OORLOG VREDE Zon, grond en liefde scheppen een rijk smakenpalet van Franse wijn EN Bourgognehoedt u voor de Franse namaak...!!" Prof. Cooremans restaureerde een zeer mooi doek van Dirk Bonts Magere oogst Nog steeds heeft het Franse wijn-areaal zich niet geheel hersteld van de rampzalige win tervorst van 1956. die vooral de Champagne, de Bordeaux en de vallei van de Loire teisterde, een ramp. die door de mei- vorsten van dit jaar werd ver ergerd. De Pomerol werd bij kans van de kaart gevroren. Wie de komende jaren een jon ge Pomerol verkoopt, is vrijwel zeker een oplichter. De oogst van dit jaar is verder kwanti tatief verslechterd door zware regens op het moment van de vruchtvorming, die de gevrees de „coulure", het loslaten van de jonge vruchten, veroorzaakte. In de Midi heerst een meel- dauwplaag. De totale Franse oogst zal dit jaar hooguit 50-60 procent van een normale bedra gen, in vele gebieden slechts 20- 30 procent. Een schrale troost is, dat wanneer de zomer een zonnig besluit heeft, de kwali teit (vooral in de Bourgogne) goed. in vele gevallen zelfs uit stekend zal kunnen zijn. Maar in vele streken missen de opge bonden ranken zelfs de kracht naar het derde ijzerdraad te klimmen: een triest gezicht. Wij lopen in Australië natuur lijk een beetje achter. Wij lezen boeken, wij zien films, waar U in het vooruitstrevende Neder land natuurlijk al lang geleden van kennnis heeft genomen. Toch wil ik het erop wagen iets over de film „Oorlog en Vrede" te zeggen. Ik bedoel de verfil ming van de beroemde roman van Leo Tolstoi. Ik doe dat vooral, omdat daarin een aantal zaken onder onze aandacht wordt gebracht, die hoogst actueel zijn. U kent de historische achter grond van het verhaal; de in vasie in Rusland door Napoleon en zijn legers. Wat een verdriet heeft de kwaadaardigheid, nuk kigheid van deze tiran over dui- zende mensen gebracht. Een ge niaal mens, maar gedreven door kwalijke hartstochten. Hij speelt met de levens van mensen als een duivelse schaakspeler. Men sen zijn slechts materiaal voor hem, hun persoonlijke geluk raakt hem niet het verzinkt in het niet vergeleken bij de grote doeleinden, die hij zich zelf stelt. En het merkwaardige is dat de wereld, de gemeen schap, die Tolstoi beschrijft, Na poleon aanvankelijk de kans gaf zijn slag te slaan. De naaste om geving van deze tiran durfde het niet aan hem te weerstaan hij is omringd door een aantal stilzwijgende medewerkers, me deschuldigen. Maar ook het land waar hij binnenvalt, is niet moreel en geestelijk bewapend om deze in vasie te weerstaan. Daar is die onvergetelijke, vreselijke scène, waar een jonge officier in een open venster van de zesde ver dieping staande, een fles rum leegdrinkt. Een jonge waaghals, Als ik het goed zie, bedoelt Tolstoi te zeggen, dat de wijde gebeurtenissen in Europa en de levens van deze kleine mensen iets met elkaar te maken heb ben. De gewone man en vrouw die leeft binnen het raam van een geweldig bewogen tijd, is persoonlijk mede verantwoorde lijk. Zijn gedachten, zijn beslissin gen, zijn daden, zijn houding zijn beslissend voor zijn omgeving. De mens is mede-verantwoorde lijk. Zijn gehoorzaamheid of on gehoorzaamheid, zijn trouw of zijn ontrouw, zijn liefde of zijn haat zijn óf bouwmaterialen voor de toekomst, of brandstof voor een vuur. Wij zijn mede-verant woordelijk. Wij zijn geen toe schouwers, die naar het gebeu ren van deze tijd zouden kunnen kijken vanuit een veilige toren, We