DE BLOUSE ONS MENU DE WILDE HAREN VAN ALFONS ZATERDAG 29 MAART s__s_========__ toebehoren bij de moderne tailleur VA IS DE WEEK Recepten voor de PAASDAGEN VARIA DE MAN, DIE als eerste in een jol de Atlantische Oceaan overstak WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 3 Spiegeltje, spiegeltje aan de wand Parijs, maart '58. Toebehoren bij de moderne tailleur is de blouse en die blouse is in de mode van dit seizoen dunner, lichter, jeugdiger en heel anders dan voorheen. Zij heeft niets van de overhemdblouse, zij is niet klassiek. Vaak is zij van dezelfde stof als de mantelpakvoering of de accessoires, die de tailleur aanvullen. Dikwijls heeft zij dezelfde kleur als het pakje. Niet zelden is zij van zodanig besmettelijke en kreuk- bare stof (shantung, organdi etc.), dat zij een waar zorgenkindje is. Zij is genopt, gebloemd of effen en doorzichtig soms, want organdi, zijden mousseline en organza zijn favoriet. Zij is zelden streng ge tailleerd, valt meestal over de rok, al is het maar een heel klein eindje. Zij is recht of zij bloest, heeft een klein of een ruim decolleté, waar aan de kraag doorgaans ontbreekt. En in de meeste gevallen komt er in de halsopening van de tailleur iets van die blouse te zien, ook al is deze laag uitgesneden. Wit of pastelkleur is de meest modieuze tint. Model en silhouet variëren al naar de luimen van de ontwerpers en van enkele hunner ziet u hier een creatie in schets gebracht. heeft klassieke driekwart mouwen en een ronde, aansluitende halsopening, die gegarneerd is met een stofsjerp. De laatste moderne mantelpakblouse is een zorgenkindje waarvan Dior de geestelijke vader is en waarvan witte organdi de grondstof is. Het model 1» reöht, valt even over de rok, heeffi laag ingezette korte mouwtjes en is langs de ruime boothals gegarneerd1 met een zwart soutache feston. J. V. Van Guy Laroche is het eerste model, een rechte blouse van witte shantung, die geen buste en geen taille heeft, maar vlak als een koker net/ even over de rok valt. Zij heeft een- kleine boothals, een dwars na ad ter hoogte van de buste, waaraan de schouderpas zijdelings gerimpeld is, en twee valse steekzaikjes juist boven* de zoom. Het tweede model staat op naam van Dior en is gemaakt van wibte organdi (evenals het bijbehorende hoedje en de kraag van de tailleur, waarbij zij toebehoren is). Ook deze blouse is aan de voorkant plat als een plank en heeft geen taille. Zij eindigt net onder het middel op de rok en is gegarneerd met een geappliceerd, donker stofceintuurtje, dat even hoven de zoom is aangebracht. Ooco Cha-nel kwam uit met een blouse, die een moderne adoptatie is van de stijl der dertiger jaren; ze ge bruikte er een hoogst moderne stof voor. die ruim twintig jaar terug nel) zozeer in zwang was als nu: zijden» crêpe. Ze koos een tint, die modern- heet: zachtroze. En het model (3) bloust losjes boven de mantelpakrok, Dikwijls geren we zondags groot vlees om 's maandags dan de rest in de maaltijd te verwerken. Toch smaakt ter afwisseling klein vlees ook altijd heerlijk, maar geef dan eens in plaats van karbonade of lapjes, een duitse biefstuk! Het beste kan men hiervoor zelf mager rundvlees malen en met zout, peper en iets noot goed vermengen. Van deze massa worden dan biefstukje» gevormd, die op de gewone wijze gebakken worden. Tot slot wordt er een dikke laag gefruite uitjes opgelegd. ZONDAG MAANDAG DINSDAG WOENSDAG DONDERDAG ZATERDAG grapefruit, duitse biefstuk, doperwten en worteltjes, aard appelen, kofflepudding. roerei, veldsla, gebakken aardappelen, wentelteefjes, stoofschotel kool met kaas, krentepannekoekjes. gehakt, andijvie, aardappelen, fruit (kapucijners in de week zetten). kapucijners met spek, gefruite uien, aardappelpuréc, ap pelmoes. viscroquetten, sla van witlof, appel, biet en capucijners, pomme» frites. kop vissoep, risotto met sla. Recept: Kofflepudding. 