BATand BALL •V WTh e BRITSE KUNSTENAARS MAKEN UITHANGBORDEN VOOR HERBERGEN In Spanje vijf en twintigduizend scholen (met onderwijzers) nodig! Rank opent offensief... LIHLLOAD OF MISCHIEF Kleurige prenten noden tot rusten Regering voor een onmogelijke taakmaar het tekort wordt op grootscheepse wijze aangepakt Engels voorbeeld verdient navolging Michael Farrar Bell bezig met de vervaardiging van een uithangbord voor een herberg Yorkshire. (Bijzondere medewerking) Nederland telt duizenden herbergen en uitspanningen, waar toeris ten en andere reizigers zich op hun tochten verpozen. Betrekkelijk klein echter Is het aantal Nederlandse herbergen en uitspanningen, die zich tooien met een fraai schild of een belangwekkend uithang bord. Hoe komt dit? Waarom is het in Engeland eveneens een land met veel van die „rustpunten langs de wegen" anders? Waarom noden daar zowel op het land als in de dorpjes en stadjes wèl kleurige borden tot rusten? Onlangs kreeg ik het antwoord op deze vragen. JK vertoefde ln Engeland in tal van landelijke herbergen. Vele droegen namen, die spraken tot de verbeel ding. En de meeste hadden een fraai uithangbord. Vroeger (vertelde 'n Engelse vriend) waren die uithangborden noodzakelijk. Immers, toen konden „gewone men sen" veelal niet lezen. Toen moesteen herberg zich dus wel aan de voorbij gangers en reizigers bekend maken door een opvallend uithangbord. Een rode leeuw, een zwarte adelaar, een zilveren dolfijn, een gekroonde ko ningook in Nederland kent men deze namen, maar bij ons zijn de uit hangborden van weleer meer en meer in onbruik geraakt, terwijl men in En geland de „uithangbord-traditie" hoog heeft gehouden. Dit komt omdat in Engeland het schilderen van die borden nog steeds een bloeiend bedrijf is, waarin menige kunstenaar van naam werkzaam is en een behoorlijk stuk brood verdient. Ga maar eens praten, raadde mijn vriend mij aan, met een paar van die „uithangborden-artiesten", dan ver neem je stellig aardige bijzonderhe den. De Kunstenaars MIJN eerste bezoek gold Cosmo Clark. Een uithangbord moet, wil het goed zijn, leesbaar zijn in de ruimste zin des woords vertelde Clark. De letters moeten duidelijk zijn, het ontwerp pakkend, de kleuren spre kend. Je moet de juiste soort hout kiezen en natuurlijk altijd rekening houden met de omgeving, waarin het schild komt te hangen. Later reed ik naar het dorp Had- denham (Oxfordshire). Daar woont en schildert Michael Farrar Bell. Hij is de ontwerper van een paar Engelse postzegels. Hij stamt uit een geslacht, dat enige generaties lang de glas-in- lood-kunst beoefende. Eens kreeg ik, vertelde hij, een verzoek om etiketten voor wijnflessen te ontwerpenen zo kwam ik er toe om uithangborden voor herbergen te gaan schilderen. Tegenwoordig hangen zijn kunstpro- dukten in tal van Engelse dorpen en stadjes. Niet zo lang geleden kreeg Bell opdracht, een heel oud uithang bord te herstellen. Het stamde uit het penseel van een bekende achttiende- eeuwse schilder William Hogarth. Oorspronkelijk sierde dat uithang bord - „De Man met een Lading Kat- tekwaad" - een herberg in Oxford Street te Londen. Thans kan men het zien (in gerestaureerde vorm) by een herberg in het dorp Blewbury (Berk shire). Dat een kunstenaar van naam als Hogarth dit uithangbord vervaar digde, wijst erop, dat ook in voorbije eeuwen goede artiesten de kunst van het uithangbord beoefenden. Ik zag Farrar-Bell in zijn atelier de laatste hand leggen aan een nieuw schild (De Haas en de Honden), bestemd voor een herberg in Yorkshire. Hij schilderde het met glansverf op een aluminiumplaat om te voorkomen, dat