Geen vissersvaartuig naar zee zonder reddingboot aan boord 4 MEI DE VANGARMEN DER VISSERIJ (VI) Noodpakket voldoende voor enkele dagen HOUTEN REDDINGBOOT SPOEDIG BESCHADIGD WOORD VAN BEZINNING 1958 Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen de houten en de rubber reddingboot. Dit artikel zal uitslui tend gaan over de rubberboten, in de eerste plaats omdat die steeds meer in gebruik komen ter vervanging van de houten boot, en ten tweede omdat deze rubber-vaar tuigjes gemaakt worden in Katwijk bij de R.F.D.-Holland. Men zou op dit gebied van een revolutie kunnen spreken, omdat er een groot verschil bestaat tussen een boot van hout en een van rubber. Een van de grootste verschillen is wel dat de houten boot gemakkelijk „gekraakt" wordt of ernstig beschadigd, zonder dat men middelen heeft de schade te herstellen, wanneer men tenminste in volle zee is aan boord van het bijv. lek geslagen reddingbootje. De rubberboot is vrijwel niet te beschadigen en indien het geschiedt, gemakkelijk te herstellen. De vissers zien deze voordelen zeer wel in en nemen tegenwoordig ook bijna uitsluitend de „rubber dinghies", zoals ze officieel en ook „in de wandeling" worden genoemd. De tijd is misschien niet ver meer, dat de houten boot op vissersschepen ge heel heeft afgedaan. (Van een onzer redacteuren) Eigenlijk hoort dit artikel niet thuis in onze serie „De vangarmen der vis serij". Toch kan het er ook weer niet in gemist worden. Dit klinkt wel wat raadselachtig en tegenstrijdig, doch bij nadere beschouwing blijkt het toch juist te zijn. Een vissersboot mag niet uitvaren als er geen reddingboot aan boord is, dus deze boot vormt een vast onderdeel van de uitrusting van het schip. Voor de visserij echter heeft het schip geen betekenis, want als er niets bijzonders geschiedt, blijft dit reddings middel netjes ingepakt aan dek liggen. De visserij kan heel goed uitgeoefend worden zonder reddingboot, en toch zal geen schipper zonder uit willen varen, omdat hij daarmede het leven van zijn bemanning en zichzelf op het spel zet. De schepen van tegenwoordig zijn goed en sterk, doch een ongeluk ligt in een klein hoekje en zelfs een groot schip als de „Andrea Doria" is nog niet zo lang geleden ten onder ge gaan na een aanvaring. De betrekke lijk kleine vissersboot kap vrij gemak kelijk overvaren worden, en waar zouden de mannen zich dan in veilig heid moeten stellen, als er geen red dingboot aan boord was? Al is de visserij dus mogelijk zonder redding boot, deze behoort toch tot de vaste uitrusting van het schip en het is dus volkomen juist een artikel in deze reeks te wijden aan de reddingboot. .J Jaarlijkse controle verplicht gesteld niet. In Nederland heeft men dit toe gestaan, en de scheepvaartinspectie is er zelfs een grote voorstander van en raadt dan ook aan dit soort boten te nemen, een raad die reeds door velen is opgevolgd. Grotere schepen hebben nog geen rubberbootjes, die opgeblazen moeten worden. Hier doet zich n.l. de typische moeilijkheid voor dat de „dinghs" pas wordt opgeblazen als hy in zee ge worpen is. Een op het schip opgebla zen boot zou niet in zee gezet kunnen worden, als er reeds mensen in plaats genomen hadden. Grote schepen steken vaak meer dan 10 meter boven het water uit en men zal dus slechts in het uiterste geval bereid zijn van zo grote hoogte in zee of op de dinghy te springen. Voor grote oceaanstomers is dit reddingsmiddel dus (nog) niet goed bruikbaar. Kleine schepen echter lig gen niet bijzonder hoog boven het water en men zal de sprong des te eerder wagen. Voor 6 tot 20 personen Men kent verschillende afmetingen van deze dinghies. Ze zijn er voor 6, 8, 10, 12 en 20 personen. Die voor 6 per sonen hebben een diameter