DE BLOUSE, ONS MENU TRUTH 3 Van een vaas, die een varken werd ZATERDAG 20 SEPTEMBER WEKELIJKS BIJVOEGSEL Spiegeltje, spiegeltje aan de wand VARIA belangrijk onderdeel der wintermode DE VROUW, DIE VAN DE WEEK Verhaal voor de kleintjes PAGINA 3 PARIJS, september 1958 De hoge taille heeft in de wintermode, zoals die in Parijs werd gelan ceerd, niet alleen haar stempel gezet op de japonnen, maar ook op man tels en tailleurs, en zelfs op de blouse die voortaan, in haar modieuze versie althans, kort is - zo kort soms dat zij net onder de buste de rok raakt. Met andere woorden: ook (ja,:vooral) in het blouse-en-rok-geheel heeft de hoge taille recht van spreken. Wie aan de hoge-taille-mode mee wil doen, maar aarzelt omdat ze niet weet of het haar staan en bevallen zal, zou bij rok en blouse kunnen be ginnen, een rok en blouse, die naar de laatste mode het equivalent zijn van een nette japon en niet van een sportief ensemble. Zou de hoge taille er weer uitgaan of vervelen, voordat de stof een kans kreeg te slijten, dan is er aan zo'n rok-en-blouse geheel op zijn hoogst een bloesje verloren ge gaan, dat een minimum aan stof vroeg (de rok kan altijd vermaakt worden tot een die in de natuurlijke taille be gint). Ja, wie wil, kan zich zelfs een moderne hoge rok en korte blouse op bouwen uit een rok en blouse van wel eer. De rechte rok van het voorgaan de seizoen wordt eenvoudig van zijn tailleband en zijn figuurnaadjes ont daan en tot op de maag opgetrokken - de rokzoom komt zo automatisch op de modieuze hoogte te zitten! - en van boven wordt de rok op zijn plaats gehouden met een katoenen of zijden onderlijfje (in de trant van het lijfje, dat aan onze eerste meisjesplooirok zat). Van de lange blouse van verle- detn jaar wordt vervolgens zoveel af gesneden, dat er van het model ge noeg overblijft om het onder de buste van een drie vier centimeter brede zoom te voorzien, waardoor een band of een lint geregen wordt (figuur 6 toont aan hoe het resultaat zou kun nen zijn). Wie echter niet met de beperkingen van „nieuw-uit-oud" rekening hoeft te houden, vindt in de nieuwe mode al lerhande rok-en-blouse tips, die de kosten van twee lapjes stof en een dag achter de naaimachine dubbel en breed waard zijn. Ze kan zich op di verse Parijse ontwerpers inspireren, wanneer de korte blouse haar lokt; voelt ze echter meer voor het conser vatief moderne, dat eeuwig gangbaar is, dan baseert ze zich op Chanel, die aan blouses-bij-pakjes een keur van semi-sportieve klassiekheden brengt. Dior biedt een korte blouse van wit te zijden jersey als voorbeeld (1), die, ineengerimpeld op een gestrikte band, onder de buste over een zwarte wollen rok valt. Van Dior ook is het flatteu- ze en hoogst moderne korte bloesje dat, lichtelijk gedrapeerd en aan de voorkant schuin over elkaar geslagen, gemaakt is van dieprood fluweel (2) en dat van een donkere tweedrok ge scheiden wordt door een brede fluwe len ceintuur. Bij de blouse horen een hoek van dezelfde stof en een veeltoe- rig collier van granaten kralen (die de kleur van de blouse herhalen). Guy Laroche brengt een blouse-rok - geheel, dat een hoge taille suggereert, maar eigenlijk niet bezit (3)een ideetje voor wie de ceintuur echt om haar taille wil voelen inplaats van om de maag. Laroche plaatst op een pied de poule rok een leren ceintuur op normale hoogte, maar laat de rok in een ruche enkele centimeters boven de brede ceintuur uitkomen. De klassieke zwarte jersey blouse, die in die rok wordt gedragen, lijkt daardoor korter dan hij in werkelijkheid is. Laroche ook is de geestelijke vader van de hoogst moderne, korte kasj mieren blouses, die in of over 'n effen tweed rok worden gedragen (5 en 6). In figuur 5 wordt zo'n bedrukte wol len blouse in een