Niet minder dan 5 gastdirigenten zullen zicli komen presenteren Ceta-Bever VLEKKENPASTA FILMS Jeugdorkest en Drumband De Burcht viert binnenkort eerste lustrum PLASTI COLOR Enige interessante noviteiten naast vele bekende composities Een bezoek aan liet Jammerdal der vluchtelingen in Oostenrijk Opgericht 1 maart 1860 Zaterdag 5 september 1959 Tweede blad no. 29840 Residentie-orkest in komend seizoen Ook de solisten beloven groot luistergenot Ook in het komende muziekseizoen zal het Residentie-Orkest, gelijk sinds zo vele jaren, met een eigen serie van acht concerten in onze stad vertegenwoordigd zijn, terwijl het bovendien viermaal zijn mede werking zal verlenen aan de'concerten van K. en O. Tijdens een persconferentie heeft directeur Brederode naar aange name traditie een uiteenzetting gegeven over de komende programma's, die enkele interessante premières bieden. Noviteiten zullen ook nu weer op beperkte schaal gegeven worden, teneinde het publiek niet met een overlading daarvan te „verontrus ten". Maar de premières, waarmee de luisteraars zullen kennis maken, mogen er zijn! Dat kan men zonder voorbehoud zeggen! Behalve Van Otterloo, treden op beide series tezamen niet minder dan vijf gastdirigenten op, hetgeen wel eens verfrissend werken kan. Mer" van Debussy. Het programma van het populaire concert is nog onbekend, Dean Dixon dirigeert op 18 februari o.a. het vioolconcert van Prokofjef met Berl Senofsky als solist. Het laatste K. en O. concert onder directie van Van Otterloo brengt Beet- hovens „Vierde Pianoconcert" met Cor de Groot als solist, alsmede de niet min der dan 78 minuten durende Vijfde Symfonie van Mahler, hetgeen zeker voor onze stad als een gebeurtenis aan gemerkt mag worden. Men ziet dus: het Residentie-Orkest krijgt dus in het komende muziek seizoen weer een eervolle taak te ver vullen. Wü verheugen er ons op dit ver maarde ensemble opnieuw in onze stad te mogen begroeten! Advertentie VRAAG KLEURADVIES EN FOLDER BIJ PLASTICOLOR NEDERLAND N.V. Singel 514 - Amsterdam De „Hongaarse" violiste Johanna Martzy, in onze stad sinds lang ten hoogste gewaardeerd, zal de soliste zijn op het eerste concert (29 oktober). Van haar hand weer eens het bekende Vioolconcert van Max Bruch te horen, zal zeker niet tot teleurstelling leiden Op dit eerste programma staan voorts Diepenbrocks „Marsyas-Suite", Frans beïnvloed en met een verrukkelijke vioolsolo, te spelen door een der con certmeesters. Deze suite is minder be kend dan zijn „Elektra". In verband met het Mahlerjaar (Mahler werd in 1860 geboren) wordt het programma be sloten met diens Eerste Symfonie. Een ex-prins in werkelijkheid is de formidabele ex-Russische pianist Nikita Magaloff. Hij speelt op het tweede con cert (19 nov.) het nog zelden gehoorde vijfde pianoconcert van Prokokjef; voorts worden die avond het „Diverti mento" voor koper en slagwerk van dirigent Van Otterloo en Tsjaikowsky's „Vierde Symfonie" ten gehore gebracht. Een der vermaardste cellisten van deze tijd is de Amerikaan Leonard Rose. Deze solieert op 17 december in Bocche- rini's celloconcert. Als noviteit gaat dan „Hymne" van de Zwitserse componist Burkhard (in 1955 overleden). Zwitser land beschikt thans over een belangrijke componistengeneratie, van wie men hier nog te weinig heeft gehoord. Schuberts „Onvoltooide Symfonie" en Strawinsky's „Le Chant du Rossignol" vullen het programma aan. Op 1 januari concerteert het Radio Filharmonisch Orkest, waarmee wij hier reeds eerder kennis maakten, on der leiding van Bernard Haitink. Deze brengt de „Negende Symfonie" van Bruckner, Erna Spoorenberg zingt aria's van Rossini en Mozart, De Franse dirigent Jean Fournet leidt het concert van 11 februari. Als belang rijke noviteit gaat die avond Messiaens „Les offrandes oubliées". Voorts diri geert Fournet Handels „Water Music" en Roussels „Vierde Symfonie". Solist is de nog jeugdige pianist Robert Alexander Bohnke, die reeds veel