GERESTAUREERD CLUBGEBOUW
VAN DE V.Y.S.L. HEROPEND
Lezers schrijven
DE MOED BLEEF ER IN!
Werk van jaren en tonnen door
bijzonder resultaat beloond
Jammerdal der vluchtelingen
verplaatst
Promotie met unieke aspecten
Opgericht 1 maart I860
Zaterdag 27 juni 1959
Tweede blad no. 29780
Het „houd er de moed maar in" waarmee gisteren omstreeks het
middaguur een deel van de Leidse schooljeugd de heropening van het
gerestaureerde clubgebouw van de VVSL muzikaal opluisterd, vormde
een bijzonder accent bij dit unieke openluchtfestijn op het Rapenburg.
Het was bedoeld om de vele aanwezigen, die blijmoedig gebukt gingen
onder een regen van woorden en water, wat op te beuren. Maar het
typeerde ongewild niet alleen deze heropening, maar ook wat
er aan voorafging en wat er nog komt.
Enkele jaren geleden brachten de Leidse vrouwelijke studenten een
forse dosis moed op welke nodig was om te besluiten tot een groot
scheepse restauratie van haar clubgebouw. Zij hebben moedig volge
houden, en daarvoor de beloning gekregen, dat zij thans beschikken
over een zeldzaam fraai tehuis. En zij moeten diezelfde moed er in
houden waarin zij ongetwijfeld zullen slagen om de laatste
loodjes de baas te worden: de resterende nog niet betaalde rekeningen
van een zeer kostbaar maar zeker niet te duur betaald werk.
De moed van de VVSL vond niet alleen bekroning in de heropening
van het clubgebouw, tevens in de aanwezigheid van zovelen, die blijk
gaven een warm hart voor deze groep van de Leidse Universitaire
gemeenschap te bezitten.
verbergen achter vrolijk tijdverdrijf met
hoge hoeden en bier noemde de VVSL
een van de belangrijkste steunpilaren
van de Leidse Universitaire gemeen
schap. Als naaste buur doch tevens als
zeer goede vriend bood hij namens cu
ratoren een wandbord als herinnering
aan.
De rector-magnificus prof. dr. H. J.
Lam. die zich de faam verworven heeft
van geestigste spreker namens de senaat
sinds jaren, toonde zich deze roep waar
dig in een kort woord, waarin hij zijn
bewondering uitsprak voor de voort
varendheid en het doorzettingsvermogen
van de vrouwelijke studenten. Hij bood
geschenken aan namens de senaat, de
damesprofessorenkrans en persoonlijk.
De architect de heer J. Krüger sprak
over de geschiedenis van de restauratie
en de aannemer de heer L. Zitman
dankte voor de wijze, waarop hij van
vele zijden medewerking bij het werk
had ondervonden.
Herboren als parel
Men kan over de entourage van deze
hoogtijdag voor de VVSL natuurlijk
zeggen, dat het weer niet meewerkte,
maar men kan daar ook anders over
denken. Toegegeven, het begon voor het
eerst in maanden te regenen toen de
eerste genodigden op het voor het ver
keer afgesloten Rapenburg verschenen,
het bleef regenen toen die zondvloed
van woorden, geschenken en van con
fetti zich over het gezelschap uitstortte,
en het ging stromen nadat de vlag ge
hesen was, terwijl de droogte terugkeer
de toen het hele festijn achter de rug
was. Maar was dat juist niet een hel
pende hand van de weergoden? Onder
de voor het eerst sinds lange tijd don
kere hemel kwam het traditioneel
deze dag wel bijzonder geaccentueerde
zonnige karakter van de VVSL beter
tot zijn recht. De dreinerige regen was
een welkome stimulans tot bekorting
van de woordenvloed. We moeten er niet
aan denken waartoe deze in een mild
zonnetje zou zijn uitgegroeid.
En tenslotte hield de stortbui na de
officiële heropening de genodigden lang
genoeg binnen om te kunnen genieten
van het bijzonder aantrekkelijke resul
taat van de grootscheepse restauratie,
waaruit Rapenburg 65 als een van de
mooiste gebouwen van Leiden tevoor
schijn is gekomen.