het in die industriestreek te snel zou verweren. Bij het afscheid zei Far rar-Bell: Verzuim vooral niet. te gaan praten met Ralp Ellis, want hij is een der groten in het vak. Hij woont in Arundel (Sussex). Ik ging naar Arundel. Ik reed langs het kasteel der hertogen van Norfolk. Ellis heette mij welkom. Zijn dochter helpt hem trouw. Honderden uithang borden heeft hij geschilderd in zijn leven. De motieven zijn velerlei: ke- raldisch, realistisch, geestig-spottend en ontleend aan de sport. Zijn album met zijn ontwerpen is een bonte reeks generaals, admiraals, koningen, bijbel se voorstellingen, wapens, dieren en wat dies meer zij. Andere kunstenaars, bijvoorbeeld Claude Harrisson, kiezen vaak landschapsmotieven. Oud en toch nieuw HET is geenszins iets nieuws, geen modernisme dus, om kunste naars van naam opdracht te ge ven tot het maken van een herberg- uithancbord. Ik noemde reeds het (Van onze correspondent in Madrid) In deze maand oktober, na een zomervakantie van drie maanden, zyn de Spaanse scholen weer open gegaan. Tegen de vier miljoen leerplichtige kinderen, al dan niet in schooluniformen, hebben weer met gemengde gevoelens naar die eerste schooldag uitgezien. Behalve dan de grote groep die niets had uit te zien, omdat er in een straal van tien kilometer geen school te bekennen was. Vol gens een officiële schatting komt Spanje 25.000 lagere scholen tekort en moeten aan 17.000 bestaande scholen noodzakelijk vernieuwingen en verbeteringen worden aangebracht. Er bestaat in Spanje al sinds 1857 een leerplichtwet, maar dat heeft nooit betekend, dat ieder leerplichtig kind ook werkelijk naar school ging. Gebrek aan scholen is er altijd geweest, gebrek aan goede leerkrachten ook, sommige ouders waren arm en konden bij het werk op het land de hulp van opgroeiende kin deren niet missen, andere ouders waren nóg armer, waren analfabeet en vonden het best als hun kind niet naar school wilde. Plaatselijke autoriteiten traden maar zelden tegen het schoolverzuim op en dikwijls deden ze nog minder om in hun dorp of stadje een school te krijgen. Zo lag de situatie al vele jaren, sommige regeringen deden meer, andere minder aan de verbetering van het onderwijs. Zonder te willen zeggen dat het regime van Franco het probleem meteen maar eventjes heeft opgelost moet toch worden vastgesteld, dat er na het eind van de burgeroorlog weer iets meer is gedaan voor het lagere onder wijs, al zijn de resultaten nog pover. i .11 van de scholen, plus de daarbij horende (Jok JH'OOt gebrek aan onderwijzers Om het grote tekort sy- O stematisch aan te vullen, is een vyf- L u<i<»L finli<klbn jarenplan voor scholenbouw opgesteld KnCCKStiiuicii en het eerste jaar daarvan is nu om. Zoals gezegd is het meest nijpende JaaJ" werden volgens de offi- probleem voor het lagere onderwijs dat ciéle woordvoerders tenminste dne- duizend scholen gebouwd. In werkelyk- heid zullen die drieduizend scholen zeker niet allemaal klaar zyn geweest bij het begin van het nieuwe schooljaar, maar een begin is gemaakt. De aanpak was on-Spaans degelijk! Alvorens een begin te maken met het bouwprogram ma, werd onder de Spaanse architecten een wedstrijd uitgeschreven voor ont werpen van schoolgebouwen. Waar het klimaat in Spanje zo veel verschilt, van streek tot streek, wei-den ontwerpen ge vraagd voor droge, warme streken, voor de (noordelijke) vochtige en dergelijke. Er werden er tenslotte zeven bekroond en de 25.000 ontbrekende scholen wor den nu volgens deze grond-typen ge bouwd. De eerste drieduizend zijn voor al verrezen in de provincies Andalusië en Extramadura, waar het