3/4 liter melk met koffieextract, 8 blaadjes gelatine, 70 gr. suiker, 2 eieren. De gelatine in ruim water weken. De eidooiers met wat suiker schuimig roeren. De melk met koffie aan de kook brengen en door de eidooiers roe ren. De massa in de pan terugdoen en op een zacht vuur al kloppend binden. Van het vuur af de uitgeknepen gela tine en de rest van de suiker erdoor doen. Als de massa drillig begint te worden, de puddingvorm met onge- klopt eiwit bestreken. De rest van het eiwit stijfslaan en door de pudding massa scheppen. In de vorm stijf la ten worden, keren en garneren met schuimpjes en okkernoten. Recept: Viscroquetten. 300 gr. gekookte vis zonder graat, 50 gr. roomboter, 35 gr. bloem, 2Vz dl. visnat. 5 gr. gelatine, iets zout. citroensap, ei. paneermeel, frituurvet. Van de boter, bloem en het visnat een dikke gladde saus maken en de geweekte gelatine erin oplossen. De in kleine stukjes verdeelde vis erdoor heen roeren. De saus met wat zout en een paar druppeltjes citroensap op smaak afmaken, op een met water om gespoeld bord uitstrijken en koud la ten worden. Daarna in 8 gelijke delen, verdelen en er mooie langwerpige cro- quetten van vormen en deze door pa neermeel. ei en nog eens paneermeel wentelen. Daarna in dampend frituur vet vlug bruin bakken. Het Voorlichtingsbureau voor de Voeding meldt: Velen van U besteden er graag wat extra tijd en moeite aan om de inwendige mens tijdens de paasdagen feestelijk te verzorgen. Dit verhoogt voor jong en oud de gezelligheid, vooral wanneer de huisvrouw er tevens in slaagt om haar bezigheden op de feestdagen tot een minimum te beperken. Bedenk daarom al ver van te voren waarop U wilt trakteren. Doe tijdig Uw inkopen en zorg ervoor, dat ook het werkprogramma van de zaterdag niet overladen wordt. Hier volgen wat recepten, die mogelijk de feestvreugde helpen verhogen. De koekjes kunnen reeds enige da gen van te voren worden gebakken. RECEPTEN VOOR 4 PERSONEN. Varkensfricandeau op z'n paasbest. 500 g. varkensfricandeau, boter of margarine, 100 gr. verse champig nons of 1 klein blikje champig nons, een middelmatig grote ui. enige takjes peterselie, paprika, zout. Het gewassen en gezouten vlees in de hete boter of margarine gedurende ongeveer 15 minuten aan alle kanten mooi bruin braden. In die tijd zonodig de champignons van lelijke stukjes ontdoen, wassen en in plakken snijden. De ui schoonmaken en in twee of drie stukken snijden. De peterselie wassen. Het bruingebraden vlees uit de jus ha len. De champignons, ui. peterselie en paprika toevoegen en gedurende 10 minuten smoren. De pan van het vuur nemen, ui en peterselie eruit halen en het vlees er weer in doen. De dag van gebruik het vlees nog ongeveer 20 mi nuten stoven: zonodig af en toe iets water toevoegen. Daarna de jus op de gebruikelijke manier afmaken. Indien geen champignons worden gebruikt, hiervoor in de plaats 2 eetle pels tomatenpuree nemen. Vooral op dagen, dat er veel ge snoept wordt, zijn vruchten een frisse afwisseling. Geef ditmaal eens fram bozen of aardbeien op sap, gecombi neerd met een niet al te dunne, fees