Groter, sneller en grondig
Enkele jaren geleden werd de restau
ratie in kleinere omvang op touw gezet,
maar by het optellen van de plannen
bleek al spoedig, dat de zaak in de eer
ste plaats grondiger en in de tweede
plaats sneller aangepakt zou moeten
worden dan men zich aanvankelijk had
voorgenomen. Vooral de belangen van
Monumentenzorg, dat vele niet te nege
ren verlangens ten aanzien van dit bij
zondere pand koesterde, maakte het no
dig de restauratie als één geheel uit te
voeren in plaats van geleidelijk in on
derdelen. Dat betekende voor de WSL
een grotere financiële last op korte ter
mijn en het probleem, dat het moeilijker
zou worden het verenigingsleven in gang
te houden.
Het is, dank zij doorzettingsvermogen,
voortvarendheid, originaliteit en aan
passingsvermogen van de vrouwelijke
studenten tenvolle gelukt.
Uiterlijk heeft het gebouw weinig ver
andering ondergaan, doch inwendig is
het, met behoud van de cultuurhistori
sche waarde van het oude herenhuis,
in een volkomen nieuwe gedaante uit
het werk van enige Jaren herboren. De
indeling onderging grondige wijzigingen.
De inwonende leden verdwenen uit het
gebouw, waardoor nieuwe ruimte vrij
kwam. De mensaruimte werd verdub
beld, de toneel- en novitiaatszolder zijn
onherkenbaar veranderd, de keuken is
gemoderniseerd, de commissiekamer is
een juweeltje gewofden, de garderobe
werd een intiem ontvangstzaaltje, vrij
wel geen enkel vertrek bleef zoals het
eerder was, en iedere verandering werd
een verbetering.
Mede door een zeer royale medewer
king van de Lakenhal, in het bijzonder
de heer Van Wessem, werd het inte
rieur verrijkt met talloze aantrekke
lijke meubelen, schilderijen, etc., ter
wijl van particuliere zijde een zeer
fraaie schouw voor de commissieka
mer werd verworven.
Men zou als enige bezwaar tegen de
ze unieke inrichting kunnen doen gel
den, dat het ons moeilijk lijkt, het
studentenleven aan te passen aan de
zorgen, waartoe de kostbaarheid van
de entourage verplicht.
De bodem.
Dank aan velen
De praeses van de VVSL, mej. de Vos
tot Nederveen Cappel. die op charmante
wijze dankte voor de gesproken woorden
en aangeboden geschenken, vertelde iets
over de moeilijkheden die moesten wor
den overwonnen. Aanvankelijk waren de
kosten van de restauratie begroot op
ruim twee ton, later bleek een bedrag
nodig te zijn dat een half miljoen be
naderde. Dank zij veler medewerking
kon de financiering veilig worden ge
steld: Leids Universiteits Fonds, Rijn,
Monumentenzorg, Gemeente en in ster
ke mate ook de leden zelf hebben het
hunne hiertoe bijgedragen. Er bestaat
goede hoop. dat het nog ontbrekende
binnen niet te lange tijd bijeen kan ko
men.
De oud-praeses mej. T. Kooistra, die
de leiding van de vereniging had in het
jaar, dat de bouw de ernstigste moeilijk
heden opleverde, sprak vervolgens een
kort woord, waarin zij zeide trots te zijn
op de VVSL, die hier iets heel bijzon
ders heeft gepresteerd. Zij opende daar
na de deur van het gebouw met een sleu
tel. die tussen een regen van confetti in
een mandje neerdaalde terwijl de vlag
werd gehesen. De regen werd toen net
stevig genoeg om het hele gezelschap
energiek naar binnen te laten stromen.
In dat gezelschap bevonden zich om.
leden van het college van curatoren, le
den van de senaat, mr. Rohlingh van
het ministerie van O. K. en W., burge
meester Van Kinschot en echtgenote,
mr. Hotke als hoofddirecteur van de
Rijksdienst voor Monumentenzorg, de
leden van de Bouwraad en vertegen
woordigers van andere organisaties op
universitair gebied. Ook Prinses Beatrix
woonde als studente de heropening bij.