van zich deed spreken. Ook het daarop volgend concert op 3 maart staat onder een gastdirigent, 'namelijk Jean Martinon, die eveneens in onze stad eerder succes boekte De beroemde pianist Alexander Uninsky ispeelt. dan Chopins Pianoconcert in dat tussen Haydns Symfonie no. 99 in Es en Elgars „Enigma-Variaties" ge plaatst is. Het concert van 24 maart, met de tweede concertmeester van het R.O. Adrienne de Smet als soliste, brengt ons naar het vertrouwde terrein van Bach, Mozart en Beethoven, resp. het Vijfde Brandenburgse Concert, Mozarts Viool concert jn G. K. 216 en de Zesde Svm- jlonie (Pastorale). Het laatste concert vindt plaats op 7 april: ook dan een (gastdirigent, t.w. Franz Paul Decker General-Musikdirektor te Bochum. even eens een jeugdig talent, o.a. be.':end van zijn uitvoeringen door de radio. Met de Symfonie voor twee orkesten in D. van Joh. Chr. Bach, Tsjaikowsky's Pianoconcert in bes soliste Jeanine Dacosta en Strauss' „Also sprach Zarathustra" zal hy hier zijn entrée maken. De K. en O. concerten van het R.O. worden gedirigeerd door Willem van Otterloo, Ely Poslawsky (violist in het R.O. en o.a. dirigent van „Sempre Crescendo") en de negerdirigent Dean Dixon, die onlangs op de Kurhauscon- certen zulk een sterke indruk maakte. Ely Poslawsky brengt op 12 november Mendelssohns „Italiaanse Symfonie", het fagotconcert van Mozart (k.V. 191), als waardevolle noviteit Strawinsky's „Sym- fonies pour instruments avants" en „La PLASTICOLOR: 'n kwaliteitsprodukt van PIETER SCHOEN - ZAANDAM Aandacht voor de „kleine vrijhandelszone" De minister van Landbouw en Visserij, mr. V. G. M. Marijnen, heeft geant woord op hem schriftelijk door het Tweede Kamerlid Kolfschoten gestelde vragen over het streven van de regerin gen van Denemarken, Noorwegen, Oos tenrijk, Portugal, het Ver. Koninkrijk, Zweden en Zwitserland om te geraken tot de oprichting van een vrijhandels associatie. De minister antwoordt o.a. dat de ontwikkelingen op dit gebied en in het bijzonder de gevolgen voor de Nederlandse agrarische export, die hier uit zouden kunnen voortvloeien, zijn volle en voortdurende aandacht hebben. Er bestaat ter zake nauw overleg met zijn ambtgenoten van Buitenlandse Za ken en van Economische Zaken. Betaling omzetbelasting Blijkens een beschikking van ae Staatssecretaris van Financien, is be sloten de betaling van omzetbelasting met ingang van 1 januari 1960 overal in den lande te doen geschieden bij de ontvanger der directe belastingen. Om organisatorische redenen zal Am sterdam hierop voorlopig nog een uit zondering maken. Tot 1 januari 1961 is in deze stad de inning van omzet belasting nog opgedragen aan de ont vanger der accijnzen. GEEN KRINGEN! 1.35 PER TUBE VAN DEZE WEEK: „De beul van Springdale" Soms onlogisch toch spannend Rex In Rex draait deze week de ge kleurde Western „De beul van Spring dale", met welke titel het vertaalbureau weer eens een van zijn befaamde bok ken heeft geschoten, daar deze nergens op slaat. Deze Western is niet direct een film, waar men over naar huis zal schrij ven, doch de regisseur hoeft zich echter geenszins te schamen, daar de film over het algemeen wel boven het normale cowboyfilm-peil uitstijgt. Het verhaal is weinig gecompliceerd. Een jongeman wordt tot de galg veroor deeld, omdat hij bij een bankoverval de sheriff heeft doodgeschoten. In afwach ting van de voltrekking van het vonnis, verkeert het stadje Springdale in twijfel over zijn schuld, daar er slechts één ge tuige was, namelijk de opvolger van de vermoorde sheriff (Fred Macmurray), die zich tenslotte heeft kunnen vergis sen. Terwijl de galg opgericht wordt en er zich nog een liefdesgeschiedenis tus sen de dochter van de nieuwe sheriff en de misdadiger ontwikkelt, verkeert de sheriff in hevige innerlijke strijd, daar hij degene is, die het vonnis moet vol trekken en zo eeuwig bij zijn dochter als moordenaar van haar geliefde gebrand merkt zal staan. Op een zeker