Chief Whip
RIPQLIM
EXPRESS
Nederlandse metaalindustrie moet
op haar tellen passen!
Tentoonstelling van werkstukken
in de bedrijfsteclinisclie school
opfoderslipl
Niet slaaf worden van „liever
kleine baas dan grote knecht"
Het buitenland wapent zicli voor E.E.G.
"zelP
schilders!
vraag
geen verf
vraag:
(22X222» y^Tif1,1
Enig en zeer interessant
HAD BUSCHAUFFEUR SCHULD
AAN TRAGISCH ONGELUK?
Opgericht 1 maart 1860
Woensdag 27 mei 1959
Tweede blad no. 29753
Grootste bedrijfstak vergadert in Leiden
De immer strijdvaardige voorzitter van de Vereniging van Metaal
industrieën, dr. J. C. Hooykaas, heeft in zijn vanmiddag
uitgesproken rede op de jaarlijkse algemene vergadering van
ae VMI in overdrachtelijke zin waarschuwend de vinger opgeheven
en gezegd: gij, metaalindustrie en overheid, past op uw tellen met de
EEG! Geen nieuw thema voor dr. Hooykaas, integendeel, en dan ook
een principieel en reeds bij vele gelegenheden bereden stokpaardje-
met-allure. Het is immers niet zo, dat het met kracht attenderen op de
plaats, welke Nederlands metaalindustrie in ons land, in het ruimer
verband van de EEG, en in het ruimst mogelijke verband van de
gehele wereld, dient in te nemen, een soort hobby van dr. Hooykaas
is. Geenszins. De voorzitter van de Vereniging van Metaal-industrieën
pleit gedurig uit innerlijke overtuiging voor een (aanzienlijke) verster
king van deze bedrijfstak, daar zij het anders in de nieuwe constellatie
niet meer zal kunnen bolwerken, met alle voor onze economie dras
tische gevolgen van dien.
De Nederlandse metaalindustrie is
na de oorlog toch uitgegroeid tot de
grootste bedrijfstak van ons land, al
hoewel de enorme krachtsinspan
ning van onze industrie in haar ge
heel, die er in hoge mate mede toe
heeft geleid dat het Nederlandse
volk vandaag een toestand van be
trekkelijke welvaart kent, niet in de
harten van ditzelfde volk leeft, al
dus de heer Hooykaas, die er boven
dien ook nog op liet volgen, dat het
voor de regering soms moeilijk blijkt
te zijn, hieruit de noodzakelijke con-
quenties te trekken.
Wat is immers het geval? Het buiten
land spant alle krachten in om zijn
(metaal)-industrie zo sterk mogelijk 'te
maken, doch in ons land zit het indi
vidualisme ons dwars. Het „liever kleine
baas dan grote knecht", zo drukte dr.
Hooykaas zich uit, heeft zo'n grote in
vloed op ons handelen, dat wij dreigen
hiervan de slaaf te zullen worden. Vol
gens de stellige overtuiging van de VMI-
voorzitter is de zwakke plek in de me
taalindustrie: het gemis aan gezamen
lijk optreden. Spreker ontveinsde zich
niet, dat als nauwer samenwerken een
feit zou zijn geworden, daarmede alleen
de positie van de Nederlandse metaal
industrie niet veilig kan worden gesteld.
Wanneer uit die samenwerking de zo
noodzakelijke efficiente arbeids- en pro-
duktieverdeling zal voortvloeien ook
al omdat de mogelijkheid van een be
tere financiering zich hierbij zal kun
nen voordoen dan blijven toch nog
altijd wensen bestaan, waarvan de me
taalindustrieën zelf de vervulling niet
zonder meer in de hand hebben.
Wat doet het buitenland
De buitenlandse metaalindustrie is in
opmars! En hoe omvangrijk die in
dustrie wel is, blijkt uit de kille cij
fers: de Nederlandse metaalindustrie
legt op nauwelijks 5 percent van de
totale produktie van de Euromarkt-
metaalindustrie beslag. Een kleine
groep vormt deze bedrijfstak dus in
het groter geheel, doch een gipep, die
kwalitatief toch waarlijk wel wat
presteert en sterke innerlijke kwali
teiten bezit. De klemmende vraag is
echter of men krachtig kan blijven
tenopzichte van de andere EEG-lan-
den.
