RUIM 1500 DEELNEMERS AAN KERKDAG VAN DE HERVORMDE CLASSIS LEIDEN Het thema luidde: „God met ons" Indrukwekkende dienst was de opening van een geslaagde dag Ongeveer 700 jongeren tussen 7 en 16 jaar hadden fijne dag Drie verschillende inleidingen op twee middagbijeenkomsteii 97*te jaargang Dinsdag 27 mei 1958 Tweede blad no. 29449 Telegram aan Prinses Wilhelmina De volheid van Christus is nog niet te zien in het dagelijks gebeuren in de fabriek, in de chaos op de weg en in de nood der kleinbehuisden en wo ningzoekenden. Maar de volheid is er: in Christus verborgen. Wy zyn in hope zalig geworden; wy zyn het al, doch het is nog niet te zien. Maar wy ge loven. dat de volle openbaring van het rijk Gods straks komt. Christus staat aan het einde der geschiedenis en daar om staat Hij ook aan het begin. Hij staat aan het begin en daarom staat Hy ook aan het einde. Met het zingen van „Ere zij aan God de Vader" en het „Kerkedaglied" werd deze indrukwekkende dienst, waaraan koren uit Leiden en omgeving mede werking verleenden, besloten. Ds. D. J. Vossers, hervormd predikant te Leiden en praeses van de classicale vergadering, die in deze dienst voorging, koos als tekst voor zijn overdenkings woord Col. 2 10 „Gij hebt de volheid verkregen in Hem, die het hoofd is van alle overheid en macht" en ging daarby uit van het thema „God met de volkeren wereld". Spreker heette vooraf allen welkom op deze kerkdag, de eerste, die, voor zover hem bekend was, in de classis Leiden werd gehouden. In het besef van al onze verscheidenheid -- gij zyt gekomen uit dorp of stad, van boerderij of tuinderij en met de meest uiteenlopende moeiten en zorgen en uit gemeenten van ver schillende modaliteit willen wy hier vandaag het thema van deze dag: „God met ons", overdenken. Het thema is niet ontleend aan het randschrift van onze gulden, doch aan de bijbelse overdenking. Heel de inhoud van de Heilige Schrift kan samengevat worden in die ene naam; Immanuel, God met ons. Maar dan niet als een wens, zoals het op onze gulden staat: God zy met ons, doch als een proclama tie, een afkondiging van hogerhand: God met ons. HET HEIL DER WERELD Voor deze dienst bepaalde spreker zich slechts bij één facet van dit onder werp: God met de volkerenwereld. Juist op Pinksteren krijgt dit onderwerp een bijzondere klank en inhoud. Pinksteren is immers het geboortefeest der Kerk en daarom ook het geboortefeest der zen ding. Het gaat in het pinksterevangelie niet in de eerste plaats en uitsluitend om het heil van de enkele mens, het gaat op Pinksteren nog meer dan op de andere feesten over het heil der wereld. Op Pinksteren wordt de universele, de wereldomvattende betekenis van Gods openbaring in Christus wel het sterkst beklemtoond. Ds. Vossers wees er in dit verband op, dat het pinksterverhaal uit Handelin gen 2 een duidelijke tegenhanger vormt van Genesis 11, de geschiedenis vam Babels torenbouw. (Een gedeelte uit beide hoofdstukken was tot inleiding van deze dienst gelezen. Red. L.D.) Het geen door de menselijke hoogmoed in de wereld bij Babel uiteengescheurd en ver strooid is, wordt door de Heilige Geest (Hand. 2) tezamen gebracht en ver enigd. In Babel stond de mens in het middelpunt, in Jeruzalem Jezus Christus. Wij krijgen, aldus spreker, wel eens de indruk, dat het doorsnee gemeentelid, ondanks Pinksteren, zich meer houdt by Genesis 11, dan bij Handelingen 2; dat hij meer onder de indruk komt van de verwarring in de wereld, dan dat hij gelooft in de souvereine heerschappij van zijn Heer. PESSIMISME IS CONTRABANDE Het is benauwend om te zien, hoe hulpeloos en angstig een gelovige is, als hij de krant leest, of aan de toe komst van zyn kinderen denkt. In christelijke kringen gebruikt men vaak uitdrukkingen als: „wy leven aan de rand van een vulkaan", „het einde der tyden nadert". Men meent dat dit pessimisme geheel by het christelijk geloof past. Maar dan vergeet men, dat er in deze tyd zo veel dingen ge beuren, waarover men alleen maar ten hoogste verwonderd kan zijn. Zeker, wij leven aan de rand van een vul- gaan. Als één verantwoordelijk staats man de lont in het kruit gooit, is het met de mensheid gedaan, maar, o wonder, wij leven nog. Daarom