moment ontsnapt de misdadiger echter en dan komt zijn ware aard naar boven, hij verstoot het meisje, levert een hevig vuurgevecht, totdat hij tenslotte op het schavot wordt doodgeschoten. Iedereen is pas dan overtuigd van de schuld van de misdadiger en is berouwvol, omdat men de sheriff gewantrouwd heeft. Er komen enkele vrij onlogische mo menten voor in de film, doch deze wor den overschaduwd door de spannende ogenblikken. Voor liefhebbers van een Western is „De beul van Springdale" dan ook wel aan te bevelen. Die gliicklichste Frau der Welt Caterina Valente als een welluidende wervelwind Luxor De ongetwijfeld talrijke be- wonderaars(ster)s van Caterina Va- lente zullen deze week zeker de weg naar het theater aan de Stationsweg weten te vinden. Ze zullen niet teleurgesteld terugkomen. Ze krijgen, wat ze wensen en verwachten. Als een van levenslust bruisende welluidende wervelwind davert Caterina al dansend en zingend door het verhaaltje, dat overloopt van pittige en melodieuze liedjes en bonte, kleurrijke showspektakels. Men krijgt zelfs een beetje teveel van dat goede. Er is nauwelijks ruimte om de toch al verwarrende geschiedenis tot ontwikkeling te laten komen. Caterina, haar twee mede aan de grond zittende mannelijke dans- en zangpartners, de door dit trio verdreven blonde revuester, de jonge verliefde componist, de dwaze theaterdirecteur en niet te vergeten de deurwaarders, die het leven van de jongelui danig zuur maakt, zij doen alle maal zo druk en overdreven, dat men er naar gaat verlangen eindelijk eens een normaal mens tegen te komen. Die denkt men even te vinden in Hans- Joachim Kulenkampff, voor televisie kijkers geen onbekende door de onna volgbaar knappe wijze, waarop hij een quiz weet te leiden. Als de kapitalist, die de revue moet financieren, reageert hij aanvankelijk heel gewoon, maar het is eigenlijk nauwelijks te verwonderen, dat hij aan het einde van de historie al even stormachtig is als de rest. Dat moet haast wel in zo'n dynamische omgeving. Maar men kan niet alles verlangen. De show is overrompelend, de dans vol gens een gewaagde moderne choreografie en de muziek sprankelend, mede door het orkest van Kurt Edelhagen. En bovenal, daar is Caterina Valente. Niet voor niets zijn er al vier miljoen gram mofoonplaten van haar gekocht „Ein Lied geht um die Welt" Joseph Schmidt zingt ook een derde week TRIANON Al is het alweer zeven tien jaar geleden, dat de Duits-Roe meense tenor Joseph Schmidt zijn tra gisch einde vond in een Zwitsers werk kamp, men heeft deze zanger van vele populaire melodieën nog niet vergeten. Dat blijkt opnieuw uit het feit, dat de film, die Geza von Bolvary maakte te zijner nagedachtenis, voor de derde week blijft draaien in het theater aan de Breestraat. Men wil kennelijk nog eens genieten van die lichte, levenslustige stem, die machtig door de ruimte klinkt. Want Von Bolvary heeft de stem van de Joseph Schmidt door middel van zijn talrijke grammofoonplaten in de mond kunnen leggen van Hans Reiser, die op het witte doek de figuur van de opge jaagde zanger uitbeeldt. We komen in deze film nog een oude bekende tegen n.l. Theo Lingen. De jaren zijn hem echter bepaald niet ongemerkt voorbij gegaan. Een zomer vol hartstocht Menselijke drama's Casino De sympathieke Bill Tra vers, de lieftallige Virginia McKenna en de veelzijdige Yvonne Mitchell ne men de sleutelposities in in deze ge schiedenis, die ons plaatst op Jamaica. De lange Bill speelt de rol van Dou glas Lockwood, die leraar is op een school, waar men de jeugd wil opvoe den zonder straf uit te delen. Het lukt aardig, behalve bij het zeer recalcitran te dertienjarige meisje Silvia. Douglas trekt zich het lot van dit moeilijke kind zeer aan. Hij neemt haar onder zijn persoonlijke bescherming. Aan vankelijk haat zij hem. Zij schroomt zelfs niet zijn boeltje kort en klein te slaan, als hij een avondje uitgaat. Maar al spoedig slaan haar gevoelens radicaal