kunnen niet ons persoonlijk leven leiden binnen onze eigen kleine cirkel zonder enige moge lijkheid de wereld om ons heen te beïnvloeden. De angst mag ons nooit te pakken krijgen. Dat zou ons de laatste kansen ont nemen. Ons verstand mag nooit geregeerd worden door onze emoties. Waar moet ons denken en handelen dan door beheerst worden? Het antwoord Is, naar mijn ge loofsovertuiging dit: dat het geloof, de hoop en de liefde ons denken en handelen dienen te beheersen. En dan niet het ge loof, de hoop en de liefde als eigenschappen, die verrijzen uit de sfeer van het menselijke. Ze zijn gaven van God. W. M. J. GEURSEN. voorheen herv. predikant te Leiden, thans te Mel bourne. WOORD VAN BEZINNING die op de rand van de venster bank staat en maar nauwelijks zijn bedwelmde lichaam in even wicht kan houden. Een waag hals balanceert op de rand van de dood. Hij, noch zijn vrienden zijn zich bewust van de ernst van de situatie. In zeker opzicht zijn ze allen op de rand van de dood. Op de voorgrond tekent Tolstoi binnen een veel kleinere cirkel het leven van een meisje. Ze is niet trouw aan haar verloofde, ze houdt van plezier, ze wil graag de beker van het leven tot op de bodem leegdrinken en is zich helemaal niet bewust van het naderende onweer. Het gezin, waarin ze leeft, bestaat uit mensen, die er een hekel aan hebben verontrust te worden. Ze hopen er maar het beste van. En vermoeden niet, dat de bodem waarop ze leven, van vulkanische aard is. 5e laargang No- 36 Zaterdag 7 september 1957 (Van onze reisredacteur) De rijke oogst vruchtjes van de Chardonnay schep pen de grote blanke Bourgognes, de Cabernet loopt uit in de meest elegan te, zachtroze Anjou's. Er is ook de strikt verboden vrucht, de Noah. Hij brengt de verziekende wijn voort, die met zijn kwade ethers drieduizend mensen in een dorpje bij Niort tot een vreemde half-gelukzalige krankzinnig heid heeft gebracht. Biddende wijnboer Tenslotte is er de „Vigneron", de wijnboer. Onverschillig of hij in de Bordeaux een chateau van wereld naam beheert, ergens in de Midi op het randje van het bestaansminimum balanceert, of in de Bourgogne uit an derhalve hectare de purperen glorie van de Cöte de Nuits schildert, hij moet dag in, dag uit, waakzaam zijn voor de zeventien ziektes, die zijn ran ken bedreigen. Hij begint al in ja nuari te snoeien. Alleen jonge takken aan de oude voet geven druiven. Voor de ordinaire geldt de taille longue", want Frankrijk heeft dorst. Voor de klassewijnen wordt kort ge snoeid. Het rendement per hectare heeft zijn limiet, evenals de „cépage" bij wet voorgeschreven, wil de wijn zijn naam mogen dragen. Maar hoe hij ook snoeit, iedere tak vraagt van de wijnboer snel handelen, aparte overdenking. In de seconde, die vooraf gaat aan het sluiten van de snoei- schaar, overweegt de vigneron leeftijd, dichtheid, vorige oogsten, ziektes en weersomstandigheden. De wijnboer moet enten, planten, grond bewerken, wieden, spuiten en opbinden eer hij kan oogsten. En 's nachts heeft hij te bidden, dat er de volgende dag weer zon zal zijn, dat de herfsthagel niet zijn volle tros sen stuk zal ranselen, dat 's winters zijn planten niet zullen bevriezen en dat de lentevorst niet de prille loten dood zal bijten. Een ramp Dat gebed wordt niet altijd ver hoord. De vorst van februari 1956 bracht hele gebieden aan de rand van de afgrond. Het ergste werd de Pome rol getroffen. Maar in de geteisterde* gaarden, waar lange rijen zwarte knoestige