telijke vla. Deze vla zal. ook wanneer ze een dag wordt bewaard, mooi ge bonden blijven. Schuimige vla met vruchten 3/4 liter melk. 35 gr. (6 afgestreken eetlepels) bloem, 35 gr. (3.5 afge streken eetlepel) boter of margari ne. 35 gr. (3.5 afgestreken eetlepel) suiker, 1 ei, 1 pakje vanillesuiker, zout; frambozen of aardbeien op sap, paaskuikentjes. Het ei scheiden en de dooier met de suiker, vanillesuiker en zout roeren. Het wit stijfkloppen. De boter of mar garine op een zacht vuur smelten, de bloem toevoegen en de massa glad roe ren. Al roerende, scheutje voor scheutje de melk er bij doen en de massa steeds even laten doorkoken. Een gedeelte van de vla bij de dooier gieten, alles terug doen in de pan en nog even verhitten (niet koken). Al door blijven roeren! Direct van het vuur af het eiwit luchtig door de vla scheppen en deze op een zacht vuurtje laten „doorpuf- fen" om het eiwit gaar te maken. Tij dens het afkoelen af en toe roeren. Vruchten en vla kort voor het ge bruik in bowlglazen of glazen schaal tjes doen. De rand van de glazen of schaaltjes versieren met een paaskui- kentje. Notennestjes (ongev. 20 stuks) Voor de koekjes: 100 gr. gepelde hazelnoten, aman delen of pinda's. 175 gr. (ruim 2 kopjes) bloem. 125 gr. (half pakje) boter of margarine, 100 gr. (onge veer 1 kopje) basterdsuiker, zout. Voor de crème: 150 gr. (3/5 pakje) boter of mar garine, 75 gr. (3 4 kopje) poeder suiker, 1.5 dl. (1 kopje) melk, 15 gr. (3 afgestreken eetlepels) maizena, 20 gr. (2 afgestreken eetlepels) sui ker. sterk koffie-extract «eventueel van koffie in poedervorm gemaakt) 100 gr. eitjes of 100 gr. hazelnoten. Bereidingswijze 'van de koekjes: Bij gebruik van amandelen, deze tot aan de kook brengen in ruim water, afgieten en de vliesjes verwijderen. Bij gebruik van pinda's, deze zo nodig van de vliesjes ontdoen. De noten fijnma- len of hakken. De bloem zever, met het zout en de basterdsuiker. Daarbij de gemalen noten en de boter of margari ne doen. Hiervan een deeg kneden. Dit met een door bloem gehaalde deegrol of fles op een met bloem bestoven ta fel of aanrecht uitrollen. Hieruit met een glas of deksel van ongeveer 6 cm. doorsnede 40 koekjes steken. Van de helft met een dekseltje of dop van een fles van ongeveer 3 cm. doorsnede het middelste gedeelte uitsteken, zodat er ringen ontstaan. De uitgestoken rond jes opnieuw kneden, uitrollen en tot koekjes verwerken. De koekjes en de ringen in een warme oven lichtbruin bakken. Bereidingswijze van de crème: De maizena met een deel van de koude melk aanmengen. De rest van de melk aan de kook brengen en binden met de maizena. Van het vuur de sui ker toevoegen en zoveel koffieextract, dat de massa een lekkere koffiesmaak heeft. De crème onder af en toe roe ren laten afkoelen. In een andere kom de boter of margarine zacht roeren. De gezeefde poedersuiker toevoegen en goed met de boter of margarine ver mengen. Daarna lepel voor lepel de koude koffiepudding er door roeren: de massa steeds weer goed glad roeren. Zonodig nog iets koffieextract toevoe gen. Deze massa enige tijd op een koe le plaats laten staan. Het afmaken van de nestjes: De hele koekjes bestrijken met een laagje crème. Hierop een ring leggen en de bovenkant van de ring weer met crème bespuiten of bestrijken. Op de bovenste laag crème kan met een in warm water gedoopte vork een garne ring worden aangebracht. In ieder nestje ongeveer 3 kleine eitjes of ge roosterde hazelnoten leggen. Verhaal voor de kleintjes