(Advertentie)
Vraagt Uw Apotheker of Drogist
Sinds 1 juni leven we in het Vluchte-
lingenjaar, zoals we ook in een Mozart-
jaar geleefd hebben. Het kon gebeuren,
dat men in dat Mozartjaar leefde, zon
der ooit een noot muziek van Mozart
gehoord te hebben. Ten aanzien van de
vluchtelingen kan en mag een dergelijke
onverschilligheid niet bestaan. Hun
kommervol leven is een aanfluiting voor
de vrije landen, van wie ze hulp ver
wachten, maar waar ze een leven von
den, dat honderd maal erger was dan
wat zij ontvloden.
Nu wordt morgen in alle kerken voor
hen gebeden, het Wereldgebed voor de
Vluchtelingen in protestante en katho
lieke kerken, in synagogen en, als aan de
Overigens is de inrichting nog geens
zins voltooid. De VVSL lieeft ernaar
gestreefd, het gebouw tot in de pun
tjes te verzorgen en de aankleding
waar nodig nog te laten rusten. Het
gevolg is, dat er in de toekomst voor
nogal wat meubilair gezorgd zal moe
ten worden. Hier en daar is het ge
bouw nog te leeg: men ziet er teveel
van de bodemdoordat men al te
veel van de bodem van de kas ziet!
Zou het niet iets voor de Leidse bur
gerij zyn, als geschenk bij het volgend
jaar te vieren lustrum aan de VVSL
een bijdrage tot deze verdere vol
tooiing van het clubgebouw te verzor
gen?
Woorden en geschenken
Tijdens de officiële opening van gis
teren werd overigens al het nodige tot
tot die verdere aankleding bijgedragen,
want tijdens de toespraken en de re
ceptie mocht het bestuur vele geschen
ken van deze aard en ontvangst nemen.
De president-curator, die de eerste
v?nrkHo o^Sc^p df stoep' in. de reeen en De statige nevel van liet oude, uit
voor de op straat samengekomen geno-
digden - de aanwezige herenstudenten de zestiende eeuw daterende grach
wisten hun verbijstering over de pres- ten huis, waarin thans sinds 1928
-rïniïSVSvS VVSL retell. Achter deze gevel
het eigen huis byeen te komen, goed te I vindt men thans een interieur,
oproep gehoor wordt gegeven, in mos
keeën en tempels.
Naast ons gebed wordt ons offer ge
vraagd voor al die duizenden, die dus
nu al veertien jaar in barakken leven
en soms waanzinnig worden van ellen
de. Eén van die kampen is het „Jam
mertal", die miserabele rij barakken uit
Lager Haid bij Linz, waar wij door Uw
hulp de kerstweek doorbrachten.
Die barakken worden nu opgeheven
in dit Vluchtelingenjaar.
Er zijn permanente woningen verre
zen, mede door de hulp van studenten
uit alle landen, die een stuk van hun
vakantie gaven om daar in overal te hel
pen metselen.
Maar daarmee is het Jammerdal niet
opgeheven, slechts verplaatst.
De huur van die woningen ligt hoger
dan die van de bouwvallige barakken en
wat kan een mens aan huur opbrengen,
die leven moet van een veertig gulden
in de maand?
Bovendien is er geen lapje grond om
die hoge flatgebouwen. Zo missen ze hun
eigen verbouwde groente en de afleiding,
die dit werk hun bezorgde.
Een van de oogmerken van een reis
daarheen is om grond voor volkstuintjes
te kopen.
De vluchtelingen zelf zijn bang om in
die echte woningen te trekken. „Out of
camp, out of mind", vrezen ze: m.a.w.:
Wie zal zich nog om hen bekommeren,
wanneer ze als andere mensen in huizen
leven?