van 2,22 meter, die voor 20 personen van 3,72 meter; de hoogte is resp. 1,14 en 1,39 meter. Het gewicht is natuurlijk ook zeer belangrijk: een vele honderden kilo's zwaar pak zou bijzonder onprak tisch zyn om overboord te zetten. Wat dat betreft kan men gerust zijn: een dinghy voor 6 personen weegt 56,7 kg. en kan dus door één man over boord worden gezet, en een boot voor 20 per sonen weegt 113,4 kg., licht genoeg om door twee man versjouwd te worden. In deze gewichten is inbegrepen een flink noodpakket, waarin van alles te vin den is om enige dagen in leven te blij ven. —Wanneer de dinghy verpakt is, krijgt men voor een 6 persoons boot een pak van 0,81 bij 0,45 meter en bij een grote boot van 1,06 by 0,55 meter. Verpakt over boord Voedsel en speelkaarten De dinghy wordt opgerold voor de verpakking. (Foto L.D./Jaap van Duljn. Katwijk) Voor het begin van de geschiedenis van de rubber-reddingboot moet men teruggaan tot de eerste wereldoorlog. Men maakte toen een zeer bescheiden begin voornamelijk voor de luchtvaart, doch zodra de oorlog voorbij was, liet men de produktie weer liggen en dacht er bijna niet meer aan. In de tweede wereldoorlog leefde de belangstelling weer op en begon men op grote schaal rubberbootjes te maken voor de vlie gers. Het waren kleine pakjes, die de vliegers meevoerden en die weinig ruimte in beslag namen en bijna niets wogen. Ongeveer 17.000 vliegers heb ben in de tweede wereldoorlog hun leven aan het gebruik van deze rub berbootjes te danken. Na de oorlog kreeg ook de marine en iets later ook de burgerscheepvaart belangstelling voor dit soort reddingboten, terwijl ook de burgerluchtvaart tot de regelma tige afnemers begon te behoren. Eerst verboden Dat de scheepvaart niet eerder deze boten ging gebruiken, is gelegen in het feit, dat het verboden was opblaasbare reddingboten mee te voeren. Deze zienswijze is verdwenen en interna tionaal is nu bepaald dat ieder land mag bepalen of zijn schepen tot 500 ton hiermede uitgerust mogen worden of Om wat wij tot nu toe schreven ge heel duidelijk te maken, moeten wij met het eindprodukt beginnen en niet bij de grondstoffen, zoals wij ge woonlijk doen. Wanneer een schip in nood is en het wordt tijd dat de be- mannig zich in de sloepen begeeft, wordt de dinghy over boord gezet. Het geheel zit dan nog keurig verpakt in een grote zak, waaruit alleen een lijn hangt, die aan het schip bevestigd moet zijn. Een flinke ruk aan de lyn opent de fles met koolzuur, die onder een spanning van 70 atmosfeer leeg loopt. De spanning, waarmede de boot nu wordt opgeblazen zorgt er voor dat de verpakking barst en in het water verdwijnt. In 15 seconden zijn de drijfkamers gevuld en nog 15 seconden later is ook het dak opgeblazen. Het gevuld zijn van de drijfkamers is bepalend »oor het dragen van personen. Of het dak al of niet „staat" is daarbü van geen be lang. Na 15 seconden dus kan men zich reeds veilig stellen. De beide drijfkamers, die boven el kaar liggen, zijn tezamen ongeveer een halve meter hoog en het zou moeilijk kunnen zijn uit het water in het bootje te stappen. Er is echter een soort touwladdertje gemaakt, zodat men zonder moeite naar binnen kan gaan. Het dak heeft een meerledig doel In de eerste plaats beschermt het in de tropen tegen de zonnestralen: voorts beschermt het in koude streken tegen de koude wind, vooral ook om dat de beide openingen, welke in het dak zyn gehouden voor het binnen komen en eventueel voor ventilatie, gesloten kunnen worden, zodat men in een goed gesloten kooi komt te zitten. Bovendien dient het dak voor het op vangen van regenwater, dat men dan binnenin kan aftappen. Een flink aantal kilogrammen van het totale gewicht moet worden toege schreven aan het noodpakket, dat in ieder dinghy is verpakt. Daarin is van alles te vinden. Er zit in: voedsel en water, maar ook een pak speelkaarten en een mes, E.H.B.O.