Wat doet Frankrijk? De derde fase in
het economische plan voltrekt zich
thans. Bestond "fase één uit een zorg
vuldige opbouw van de infrastructuur
(met de nadruk op de energievoorzie
ning en de verbindingen)fase twee uit
de opbouw en modernisering van de
grondstoffenvoorziening, fase drie be
staat uit de modernisering van het in
dustriële verwerkingsapparaat. Doel
stelling is de Franse industrie een voor
sprong te geven op de andere indus
trieën in de EEG-landen. De regering te
Parijs gaat er vanpit, dat dit niet mo
gelijk is langs de weg van de natuur
lijke ontwikkeling, maar door forcering
van een snelle opbouw. Als mogelijk
heden hiertoe biedt zij de Franse in
dustrie o.a. talloze vormen van kredie
ten met staatsgarantie en belastingfaci
liteiten.
Wat doet West-Duitsland? Naast het
herstel van de vooroorlogse concern-
verhoudingen maakt de industrie een
opmerkelijke groei door naar nieuwe
grotere eenheden. Dit wordt de aange
wezen organisatievorm geacht om me
nige moeilijkheid tot oplossing te bren
gen. Van de bedrijven zelf uit wordt
deze concentratie voortdurend gevoed,
met als gevolg een steeds verder door
gevoerde arbeids- en produktieverde-
ling. Het offer van liquidatie van kleine,
niet gespecialiseerde bedrijven wordt
gerechtvaardigd geacht.
Zetten de Duitse en Franse metaalin
dustrie dus alles op alles om een bij
zondere concurrentiepositie op de Euro-
markt in te nemen, bovendien ontwik
kelt zich in deze bedrijfstak een nauwe
samenwerking waarvan de consequen
ties voor ons land, aldus dr. Hooykaas,
moeilijk kunnen worden overzien.
Worden, zo vervolgde de VMI-voorzit-
ter, ook in België de geesten wakker, in
Engeland valt eveneens een steeds nau
wer samengaan tussen de bedrijven te
constateren. In Zweden legt men zich
toe op een systematische opbouw van de
toelevering tussen zelfstandige bedrij
ven. te belangrijker omdat de toeleve
ring in de metaalindustrie van uitzon
derlijk groot belang is.
Wat doet Nederland?
De Nederlandse metaalindustrie die
zowel wat. de waarde van de produktie
het aandeel in de export als de bij
drage tot de werkgelegenheid de eer
ste plaats onder de bedrijfstakken in
neemt exporteert bijna 40 percent
van de produktie naar nagenoeg alle
landen ter wereld. Of dit peil te
handhaven valt, hangt van het elan
van de industrie zelve gerugve-
steund door de overheid af. Wel
mag men vertrouwen in eigen kracht
hebben, ontleend aan prestaties in het
jongste verleden, doch dit mag niet
tot zelfgenoegzaamheid leiden. Het
dient alle betrokkenen heilige ernst te
zjjn met het voornemen niet te blij
ven stilstaan bij hetgeen reeds werd
bereikt.
Stelde dr. Hooykaas twee jaar gele
den voor denkende aan de grote ka
pitaalbehoefte in de bedrijfstak tot
vorming van een industrieconsortium
over te gaan, verleden jaar kon hij me
dedelen, dat de instelling van een der
gelijk consortium niet uitgesloten be
hoefde teworden geacht. Thans hebben
de gedachten van een samenlDundeiing
in de metaalindustrie bepaalde vormen
aangenomen. Mocht oorspronkelijk de
klemtoon op het financieringsaspect ge
legen hebben, thans treedt de noodzaak
van een rationele regeling van de pro
duktie-, arbeidsverdeling en marketing
steeds meer op de voorgrond.
Een verheugend verschijnsel noemde
dr. Hooykaas deze evolutie, daar zij
voortspruit ui,t een behoefte van de ge-
interesseerde ondernemingen zelf.
In de produktie en arbeidsverdeling
schuilt de zwakke plek van onze in
dustrie. Als export-industrie zal men
niet meer kunnen volstaan met een
veelvoudige doublering van produkties.
Duidelijke restricties zullen gesteld
moeten worden aan de economisch
niet-verantwoorde gevolgen van onze
zelfstandigheidswil. In dit nieuwe
beeld zullen de middelgrote en klei
nere bedrijven zoker een onmisbare
functie kunnen blijven vervullen, doch
dan met een beperking van het as
sortiment, dat per bedrijf wordt ge
produceerd. Het buitenland is op dit
gebied al zeer ,ver en misschien aldus
dr. Hooykaas, zullen ook wij nog eens
tot het inzicht kunnen komen, dat
men het besluit zal moeten durven
nemen deze strakke lijn te volgen.
