Omgeving verkrijgt een goede toegangsweg tot SLEUTELSTAD
I
Leidse binnenstad wordt te veel door
doorgaand verkeer belast
EU
Grootste knelpunt ligt bij de De Gij selaar sbank
97ste jaargang
Zaterdag 24 januari 1959
Derde blad no. 29653
Acht invalsivegen vangen verkeer naar Leiden op
Bij de verwezenlijking van het wegenschema zal Leiden zijn functie
als centrum gemeente nog beter kunnen vervullen dan in het ver
leden. Acht invalswegen geven straks een goede toegangsweg tot de
city van de stad.
Nemen wij de hierbij afgedrukte tekening tot uitgangspunt, dan
zien wij, dat deze acht invalswegen Leiden eerst recht tot centrum
gemeente bestempelen.
Allereerst is daar dan (no. 1) de in
valsweg vanaf de zuidelijke aansluiting
op Rijksweg 4 door het Morskwartier
naar het Stationsplein, voortgezet
langs de Morssingel naar de gedempte
Langegracht.
Deze invalsweg zal een zeer belang
rijk deel van het huidige verkeer van
de route: Haagsche Schouw via de
Haagweg naar het stadscentrum over
nemen. Tevens wordt via deze weg het
verkeer vanaf Katwijk naar de stad
binnengevoerd. Voorts zal het gebied
van de Universiteit hierdoor worden
ontsloten. Deze weg verkrijgt dus een
zeer belangrijke functie. Het is een
gelukkige omstandigheid, dat voor een
goed tracé van deze invalsweg geen
bebouwing in de weg staat.
De invalsweg (2) leidt vanaf de
noordelijke aansluiting op Rijksweg 4
via de noordelijke randweg om Oegst-
geest en langs Oud Poelgeest, door het
Maredijkviaduct en over het Schutters
veld naar het Stationsplein. Het is de
verwachting, dat deze invalsweg het
verkeer uit Noordwijk, Haarlem, de
bollenstreek en Warmond opneemt.
Ook hier wordt een goed tracé van deze
weg praktisch niet belemmerd door be
bouwing. De weg door de Kikkerpolder
vanuit Oegstgeest, sluit op deze in
valsweg aan. waardoor Oegstgeest een
tweede verbinding met het stadscen
trum verkrijgt.
De invalsweg (3) vanaf de provin
ciale weg 5. via de nieuwe brug over
de Zijl, Willem de Zwijgerlaan en de
verbrede Mamixstraat naar het stads
centrum, voert verder naar het Sta
tionsplein.
Het is te verwachten, dat door de
aanleg van Rijksweg 4a naar de Haar
lemmermeer, het verkeer uit de rich
ting Amsterdam van deze invalsweg
zal gebruik maken. Wat het lokale
verkeer naar het stadscentrum betreft,
zal de „Merenwijk" (ten noorden van
de Slaaghsloot gelegen) en een klein
deel van de nieuwe woonwijk achter de
Touwfabriek in de gemeente Leider
dorp. op deze invalsweg aansluiten.
De verbinding (4), vanaf de samen
komst van Rijksweg 4a en provinciale
weg 6 door Leiderdorp via de v. d. Valk
Boumanweg, Spanjaardsbrug en Lage
Rijndijk naar de straks gedempte
Langegraoht, zal eveneens voor het
interlokale verkeer van betekenis kun
nen zijn. In ieder geval is deze weg
zeker belangrijk voor de verbinding
van de kom van Leiderdorp en de
nieuwe woonwijk In de Zijlpolder (circa
32.000 inwoners) naar het stadscen
trum. De Lage Rijndijk zal daartoe op
den duur een verbreding moeten on
dergaan, terwijl voorts een recht
streekse verbinding van de Lage Rijn
dijk naar de gedempte Langegracht
moet tot stand worden gebracht.
Wilhelminabrug verbreden
Bij het cijfer 5 bevinden wij ons op
de bestaande invalsweg Hoge Rijndijk
Levendaal.
Door profielwijziging is de capaciteit
van deze invalsweg wellicht te verbe
teren. De WilhelmAnabrug over het
Rijn- en Schiekanaal kan nog verbreed
worden. Het is te verwachten, dat
enerzijds het verkeer op deze invals
weg zal toenemen door de uitbreiding
van de woonbuurt in de Meerburger
polder en als gevolg van de nieuwe
Leiderdorpse brug over de Rijn, gele
gen in het verlengde van het nieuwe
beloop van provinciale weg 6, naar de
uitbreiding van Leiderdorp (kom) en
door de aanleg van het industrieter
rein Grote Polder. Anderzijds zal op
den duur door de aanleg van een
nieuwe autoweg naar de richting Rijn
streek en Utrecht (doortrekking Rijks
weg 4b) een ontlasting plaats vinden.
Lamme nschansweg/
Korevaarstraat
Een ruime invalsweg zal in de toe
komst ook ontstaan naar het belang
rijke verkeersknooppunt bij de Kore
vaarstraat. Hier toch is het de invals
weg (6), welke vanaf de aansluiting
op Rijksweg 4a (bij Zoeterwoude)via
Lammenbrug en Lammenschansweg
naar dit verkeersknooppunt leidt. Ook
invalsweg (7) komt op het verkeers
plein Korevaarstraat uit.
