Dr. W. D. van Wijngaarden treedt af als directeur Museum van Oudheden |l Dr. A. Klasens volgt hem op mm KWESTIE VAN 9 SECONDEN! Zwaardemaker Zoeken naar een doeltreffender werkwijze aan de Europese top Opgericht 1 maart 1860 Donderdag 2 april 1959 Tweede blad no. 29709 Op 1 mei a.s. Bij Koninklijk besluit van 20 maart is aan dr. W. D. van Wijngaar den met ingang van 1 mei a.s. op zijn verzoek eervol ontslag verleend als directeur van het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden, welke functie hij sinds 1 augustus 1939, dus bijna twintig jaar, heeft bekleed. Dr. Van Wijngaarden zal als directeur van het museum worden opge volgd door dr. A. Klasens, die bij Koninklijk besluit van dezelfde datum in deze functie is benoemd. Tevens werd dr. Klasens bij dit Koninklijk besluit met terugwerkende kracht tot 1 januari 1958 bevor derd tot wetenschappelijk hoofdambtenaar in vaste dienst bij dit museum, waaraan hij sinds 6 augustus 1945 verbonden was. Met dr. Van Wijngaarden gaat de directeur heen, die in twintig moeilijke jaren een belangrijk gedeelte heeft gerealiseerd van het pro gramma tot reorganisatie van het museum als aanpassing aan de moderne eisen zoals die ook in andere musea door reorganisaties tot uitdrukking zijn gekomen. Bovendien heeft hij er tijdens zijn leiding met succes naar gestreefd, de eigen wetenschappelijke arbeid van het museum op het gebied van opgravingen en oudheidkundig onderzoek te doen herleven. Een uiting hiervan is, dat dr. Klasens, de nieuwe directeur, thans in Egypte vertoeft voor door het museum georga niseerd archeologisch onderzoek. Reorganisator Na zijn benoeming tot directeur stond dr. Van Wijngaarden in 1939 voor de moeilijke taak, het Rijksmuseum van Oudheden dat in die tijd meer weg had van een wetenschappelijk pakhuis dan van een modern museum, grondig te reorganiseren. In tegenstelling tot dit hoofdaspect van zijn directionele taak kwam zijn werk er in de eerste tijd op neer, dat hij de bezittingen van het mu seum elders in veiligheid moest stellen. Een belangrijk deel van collecties moest in verband met oorlogsdreiging en later oorlogstoestand in schuilplaatsen in Santpoort en later Steenwijkerwold worden ondergebracht. De bezettingsja ren gaven dr. Van Wijngaarden moge lijkheden, het uiterlijk van het museum te restaureren. Ook dit had meer weg van een pakhuis of fabriek dan een mu seum, en vooral na verdwijning van de hoge beplanting van het Rapenburg was deze gevel een aanfluiting voor de sfeer van het Rapenburg als „schoonste gracht van Europa". Na de bevrijding kon, ondanks de moeilijke financiële omstandigheden die drukten op alle aanpassingsprogramma's van Universitaire instellingen en musea, een aanvang met de eigenlijke reorgani satie worden gemaakt. Sindsdien heb ben de afdelingen voor klassieke beeld houwwerken, Egypte en de Griekse va zen een volkomen ander aanzien gekre gen, terwijl een reorganisatie van de Nederlandse afdeling in het verschiet ligt. „Natuurlijk zou het groter voldoening hebben geschonken, wanneer ik in staat zou zijn geweest de gehele reorganisa tie te verwezenlijken. Maar hoewel dat niet het geval is geweest, moet ik toch bijzondere tevredenheid uiten voor wat ik heb kunnen doen dank zij de grote medewerking van Rijksinstanties, die ondanks de moeilijke naoorlogse jaren niet aarzelden de steun te geven waar toe zij in staat waren". Zo vat dr. Van Wijngaarden de resultaten van dit as pect van zijn directioneel beleid samen. De reorganisatie naar moderne stijl, die het mogelijk maakt de rijkdommen van het museum op aantrekkelijke wijze aan het publiek te presenteren, is niet alleen in ons land maar ook in het bui tenland tot voorbeeld geweest voor mo derne museuminrichting op oudheidkun