meest be hoefte was aan scholen. In de Andalu- sische provincie Cordoba verscheen, al werkend, het achtste schooltype, dat van de „micro-school". Een dergelijk school tje, bedoeld voor kleine dorpen, bestaat uit een aula van veertien bij zeven me- ter, waarin plaats is voor veertig kin- deren. Ze kosten ruim tweeduizend gul den en zijn in acht tot tien dagen te bouwen. Voor deze „micro-scholen" is veel belangstelling, vooral dus in de kleine, minder kapitaalkrachtige dor pen. De staat helpt bij het bouwen van de scholen, maar het gemeentebestuur moet financieel eveneens bijspringen. Daarvoor zijn uitgebreide regelingen op gesteld, maar ook de gunstigste rege lingen kunnen voor de armste dorpjes in de bergen niets uitrichten. Nu is er wel wat veranderd, de laatste jaren in Spanje. Er is nog analfabetisme (20 procent, zo wordt geschat), maar de le vensstandaard is zij het hier en daar nog kunstmatig hoger geworden. Dat betekent ook. dat ouders hun kinderen naar school willen en kunnen sturen. In ruim 150 dorpen was het zo, dat het gem(#'ntebestuur geen geld had voor de nieuwe school en daar hebben de man nen. in hun eigen vrije tijd, de school gebouwd. Michael Farrar Bell restaureerde dit uithangbord van de 18de eeuw se schilder William Hogarth, voorstellende ,,De man met een lading kattekwaad". IPtgN Minister mocht een hogere begroting indienen Deze opofferingsgezindheid van ouders helpt weinig, als er geen onderwijzers zijn voor de nieuwe scholen. En er zijn er inderdaad veel te weinig. De salaris sen waren weinig aanlokkelijk, maar ze zijn inmiddels verhoogd. Dat bracht in derdaad een wat verhoogde belangstel ling voor het onderwijs-als-vak, mede ook dank zij de in ruime mate door de overheid gegeven studiebeurzen. Nu zijn er echter weer niet voldoende kweek scholen en dus moeten er, naast de la gere scholen, ook nog kweekscholen worden gebouwd! Waarmee we alleen willen zeggen, dat het geen eenvoudige zaak is om onderwijs, dat zo lang ver waarloosd is, weer op gang te brengen. Om dat te bereiken heeft de minister van Onderwijs dan ook een hogere be groting mogen opstellen dan welke van zijn collega's in het kabinet. Deze mi nister heeft, naast zijn hoofdpijn over het lagere onderwijs, ook nog zoiets als vernieuing van het middelbare en uni versitaire onderwijs, uitbreiding van de technische scholen en de landbouwscho len. Hij zit ook nog met het probleem van de bijzondere scholen dat zijn particuliere scholen voor hele rijke jon getjes zoals we die zagen in Madrid (schoolgeld: enkele honderden guldens per maand, maar dan hebben de jonge lui ook een eigen bioscoop in het school gebouw en een eetzaal waar ze la carte" kunnen eten en door echte kel ners bediend worden!) En andere particuliere scholen, gesticht door grote industrieën. Hoe het zij. er wordt iets gedaan aan het onderwijs. En dat is tenminste iets, zo aan het begin van het Spaanse schooljaar. Strijd om suprematie van liet witte doek Arthur J. Rank heeft in zijn jaarlijkse klaagzang over de grote moeilijkheden, waarmede de filmindustrie in het al gemeen en de Britse in het bijzonder altijd te kampen zou hebben, reeds aan gekondigd, dat nieuwe wegen zouden worden ingeslagen. Het aantal vaste „sterren" dat aan zijn hemel schitterde, zou drastisch worden ingekrompen. Vele beroemdheden van het witte doek wer den werkloos! Rank zelf hield er nog slechts een vijfentwintigtal onder con tract. Men zou het over een andere boeg gaan proberen. .Meer internatio nale grootheden aantrekken", is nu het parool. Zoals bekend is hiertegen al ge- orotesteerd, omdat de Engelse film