen voeren.
Men kan stellen, dat betrekkelyk klei
ne bedragen k 4 1/4 tegen 99 kun
nen worden verkregen, maar voor gro
tere bedragen 4% tegen 100 moet
worden betaald. Elegant kan men de
nieuwe uitgifte van de Bank voor Ned.
Gemeenten zeker niet noemen gelet op
het feit, dat zy krachtens haar doelstel
ling de belangen van de gemeenten moet
bevorderen, terwyi zy thans als concur
rente van Rotterdam en Amsterdam op
treedt. Het kan daarom niet bevreem
den, dat de gemeente Rotterdam reeds
een scherp protest tegen deze hande
ling van de Bank voor Ned. Gemeenten
heeft doen horen. Hoe dit zy, het sane
ringsproces ten aanzien van de finan
ciering van de gemeenteiyke uitgaven
heeft opnieuw voortgang, terwyi, zoals
uit de staatsbegroting is gebleken, de
centrale overheid haar beroep op de ka
pitaalmarkt ditmaal tot f. 625 miljoen
zal beperken.
Het is ongetwyfeld de bedoeling een
zekere stabiliteit ten aanzien van de
rentestand te verkrygen, waarmee de
volkshuishouding ook het meest is ge
diend. Alleen als de styging van de ren
testand in het buitenland mocht aan
houden, zal men ook in ons land aan
hogere rentetarieven niet kunnen ontko
men.
De effectenbeurzen bleven ook deze
week in de ban van de onzekere hou
ding van Wall Street, waardoor de om
zetten ook in Amsterdam aanmerkelijk
r"~i verminderd.
Kalonji, de voorzitter van de provinciale
afdeling voor Luluaburg van de Natio
nale Kongolese Beweging. Hij werd enige
tijd geleden door de gouverneur van zyn
provincie „in verzekerde bewaring" ge
steld omdat hy de bevolking zou hebben
opgeruid.
Dat geval heeft nogal wat stof doen
opwaaien, maar twee andere leden van
de Nationale Kongolese Beweging, de
heren Ileo en Ngalula, die wekenlang in
Brussel hebben vertoefd en diverse be
sprekingen, ook met de nieuwe minister
van Kongo hebben gehad, moesten on-
verrichterzake terugkeren. Het schynt,
dat niet de minister maar de gouver
neur-generaal dit geval moet beslechten
en gouverneur-generaal Cornells is pas
enige dagen geleden naar Kongo terug
gekeerd.
Alleen dreigement
Het dreigement van de Afrikanen, dat
zy niet aan de werkzaamheden in Brus
sel zouden deelnemen, als Kalonji er
niet by kon zyn, is niet door de daad
gevolgd. Volgens de minister van Kongo
verloopt deze „historische zitting" zelfs
onder zeer gunstige omstandigheden en
zo juist zyn de nodige maatregelen aan
genomen, die inderdaad de Kongolese
provincies een zeer verregaande autono
mie verzekeren en het de Kongolezen
mogelyk maken in eigen huis baas te
worden.
Zyn de Kongolezen nu tevreden? De
Abako, de beweging van Neder-Kongo,
blijft actief en eist de onafhankelykheid
voor januari 1960. Zy weigert de rege
ringsverklaring van januari 1959 te er
kennen, omdat zy aan de opstelling er
van geen deel heeft genomen. De Kon
golese Nationale Beweging heeft gewei
gerd deel te nemen aan de byeenkom-
sten, die door het gouvernement-gene
raal zyn belegd om de Afrikanen uiteen
te zetten, hoe het systeem van de a.s.
verkiezingen en ons democratisch stel-
stel in het algemeen functioneren. In
het algemeen bestaat er by de zeer
talryke Kongolese politieke partyen
een neiging tegen elkaar op te bieden.
Daarby zyn er ook wel elementen, die
weten dat ze geen kans meer maken, als
binnen enkele jaren de in de universi
teiten opgeleide krachten naar voren
komen. Voorlopig zyn er intussen maar
betrekkelijk weinig incidenten omdat de
Afrikanen wachten op de besluiten, die
Brussel zal nemen.