dig gebied. Activiteit naar buiten Een ander aspect van de directionele arbeid van dr. Van Wijngaarden was het doen herleven van de eigen museumacti viteit op het gebied van opgravingen in het buitenland. Voorbeelden daarvan zyn de opgravingsactiviteiten van dr. Klasens en prof. Brunsting respectieve lijk in Egypte en Griekenland. Dr. Klasens vertoeft thans voor een derde campagne in Egypte voor opgra vingen. Deze activiteiten hebben niet al leen de collecties van het museum ver rijkt, zij hebben tevens een nieuwe bij drage geleverd tot het wetenschappelijk onderzoek en bovendien tot de naam van het museum in oudheidkundige binnen- en buitenlandse kringen. Levensloop Willem Dirk van Wijngaarden werd op 26 juni 1893 geboren te Nieuw-Am- sterdam in de gemeente Emmen waar zijn vader predikant was. Hij bezocht het Stedelijk Gymnasium te Leiden en studeerde theologie en Semitische let teren aan de Leidse Universiteit, waar hij 19 december 1919 promoveerde tot doctor in de godgeleerdheid op een proefschrift over de sociale positie van de vrouw in Israël in de voor- en na- exilische tijd. In 1919 en 1920 studeerde hij aan de Friedrich Wilhelm Universi teit te Berlijn, van 1920 tot 1922 was hij predikant bij de Ned. Herv. Gemeente te Reeuwijk. RIJKSMUSEUM VAN OUDHEDEN Bij K.b. is, gerekend van 1 januari 1958, dr. A. A. Gerbrands thans weten schappelijk ambtenaar 1ste klasse bij het Rijksmuseum van Oudheden bevor derd tot wetenschappelijk hoofdambte naar in vaste dienst. BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN GEBOREN Jolainde, dr. van J. Eradus en M. J. van den Ing; Theodoras Jacobus, zn. van J. A. Koevoet en R. van Winsen; Floras, zn. van F. van Dissel en C. M. RJjnsbur- ger; Leonarda Francisca, dr. van T. M. Pelser en J. H. M. van der Veer; Cornelia Johanna, dr. van L. J. van Haaien en C. Strijd; Hlldegonda Janna, dr. van A. H. van Soest en J. L. M. Boersma; Maria Elisabeth Jenneke, dr. van J. Slootweg en J. E. Bouman; Bernard, zn. van G. Hekman en F. K. Soesoeng; Cornelia Adriana Maria, dr. van M. A. Hogen- boom en J. W. Loos; Catharina, dr. van L. Horbaoh en J. Rijsterborgh; Wivlne Marie Angèle, dr. van A. H. Zwart en A. F M. Buise. OVERLEDEN. E. Molenaar, 52 j. echtgenote van D. Megchelse; J. Vlveen, 62 j., man; J. J. Rewijk, 60 Jr., man; C. M. Eggink, 81 jr., echtgenote van C. H. van Uliden; H. G. van den Brlel, 83 jr., echtgenote van P. Hop; A. Augustlnus, 58 jr., man; M. J. den Hollandr, 70 jr., echtgenote van B. J. Penning de Vries; H. R. Smits, 60 Jr., man 3. P. A. M. van der ©taak, 58 Jr., man. Dr. W. D. van Wijngaarden (Foto LD/Van Vliet) Op 1 augustus 1922 werd hij benoemd tot wetenschappelijk assistent aan het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden, waar hij op 1 januari 1925 bevorderd werd tot conservator met het beheer van de Egyptische afdeling. Met ingang van 1 augustus 1939 werd hy directeur van het museum. Van zijn hand verscheen een groot aantal publikaties in verschillende bin nen- en buitenlandse tijdschriften, spe ciaal in de Oudheidkundige Mededelin gen van het museum, voorts twee delen van het grote plaatwerk „Beschrijving der Egyptische Monumenten te Leiden" (dn 1926 en 1932) een vertaling en be werking van het Egyptische Boek der Wijsheid van Amen-em-ope (1930), een geschiedenis der Egyptologie in Neder land, onder de titel van „Van Heurnius tot Boeser" (1935) en een album „Mees terwerken der Egyptische kunst te Lei den" 01938). Dr. Van Wijngaarden maakte enige malen (o.a. in 1925 en 1937) een studie reis naar Egypte en het Nabije Oosten, om de landen der oudheid door eigen aanschouwing te leren kennen en be zocht verschillende malen de grote Europese musea om op de hoogte te komen van hetgeen zij op archelogisch