donkerblauwe wol len rok gedragen, die door een brede ceintuurband van dezelfde stof wordt „opgehoogd". De volgende schets laat een kasjmieren blouse zien, die over de rok valt en met behulp van een Dieven die trachtten in te breken in een afgelegen klooster dichtbij Ca- salvecchio di Puglia, kwamen van een koude kermis thuis. De moeder-over ste van het instituut van de Zusters van het Allerheiligste Bloed had die nacht de wacht. Reeds tweemaal in de afgelopen drie maanden hadden dieven er ingebroken. Toen zij zag dat twee of drie man nen trachtten door de achterdeur in te breken, sloeg zij een kruisteken en opende het vuur met haar speelgoed pistool. De dieven maakten zich snel uit de voeten en verdwenen nog voor de boeren uit de omgeving die door de schoten uit hun slaap waren ge wekt, de achtervolging konden inzet ten. Stapels en stapels worstjes en heerlijk vette beenderen om af te kluiven worden iedere dag bij de portiers loge van het dieren-ziekenhuis van Graz bezorgden dat allemaal voor de lieveling van de stad, de hond Rolli. Rolli is een Sint-Ber- nard hond, die als baas de eigenaar van een restaurantje in Graz heeft. Dag in, dag uit. nam de hond de tram vanaf het restaurantje van zijn baas naar de Jacomini-markt in het centrum van de staden daarvoor behoefde hij nooit een kaartje te kopen. Maar kortgeleden werd Rolli door een tram aangere den en gewond en moest hij naar het dieren-ziekenhuis worden ge bracht met een gebroken poot. De marktverkopers, die gewoon waren de hond op zijn dagelijkse tochtjes per tram naar de markt wat eten te geven, brengen dat eten, de worstjes en de beenderen nu naar het ziekenhuis. schuif onder de buste tegen het lichaam sluit. Door die schuif is een band van de rokstof geregen, welke middenvoor onder de buste tegen het lichaam wordt gestrikt. Als laatste model van Chanel (4), een rode jersey blouse, die gerimpeld op een tailleband is genaaid en die toebehoren is bij een mantelpakje van rood en zwarte tweed, rijkelijk gebiesd met de effen rode jersey. Chanel maakt - en is bekend om - honderden variaties op dit gegeven en brengt het zowel in het sportieve genre (van jer sey of tweed) als in het meer geklede (waarvoor ze zijde, fluweel, brocaat en lamé gebruikt). J. V. Uw haar - vrij van roos met anti-roos Traital 3 bevat het pas-ontdekte apelium met de sterke van roos bevrijdende eigenschappen. Na 6 wekelijkse haarwassingen is de roos verdwenen. Vraag TRAITAL 3 uit de heffe des volks voortkwam en keizerin van Rome werd 1. Tal van historici beschouwen Theo dora als de belangrijkste vrouwenfiguur aller tijden; anderen beweren dat zij een lichtekooi was voordat zij Keizerin werd. De laatsten steunen daarbij op de By zantijnse geschiedschrijver Procopius, die secretaris was van de veldheer Beli- sarius en in 567 stierf. Volgens zijn uit spraak was zij de dochter van een be rentemmer, was als nachtdanseres opge treden en zou een slecht leven hebben geleid. Na een tournee door Egypte keer de zij berooid in Constantinopel terug, waar zij zich voor het paleis van Jus- tinianus neerzette en garen spon. Toen de Keizer haar zag werd hij onmiddellijk door haar schoonheid getroffen, zó zeer zelfs dat hij haar op stel en sprong vroeg zijn vrouw te worden. 