De landen met een traditionele me
taalindustrie zien de expansie van onze
afzet ongaarne en zij vinden het van
zelfsprekend, om ook via hun diploma
tieke vertegenwoordigers hun eigen af
zet te pousseren en daarmede onze ex
port zoveel mogelijk terug te dringen.
Hebben vechters nodig!
In de praktijk blijkt echter helaas, al
dus dr. Hooykaas, hiermede een al bg
eerdere gelegenheden geuite kritiek
herhalend, dat onze diplomatieke ver
tegenwoordigers lang niet altijd in
tensief genoeg voor de belangen van
de Nederlandse industriële afzet in
het buitenland opkomen. De strijd om
het bestaan is voor ons land te moei
lijk geworden om te kunnen volstaan
met een buitenlandse dienst, die de
nationale goodwill overwegend door
middel van representativiteit meent
te kunnen bewerkstelligen TT7:i heb
ben vechters nodig!
Maatregelen tegen dumping!
Nederlands ondememingskracht wordt
ook ontzenuwd wanneer er geen maat
regelen worden getroffen tegen de dum
ping, die bepaalde landen met hun pro-
dukten op de Nederlandse markt toe
passen. Hieraan moet op korte termijn
paal en perk worden gesteld. In navol
ging van Frankrijk zal een consequent
anti-dumpingsbeleid moeten worden ge
voerd, dat wellicht in een wet veran
kerd zal moeten worden.
De expansie van de metaalindustrie
i? in hoge mate afhankelijk van het in
stituut van de zelffinanciering. Elke
aantasting van de zelffinanciering
dreigt de expansie van het industriële
apparaat op losse schroeven te zetten.
Alles hangt er dan ook van af of nuch
tere nationaal-economische bescoou-
wingen het zullen winnen van politieke
stokpaardjes, aldus eindigde dr. Hooy
kaas.
V.M.I.-eremedailles
Na afloop van zijn rede reikte dr.
Hooykaas een aantal VMI-eremedailles
uit. In zilver aan ir. H. C. Wesseling.
voor diens jarenlange medewerking aan
het VMI-bestuur en aan de heer A. S-
de Muinck Keizer wegens dezelfde ver
dienste. De eremedaille in brons werd
verstrekt aan het metaalbedrijf Rade-
makers N.V. te Rotterdam ter gelegen
heid van het 50-jarig bestaan van deze
onderneming. Voor dit bedrijf ontving
de directeur, ir. H. W. Beckering, de
medaille.
Aan deze bijeenkomst was een ont
vangst in het Stadhuis voorafgegaan.
Kon. instituut voor taal,
land- en volkenkunde
WORDT VAN DEN HAAG NAAR
LEIDEN OVERGEBRACHT
Het Koninklijk Instituut voor Taai-
Land- en Volkenkunde, thans gevestigd
aan de Van Galenstraat te 's-Graven-
hage, zal in de naaste toekomst naar
Leiden worden overgebracht. Dit zal ge
schieden wanneer de centrale huisves
ting van de Oosterse studiën te Leiden
haar beslag heeft gekregen.
Leids onderwijspsycholoog
in Amsterdam gepromoveerd
De heer S. Wiegersma, die verbonden
is aan de afdeling geestelijke gezondheid
van het Nederlands Instituut voor Prae-
ventieve Geneeskunde alhier, is gister
middag gepromoveerd tot doctor in de
letteren en wijsbegeerte aan de Gemeen
te Universiteit van Amsterdam op een
proefschrift getiteld „Belangstellingson-
derzoek bij de differentiatie na de lage
re school". Promotor was prof. dr. A. D.
de Groot, hoogleraar in de toegepaste
psychologie aan deze Universiteit. In
één der aan het proefschrift toegevoeg
de stellingen, wordt opgemerkt, dat het
in brede kring in ons land nog bestaan
de gebrek aan trots op en vertrouwen
in het Nederlands vakmanschap een
sterk remmende factor is in het streven
om het gemiddelde niveau van de vak
bekwaamheid in Nederland op een hoog
peil te brengen.