gebied bezitten. Dr. Van Wijngaarden, die in 1954 benoemd werd tot officier in de Orde van Oranje Nassau, is lid van een aan tal genootschappen in binnen- en bui tenland, o.a. lid van het Institut dBgypt te Cairo, van het Duitse Archeologische Instituut te Berlijn, van het Provinciaal Utrechts Genootschap van Kunsten en Wetenschappen en van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. DR. A. KLASENS De nieuwe directeur van het Rijks museum van Oudheden dr. A. Klasens is sinds 1945 aan de wetenschappelijke staf van het museum verbonden. Hy keert over ongeveer twee weken terug uit Egypte, waar hij thans vertoeft voor opgravingen, georganiseerd door het museum zelf. De heer Klasens werd op 24 februari 1917 te Hoogezand geboren en studeerde te Groningen en Leiden en nadien in Leuven en Cambridge. Op 6 augustus trad hij als wetenschappelijk ambtenaar in dienst van het Leids museum. Op 9 april 1952 promoveerde hij bij prof. dr. A. A. de Buck tot Leids doctor in de letteren en wijsbegeerte op een proefschrift getiteld „A Magical Statue Base (Socle Behague) in the Museum of Antiquities at Leiden". Dr. Klasens heeft zich in zyn Leidse arbeid in het bijzonder geïnteresseerd voor Egypte, waarvan de drie opgra vingscampagnes getuigen waaraan hij deelnam. In 1953 nam hy deel aan opgravingen te Sakkara onder leiding van de Egypt Exploration Society, en in 1956 leidde hij de eerste zelfstandige door het museum georganiseerde opgravingscam. pagne in Aboe Roash te Egypte. Thans vertoeft hij voor het tweede deel van deze opgravingsarbeid wederom op dit archeologisch zeer boeiende terrein. Over twee weken keert hij naar ons land terug. Borden-vergissing en een aanfluiting Het leek een aprilgrap, het was een vergissing. Wie eergisteren en gisteren Leiden binnen kwam langs de Haag- weg moet ongetwijfeld aan een april grap gedacht hebben bij het zien van twee verkeersborden op het punt, waar mettertijd de Churchilllaan en de Haag- weg elkaar zullen kruisen en waar nu de studentenflats worden gebouwd. Sinds ruim een jaar staat daar een bord „Max 70 km/uur toegestaan". Rijkswaterstaat, die verantwoordelijk is voor de bepaling der snelheidsgrenzen op dit weggedeelte, vond dit eén toe laatbare snelheid. De dag voor 1 april verrees er nog geen halve meter achter dit bord een bord met het getal „50" in rode rand, het thans wettelijke bord dat 50 km. per uur als maximum snelheid aangeeft. Dit bord was aangebracht door de ge meente Leiden. De combinatie van deze borden was natuurlijk ronduit belache lijk en weggebruikers die hierlangs Lei den binnen reden konden dan ook moei lijk aan iets anders dan een aprilgrap denken. Maar het was geen grap. Het. was eenvergissing. Gisteren in de loop van de dag was het bord „50" reeds afgedekt met een jute lap, vandaag is het bord reeds weer verdwenen. Er zou geen reden bestaan, over deze „vergissing" te schrijven, (behalve dan ook als merkwaardigheid) wanneer we er niet aanleiding in zouden vinden, nog eens te wijzen op een zeer ongewenste toestand. Ongeveer 425 meter verder in de rich ting Leiden staat namelijk, op de Bos- huizerbrug en bij het begin van de officiële bebouwde kom een bord waar op 50 km. per uur als maximum snel heid is aangegeven. Dat wil zeggen, dat binnen een halve kilometer twee ver schillende snelheidsgrenzen opgelegd worden: eerst van onbeperkt naar 70 en even later van 70 naar 50 km. per uur. Overleg tussen Rijkswaterstaat en de gemeente lijkt ons dringend gewenst, óm aan deze wonderlijke situatie een einde te maken. Het wil ons voorko men, dat er geen enkel bezwaar tegen bestaat ofwel die 425 meter tussen de twee borden geen snelheidsbeperking op te leggen, ofwel ook over dit wegge- KON. NED. GROFSMEDERIJ KEERT 8 DIVIDEND UIT