om. Haar haat verandert in een kinderlijke, maar lastige hardnek kige verering voor haar leraar. Haar op hol geslagen fantasie wordt tenslotte haar ondergang. Want naast zijn zorgen voor dit kind heefUDouglas zijn eigen problemen. Zijn gevoelens gaan uit naar een plotseling in zijn leven verschenen vrouw (Virginia McKenna), die vele goed eigenschappen paart aan een ver schrikkelijke besluiteloosheid, wanneer het erom gaat haar relatie met een vroegere getrouwde vriend te verbreken. Na de zoveelste teleurstelling ver geet Douglas zichzelf en geeft hij eindelijk toe aan de toenade ringspogingen van de vrouw van de directeur (Yvonne Mitchell), die haar genegenheid voor de leraar trou wens nimmer onder stoelen of banken heeft gestoken. En dit voorval brengt Silvia helemaal uit haar evenwicht. Hoewel niet overal even duidelijk, toont regisseur Rudolph Cartier in deze film gevoel voor detail en nuancering te bezitten. De sfeer op dit zonovergo ten eiland is sterk getroffen. Prachtig heeft hij de dramatische gebeurtenissen geplaatst tegen de achtergrond van een rijke natuur. Diep menselijk zijn de fi guren, die hij op het witte doek brengt, in al hun deugden en ondeugden. Neem b.v. de persoon van de school directeur. Een idealist, die gelooft in de waarde van zijn experimenteel werk. Hij is bereid daar een offer voor te brengen, er zelfs zijn persoonlijk ge luk voor op het spel te zetten. Een gave creatie van Alexander Knox. Maar hij staat niet alleen. Ook de andere figu ren geven een hartverwarmend gevoel van echtheid. En naast dit vele posi tieve wil men het negatieve van deze film dan wel vergeten. De tijger van Eschnapur Kleurige taferelen uit Oosterse wereld Lido Fritz Lang is de regisseur van dit kleurige produkt uit de Oosterse wereld van sprookjesachtige luxe, avon turen, verfijning en wreedheid. Al deze elementen en natuurlijk een royale dosis liefde zijn op bekwame wijze dooreen- gemengd, maar dit werk is niettemin niet veel meer dan een boeiend prenten boek geworden, met weinig echt-filmi- sche kwaliteiten. Aan spanmng ontbreekt het echter geen ogenblik en Eastman- color zorgde voor aantrekkelijke kleuren. De kern van het verhaal is de strijd tus sen een Europese ingenieur die samen met zijn zwager, een architect, een paleis moet ontwerpen de maharadja van Eschnapur om de liefde van de buiten gewoon mooi tempeldanseres Seetha. Beiden maken zich jegens haar verdien stelijk door haar het leven te redden, maar haar hart blijft uitgaan naar ir. Berger. Met enorme inspanning en on der grote gevaren weet het tweetal het paleis van de maharadja te ontvluchten, doch aan het eind van de film ziet het er buitengewoon somber voor hen uit: zonder paarden zijn zij overgeleverd aan het geweld van een woenstijnstorm Op dat ogenblik breekt de film af; vol gende week in dezelfde bioscoop het ver volg van dit echt-Oosterse avonturen verhaal. Dat vond plaats van half juli tot half augustus en het bood door het voortdu rend verblijf temidden van de vluchte lingen ruimschoots gelegenheid hun moeilijkheden en problemen te leren kennen. Enerzijds is het verheugend te zien, wat er gedaan is en wordt. Daar ston den nu de nieuwe flatgebouwen, die een eind maken aan een veertienjarig of zelfs langer verblijf in de ellendige ba rakken. Voor de allerarmsten onder degenen, die een woning krijgen, waren zelfs meu belen ter beschikking gesteld door het Snelle groei naar grote faam Zaterdag 12 september a.s. zal met een grote feestavond in het St.