voeten, die nooit meer vruchten zullen dragen, in de harde grond stonden, waren de kleine boe ren alweer bezig: wieden, ploegen, herbeplanten. Zesduizend gulden per hectare kost die herbeplanting. Vijf jaar geen oogst. Pas over twintig jaar de grote kwaliteit van weleer. „Faut „bien continuer", men moet wel door gaan zegt de tanige boer in zijn blau we kiel, „Hort schimmel, een volgen de rij". Vasthoudend werkt de „vigneron" aan de vervulling van zijn leven: wijn maken, goede wijn. Zo zwoegt hjj voort tot de vroege herfstdag van de „vendanges", waarop duizenden han den de trossen Iosgrissen en in het gistend sap de wijn geboren wordt. Beslissend moment: de snoeischaar toomt de onstuimigheid van de wijnrank Het weer maakt of kraakt Franse wijnboer Wat maakt dan de wijn, de echte, die over het skelet van zijn che mische formule de s-pieren draagt van een Bourgogne, de speelse ziel heeft van een kleine edelman uit de Anjou, de kalme subtiliteit van de Bordeaux of de zonnige openhartigheid van de zuiderling uit de Midi? Het antwoord op die vraag behelst een scheppingsgeschiedenis in het klein. Zon onmisbaar Die zon dan moet schijnen uit de geweldige hemel, die over de glooiende gaarden van Frankrijks ruimten staat. De grond mag het eindeloos palet van karakteristieke smaken helpen schep pen, de zon heeft iedere wijnrank nodig, op de vlakten van de Midi en de Bordeaux en op de heuvels van Frankrijks wijnrivieren, waar de wijn de oostelijke hellingen zoekt om het eerste licht te vergaren en zich te be schermen tegen de rauwheid, van het weer. Aan water heeft de wijnrank net zon hekel als de wijnboer. Nogmaals spreekt de natuur een be slissend woord in de „cépage", de fa milie waartoe de druif behoort. Er zijn er teveel om op te noemen. Zuiver Franse bestaan er. sinds de phylloxera, een uit Amerika overge komen insekt, in het laatst van de vo rige eeuw vrijwel alle Franse wijn- Meer zon-geeft meer suiker-meer alcohol Ten eerste is daar de grond, door gaans sober, zelfs arm, de slanke wijnrank is een asceet, verdraagt geen vette rijkdom. In de zandige grond van de Gironde-monding geeft het si licium de finesse aan de Bordeaux. Een kleine hoeveelheid klei verstrekt extra-potigheid aan de geringere en- tre-deux-mers. De kalk in de Bour gondische heuvelrijen sterkt de bot ten, die het breedgeschouderd lichaam van de Bourgognes moeten torsen. De kiezels, waaruit de wijnranken van de Chateau Neuf-du-Pape opschieten, re- I flecteren het zonlicht ook naar de I trossen, die schuil gaan achter het ge- bladerte. Meer zon, meer suiker. Meer suiker, meer alcohol. Vandaar de ge peperde hartstocht van deze storm- I achtige minnaar uit Avignon. staaf ijzer in de hand houdt. Zij heeft met succes de vuurproef doorstaan. Hierdoor wenste zij de onschuld van haar man te bewijzen. Op de achter grond van het schilderij ziet men de brandstapel, waarop de meinedige Kei zerin wordt verbrand, overigens op be vel van haar gemaal, de Keizer. In 1827 werd het schilderij verkocht aan Koning Willem I der Nederlanden en in 1856 werd het via de Nederlandse kunsthandelaar Nieuwenhuis opnieuw aan de Belgische Staat verkocht. Se dertdien is het steeds eigendom ge weest van het Brussels Museum voor Schone Kunsten. In het laboratorium van prof. Coo- remans, die tot directeur van het Ko ninklijk Instituut voor het Kunstpatri monium werd bevorderd, en die tegen eind 1959 een geheel modern gebouw krijgt, zagen wjj de vergevorderde