In de gisteren gehouden vergadering van directie en commissarissen van de N.V. Kon. Ned. Grofsmederij werd be sloten aan de algemene vergadering van aandeelhouders voor te stellen een on veranderd dividend van 8 over 1958 uit te keren. OECUMENISCHE JURISTEN- CONFERENTIE In Kasteel Oud-Poelgeest belegt de Stichting „Oud-Poelgeest" op 29 en 30 mei de achtste Oecumenische juristen conferentie. Het onderwerp is: „De moderne ont wikkelingen rond het vennootschaps recht" De heer J. G. Bavinck zal spre ken over „De plaats van arbeid, kapi taal en management in de praktijk van het bedrijfsleven" en prof. mr. P. San ders over: „Vraagt de nieuwe verhou ding tussen arbeid, kapitaal en mana gement om een andere juridische vorm geving?" Het tweede stadium van de „grap" die een vergissing was. De „50" is bescheiden afgedekt met een lap. (Foto LD/Van Vliet) deelte de 50-km.-grens te laten gelden, die ook voor de rest van Leiden geldt. Het werkt bepaald verwarrend, dus irriterend en dus gevaarlijk, wanneer binnen een halve kilometer deze snel heidsvoorschriften tweemaal veranderen. Met een snelheid van 70 km. per uur doet men over die 425 meter 22 seconden, met een snelheid van 50 km. per uur is dat ongeveer 31 secon den, dat wil zeggen een verschil van 9 seconden. Is het nu werkelijk no dig, de automobilisten over die 425 meter toe te staan 70 km. per uur te rijden en zegge en schryve 9 secon den te winnen, terwijl een veelheid van uiteenlopende voorschriften een gevaarselement inhoudt? Het lijkt ons dat het interloeale verkeer waarlijk niet om 9 seconden winst zit te sprin gen. En zo dat wel het geval zou zijn, dan is het niet de taak van de ver- keersregelaiirs, deze negen seconden winst mogelijk te maken. Dan is het de taak van de automobilisten, 's och tends negen seconden eerder op te staan. De situatie zoals deze thans is, is een aanfluiting voor een soepele verkeersregeling. Noordwijkse Golfclub Op de banen van de Noordwijkse Golfclub werd het afgelopen weekeinde de wedstrijd om de Prinses Beatrix- beker gespeeld. Winnaar werd de heer G. Verhoef, de heer P. Lips eindigde op de tweede plaats. LEIDSE CHR. REISCENTRALE OPGERICHT Hier ter stede is een Leidse Chr. Reis- centrale opgericht, welke dit jaar in de maanden juli en augustus enkele kam pen organiseert voor jongens van 8 t/m 15 jaar in de omgeving van de Gelderse Vallei. De organisatie van deze kampen is in handen van de heer H. Breedeveld. Haven 11. Mej. E. C. C. Oppenoorth alhier is benoemd tot lid en voorzitster van de commissie, die in het jaar 1959 belast zal zijn met het afnemen van het exa men ter verkrijging van de akte van bekwaamheid voor nijverheidsonder- wijs-Na. De dames G. J. Verbrugge al hier en M. C. van den Berg uit Alphen aan den Ryn zijn benoemd tot leden van deze commissie. Advertentie finnen weefoelo cu ni en geborduurd clÜióbrun mann 4 Venestraat 35-37 - Den Haag TEL. 11.25.03 Neemt vaker... Dé jam voor mannen'. Balletschool Toonkunst „De krant ie beeld en klank" Origineel programma met pakkende scènes door Ann ter Haar - Pasman gepresenteerd „De krant in beeld en klank": dat was de originele opzet van de voorstelling van de Balletschool der Maatschappij voor Toonkunst onder leiding van mevrouw Ann ter Haar-Pasman en haar assistenten. Niet minder dan 150 leerlingen van héél klein tot groot werkten daar gisteravond in de prachtig bezette Schouwburg aan mee, terwyl vanavond dit weer 150 andere leerlingen in hetzelfde programma zullen doen. Alleen de hoofdrollen berusten beide avonden bij dezelfde personen. Aanvankelijk was het de opzet beelden te geven van het krantenbedryf, doch dit bleek een onmogelijkheid in verband met de vele mannenrollen, die in dat geval uitgebeeld moesten worden. Doch de thans