Het is gelukt om voor de meeste ge
zinnen daar, hier een gezin te vinden,
dat hun af en toe pakjes zendt met het
allernodigste van levensmiddelen en
kleren. De vluchtelingen reageren daar
op met dankbare briefjes en nu, na een
jaar zoeken en tasten, komen de wensen
los. Ze zijn bescheiden en vragen niet
graag. Maar eindelijk wat linnengoed
voor hun schamele slaapplaatsen. En
dekens voor de zieken.
Als vrienden verhuizen, zenden wij
bloemen of een geschenk zelfs.
Zo graag willen wij deze allerongeluk-
kigsten ook een verrassing bezorgen.
Zou het voor Leiden als industrie-stad
niet mogelijk zijn om enkele honderden
lakens of althans de stof daarvoor bij-
Een kijkje in de commissiekamer
van het VVSL-gebouw. Een zeld
zaam charmant zaaltje, dat men
nauwelijks zou verwachten in een
clubhuis voor studenten. De schouw
werd van particuliere zijde ver
kregen, meubels en schilderijen zijn
in bruikleen afgestaan door de
Lakenhal.
(Foto LD/Van Vliet)
Gouden feest van zuster Zephyrina van
liet St. Elisabeth-ziekenhuis
Zr. Zephyrina, directrice van het St.-
Elisabeth-ziekenhuis te Leiden, viert
in 1 jaar drie jubilea!
Op 10 juni j.l. was zij 35 jaar direc
trice van dit ziekenhuis.
Op 8 september viert zij haar gouden
professiefeest in de Congregatie van
de Zusters Franciscanen te Breda. En
op 22 januari 1960 is zij 50 jaar onaf
gebroken in het St.-Elisabeth Zieken
huis werkzaam!
Zoveel feestelijke feiten in één zie
kenhuis, dat continu in „bedrijf" is, en
momenteel eerst de spoedige voltooiing
afwacht van de nieuwbouw aan de
Hooigracht, vergden enige concentratie.
Terwijl het meer persoonlijk gouden
professiefeest door de zusters wordt
gevierd op 8 en 20 september, resp. te
Breda en te Leiden, is het initiatief ge
nomen om daarna, op zaterdag 10 okto
ber, zr. Zephyrina een hulde te bereiden
vanwege haar bijzonder grote verdien
sten voor het ziekenhuis en voor de
tallozen in en buiten Leiden.
Een halve eeuw heeft zij zich in grote
i werkkracht gegeven, niet alleen aan de
directe verpleging, doch ook, in haar
topfunctie, aan de verpleegstersoplei
ding. aan de nooit eindigende zorg voor
de outillage, en aan verbouwing en
I nieuwbouw in vele fasen, in constante
samenwerking met architecten en dok
toren. In deze 50 jaar, waarvan 35 onder
haar directe leiding, groeide het zieken-
i huis van 60 tot nu 400 bedden.
Typerend voor haar is ook de per-
soonlijke band met talloze families uit
Leiden en verre omstreken, van alle
I gezindten, (1 op drie der opgenomen
patiënten is niet-r.-k.), die zich door
I haar zorg in het ziekenhuis thuis voelen.
Dit alles is dan ook de reden, dat de
initiatiefnemers. J. J. L. Haanraadts, L.
C. J. Roozen. W. Schrandt en J. A.
Tolenaar. zich voorstellen om op 10
oktober zowel aan doktoren, als oud-
patiënten en vele vrienden de gelegen
heid te geven om persoonlijk zr. Zephy
rina hun gelukwensen aan te bieden.'
Na het vakantieseizoen worden uiter-
aard nadere gegevens gepubliceerd.
Wel mag nu vast vermeld worden, dat
i er een girorekening geopend is. om
vrienden, doktoren en oud-patiënten
gelegenheid te geven bij te dragen tot
waarin een harmonische combinatie
gevonden is van antieke schoon
heid' modern gerief en gezellig
heid.
(Foto LEVVan Vliot»
Officiële publikaties
i Burgemeester en wethouders van Leiden
brengen ter openbare kennis, dat zij
respectievelijk bij besluiten van 28 mei en
19 juni 1959 een wachtverbod hebben
vastgesteld voor de Hartesteeg. aan beide
zijden van de weg, en voor de Vrouwen-
kerkkoorstraat, aan de zl|de der oneven
huisnummers.