getuigt ook het geloof: God met ons, met de volkerenwereld. Dat heeft Paulus tot uitdrukking gebracht in de brief aan de Colossenzen, waaraan het tekstwoord is ontleend. Christus wordt in deze brief niet alleen het Hoofd van zijn gemeente genoemd, doch ook de Heer van al het geschapene, van heel de kosmos, het hoofd van alle overheid en macht. Indien de Kerk dat waarachtig ge- De Pieterskerk was 's morgens tijdens de kerkdienst, ter opening van de kerkdag, geheel bezet. (Foto L.D./Van Vliet) looft, moet zij het in de wereld ook laten zien, dat zij het gelooft. Het pes simisme is op christelijk erf contra bande. Door het kruis en de opstanding van Jezus Christus is het Koninkrijk Gods reeds in beginsel in deze wereld door broken. De bijbel laat zien, dat God met de wereld een weg gaat, die uitloopt op een doel, de volle openbaring van Zijn Koninkrijk. Met de komst van Christus in de wereld is iets op gang gekomen. Dat bewijst de geschiedenis der zen ding, waaraan wij op deze pinksterdag, aldus spreker, dankbaar mogen herinne ren. Door middel van de zending heeft /de Kerk geprobeerd om aan het Rijk van God in deze wereld een zekere ge stalte te geven. VRUCHT VAN DE HEILIGE GEEST Overal, waar het evangelie gepredikt wordt, krijgt de enkele mens meer waarde, wordt de menselijke persoon lijkheid geëerbiedigd, wordt aandacht geschonken aan lijdenden en verdruk ten. Tot onze beschaming, aldus ds. Vos sers, moeten wij echter zeggen, dat de Kerk niet altyd vooraan is gegaan in het verzachten van menselijk leed. Het waren vaak juist de mensen, die met de Kerk gebroken hebben, die vooraan heb- Op verzoek van de Kerkedagcommissie heeft de Herv. Classicale Commissie voor het jeugdwerk ook voor de jongere generatie, een aantrekkelijk programma samengesteld. Om 9.45 uur werd de jeugd van 7—16 jaar op het Pieterskerkplein groepsgewijs opgesteld om in optocht voorafgegaan door de harmonie ,,Benvenuto" uit Voorschoten, naar Den Burcht te gaan. Omdat het zonnetje af en toe eens door de wolken kwam kijken werd besloten om de hagepreek die op het pro gramma stond, toch door te laten gaan. Toen de jongeren van de groep 1216 jaar allen verzameld waren binnen de oude Burcht muren opende ds. T. D. van Soest uit Rijnsaterwoude vanaf de Burchttrap deze bijeenkomst. Deze hagepreek moest helaas voortij dig eindigen, want „tijdens het spreken van ds. Van Soest was het hard gaan waaien en toen tenslotte een fikse regen bui losbarstte zochten de aanwezigen zo spoedig mogelijk een droog onderkomen. KINDERDIENST Op dezelfde tijd werd er voor de jong ste groep (7-11 jaar) een kinderdienst gehouden in een der zalen van Den Burcht. Deze dienst stond onder leiding van mevrouw G. Jansma-van Schouwen burg en mevr. C. Slump-Beauveser, uit Na afloop van de kerkdienst was er in het koor van de Pieterskerk gelegenheid een kopje koffie te drinken. (Foto L.D./Van Vliet) Oegstgeest. vertelde een prachtig zen- dingsverhaal. Toen beide bijeenkomsten afgelopen waren, hadden er voor de groepen enige buitenspelen plaats. Onder de uitstekende leiding van de heer M. Kouwenhoven en zijn staf, be staande uit een twintigtal leerlingen van de Chr. Kweekschool, werden de kinde ren van 7-11 jaar bezig gehouden met koekhappen. zaklopen enz. Het enthou siasme van de jeugd was bij al deze fes tiviteiten zeer groot. Bovendien werd er een poppenkastver toning gegeven door de heer Noordende uit Sassenheim. die met de geschiedenis van Hans en Grietje en een aardig kol derstukje niet over belangstelling te kla gen had. SPEURTOCHT De groep van 12 tot 16 jaar nam des middags aan een leuke puzzelspeurtocht deel in het minder drukke gedeelte van Leiden. Op het papier, waar de route was beschreven, stonden bovendien eni ge vragen die na een goede beantwoor ding voor heel wat punten zorgden. Het was een interessante, maar lang niet ge makkelijke speurtocht, compleet met controleposten en stempels, waarvoor dan ook veel animo was. Om ongeveer vijf uur, sprak ds. Sa- raber. voorzitter van de Classicale Jeugdraad, een kort slotwoord en be dankte nogmaals alle medewerkenden, die hun steentje bijdroegen tot het sla gen van dit jeugdprogramma. Hierna gingen de plm. 700 