Eén broederschap
De brandende kwestie blyft: hoe en
wanneer krygt Kongo de onafhankelyk
heid? Aan het einde van de Afrikaanse
studiedagen, die ter gelegenheid van de
Gentse jaarbeurs zyn gehouden en waar
aan ook Afrikanen, zowel uit Kongo als
elders deelnamen, heeft de minister van
Kongo een rede gehouden. Hy sprak zich
daarbij uit voor een gedurfde en tegelyk
realistische politiek, voor een Belgisch-
Kongolese „dialoog".
Volgens de minister hebben deze studie
dagen wel aangetoond, dat een Franse,
een Britse en weldra ook een Belgisch-
Kongolese gemeenschap in Afrika nood-
zakelyk zyn. Het komt er voor minister
De Schryver vooral op aan, een grote
broederschap te scheppen tussen België
en Kongo, zodat eerstdaags een Belgisch-
Kongolese gemeenschap tot stand kan
komen, waarby elk der partners, iets wil
prysgeven in het belang van de onder -
lingen onafhankelykheid.
Intussen blyft vooral de socialistische
oppositie in België de toestand in som
bere kleuren afschilderen, zy weigert
enige verantwoordeiykheid voor de ge
volgde politiek te dragen, niettegenstaan
de zy de regeringsverklaring van januari
1959 heeft goedgekeurd, zolang de minis
ter van Kongo zyn beleid niet voor het
parlement verantwoordt. De binnen
landse politiek speelt hier natuurlyk
mee. Het huidige kabinet blyft weige
ren aan dit verzoek te voldoen, zodat
we wel op de normale opening van de
zitting in november zullen moeten wach
ten om te vernemen hoe de regering de
Kongolezen naar de onafhankelykheid
wil voeren.
Een grote fout
De liberale minister van staat, sena
tor Motz, schryft in de „Dernière Heure"
dat de regering een grote vergissing be
ging, toen zy zich in januari j.l. niet
uitsprak over de datum waarop de nieu
we onafhankelyke Kongo-staat zal wor
den gesticht. Het heeft de demagogen
van Kongo een argument in handen ge
speeld, waarop zy hun actie en de boy
cot van de verkiezingen kunnen baseren.
Dat is heel wat gemakkelyker dan een
goed economisch en sociaal programma
voor het reusachtige Kongolese gebied
op te stellen. De Engelsen hebben in
1956 Nigeria de onafhankelykheid voor
1960 beloofd, zonder dat dit aanleiding
tot ontevredenheid gaf. Stelt België nu
achteraf een termyn van vier jaar, dan
ïykt het een terugtocht. Toch moet vol
gens de minister de tyd gevonden wor
den om de nieuwe staat een stevige,
politieke basis te geven, zonder tot het
„césarisme", de alleenhaarschappy, te
vervallen, dat nu zo welig bloeit in de
staat Ghana van de heer 'Nkroemath in
het Guinea van de heer Sikotoure of de
Kongolese republiek van abt Fulbert
Youlou.
In al deze landen schynt men byvoor-
beeld de mening te zyn toegedaan, dat
de gevangenis een normale verbiyfplaats
voor de politieke tegenstanders is. België
heeft volgens de heer Motz in de afge
lopen 50 jaar te veel in Kongo gestoken
om dit gebied tot een dergelyk systeem
te zien vervallen. Er moet vooral voor
gewaakt worden dat in een onafhanke
lijk Kongo het economisch apparaat
binnen enkele maanden in elkaar zou
storten.
Men heeft hier nu enige hoop. dat
minister De Schryver, die de naam heeft
een goed onderhandelaar te zyn, de weg
zal weten te vinden om de economische
en politieke vooruitgang van Kongo
parallel te doen verlopen, zonder dat de
banden met België worden verbroken,
waarby ook op de hulp van bevriende
naties wordt gerekend. Reeds is de mi
nister van Financiën naar de Verenigde
Staten vertrokken, waar hij een leninrr
-,r„„ T-„nr,0 zaj vragen