2. Theodora was een slanke, knappe vrouw met donkere, expressieve ogen en een stem als een sirene. Justinianus was 20 jaar ouder, een zeer geleerd mens, die eigenlijk nooit echt jong was geweest. Het echtpaar leidde een volkomen har monisch leven en Justinianus drukte alle boze praatjes de kop in door openlijk te verklaren: „Theodora is mijn geliefde gemalin, een geschenk van God" Ze hielp haar echtgenoot een wetboek schrijven, dat een voorbeeld zou worden voor de wetgeving voor de eerste 1000 jaar. Zij streed voor de rechten van de vrouw en deed veel sociaal werk. 3. Tijdens een aanval op de troon door een stelletje oproermakers, ried Belosa- rius de Keizer aan te vluchten. Toen nam Theodora de teugels van het be wind in handen. En toen een volksme nigte voor het paleis samendromde, sprak Theodora de woorden Wij moeten allen eens sterven, maar het is niet goed om een keizerskroon voortijdig op te ge ven. Het is heel gemakkelijk om te vluchten, Justinianus. De boot ligt ge meerd aan de kade en je bent rijk ge noeg om in een vreemd land in over vloed te leven. Maar ik blijf hier, want ik wil liever als Keizerin sterven dan als lafaard leven". 4. Het oproer werd neergeslagen en Bolisarius won nog vele veldslagen voor de Keizer. Toen Theodora bijna 40 jaar oud was, werd ze ziek. Men stuurde haar voor herstel der gezondheid naar de Bosporus naar de tempel van Escula- pius. Daar lag ze en wachtte, omringd door haar dienaressen tussen de marme ren zuilen, op de dood. Zij stierf aan kanker. Justinianus kwam dit verlies nooit te boven. Ofschoon hij nog 20 jaar leefde, bleef hij haar nagedachtenis trouw en trad niet meer in het huwelijk. Als afscheid van de zomer brengen we nog eens een vruchtensla, die omdat de herfst deze week begint, nu herfstvruchtensla heet! Alle vruchten kunnen er voor gebruikt worden, die nu nog te krijgen zijn, als: peren, appelen, per ziken, pruimen en druiven. De vruchten worden in kleine blokjes verdeeld en gemengd met wat slagroom, basterdsuiker en citroensap in brede platte glazen en naar wens gegarneerd met halve walnoten gepresenteerd. ZONDAG Toost met haring; varkenshaas, postelein, aardappelen; herfstvruchtensla. MAANDAG t Vleespannekoek, tomaten, gebakken aardappelen; wentel teefjes. DINSDAG Runderlappen, andijvie, aardappelkoekjes; pruimen. WOENSDAG Eieren met kerrysaus, pronkbonen, aardappelen; citroenrijst (ook rjjst meekoken voor kaasgehakt). DONDERDAG Kaasgehakt, bloemkool, aardappelen; rabarber met schuimkop. VftWBAG s Bloemkoolsoep; gesmoorde paddestoelen, prinsessenbonen, aardappelpurée. ZATERDAG Eenvoudige nasi-goreng; peren. Recept: Kaasgehakt: 200 g. koude rijst, 200 g. oud brood (zonder korst), 200 g. kaas, 1 ui, wat zout, noot, aroma, 2 eieren, 100 g. boter. Het brood, de ui en de kaas raspen en mengen met de rijst, de eieren en de kruiden. Een stevig deeg ervan ma ken en dit tot balletjes of platte koekjes vormen, welke in de koekepan in de boter rondom bruin gebakken worden. Van de overblijvende boter met een scheutje water een jus ma ken, die men op de schotel over de balletjes giet. Recept: Eenvoudige nasi-goreng. 1% pd. gare rijst, 200 g. varkens vlees (in dobbelsteentjes gesne den), 100 g. ham, 2 eieren, 25 g. gedroogde nasi-gorengkruiden, 2 uien, 100 g. roomboter. De uien, samen met het vlees in de roomboter fruiten. Als het vlees bijna gaar is de kruiden toevoegen en bij gedeelten de rijst, welke dan nog even meegebakken wordt. Voor het opdie nen de in stukjes gesneden ham er door roeren. Van de eieren omeletten bakken, hiervan reepjes snijden, welke boven op de nasi-goreng gelegd wor den. Op een keer, toen Karei bij Bets kwam, nam hij een grote dos bloemen voor haar mee 'heel grote bloemen, met heel lange sterke stelen: gladiolen heetten die bloemen. Bets was er heel blij mee, maarik heb niet één vaas waar zulke grote bloemen inpas sen", zei ze tegen Karei. Dus zei Karei: „Dan gaan we een vaas kopen", en dat deden ze. Ze kochten een vaas in een pottenwinkel, waar wel hon derd, tweehonderd potten en vazen ston den. Toch viel net hun niet moeilijk om een keuze te maken, want in die potten- tenwinkel vol potten was maar één vaar die drie pootjes had en twee oor tjes, en: „die vaas willen we hebben", zeiden Karei