de en hij ging naar de tuinkamer Daar zat de moeder van het Jongetje met tante Lies en tante Lies vroeg „Hoe gaat het met Alfons?" (zo hef re het jongetje) en de moeder zei. hoofd schuddend: „O. hij is zijn wilde haren nog lang niet kwijten zij ver telde tante Lies wat het Jongetje zo al gedaan had, de laatste tijd: hij had Er was eens een jongetje dat zijn wilde haren nog niet verloren had. Dat betekent dus doodgewoon dat het jon getje. zoals een heleboel jongetjes overal op de wereld, verschrikkelijk wild was. Hij liep wel niet in zeven, maar dan toch ln zes sloten tegelijk, hij botste tegen romen en tegen thee Op woensdagmiddagen zei de bescherm kabouter tegen dat jongetje: „Ga nou eens gezellig en rustig in je kamertje zitten lezen of tekenen of spelen." En dan deed 't jongetje dat ook wel. hij nam een boek of een potlood of een spoortrein maar na tien minuten zuchtte hij en de beschermkabouter tafels, zodat de kopjes in brokken op de vloer vielen, hij scheurde zijn kle ren en hij had bijna elke dag een bloe dende vinger of een bloedende knie. En hij zat, dat kun je begrijpen, onder de schrammen. De beschermkabouter van het jonge tje wist zich er gewoon geen raad mee wist, dat er niets meer aan te doen was: het jongetje wilde kattekwaad uithalen. Hij klom in bomen, hij ren de. hij sprong zo hard en zover dat de bezorgde beschermkabouter hem onmogelijk bij kon houden. Dus liep de beschermkabouter terug naar het huis waar het jongetje woon- Stanley Gregory. 21 jaar oud, is bevor derd tot meester-vatenmaker nadat hij de voorgeschreven proef met suc- oes doorstaan haid. Hij werd in een vat gestopt waarin de examinatoren vervolgens water, houtkrullen, zaag sel en roet deden. Het geheel werd toen, getrouw aan het eeuwenoude ritueel, de kelder doorgerold. Een reclamebureau in Frankfort is tot de slotsom gekomen dat baby's „het beter doen" als verkoopmiddel dan aantrekkelijke juffrouwen. Men vroeg 850 klanten, zowel mannen als vrouwen, wat of wie zij het. liefste in advertenties zagen. 52 procent sprak zioh uit voor baby's. 36 pro cent voor honiden en slechts 12 pro cent voor leuke mei&jes. ln 1876 toen Amerika de honderdste verjaardag van zijn onafhankelijkheid vierde, kwam een zeeman in Gloucester in Amerika op het denkbeeld om op z'n eentje in een kleine jol de Atlantische Oceaan over te steken Hij heette Alfred Johansen en teas geboortig uit Tanderop op het eiland Fünen in Denemarken. Hij bouwde zelf een zeilbootje van 3 ton inhoud, 16 voet lang en 5V2 voet breed. Op 15 juni 1876 koos hij zee en zette koers naar Liverpool. Hij htid voor 90 da gen leeftocht bij zich. Toen hij ter hoog te van New Foundland kwam, ontmoette hij zijn vissersvrienden die grote ogen opzetten toen zij hoorden dat hij in deze notedop de Oceaan wilde oversteken. De 2de augustus kwam er een orkaan opzetten, die zijn bootje deed kapseizen. Johansen bracht de gehele nacht door, schrijlings op de kiel van zijn boot ge zeten en slaagde erin de volgende mor gen zijn scheepje weer overeind te krijgen. Zijn petroleumkacheltje werd door de overkomende golven overboord gespoeld en al zijn etenswaren werden door het zoute water bedorven. Een haai, die voortdurend om het bootje cirkelde, kon Johansen slechts met moeite verjagen met behulp van een mes, dat hij aan een roeiriem bevestigd had. Op 21 augustus 1876 wierp hij in de haven van Liverpool het anker uit. Hij had aldus 67 dagen alleen op zee gezwor ven en de eerste, die een solo-reis