haar ngen karakter moest behouden. Maar de ypisch Engelse film doet het nu een- naal niet te best op de Amerikaanse markt en dus heeft de heer Rank al die tegenstribbelingen naast zich neerge legd en gaat rustig de weg, die hij in zijn -ede in mineur reeds heeft uitgestippeld. In dit licht moet men vermoedelijk ook le aankondiging zien die in de Pine- voodstudio's dezer dagen werd gedaan: tank gaat een enorme showfilm maken net de Amerikaanse danser Gene Kelly n de hoofdrol. „Gentleman's Gentle- aan" zal de rolprent heten. Men heeft oor deze kleurenfilm vyf miljoen gulden ïitgetrokken De dansscènes zullen van zelfsprekend worden opgenomen onder leiding van Gene Kelly. Hij dentot er drie maanden voor nodig te hebben om deze scenes goed in te studeren met de mede werkenden. „We zullen een grote hoeveelheid wa pens verzamelen in de stryd. om de suprematie van het witte doek", aldus merkte de producer op, toen hy het nieuws bekend maakte. Het schijnt Rank ernst te zijn. Want kort tevoren was de produktie van „Ferry to Hongkong" aangekondigd De eerste maal. dat Rank in cinemascope filmt. En ook hier is de bezetting versierd met klinkende namenOrson Welles en Curt Jurgens. De stof voor het scenario werd gele verd door een novelle van Simon Kent. De film zal geheel in en rondom Hong kong worden opgenomen. Enkele van de belangrijkste scenes worden gefoto grafeerd op de Zuidchinese Zee, eens be- ruoht wegens haar zeerovers. Het ligt in de bedoeling van de filmmakers gre tig gebruik te maken van de kleurrijke en exotische achtergrond: welke hefc Verre Oosten daar biedt Het verhaal draait om de bittere haat, die er bestaat tussen de kapitein van de veerboot (Orson Welles) en een man (Curt Jurgens), die een gedwongen ge vangene is op het schip, daar geen land hem wil toelaten. De film wordt geregis seerd door Lewis Gilbert, die om. „Reach for the sky" heeft gemaakt. Hy schreef ook het scenario en is nu in het Verre Oosten al druk bezig voorberei dingen te treffen. Overigens is nog steeds niet bekend, wie de vrouwelijke hoofdrollen suilen vertolken. Menige Engelse waard is trots op zijn uithangbord en vertelt U, hoe het ontstond en wie de maker is. Telkens weer komt het voor, dat een levend kunstenaar opdracht krijgt om het werk van een overleden meester te restaureren en op te fleuren. Maar ook nieuwe motieven, nieuwe uithang borden dus, maken in Engeland een goede kans. Ik denk aan een uithang bord, dat ik zag te Hempstead Wig more (Kent) en dat een „Vliegende Schotel" voorstelt. Misschien zal men in later eeuwen pogen te ontdekken, wanneer en waar om die naam en dat schild ontston den, zoals wij thans ons verdiepen in de oorsprong en de makers van schil den, die in vroeger tijd ontstonden. En de praktische waarde van die uithangborden? Wel. een herberg of uitspanning met een pakkende naam en een sprekend uithangbord vangt het oog van reizigers en voorbijgan gers en dan komen zij er gemakkelijk toe om in die herberg rust en verpo zing te zoeken. (NIVANO - Nadruk verboden) Een typisch Engels uithangbordgeinspireerd op de bij uitstek Britse sport: cricket! schild, gemaakt door William Hogarth. Ook andere beroemde kunstenaars maakten van die uithangborden, soms als betaling voor hun verblijf in een herberg. Een sprekend voorbeeld daar van vindt men in de New Inn te Ep som (Surrey). Daar vertoont het uit hangbord aan weerszijden het portret van Koningin Charlotte. En elk de zer beide portretten werd geschilderd door een kunstenaar ter vereffening van zijn rekening bij de herbergier.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 5