toegepaste uitwerking was misschien wél zo aardig gevonden: aan de hand van krantenberichten volgden de tafrelen elkander op, zoals het „weerbericht", „de eerste mensen op de maan", „het circus was in de stad", „typiste gevraagd", de „burgerlijke stand", „films van de week", „Vlaggetjesdag" en vele andere boeiende scènes. Ook in badkleding veel variatie Felle kleuren en vele nieuwe creaties (Van een bijzondere medewerkster) Felle kleuren overheersen dit jaar het modebeeld. De badkleding blyft hierin niet achter en vertoont een kleurig palet van de mooiste denkbare tinten. In „Het Gulden Vlies", konden wij gisteravond een show van badkostuums bewonderen, die door 4 mannequins voor de firma v. d. Staay, Botermarkt, werd gebracht. Naast de badkostuums, was er ook sportkleding, zoals shorts, lange pan talons, zeiljackets, jumpers en tennis- kleding. De zeer korte shorts zijn voor zien van grappige splitjes. Hierop wer den blouses en blazers, zowel effen als gestreept getoond. Er waren lange effen katoenen pantalons, gecompleteerd door zeiljackets, die aan twee kanten draag baar zijn. Er werd een grote collectie Wimax- pantalons gebracht in contrasterende tinten zoals rood/zwart en groen/zwart, waarbij' effen jacks getoond werden. Voor tenniskleding waren er witte blouses met korte cirkel- of terlenka- rokjes. De prachtige collectie badkostuums deed ons naar de zomer verlangen. Het materiaal is naast lastex, meestal katoen, popeline of raffia. Deze laatste stof heeft het voordeel zeer snel droog te zijn. Deze badpakken zijn alle tegenge- voerd. waardoor zij prachtig in model De ontwerpers hadden in dit alles een gelukkige hand: en zongden voor goede visuele vondsten. De enigen, die écht iets met het „krantecivak" te maken hadden waren de krantenjongens: zij openden de serie scènes en de toeschouwers kwa men er door hun optreden al direct „in". Zij vormen de laatste schakel tussen krant en publiek, zoals dat in het aar dige blaadje te lezen stond, dat als „pro gramma" dienst deed: en zij vormden een pakkende introductie tot al hetgeen komen zou. Dat was niet weinig: Tom Poes en Gl ide Bommel, bekende figuren in het da gelijkse nieuws waren onmiddellijk hierop van de partij: zij beleefden ver schrikkelijke avonturen met de inboor lingen op hun ontdekkingsreis. Geestig dansten hierop de .allerbeste kleurpot loden", waarop dc landing van de maan- raket, gedeeltelijk illustratief toegelicht door „elektronische" muziek, waarvoor de hulp van op dit gebied deskundigen was ingeroepen, iedereen in haar ban hield, met in het centrum de heelal - reizigers Ann ter Haar-Pasman, Nelly Barug en Suus ten Hooven-de Wekker. Men werd met deze fantasievolle uit beelding midden in een mogelijke toe komstrealiteit verplaatst! Nauwelijks hiervan bekomen, zaten we weer midden in het circus met alles wat daarbij hoort: het orkest, de dieren, de acrobaten, een jongleuse en een reeks sierlijke paardijes. Oud en Jong werd door dit natuurgetrouw weergegeven wereldje meegenomen. De onderscheidene num mers liepen vlot en kundig van stapel. Het was voor Ann ter Haar-Pasman, die de rol van directeur vervulde een hele toer de juiste typiste uit te kiezen, maar zij slaagde er wonderwel in. De „Burgerlijke Stand'" zette in met een uitnemend gedanste pantomime van Suus ten Hooven (geboren)D. Stuifzand en Sylvia Roman waren de charmante blijven. Een leuke vondst is om de schouderband op bustehoogte tot strikjes te verwerken, zodat het een strapless badpak wordt. Voor het merendeel bestond de collec tie uit gebloemde dessins, waarvoor vaak stoffen van Boussac waren gebruikt. Hiernaast zagen wij ook veel pasteltin ten. Iets nieuws zijn de blouson-strand- pakjes, bestaande uit een lange blouse, waaraan een zeer