-uitrusting, licht- pistolen, drinkbekers, reparatiedoos voor de dinghy, lekstoppers en een instructieboek. Alles is waterdicht verpakt in plastickzakken, en het ge heel is ook weer waterdicht verpakt, zodat het noodpakket altijd bruikbaar is. Het is bewzen dat men met dit pak ket enkele degen vooruit kan. al moet IN een verzameling brieven van Duitse leken en predikanten las ik deze woorden: „De slapeloze uren in de duisternis van de nacht, en in de eenzaamheid van mijn cel, zijn uren, waarin de nabijheid Gods bijna lichamelijk voelbaar wordt waarin ook voor mij iets in ver vulling gaat van datgene wat in Psalm 139 staat „Want ook de duis ternis verdonkert niet voor U. de nacht zelfs licht als de dag, de duis ternis is als het licht". Zo worden die nachtelijke uren tot uren van gesprekken met de Eeuwigheid, en men wordt in het gebed zo stil en sterk. Weet ik de weg ook niet, Gij weet hem wel, dat maakt de ziel zo stil en vol van vrede. Welk een groot geschenk deze troost van het geloof voor de chris ten is. gevoel ik des te meer, als ik zie hoe menige inscriptie aan de wanden van mijn cel getuigt van een zo heel andere houding. Er staat iets van vreselijke en ellendige dagen, die hier werden door ge bracht. Andere opschriften spreken van omwenteling en wraak". Hoevelen zullen deze week de ge dachten van die brief beleven in hun gedenken van bittere tijden in cel, in kamp en gevangenschap. Er is bevrijding gekomen, maar wat heeft deze vrijheid gekost, als we denken aan die velen, die het niet mee beleefden, omdat hun met ge weld het leven werd ontnomen. Zal dat ooit uitgewist kunnen worden? Niemand kan de dood uitwissen. Hoe begrijpelijk zijn de bittere woorden op de celwanden. Hoe be grijpelijk is ook bitterheid en droef heid in gebroken gezinnen van heden. Zou het niet het beste zijn de vierde mei maar te begraven en alleen te blijven, ieder in de stilte van eigen huis en hart? Dan is het al zwaar genoeg. Zeker zullen de tijden allerlei wonden helen en geheeld hebben, maar toch komt steeds weer deze dag terug en haalt oude wonden open en doet oude vijandschap oplaaien. Want niets grijpt zo diep in een mensen leven als de dood. In de by bel wordt hij genoemd „de laatste vijand". Daarom brengt het gedenken van de dood en de doden zoveel droef heid mee. En het allermeest de ge welddadige dood uit de oorlogs dagen. Ergens in ons hart voelen wij, hoewel de dood dezelfde is, toch verschil in het sterven. Een sterven op het ziekbed heeft een andere aard dan het omkomen in een kamp of door een bombardement of een mijn op zee. Wij mensen kun nen het niet anders zien. In elk geval niet, als we bij het aardse leven blijven staan. Anders is het, zoals de briefschrij ver zegt, wanneer er „gesprekken met de Eeuwigheid" zijn. Dan is er niet alleen een droevige gedach tenis, maar dan verliest de dood dat eeuwig donkere. Dan is er de troost van het geloof, dat zich ook dwars door de dood heen in Gods hoede geborgen weet. Een gedicht uit een der gevange niscellen eveneens geschreven zegt: Ben ik alleen? De ander is gegaan, die mijn lot deelde tot op deze stonde. Ik zie mezelf nog in 't oud lot gebonden. Ik voel de stilte dreigend mij omstaan. Doch neen, geen eenzaamheden teitren my. Een Stilte gaat de stilte overstemmen nu myne vingren hecht Uw hand omklemmen. Mijn God, nooit waart Gij mij zo diep nabij. Voor hoevelen, die heengingen, zou deze gedachte niet de enige troost voor leven en sterven zijn geweest! Dit is ook de troost voor ons le venden bij de herdenking der doodse meidagen. Ik