Leidse Bloedbank
Een gisteren gepubliceerd bericht van
onze Rotterdamse correspondent wekt
ten onrechte de indruk als zou alleen
Groningen momenteel de beschikking
hebben over een bloedbank ten behoeve
van bloedtransfusies: Van bevriende zijde
vestigt men er onze aandacht op, dat
hier ter stede reeds jaren geleden onder
auspiciën van de afd. Leiden van het
Ned. Roode Kruis een dergelijk instituut
werd opgericht, dat voortreffelijk func
tioneert. Bij herhaling heeft men trou
wens in dit Blad beschouwingen kunnen
lezen, waarin werd opgewekt om zich als
bloedgever beschikbaar te stellen, het
meest recentelijk in verband met de toe
nemende behoefte aan bloed als gevolg
van de veel bloed vergende transfusies
bij hartoperaties.
De 5-jarige Johanna Singerling
uit de Schoolsteeg is gistermiddag bij
het plotseling oversteken van de Lange-
gracht door een wielrijder aangereden.
Het meisje brak haar linkeronderbeen.
Aüvercenue
Vrijwel volledige betaling
schulden T. en D.
De curator in het faillissement der
commanditaire vennootschap op aande
len Tieleman en Dros alhier deelt ons
mee, dat in dit faillisement tot heden
drie uitdelingen hebben plaats gevonden.
Blijkens de gedeponeerde uitdelings-
lijsten is hierbij een aan de C.V. ver
leend boedelkrediet groot f. 399.585, ge
heel afgelost. Aan preferente crediteu
ren werd in totaal f. 951.594, uitgekeerd,
waarmee deze thans vrijwel geheel zijn
voldaan. De concurrente crediteuren
ontvingen tot heden achtereenvolgens
14, 15, 48 en 15.5144% hunner vorderin-
In de nu alweer twee jaar bestaande gemeentelijke bedrijfstech-
nische school aan de Medusastraat wordt op het ogenblik een tentoon
stelling gehouden van werkstukken, welke de leerlingen van deze
school voor individueel technisch onderwijs in de afgelopen negen
maanden zelf hebben gemaakt. Jongens zowel van het oriëntatiejaar
als van het tweede en derde leerjaar hebben, tezamen met de twaalf
leraren, aan deze bijzondere interessante expositie medegewerkt.
Het werk van het eerste of oriëntatie
jaar dit komt op de tentoonstelling
ook duidelijk tot uitdrukking is niet
direct gericht op het vak, doch brengt
de jongens wel in contact met de ver
schillende materialen zoals b.v. hout,
metaal en verf. Gedurende dit oriënta
tiejaar wordt tegenwoordig iedere jon
gen psychotechnisch onderzocht, zo ver
telde ons gisteravond in het schoolge
bouw de huidige directeur, de heer F. C.
Mabesoone. Een feit is, dat het rapport
van de psycholoog meestal overeenkomt
met de ervaringen, welke de leraren met
de leerlingen opdoen. De leeftijden van
de jongelui variëren van twaalf tot zes
tien jaar. Dat dit bijzondere schooltype,
destijds door wethouder J. C. v. Schaik
gecreëerd, aan een grote behoefte, voor
al hier in Leiden, voorziet blijkt wel uit
het aantal leerlingen, dat men bij de
aanvang van de nieuwe cursus in totaal
verwacht, n.l. ruim driehonderd.
Vrije expressie
Zoals bekend heeft de gemeenteraad
goedgevonden, dat de bedrijfstechnische
school een uitbreiding zal krijgen aan
de niet zo ver van de Medusastraat ge
legen Timorstraat, waar dan o.m. een
metselloods zal verrijzen. Een tentoon
stelling zoals die vandaag nog in het
schoolgebouw te bezoeken is, kan o.i.
zonder al te veel moeite meerdere ma
len gehouden worden. Het onderwijs,
dat aan de eenvoudig begaafde jongens
gegeven wordt, is immers geheel gericht
op het maken van taken. Dat de con
structieve arbeid voor de jongens van
groot belang is wordt duidelijk wanneer
men een rondgang door de verschillen
de lokalen maakt. Allerlei vormen van
vrije expressie zijn op deze expositie
men heeft er een zinvol geheel van
weten te maken te zien. Het indivi
duele karakter van het onderwijs aan
Een hoekje van de metselafdeling.
De jongens hebben zelf deze fraaie
borders aangelegd, met veel liefde
en veel enthousisme uiteraard
(Foto L.D./Van Vliet)
de bedrijfstechnische school komt vooral
in het schildersatelier sterk tot uiting.
Zowel in de metaal- als houtafdeling
staan vele nuttige gebruiksvoorwerpen
ten toon gesteld.