-Anto- niusclubhuis de dag worden herdacht waarop voor 5 jaar Leiden werd verrijkt met een nieuwe drumband, die onder de specifiek Leidse naam „De Burcht" op initiatief van de bekende drumband- instructeur K. de Jeu werd opgericht. De vakbekwaamheid van instructeur De Jeu stond er borg voor, dat de jeugdige tamboers en blazers van „De Burcht" reeds spoedig van zich deden horen. Na een verrassend goede eerste uitvoering op 20 april 1955 in de grote zaal van Den Burcht, volgden weldra enige prach tige successen en werden o.m. op de concoursen te Haarlem, Delft en Bos koop eerste en tweede prijzen behaald, grotendeels nog met geleend materiaal, omdat de kasmiddelen niet toelieten om voor de thans 21 leden tellende Drum band „De Burcht" eigen instrumenten aan te schaffen. Op 8 februari 1955 besloot het be stuur bestaande uit K. de Jeu. voor zitter, L. Klinkhamer, secretaris, P. Broer, penningmeester en C. v. d. Plas, commissaris van materiaal, om naast de Drumband ook een Jeugd orkest op te richten en wel met een Engelse bezetting, dus alleen met ko perblazers. Men ging uit van de lof waardige gedachte om jongens van 10 tot 18 jaar op te leiden tot bekwame muzikanten en aldus een reservaat te vormen voor de plaatselijke muziek korpsen, die geen concurrentie zou worden aangedaan, doch integendeel helpende hand zou worden geboden bij het aantrekken van nieuwe leden, die op hun 18de jaar direct als volwaar dig senior-muzikant zouden kunnen deelnemen. De leiding van het Jeugdorkest werd in de vertrouwde handen gelegd van de bekende musicus de heer J. Scheffers. die weldra met de theoretische opleiding van een dertigtal jongens van 10 tot 18 jaar kon beginnen. Een werkcommissie o.l.v. de heer G. Sierat, bijgestaan door een damescomité, nam tot taak door De Burcht op de Grote Markt te Groningen, waar het Leidse korps op 28 augustus jj. een ovationele ontvangst ten deel viel. middel van enige acties o.m. het inza melen van oud papier, het plaatsen van busjes, de uitgifte van aandeeltjes en de werving van donateurs de nodige gelden voor de aankoop van een eigen instru mentarium. Dank zij de onvermoeibare ijver van deze kindervrienden kon in oktober reeds een 25-tal instrumenten worden aangeboden en kregen de jeug dige muzikanten hun eerste praktische lessen. Op 23 april 1956 presenteerde het Leidse Jeugdorkest en Drumband zich in de nieuwe samenstelling voor het eerst, in het openbaar tijdens een pro- paganda-avond in de grote zaal van Den Burcht. Die avond mocht de heer G. Sierat, die de heer De Jeu inmiddels als voorzitter was opgevolgd, uit handen van de voorzitter van de werkcommissie 8 trommels en een overslagtrom in ont vangst nemen en werd „De Burcht" een vaandel ryk, dat met de gezamenlijke giften van enige firma's kon worden be taald. Die avond bewees het Jeugd orkest, hoever het onder de bekwame leiding van de heer Scheffers reeds was gevorderd en werd overduidelijk bewe zen, dat de oprichting van dit orkest alleszins tot vreugde kon stemmen. Na dien ging het steeds crescendo met „De Burcht" en werden Drumband er Jeugdorkest steeds hechter bij de sa menwerking. Een reglementswijziging maakte de toetreding van een aantal meisjes mo gelijk en weldra kon Willy de Jeu 12 meisjes opleiden tot majorettes. Het Anjerfonds schonk f 1000.en de thans alom bekende fleurige uniformen met rode jasjes en witte kolbakken voor de majorettes konden worden aangeschaft. Helaas moest de heer Scheffers in 1958 om gezondheidsredenen zijn func tie neerleggen en moest naar een waar dig opvolger worden uitgezien. Deze heeft men gevonden in de heer W. Marks onder-kapelmeester van W.W., die sinds enige tijd wordt geassisteerd door Koos Marks, oud 15 jaar en nu reeds beroepsmuzikant is. Sinds april j.l. krijgen de jeugdige muzikanten hun theoretische opleiding van de heer A. Bijlsma aan de Mij. v. Toonkunst, niet alleen een unicum, doch tevens een bewijs, dat de zaken ernstig worden aangepakt. Dank zij de vakkundige en onver moeibare leiding van de heren De Jeu en Marks heeft' het Jeugdorkest en Drumband „De Burcht" in korte tijd nationale bekendheid gekregen. Voor het eerst naar buiten optredend bij de taptoe en optocht in 1957, werd kort daarna een tweede prijs te Boskoop behaald en volgden enige andere hoogte punten. Zo zijn de deelname aan het défilé op 30 april j.l. te Soestdijk, de Winkeliersfeesten in Rotterdam, Oranje feesten te Rijnsburg, Rijnsburg's Bloe mencorso en vooral de ovationele ont vangst op 28 augustus in Groningen in de annalen van „De Burcht" opgete kend. Met de deelname aan het grote bloemencorso, dat morgen te Zundert (N.