klein broekje is bevestigd. De tegenhanger van het badpak uit 1900 was een serie bikinipakjes, die dit jaar weer en vogue zijn. Beeldig waren de badkostuums met korte geplooide of wijde overrokjes. Een verloting onder de aanwezigen van twee badpakken vormde een spe ciale attractie. Geen echte parlementen Er bestaat thans de raadgevende ver gadering van de Raad van Europa te Straatsburg, de Europese parlementaire vergadering voor EEG en Kolen en Staal, de parlementaire vergadering van de Westeuropese Unie, de conferentie van NAVO-parlementariërs, de Scandi navische parlementaire raad en de in terparlementaire Beneluxraad. Deze „parlementen" verschillen in omvang, in werkwijze, in bevoegdheden, in het aantal deelnemende landen, en e'-.ite parlementen zijn het nog geen van alle. Gedacht wordt nu aan één groot Eu ropees parlement met uitgebreide spe ciale commissie voor een bepaald doel (defensie, economische zaken, kolen en staal enz.) De ministers hebben dan steeds met één parlement te maken. Studieconferentie in Den Haag Reeds teveel parlementaire organisaties (Van onze parlementaire redacteur) De geleidelijke éénwording van Euro pa, op het gebied van de defensie, van kolen en staal, van de economie in het algemeen en van de atoomenergie, gaat gepaard met de oprichting van afzon derlijke parlementaire organisaties, die elkaar gedeeltelijk overlappen. Het deel nemen aan die internationale vergade ringen wordt in alle landen voor Ka merleden en vooral voor de ministers van Buitenlandse Zaken, een zware extra-last. Het vergt zoveel tijd en stu die dat het gevaar ontstaat dat veel werk „half" wordt gedaan en ook dat het contact verloren gaat met het eigen nationale parlement. Moet alles door gaan, zoals het thans gaat of is een meer doeltreffende werkwijze mogelijk? Dat is de vraag, waarop een particuliere studieconferentie in Den Haag van Eu ropese parlementariërs en politieke ge leerden een antwoord zoekt Overbodig De Raad van Europa te Straatsburg, die de stoot heeft gegeven tot de Euro pese éénwording, wordt thans in veler ogen overbodig geacht. De leden van die vergadering hebben geen bevoegd heden en de ministers zijn in geen en kel opzicht verantwoordelijk tegenover deze vergadering. Maar in zijn rede ter opening van de studie-conferentie, zei mr. J. W. Beyen, oud-minister van Buitenlandse Zaken, dat Straatsburg de onvervangbare ruggegraat is van de Europese sa menwerking. Er zou, zei hij, in Straats burg jaarlijks een debat moeten worden gehouden over de groei van de Euro pese samenwerking, op basis van een rapport, waarvoor het. Comité van Mi nisters verantwoordelijk zou moeten zijn. In het debat zou een minister moe ten spreken namens het Comité van Mi nisters. Dat zou meer grond geven on der de discussies. Met voldoening had mr. Beyen gehoord, dat stappen in die richting worden ondernomen. Europa groeit, besloot mr. Beyen, en historische groei is nooit logisch. Over lapping van taken kan niet geheel wor den vermeden. In de tuin van Europa moet worden gewied, maar met het on kruid moeten niet tevens de bloemen worden uitgetrokken. De studie-conferentie duurt tot en met morgen. hoofdfiguren in de smaakvol en be schaafd gedanste bruiloftscène, In ge zelschap van gracieuze bruidsmeisjes. Ann ter Haar-Pasman en A. Kikkert dansten treffend; de doodscène, waaraan de vele witte verschijningen een stijl volle omlijsting gaven. Bijzonder slaag den ook enige „films", zo het „Schiep de vrouw" en „In 80 dagen de wereld rond", waarin Suus ten Hooven en Nel Barug alweer bewezen tot de beste leer lingen der balletschool te behoren. Tot slot de waarlijk uiterst pittoreske „Vlaggetjesdag te Scheveningen"het uitvaren van de vissersvloot, voorafge gaan door levendige en expressieve