Plastieken
Bijzonder fraai zijn de plastieken, die
enkele leerlingen zelf hebben weten te
vervaardigen. Enkele jongens maakten
na een •museumbezoek maskers en pop
pen na het zien van een poppenspel. Er
zijn zelfs leerlingen, die op school mu
ziekinstrumenten hebben gemaakt voor
een gamelanorkest. Af en toe spelen zij
er op in het Rijksmuseum voor Vol
kenkunde, onder leiding van dr. Van
Wengen. Al deze attributen zijn op het
ogenblik in een der lokalen van het
grote gebouw aan de Medusastraat te
bezichtigen. Een aantal bijbels wijst er
op, dat ook godsdienstonderwijs in het
leerplan is opgenomen. Zowel protestan
ten als rooms-katholieken bezoeken n.l.
deze school. Foto's laten zien hoe de
jongelui in de verschillende afdelingen
werken. Noemen wy tot slot de zeer
fraaie en omvangrijke werkstukken,
welke zich in de metselafdeling bevin
den. Er zijn o.m. gevelstenen, die door
de leerlingen zelf ontworpen zyn. Vrije
expressie dus ook in het metsellokaal
VER. VAN ZUID-HOLLANDSE
GEMEENTEN
Op de vergadering van de Vereniging
van Zuid-Hollandse Gemeenten, die op
3 juni in de schouwburg te Gouda ge
houden zal worden, zullen mr. dr. K. F.
O. James, burgemeester van Gouda, mr.
G. E. van Walsum, burgemeester van
Rotterdam en de heer A. J. Jongeleen,
wethouder van Leiden, inleidingen hou
den over het ruimtelijk probleem van
elk van de mede door hen bestuurde ge
meenten. Zij zullen daarin ook de be
stuurlijke aspecten betrekken.
gen, waartoe in totaal f. 1.062.448 werd
uitgekeerd.
Er zijn nog enige verdere uitkeringen
te verwachten. Het uitzicht bestaat, dat
uiteindelijk alle preferente schulden
voledig en alle concurente schulden
vrijwel volledig, zullen kunnen worden
voldaan. Het is echter wel uitgesloten te
achten, dat de baten toereikend zullen
blijken ook nog een uitkering aan de
aandeelhouders te doen, aldus de cu
rator.
K. VAN K. EN FABRIEKEN
VOOR RIJNLAND
In de donderdag 4 juni te houden ver
gadering van de Kamer van Koophan
del en Fabrieken voor Rijnland komt
o.a aan de orde de benoeming van een
voorzitter in dé vakature, ontstaan
door het overlijden van de heer T. M.
H. van Waveren.
BURGERLIJKE STAND
VAN LEIDEN
GEBOREN
Catharina, dr. van D. van Schoonder-
woerd den Bezemer en S. M. van Koope
ren; Irene. dr. van N. T. van der MeiJ
en E. Sutterland; Bernardina Johanna
Maria, dr. van T. J. M. van Geijlswijk en
B. T. Berg; Helena Philomena Maria Jozef
dr. van H. M. A. van de Sanden en H. F.
J. M. Bertens; Ellen Marianne, dr. van W.
Wagenaar en C. J. M. Welter; Andrea
Johanna, dr. van W. J. van Es en G. M.
van Opbergen; Guy, zn. van J. Hermenet
en D. Roos; Gerrit Jan, zn. van W. J.
Lardé en P. Binnendijk; Eleonore Susanna
Maria, dr. van G. M. Zwetsloot en T. M.
van Kesteren.
GETROUWD
Z. L&z&r en P. G. Schilthuls.
OVERLEDEN
W. Groen, 83 Jr., man; S. van Vlegen,
78 Jr.. weduwe van A. Rozenboom.
Drama op onbewaakte overweg te Wezep
Officier van Justitie eist f. 150.— boete
Voor de rechtbank te Zwolle
stond gisteren een 29-jarige auto-
busconducteur uit Epe terecht, die
op 1 oktober j.l, achter het stuur
had gezeten van een bus, welke
op een onbewaakte overweg te
Wezep (gemeente Oldebroek)
door een trein werd gegrepen. De
ramp kostte vier inzittenden van
de bus het leven. Tegen de voor-
malige chauffeur werd 150 gulden
boete geëist.