De Lammenschansweg vangt dus
twee belangrijke invalswegen op. Voorts
is te verwachten, dat de intensieve
verkeersrelaties tussen de Vlietstreek
en Leiden zullen toenemen, terwijl de
uitbreiding van Voorschoten en Lei
den zuid-west ook het lokale verkeer
op deze weg steeds belangrijker doet
worden.
Op de Lammenschansweg, waar deze
verkeersstromen zich samenvoegen, zal
dus in de toekomst een zeer druk ver
keer kunnen worden verwacht.
De Lammenschansweg vindt noord
waarts zijn voortzetting in de zoge
naamde noord-zuid-verbinding, na
melijk vanaf de Jan van Houtbrug
via verbrede Sint-Jorissteeg en Water-
steeg Hooigracht Pelikaanstraat
en Huigstraat naar de Marnixstraat.
Tenslotfe is invalsweg 8 (vanaf
Rijksweg 4b) een voortzetting van de
door de provincie ontworpen weg langs
de noordzijde van de spoorbaan Den
HaagLeiden (z.g. forensenweg). Een
weg, reeds gisteren wezen wij op de
belangrijke betekenis daarvan, welke
bovendien van grote betekenis is voor
het lokale verkeer uit de nieuwe woon
wijken.
In bijgaande tekening zijn de
hoofdmotieven van het Leidse we
genplan zeer schematisch weerge
geven. De wegen lopen echt niet zo
recht als op deze tekening, maar
dit „rechtgetrokken" beeld geeft
duidelijker de hoofdopzet weer dan
een kaart, waarop het werkelijke
wegenbeloop is getekend. Slechts
die wegen zijn weergegeven, die
deel uitmaken van het hoofdstelsel
van wegen. Dat geldt ook voor de
waterwegen. In deze tekening is
duidelijk te zien, dat via een nieu
we vaart, geprojecteerd tussen de
Rijn bij de Vink en de Vliet bij Al-
lemansgeest het scheepvaartver
keer om Leiden heen geleid kan
worden. Derhalve hebben wij de
Rijn ook niet verder getekend dan
voor deze nieuwe vaarroutes nodig
is. Rechts op de tekening ziet men
de omlegging van de Hoge Rijndijk
door het industrieterrein, waar
door de helft van dit terrein voor
„natte" industrie bestemd kan
worden, d.w.z. dat hierdoor een
insteekhaven kan lopen met een
open verbinding naar de Rijn.
De bebouwde blokken, die in
grijs zijn aangegeven, zijn schets
matig getekend. De aftakking naar
rechts van de spoorbaan ten noor
den van Leiden is de voor een zeer
verre en onzekere toekomst gepro
jecteerde spoorbaan door de Haar
lemmermeer naar Schiphol en Am
sterdam.
ja'Bollenstreek
Amsterdam
VOORNAAMSTE
GESLOTEN BEEOUUANG
STADSKERN MET
HOOFDWEGEN
uitbreiding
UNIVERSITEIT
INDUSTRIETERREIN
1>EN HAAG
DELFT
XOTTÉRDAM
"Rotterdam
=o=
"Rijks-en PRov. wegen voor
DOORGAAND VERKEER OM LËI'ÏSN
HOOFD INVALSWEG EN
■■■■1
GORDElwèG
C.ïryRiN6
W'JKVERBlNDlNGEN éTC.
SPOORBAAN
vwvwv
VAARWEGEN ttN HAVEN
Ontwikkeling van het verkeer
In het thans verschenen wegenschema komen de deskundigen tot de over
tuiging, dat de Leidse binnenstad te veel door doorgaand verkeer wordt belast.
Het grootste knelpunt vormt wel de De Gijselaarsbank. Zü zijn dan ook van
mening, dat de huidige verkeerssituatie een aantal tekortkomingen in het
Het verkeer, aldus het rapport, con
centreert zich te veel op de verkeers-
routes Hoge Rijndijk, Breestraat,
Haagweg en Rijnsburgerweg. Volgens
de verkeerstelling van 1955 passeerde
langs bovengenoemde drie invalswegen
71% van het totale de stad in- en uit
gaande verkeer.
Het doorgaande verkeer gaat langs
daarvoor niet geschikte wegen door de
stad. Van het in- en uitgaande stads
verkeer behoort ruim 25% tot het in
terlokale doorgaande verkeer. Het ge
volg hiervan is, dat vooral de binnen
stad door te veel interlokaal doorgaand
verkeer wordt belast. In de Breestraat
bijvoorbeeld is 15 17% van het to
tale verkeer interlokaal doorgaand,
terwijl 37.5 a 40% geen enkele relatie
met de binnenstad bezit. Slechts de
Kanaalweg en de nieuwe Voorschoter-
weg leiden een gedeelte van het inter
lokale doorgaande verkeer om de bin
nenstad heen. Het gebrek aan ver
keerswegen om de stad en speciaal aan
wegen, welke langs de binnenstad voe
ren, doet zich hier dus wel bijzonder
sterk gevoelen. Het grootste knelpunt
voor het verkeer demonstreert zich bij
het kruispunt Kort Rapenburg-Noord -
einde-Breestraat.