denk aan Pau- lus' woord uit Romeinen 8„Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking of benauwd heid of vervolging of honger? Want ik ben verzekerd, dat noch dood noch leven, noch hoogte, noch diepte ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onzen Heere." Dit moge ons gedenken van de dood bepalen. F. Offeringa. hervormd predikant te Katwijk aan Zee. men er natuurlijk niet al te royaal mee omspringen. Bovendien is het noodpakket natuurlijk aangepast aan de grootte van de boot, zodat men wel wat in moeilijkheden kan komen te zitten, wanneer er meer mensen op genomen worden dan de bedoeling is. Voor de dinghy zelf is het geen be zwaar wanneer er meer mensen opge nomen worden, want theoretisch kan een boot voor 20 personen wel 80 per sonen vervoeren. Het ruimteprobleem speelt daarbij echter een beslissende rol. Het is bij scheepsrampen toch wel voorgekomen dat er 27 man in een boot van 20 zaten, en dat was nog best te doen ook. Alles plakken Het materiaal voor de dinghy komt zowel uit binnen- als buitenland. De lappen rubber met Egyptisch katoen worden in Katwijk op maat gemaakt en gedeeltelijk aan elkaar gelijmd. Aan deze bootjes wordt vrywel alles ge plakt, omdat naaien kleine gaatjes zou veroorzaken en de boot poreus zou maken. De solutie wordt in eigen be drijf gemaakt, omdat deze kleefstof slechts enkele uren houdbaar is. Ieder paar uur wordt er dus weer een nieuwe pot solutie gemaakt. Wanneer de ver schillende lappen materiaal aan elkaar zyn gelijmd, worden de onderdelen naar Sassenheim vervoerd, waar de dinghies in elkaar worden gezet, na tuurlijk ook weer met solutie. Lang zaam maar zeker verrijzen dan de rubberbootjes, welke straks de zeeman het veilige gevoel moet geven een uit wijkmogelijkheid te hebben, als de nood aan de man komt. In Sassenheim worden de dinghies, als zij goed ge droogd zijn een proces dat drie da gen duurt onrierworoen aan een Enkele ondetdelen worden genaaid, zoals b.v. de touwladdertjes. Een kijkje op deze afdeling. (Foto LD./Jaap van Duljn, Katwijk) voortest. De boot wordt op spanning gebracht en met behulp van manome ters controleert men de spanning ge durende enige tyd. Stevige verpakking In Katwijk ligt dan weer het eind stadium van de produktie: de laatste De dinghies worden aan elkaar gelijmd. Rechts een bootje zonder dek. (Foto L.D./Van Vliet) controle en de verpakking. De verpak king is geheel waterdicht, zodat een bootje nooit te lijden zal hebben van overkomend water. De verpakking is ook behoorlijk stevig, zeker de nieuw ste, zodat deze een behoorlijke bescher ming biedt tegen beschadiging. Jaarlijkse controle Elk jaar komen de dinghies terug in Katwijk voor een controlebeurt. De spanning wordt opnieuw gemeten, het noodpakket wordt gecontroleerd en zo nodig vernieuwd, kortom alles wordt grondig nagezien, omdat een redding boot natuurlijk altijd aan de hoogste eisen moet voldoen. Een reddingboot, die gebreken vertoont, mag niet voor komen. Van welk belang het is een goede reddingboot te bezitten, is in de loop der jaren wel bewezen! Talrijke vissersboten zijn reeds uit gerust met dinghies, zowel voor 6 als voor 10 en 20 personen. De kotters heb ben meestal de kleinste, terwijl de trei- lers en grote loggers veelal de 20-per- soons aan boord hebben. Het is niet alleen voor de vissers, doch ook voor hun familie en vrienden aan de wal een rustig idee te weten, dat er deug delijke reddingsmiddelen aan boord zijn. De beste boot kan zinken en daar om is het ook terecht verplicht gesteld een reddingboot aan boord te hebben. En of dat nu een dinghy of andere boot is, doet er niet zo heel veel toe, als hU maar goed is!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 11