deelnemers in optocht naar het Pieterskerkplein waar de kinderen zich weer bij hun ouders voegden. Ds. Van Soest wees de jeugd erop dat het vierhonderd jaar geleden streng ver boden was om in het openbaar voor je geloof uit te komen. De christenen kwa men bijeen in donkere kelders; in de deuropeningen en voor de vensters ston den gewapende soldaten. Spreker sprak er zijn vreugde over uit dat ieder chris ten hu een vrij mens is. en dat hij nu zelfs moet uitkomen voor zijn geloof. Na het zingen van enige liederen be geleid door een koperkwartet werd het pinksterevangelie voorgelezen. Kerstfeest en Pasen zijn gedenkdagen die veel meer direct op de mens in werken, maar Pinksteren, het feest van de Geest, be kende ds. Van Soest, daar zijn we eigen lijk wat verlegen mee. De Heilige Geest is met Pinksteren neergedaald op de aarde, en als wij die ontvangen dan zal het ons ook niet aan kracht ontbreken om van de Here Jezus te getuigen. Dan zal ons leven als de wieken van een molen gaan draaien, ge- -«r i i i stuwd door de wind van de Heüige! Van de woning, via verkeer, naar het werk Geest. O" En als wij aan onze vier wieken den ken. besloot ds. Van Soest. n.l. de bijbel, de kerkgang, het gebed met het avond- maal. en aan God vragen of hij ons de kracht wil geven om van Hem te getui gen, dan zullen jullie molens dra.aien en helpen aan de komst van Gods Ko ninkrijk. Ds. T. D. van Soest houdt zijn hagepreek voor de jongeren op Den Burcht. (poto L.D./Van Vliet) Tijdens de gisteren in Leiden gehouden Kerkdag voerden 's middags zowel In de Pieterskerk als in de Stadsgehoorzaal drie sprekers het woord. Er werden korte inleidingen gehouden over „De gemeente en het woningvraagstuk", „De gemeente en het verkeersvraagstuk" en „Christen-zijn op het werk". Mevrouw A. Soetekouw-v. d. Staay uit Hillegom behandelde het eerste onder werp ervan uitgaande dat het pinksterfeest het feest van de inwoning is. Op duidelijke wyze schetste spreekster hoe heerlijk men het vindt als het om de inwoning van Gods geest gaat en hoe verschrikkelijk als het er om gaat een gedeelte van zijn huis af te staan aan een medemens, die geen of te weinig woonruimte heeft. Met nadruk stelde zij, dat de ge meente, die God looft, er niet mee af is om het probleem van de woningnood aan de overheid over te laten. We kun nen God niet aanvaarden en tegelijk onze naaste weren, zo vervolgde spreek ster. Hebben wij, als gemeente, wel vol doende de diepte gepeild van het ver langen van een jong paar, dat na eindeloos wachten ook eens in het hu welijk wil treden? Hebben wij ons verder in voldoende mate de ellende voor ogen gehouden, waarin vele jonge gezinnen verkeren althans wat hun woonruimte betreft? Hebben wij vooral de laatste tijd nog gedacht aan de ge- repatrieerden, aan de studenten en aan de werkende alleenstaande vrouwen? Na deze vragen gesteld te hebben wees spreekster erop, dat degene, die bewust naar mogelijkheden zoekt, vin dingrijk wordt. Mogelijkheden zijn er zeer zeker en daarom juist deed me vrouw Soetekouw een beroep op die gemeenteleden, die contacten tot stand weten te brengen tussen hen, die over een teveel aan woonruimte beschik ken en hen. die tekort hebben. Ook zag zij graag, dat deskundigen op financieel gebied en bouwexperts in de gemeente de hoofden eens bij elkaar zouden steken en eigen initia tieven begonnen te nemen. Wanneer wij met de overheid mee- zoeken naar wegen om deze menselijke nood te lenigen, dan zal ook de even tuele kritiek op het overheidsbeleid meer stem krygen, zo besloot mevrouw Soetekouw haar korte toespraak. Belangstelling voor elkaar De heer R. Wijkstra uit Amsterdam sprak over „Christen-zijn op het werk". Deze spreker betreurde het. dat velen er in hun omgang met collega's en meerderen niet voor uit durven komen, dat zy leven volgens de geboden, die God ons gesteld heeft. Hij drong er op aan de dagelijkse arbeid te zien als een dienst aan de gemeenschap en een zegen in ons leven. Noodzakelijk is, vol- dat wij maar al te dikwijls ten opzichte van onze superieuren koesteren, laten varen en hen eerlyk tegemoet treden. Spreker waarschuwde verder voor hei melijke kritiek in een bedrijf. Kritiek mag er