Na deze o.i. juiste conclusie, word'
in dit schema ook aandacht geschon
ken aan de ontwikkeling van het ver
keer in de komende jaren. Zo wordt
o m. gezegd, dat het te verwachten is,
dat de toename van het aantal motor
voertuigen in de toekom»! nog zeer be
langrijk zal zijn. In een vergelijkend
overzicht wox-dt aangetoond, dat de
lokale ontwikkeling van het verkeer
voor een belangrijk gedeelte afhanke
lijk is van de groei van de bevolking
en van de toename van de werkgele
genheid in de Leidse agglomeratie.
In verband met de gunstige ver-
keers-geografisclie ligging van de Leid
se agglomeratie en de te verwachten
overloop, zowel wat betreft de bevol
king als de werkgelegenheid, binnen
de stedengroep Den HaagLeiden, zal
met een snelle ontwikkeling van het
verkeer rekening moeten worden ge
houden, zodat de verkeersprognose
voor 1970 van 2.5 x het verkeer in 1955
voor de Leidse agglomeratie als een
minimum moet worden gesteld.
Speciaal zullen de verkeersrelaties
met de Haagse agglomeratie, ten ge
volge van de stedebouwkundige ont
wikkeling van beide agglomeraties en
het daarmede samenhangende foren
senverkeer, in belangrijke mate toe
nemen. Aan de verbindingen met Den
Haag moet dan ook bijzondere aan
dacht worden besteed.
Leiden streekcentrum
Voorts zal ook de functie van Leiden
als streekcentrum ten aanzien van de
ontwikkeling van het verkeer in het
oog moeten worden gehouden. Dit is
speciaal voor het vrachtvervoer van
belang. Met name zullen naar de vee
markt, het zakelijk deel van het stads
centrum en het bodewagenterrein
goede verkeerswegen aanwezig moeten
zijn.
Naarmate de nieuwe woonwijken zich
tot stadsdelen zullen gaan ontwikkelen
zijn brede radiale wegen naar het
centrum van de stad een eerste ver
eiste. Het woonwerkverkeer en het
openbare vervoer wij schreven daar
reeds eerder over speelt zich im
mers voor een belangrijk deel langs
deze wegen af.
De centrumfuncties blijven uiteraard
grotendeels in de oude binnenstad
geconcentreerd. Dit zal in het stads
centrum tot zeer grote verkeerscon-
centraties leiden, waarvoor nieuwe
verkeerswegen en parkeerruimte nodig
zijn.
Hierbij ware te overwegen voor de
parkeerplaatsen, aldus het rapport,
binnen het stadscentrum door middel
van parkeermeters te laten betalen en
eventueel parkeergarages op te rich
ten. De parkeerplaatsen buiten het
stadscentrum zouden dan gratis kun
nen zijn. Het openbaar vervoer zal in
het stadscentrum gestimuleerd moeten
worden om een zo efficient mogelijk
personenvervoer te verkrijgen. Het
doorgaande verkeer zal daarom ook
buiten dit centrum dienen te blijven.
Een vergroting en tevens duidelijke
begrenzing van het stadscentrum zal
in het verkeersplan mogelijk moeten
zijn. In het winkel- en vermaakcen-
trum moet het voetgangersverkeer een
dominerende plaats krijgen in het be
lang van het verkeer in het algemeen
en van de aldaar gevestigde zaken in
het bijzonder.
Afsluiting van een gedeelte van het
winkelcentrum voor het verkeer wordt
niet wenselijk geacht. Er zullen echter
wel belangrijke verkeersbeperkende
maatregelen moeten worden genomen.
De noodzakelijke voorzieningen voor
het verkeer, welke met nog meerdere
kunnen worden aangevuld, laten vol
gens dit wegenschema zien, hoe het
verkeersplan en de gehele stadsont-
vikkeling op elkaar zijn afgestemd en
ils een totaliteit moeten worden ge
zien.
Op deze plaats is over het Gal
gewater een nieuwe brug geprojec
teerd voor een deel van de weste
lijke zijde van de city-ring. Gaan
de plannen door, zoals ze zijn ge
projecteerd, dan moet daarvoor de
Sociaal-Medische Dienst van de
Marine, gehuisvest in de voorma
lige Kweekschool vooi Zeevaart
uiterst links op de foto) aan het
Noordeinde verdwijnen Daar komt
de afrit van Ce nieuwe brug voor
de city-ring, die daarna scherp a -
ïuigt naar het „schiereiland"
rechts op de foto) tussen de mon-
iingen van Wittesingei en Trek-
jliet via een nieuwe brug over de
tingel. Na deze tweede nieuwe brug
buigt de weg over dit schiereiland
naar de gedempte Trekvliet.
Foto LJ).-Van Vliet