dan sen van het „vissersvolk". Dit is zeer in het kort een overzicht van het vele dat op deze avond in een bonte variatie te zien was. Daarbij werd aan talrijke facetten van de vrije „be wegingskunst", recht gedaan. Men heeft geleerd zich vlot te uiten op merendeels modern georiënteerde muziek, verdien stelijk op de piano vertolkt door Nic. Ohristiaanse. Ar en toe kwamen ook de typische kenmerken van de klassieke balletkunst aan de orde. Zo hebben wij meermalen met genoe gen geconstateerd, dat de moeilijke „Spitzen/tam" reeds dioor verscheidene leerlingen gewetensvol en met gunstig resultaat beoefend wordt. De veelheid van met nauwgezette zorg gekozen en vervaardigde kostuums ver hoogde het visuele genot. Wellicht zal het vanavond gelukken de changementen wat vlugger te doen ver lopen, al weten wij, dat de daaraan ver bonden moeilijkheden groot zijn. Het programmaverloop was op deze eerste avond helaas nog te traag. Intussen heeft Ann ter Haar-Pasman ook -ditmaal overtuigend bewezen, met haar leerlingen prestaties te kunnen be reiken, die voor dilettanten niet onder schat mogen worden. Zij beschikt dan ook, voor wat de hoofdfiguren betreft, over krachten, die beslist talent bezitten. En zy weet daarmee succesvol en wat nog méér zegt, verantwoord te werken. Dat is géén kleinigheid! Het applaus was telkens groot en dankbaar gestemd. Talrijke bloemstuk ken voor de leidster en de voornaamste medewerkenden bezegelden dit welver diend! H De Neurenbergerprocessen MR. A. BARÖN VAN TUYLL VAN SEROOSKERKEN SPRAK VOOR LEIDSE EXPOGÉ Mr. A. baron van Tuyll van Seroos- kerken. korte tijd geleden gepensio neerd als president van de rechtbank te Haarlem, heeft gisteravond voor de plaatselijke afdeling van de Expoge in de Harmonie iets verteld over de zgn. Neurenberger processen, die na de oorlog zijn gevoerd tegen enkele vooraanstaande Duitse oorlogsmisda digers. Mr. van Tuyll van Seroosker- ken heeft deze processen als recht er- bijzitter namens Nederland bijge woond. Hij begon zijn betoog met erop te wij zen, dat de Duitse oorlogsmisdadigers van de eerste wereldoorlog ter berech ting overgelaten werden aan de Duit sers zelf, die er evenwel zulk een schertsvertoning van maakten, dat de geallieerden na de laatste oorlog beslo ten deze zaak zelf ter hand te nemen. De aanklacht luidde: schending van het landoorlogreglement: het ombren gen van gijzelaars, het deporteren van joden, het laten verrichten van slaven arbeid. het toelaten van georganiseerd plunderen, enz. Spreker vertelde hoe de meeste oor logsmisdadigers werden aangetroffen: Von Ribbentrop bijvoorbeeld had een brief voor Ohurchill bij zich, waarin notabene de naam van deze Engelse oorlogsleider foutief gespeld was. Strei- cher had een lange baard laten groeien. De processen waren 13 in getal, doch het meest bekende is dat waarbij bo vengenoemde staatslieden, en verder Goering, Dönitz en nog enkele anderen, totaal 12, werden berecht. De andere processen werden uitsluitend door de Amerikanen gevoerd, omdat de ge allieerden verder procederen op deze wijze overbodig vonden. Mr. Van Tuyll van Serooskerken ver haalde voorts, dat de aangeklaagden tevens als getuigen onder ede werden opgeroepen en merkte daarbij op, dat er nog nooit zoveel onder ede gelogen is als toen. Overigens was hij vol be wondering voor de wijze, waarop een proces werd gevoerd. Tenslotte wees hij nog op de merk waardigheid, dat de Amerikanen in sommige gevallen overtuigd waren dat het doden van gijzelaars noodzakelijk was geweest, om de rust en de orde te handhaven. Deze mening deelde even wel de Nederlanse Bijzondere Raad van Cassatie niet, zoals. o.m. gebleken is bij het proces-Rauter.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1959 | | pagina 3