vanzelfsprekend zijn. maar alleen gerechtvaardigd en gezond. De werkgever zal belangstelling moeten hebben voor de arbeider en deze weer voor zijn kameraad, wil de sfeer in het bedrijf goed zyn. In de Stadsgehoorzaal sprak de heer H. Boomgaard over het zelfde onderwerp. Her zesde gebod Wanneer wy als christenen het ver keersvraagstuk willen benaderen, moe ten wy ons afvragen of ons in dit leven een taak ten opzichte van het verkeer is opgelegd. Burgemeester H. Duiker, uit Katwijk, meende deze vraag met een volmondig „ja" te moe ten beantwoorden. Het gaat hier im mers om het zesde gebod. n.l. eerbied hebben voor het leven van onze mede mensen. Tengevolge van verkeersongevallen zyn in het vorige jaar 1663 mensen om het leven gekomen. Spreker noemde dit een schandelijke aantasting van het ge bod onze naaste lief te hebben als ons zelve. Als wy Christen zijn. dan moeten wij dat zeven dagen in de week zijn en niet alleen zondags in de kerk. Wij moe ten iedere dag waar dan ook waken voor de gezondheid van onze naaste, die immers ook een schepsel Gods is, aldus spreker. Jammer genoeg begrypt en waardeert men elkaar niet meer op de weg. Burgemeester Duiker drong er daarom op aan gezamenlijk mee te wer ken aan de verkeersbesehaving in ons land. Als er geen verkeersbesehaving is, dan heeft geen enkel verkeersreglement enig nut, zo concludeerde spreker. Wan neer we elkaar vanmiddag plechtig be loven aan de verkeersbesehaving mee te werken laten wy dat dan in ieder-geval doen op basis van Gods woord, aldus eindigde burgemeester Duiker. Met koor- en samenzang werden deze twee mid- gens spreker, dat wij het wantrouwen,dagbijeenkomsten opgeluisterd. Na maandenlange voorbereidingen was het dan de dag van de kerkdag der hervormde classis Leiden geworden. Zowel voor de commissie tot voorbereiding van deze dag als voor de gemeen ten in de classis was dit een experiment en men kon dan ook moeilijk schatten hoeveel gemeente leden op tweede pinksterdag naar Leiden zouden komen om dit grote „familiefeest" van de her vormde classis bij te wonen. Wat dat betreft zijn de verwachtingen in ieder geval overtroffen. Ongeveer 1500 personen en ook nog 700 kinderen zijn in Pieterskerk, Stadsgehoorzaal en Den Burcht bijeen geweest. Het pinksterfeest is bij uitstek geschikt voor een kerkdag, want op deze dag viert men de komst van Gods Geest in deze we reld. De Geest, die samen brengt wat de mensen uit elkaar hadden gegooid. Iets van die eenheid is gisteren in Leiden tot werkelijkheid geworden. De gemeenten leven zo vaak op een eilandje, bijna zonder er weet van te hebben dat er ook nog andere gemeenten zijn, soms vlak bij. In Leiden heeft men iets van de wereldwijdheid van Gods Kerk ervaren. In dit verband was het ook bijzon der prettig enkele predikanten en gemeenteleden van andere kerken aanwezig te zien. De dag werd geopend met een kerkdienst in de Pieterskerk, die door ongeveer 1600 personen werd bijgewoond. Het was een indrukwekkende dienst, een machtige inzet van een geslaagde dag. Aan het einde van de och tenddienst in de Pieterskerk, werd op voorstel van de voorzit ter van de Kerkdagcommissie, ds. P. Kloek, het volgende tele gram aan H. K. H. Prinses Wil helmina verzonden: Ruim vijftienhonderd deelne mers aan de Kerkdag van de Hervormde Classis Leiden dan ken Uwe Koninklijke Hoogheid zeer voor het opwekkend ivoord van Uw open brief en hopen, dank zij de hulp van de Pink stergeest, door onderlinge liefde en dienst in de wereld, aan het Woord van God gestalte te mo gen geven. Namens de Kerkdagcommissie, w.g. P. Kloek. ■■■■■■■■■■■■■■■■■■BB' ben gestaan in de strijd om de huma- niteit, om de ware menselijkheid. God j onderwijst de wereld niet enkel door middel van de Kerk. doch ook omge- 1 keerd. Maar het geloof getuigt, dat zo- 1 wel het een als het ander de vrucht is van de Heilige Geest. Zo mag op deze pinksterdag getuigd worden, dat God met de volkerenwereld is. De volheid, aldus de tekst, is er, maar ze is er in Christus. Ze is nog niet volkomen wer kelijkheid geworden in ons leven en in ons gezin, in onze gemeenten met haar ruzies en in de kerk met haar verdeeld heid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 3