over de Oceaan had gemaakt. het varken laten ontsnappen, hij had de mooie Chinese vaas in de hal gebro ken. hij had met klei gegooid naar de dominee o, een waslijst van akelige wilde dingen vertelde moeder aan tan te Lies. en aan tante Bertha, en aan Oma, en aan de bakker, en aan vader. De beschermkabouter werd er naar van „het is vast mijn schuld," dacht hij. „Hoe is het met Alfons?" vroeg de vrouw van de dokter die op theevisite kwam. „O. hij is zijn wilde harpn nog lang niet kwijtzei Alfons' moeder. Die haren hebben er dus wel wat mee te maken, begreep de bescherm kabouter. Die haren zfln wild, zo Juist En toen ging de beschermkabouter heel lang zitten denken terwijl Alfons op school zat en toen Alfons thuis kwam. wist de beschermkabouter wat hem te doen stond: de wilde haren van het jongetje moesten er af! Dat zou de oplossing zijn van alle moeilijk heden. Dus nam de beschermkabouter de schaar van Alfons' moeder uit haar naaimandje en niemand merkt* dat. want de beschermkabouter was onzichtbaar en legde die onder Al ton's bed. 's Avonds zei Alfons' moeder: „Wie heeft mijn schaar gehad? Mijn schaar is weg. Heb Jij er mee gespeeld. Al fons? Hoe vaak heb ik Je nu ai niet gezegd „Ik weet heel zeker." zei Alfons met nadruk, „dat ik Jouw schaar niet gehad heb. moeder." En als Alfons dat zei. was dat waar want Alfons Jokte nooit. De beschermkabouter wachtte opge wonden tot Alfons in bed lag. tot zijn moeder hem had toegedekt, tot Alfons sliep, heel vast sliep en droomde van voetballen en kano's en andere prettige dingen. Toen nam de beschermkabou ter die heus het beste met Alfons voor had de schaar en knipte voor zichtig Alfons' haren af. Knip knipzei de schaar en Alfons' krullende bruine haren vielen van zijn hoofd op het witte kussen. D> be schermkabouter vond dat wel akelig, maar Ja dacht hij dit is toch werkelijk het beste voor Alfons. En: knip knip zei de schaar. Na tien minuten knippen zat er geen haar meer op Alfons' hoofd De beschermkabouter schrok er ei genlijk erg van maar. dacht hij. nu zal Alfons geen ruiten meer breken, geen klei meer gooien, geen krijt van de meester meer verstoppen iedereen zal mij dankbaar zijn. En voorzichtig veegde de beschermkabou ter de haren van het kussen. De schaar bracht hij in het naaimandje van Al fons' moeder terug. Alfons. die de volgende morgen vroeg wakker werd. merkte er eerst nier< van dat hij geen haar meer had. hij zag het pas toen hij in de spiegel ke< k en hij kon zijn ogen niet geloven. Hij ren de de trap af. de eetkamer in waar va der achter het ochtendblad zat „kalm toch wat. Jongen", bromde vader zonder op te zien. „Kijk eens, vader." zei Alfons en va der keek en hij werd verschrikkelijk boos. want hij dacht dat Alfons zelf zijn haren had afgeknipt En Alfons' moeder wilde wel huilen want ze vond Alfons' haar zo mooi en Bet liet dienstmeisje, zei: „Krek een geplukte kip", en Alfons zei: „Zo ga ik niet naar school." De arme beschermkabouter die alles toch zo goed bedoeld had. wist niet wat hij hoorde en zag. „Wie heeft die misselijke streek dan uitgehaald?" vroeg vader streng. Ik zei de beschermkabou ter. maar niemand hoorde hem. Het mysterie werd nooit opgelost Alfons' haar groeide vlug genoeg weer aan. en hij bleef even wild als hil steeds geweest was. Die haren hebben er dus toch niets mee te maken dacht de beschermkabouter spijtig maar begrijpen deed hij het allemaal niet. M. F. B.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1958 | | pagina 15