Een afschrift van deze besluiten is ge
zonden aan de Hoofdingenieur-Directeur
van de Rijkswaterstaat in Zuid-Holland,
aan de door de minister van Verkeer en
Waterstaat aangewezen verenigingen, be
hartiging van verkeersbelangen ten doel
hebbende, en aan Gedeputeerde Staten
van Buid-HoUaud.
een feestgave op die dag. Giften voor
het jubileum kunnen gezonden worden
aan de Ned. Handelsmaatschappij te
Leiden, giro 655749, onder toevoeging
„Voor juibileum Zuster Zephyrina".
een te brengen. Het liefst maken zij zelf
de hoezen voor hun dekbedden.
Zoals ik er met Kerstmis heenging
met koffers vol kleren en levensmidde
len. zo hoop ik nu met balen vol linnen
goed te vertrekken.
Als ieder, die hier zelf in staat is met
vakantie te gaan, twee meter graslinnen
hier bezorgt (meer kan ook en minder
voor ev. slopen) gaan de vluchtelingen
wel geen vakantie, maar wel dit nieuwe
begin in een eigen huis na 14 jaar om
zwerving en ontbering met een beetje
vreugde tegemoet.
Ook girogiften op nr. 285812 van dr.
E. A. FrankenDuparc (telefoon 20408,
Lammenschansweg 71, Leiden) blijven
uiterst welkom.
Wij hopen verder, dat het nu evenmin
als met Kerstmis mogelijk is ieder per
soonlijk te bedanken. Graag doen wij
dat nu achteraf en bij voorbaat.
Namens het hulpcomité voor Lager
Haid te Leiden:
E. van AsbeckJonckheer
E. A. FrankenDuparc
C. GossesAzings Venema
J. Rutgers van der Loeff.
Wetenschap heet geen Engelsman van nationali-
grenzen te kennen, zomin teit, is directeur van het
als ware kunst. Nu is de Zweeds Theologisch Insti-
algemene juistheid van
deze uitspraak in de te
genwoordige tijd, waarin
wetenschap dikwijls in
dienst staat van machts
politiek, wel aan enige
twijfel onderhevig, maar
wetenschap wordt toch
tuut te Jeruzalem in Is
raël. Hij kwam naar de
oudste Nederlandse Uni
versiteit, Leiden, om de
ioctorsgraad te verwerven
Zijn promotor was prof.
dr. P. A. H. de Boer.
Een bijzonderheid was
nog altijd gekenmerkt overigens nog, dat de heer
door zeer nauwe interna
tionale relaties. De Leidse
Universiteit legt daar tel
kens weer op verheugende
wijze getuigenis van af.
Toch was gistermiddag de van jaren.
Kosmala niet in Leiden
heeft gestudeerd. Hy ken
de zyn promotor slechts
van enkele ontmoetingen
in de loop van een reeks
promotie van de heer H
Kosmala tot doctor van
de Leidse Universiteit in
de Godgeleerdheid wel iets
byzonders op dit gebied.
De heer H. Kosmala
Duitser van geboorte en
De heer Kosmala pro
moveerde op een proef
schrift getiteld „Essenis-
mus und Christentum"
Deze dissertatie is een
fragment van het veel
omvangrijker standaard
werk van de hand van de
heer Kosmala, dat geti
teld is „Hebraer - Esse-
ner - Christen".
Prof. De Boer stelde in
zijn judicium - ook dit
was een bijzonder aspect
van deze promotie - dat
hij de jonge doctor niet
als leerling mocht be
schouwen, maar in vele
opzichten juist van hem
had geleerd by de enkele
ontmoetingen sinds 1953.
De Leidse Universiteit zal
zijn verdere werk en leven
met grote belangstelling
volgen. Bijgaande foto
toont de „jonge doctor"
•rechts) in gezelschap van
zijn promotor na afloop
van de plechtigheid, die
slechts door enkelen werd
bijgewoond.
(Foto LD-Van Vliet)