en Bets. Dus pakte de juf frouw in de pottenwinkel de vaas in een geweldig groot stuk bruin papier en gaf hem aan Bets. Dat papier deed Bets er dadelijk weer af toen ze thuis was en ze zei tegen Karei: „Het is de grappigste vaas die ik ooit gezien heb". Ja, het was een gezellige vaas, een dik ke ronde vaas die, met twee eigenwijze oortjes, parmantig op zijn drie korte witte pootjes stond. Terwijl zij zo er naar keken, zei Karei plotseling: „Het is net een varken!" „Een varken?" zei Bets. „Een varken", zei Karei. En hij nam de tekendoos van Bets, en een penseel van Bets, en schilderde met blauwe verf een varkenssnuit op het gladde wit van de vaas. „Waarempel!", zei Bets. Van dat ogen blik af werd de vaas „het varken" ge noemd. Het was natuurlijk wel wat raar: een stenen varken met bloemen die uit zijn kop staken! Maar toen die bloemen verwelkt waren, en de witte vaas dus leeg op het lage bankje bij het raam stond, vond Bets dat er toch iets aan de varkenskop ontbrak. Het leek net, dacht ze, alsof iemand met een mes het punt je van de varkenskop had gesneden. En dat vond ze zo naar, dat ze een kleine kokosnoot kocht die precies paste in de opening van de vaas. Zo was die vaas een echt varken, een varken met kort bruin haar! En nu begonnen er gekke dingen te gebeuren. Want de vaas begreep dat hij een varken was geworden, en daarom wroette hij met zijn drie pootjes door de lak van het lage bankje, zodat er lelijke krassen kwamen in die lak. „Hoe kan dat nu?" zei Bets spijtig en ze keek naar de krassen. Het varken met op zijn glimmende snuit de olijke lach die Karei daar geschilderd had. zei niets maar het dacht: „Varkens wroe ten toch altijd?" Want de vaas begreep dat hij een varken was geworden Bets zette een kleedje onder het var ken, een blauw kleedje met witte stip pen. Daar kon het varken nog minder in omwroeten dan in de lak van het bank je. En wat deed het varken toen? Het stapte op zijn drie pootjes van het bankje af en liep door de openstaande tuindeuren naar buiten. Toen stond het varken, het stenen varken, dat eigenlijk een vaas was, in de zon. En het wroette blij met zijn poot jes in de aarde totdat Bets uit het dorp terug kwam. Bets dacht dat Karei de vaas in de tuin had gezet al begreep ze niet waarom en ze vergat het hem te vragen. Maar de volgende morgen stond het varken evenmin op het lage bankje. Waar was dat varken nu? Het was bij het varkenshok beland. „Wie ben jij?" vroeg het aan de dikke big die met een nieuwsgierige vette kop tussen twee planken door naar dat ste nen varken keek. „Ik ben het varken, knor knor zei dat echte varken en toen schrok dat stenen varken, want als een varken er zó uitzag, zó vies, wilde hij toch liever geen varken zijn. Dus zei dat stenen varken: „Ik ben een vaas", terwijl het echte varken wat verbaasd aan de ko kosnoot likte. „Wat doe jij dan hier?" vroeg dat var ken, op hetzelfdo moment dat Beta het ook vroeg. „Nou vrèftg ik je", zei Beta, en ze nam het stenen varken, dat nu heel zwarte pootjes had, en ze bracht het naar de keuken om het af te wassen, en o schrik Niet alleen de modder verdween van de pootjes, maar de snuit, de snuit die Ka- rel had geschilderd, verdween ook! „Wat jammer", zei Bets, maar de vaas vond het niet jammer, hij wilde toch liever een vaas zijn dan een varken. Sinds die dag liep het stenen varken, dat nu weer een vaas was, nooit meer weg. „Misschien", zei Karei, en hij keek naar de krassen op het bankje, „mis schien komt dat wel omdat het nu geen varken meer is", en daar moesten Bets en hij allebei om lachen, zo'n gek idee vonden ze dat. En het gekste was nog, dat Karei het bij het rechte eind had. Maw dat heeft hij nooit geweten! M. P. B.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 13