-B.) wordt gehouden, maakt nu ook het zuiden kennis met de jeugdige Leidse muzikantjes. Het zal de Leidse burgerij tot vreugde stemmen, dat de medewerking aan de a.s. 3 oktoberfees ten thans zeker is. Jeugdorkest en Drumband tellen thans in totaal 80 actieve leden, alsmede een aantal adspirantjes op de wachtlijst. Nog vele wensen bleven onvervuld. Allereerst een behoorlijk repetitielokaal en dan vanzelfsprekend de nodige uit breiding van het instrumentarium, maar Leiden heeft thans een eigen Jeugd orkest waarop het trots kan eijn. UNREF, dus dat onderdeel van de UNESCO, dat zich met de vluchtelin gen bezig houdt. Deze week is de door studenten aan gelegde speelplaats in gebruik genomen. Schommels, wippen, e.d. werden bekos tigd van het door de Hervormde Jeugd groep in Emmen bijeengebrachte en vaak zelf „verdiende" geld. Er zijn een tweehonderd gezinnen en enkelingen, die er nog steeds zeer slecht voorstaan. Sommigen van hen komen voor een woning in aanmerking, ande ren niet. De datum, waarop ze het Oos tenrijks staatsburgerschap aanvaard hadden, ls hiervoor beslissend. Bij informatie bleek, dat gordijnen en linnengoed het jneest nodig waren. Maar wilde een tweehonderd gezinnen dit ontvangen, dan was hiermee (en dan was het nog maar voor één raam of één bed) een kleine 5000 gulden gemoeid. We beschikten over het linnengoed hier gebracht tijdens de eerste weken van juli en over ruim tweeduizend gulden, nog verdubbeld door de grandioze gift van een onzer kerkgenootschappen. Maar er waren ook andere behoeften: eerst werden dus die kleinere puzzels opgelost: reparatie van een invalide wagen, ondergoed voor enkele zieken, breiwol voor een verlamd meisje, le vensmiddelenpakketten, en voor enkele jarige oudjes, die 80 jaar of ouder wer den en door niemand werden bezocht, verjaarspakjes. Een tweehands naai machine voor een vrouw, die zo mis schien wat kan verdienen, een schrijf machine voor een invalide man, die proberen zal een diploma te halen. „Oegstgeest" bezorgde twee schrijf machines: de ene voor een blind echt paar, waarvan de vrouw vroeger secre taresse is geweest, de ander voor een ingenieur, die zo door enkele brieven te schrijven voor anderen, een zakcent verdient. Om tenslotte allen zonder onderscheid te helpen, gingen we aldus te werk: met het linnengoed in natura kon een 35 mensen geholpen worden. Voor de vluchtelingen in het „Altersheim" wa ren de binnengekomen handdoeken en washandjes toereikend. Tenslotte werd het mogelijk door de medewerking van een kleine winkelier een gewezen vluchteling, die moeizaam zijn zaak op bouwt de resterende gezinnen een bon te verschaffen ter waarde van 150 schilling ongeveer 22 gulden. Tegen overlegging van die bon kon ieder naar keuze gordijnstof of linnengoed aan schaffen. Er is nog wat geld over. Daarmee is een fonds gevormd om die gezinnen, die door ziekte of ongeval de huur van deze woningen (deze ligt veel te hoog) tijde lijk niet kunnen betalen er zijn er, die daarom maar liever in de barakken blijven over het dode punt heen te helpen. Betalen ze niet, dan worden ze n.l. „delogiert", d.w.z, naar een paar ellendige, voor dat doel gereserveerde barakken teruggestuurd. Dan zou inder daad het laatste erger zijn dan het eerste en we hopen vurig, dat U door Uw hulp, die veel reeds tot stand bracht, dit noodlot, dat velen als iets onvermij delijks bedreigt en steeds beangstigt, zult helpen afwenden. Voor het vele wat U deed en hopelijk ook verder zult doen, laten de vluchte lingen U van harte danken. Namens het Lager Haid, Hulpcomité voor E. A. FRANKEN-DUPARC, Lammenschansweg 71, Leiden, Tel. a0406| 8kOi 885813.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 3