In een zeer uitvoerige dagvaarding
werd verdachte grove schuld aan dit on
geluk verweten. Met een bus van deVe-
luwsche Autodienst N.V.. waarin 46 pas
sagiers zaten, was hij die avond op weg
naar Kampen. In de middag van die
dag was de spoorwegovergang bij het
station te Wezep wegens wegwerkzaam
heden geheel versperd. Tussen Heerde
en Wezep hoorde verdachte van een
hem tegemoetkomende collega, dat hij
de normale route niet kon volgen. Hij
kreeg de raad, de spoorlijn over te ste
ken via de onbewaakte overweg in de
Puttensteinse-Veldweg, even ten westen
van het station. De collega zei hem
echter goed uit te kijken, en de conduc
trice te laten uitstappen om op het
treinverkeer te letten, daar het uitzicht
ter plaatse zeer slecht is en de rails
bovendien tussen de overweg en het
station een bocht maken, waardoor men
een van die kant komende trein niet
kon zien aankomen.
Naast bieispad
Op de 2.60 meter brede overweg raak
te de bus, die 2.30 meter breed was.
naast het bielspad. De motor sloeg af
en de bus kwam tot stilstand. Op dat
ogenblik, het was ongeveer twee minu
ten over zes, naderde met een snelheid
van 110 km per uur de sneltrein Zwolle-
Amersfoort. Een passagier schreeuwde
Moeite waard
Kortom het geheel geeft een beeld
van de tot dusver bereikte resultaten
met het individueel technisch onder
wijs. De tentoonstelling, welke gister
avond is geopend en tot vanavond
negen uur voor een ieder toegankelijk,
mag zich gelukkig in een grote be
langstelling verheugen. Gisteravond
kwam o.m. wethouder Van Schaik er
een kijkje nemen. Het loont zeer zeker
de moeite om deze bijzondere expo
sitie te gaan bezichtigen!
„er komt een trein aan, spring eruit".
Tien passagiers zaten nog in de bus
toen het voertuig met een klap, die tot
ver in de omtrek hoorbaar was, werd
gegrepen. Drie van hen vonden in de
ravage de dood, en zeven van wie er
één later overleed werden gewond.
Wist het niet
Op de vraag van de vice-president
van de rechtbank, mr. L. J. 't Hooft,
hoe hij dacht dat het ongeluk was ge
beurd, antwoordde verdachte, dat hij
dat niet kon zeggen. Wel wist hij, dat de
motor was afgeslagen en ook had hij
gemerkt, dat de bus rechts voor: vast
zat. Terwijl de sneltrein met grote
vaart uit de onoverzichtelijke bocht
kwam denderen, sloeg de motor van de
bus af. Verdachte startte, liet de koppe
ling opkomen ,maar de motor kon het
gewicht van de volle bus niet trekken
en sloeg opnieuw af. Weer startte de
man de motor, maar ook toen kwam de
bus niet van haar plaats .„En toen was
de trein er en ben ik eruit gesprongen",
zei verdachte, toen hij vertelde wat zich
afspeelde in de dramatische seconden,
die onmiddellijk aan de botsing vooraf
gingen
Schuin in de weg
Verdachte verklaarde direct te hebben
gezien, dat de overweg schuin in de weg
ligt en rechts voor te zijn gereden. „Ik
dacht het kan wel, al is er niet veel
ruimte", zei hij. De president wees ver
dachte erop, dat hij een groot risico
nam door de lijn op te rijden, terwijl
hij door de bocht een eventuele trein
niet kon zien aankomen. „Als er op het
ogenblik dat u de overweg opreed, een
trein uit de bocht was gekomen, had u
er dan nog over gekomen," zo vroeg de
president.
„Dat weet ik niet", antwoordde ver
dachte aarzelend. Hij zei desgevraagd
er niet aan te hebben gedacht de passa
giers te laten uitstappen en de conduc
trice had hij niet voor de bus laten uit
lopen, omdat hij vond dat een „dame
daar geen kijk op heeft."
De officier van Justitie, mr. P. J.
Stigter was van oordeel, dat verdachte
inderdaad hoogst onvoorzichtig, licht
vaardig en onverantwoordelijk te werk
was gegaan en dat hij derhalve schul
dig moest worden geacht. Voorts had
hij het spoorwegverkeer danig in ge
vaar gebracht. Dat alles bracht de Offi
cier ertoe een boete van f 150,— te eisen.
De raadsman daarentegen betoogde,
dat niet is komen vast te staan, waar
door de autobus is vastgeraakt. Dus kan
ook niet worden gezegd, welke fout ver
dachte gemaakt heeft. Hij achtte de
grove schuld dan ook niet bewezen en
vroeg vrijspraak.
Uitspraak 9 juni.