res tauratiewerkzaamheden van het be roemde doek van Jeroen Bosch: „De Kruisdraging". Ook doeken van onbe kende meesters uit de kathedralen van Luik en van Nijvel zijn in het labora torium van prof. Cooremans gearri veerd en worden gerestaureerd on danks het feit, dat zij soms in een zeer gehavende toestand verkeren. Uit ab dijen, kloosters en kerkgemeenschap pen komen thans allerlei meesterwer ken te voorschijn, waarvan sommige niet eens in de meest uitgebreide kunstcatalogi zijn vermeld! Ook mid deleeuwse houten beelden worden op het ogenblik in het laboratorium onder handen genomen. Paneel van het schilderij van Dirk Bouts: De vuurproef. De grote liefde van Marianne (III) In 's lands hoofdstad heb ik eens een man ontmoet, die wijn kon maken uit gras. Hij oogstte de sprieten van dit nuttig gewas tussen de benen van voetballende jongetjes op de speelweiden van Amsterdam-West, voerde ze mee naar zijn vijfde verdieping, perste ze uit, voegde er water en suiker aan toe en liet het drabbig aftreksel gisten. Op de etiketjes van de medicijnflesjes, die hij met de aldus verkregen vloeistof vulde, schreef hij ondervaard „Chablis" of „Sauternes", „Beaujo- lais" of „Bordeaux". Nu ik heb zijn „wijnen" geproefd. Zij bevestig den ten volle mijn vermoeden, dat de enige weg om gras genietbaar te maken via de spijsverte ringsorganen van het rund loopt. Wijn maken, de Amerikanen doen het ook en lang niet slecht- In vermoedelijke afwachting van een betere, grotere en goedkopere synthetische druif, gebruiken zij er zelfs echte wijnranken voor. Maar met de bescheidenheid, die hen zo siert. adverteren zij: „Drinkt echte Amerikaanse Bour gogne, hoedt U voor Franse namaak Wijn makenhoe eenvoudig het is, heeft Noach het eerst van allen ondervonden. Iedere witgejaste chemicus kan het U met een paar formules uitleggen en in een retort je voordoen: gisting van druivesap, omzetting van suiker en alcohol. Om een rode wijn te maken, laat men de kleurstof bevattende schillen meegisten, voor een witte laat men die schillen terzijde. Klaar is Kees Zo'n wijn heeft dezelfde kleur en hetzelfde alcoholpercentage als de Chateau Lafitte-Rothschild, waar U f 25.de fles voor neer telt. Alleen: in de paspoorten van twee meisjes kan staan: ,blauwe ogen, blond haar, 1.70 meter lang, gewicht 65 kilo, leeftijd 23 jaar." Nochthans kan de ene er uit zien als een engel en de andere een gezicht hebben om de hond mee bang te maken. En het gaat er ook om hoe die 65 kilo verdeeld zijn. gaarden vernietigde, nauwelijks meer. De remedie kwam ook uit Amerika: men ent nu de Franse wijnranken op de robustere Amerikaanse planten. De „cépages" van de oceanen van ,,vin ordinaire", gezonde, maar minder ver fijnde bastaarden, voeren nu veelal slechts nummers, men spreekt van „de wijn die zijn naam niet durft te zeg gen". Maar die van de klassewijnen dragen trots op hun eigen karakter: de Grenache geeft de pepersmaak aan de Chateau neuf-du-Pape, de Gamay heeft het genoegen geheel alleen de breed lachende Beaujolais te vervaar digen. de volgekapte trossen van de Pinot hebben de champagne op hun erelijst staan, de ijverige gouden Onbekende meesterwerken uit kerken en kloosters ivorden onder handen genomen (Van onze Brusselse correspondent) De in Haarlem geboren Dirk Bouts, die te Leuven een van de grote schilders van de Vlaamse school werd, is o.m. beroemd door het mooie doek, dat hij in opdracht van het stadsbestuur van Leuven schilderde: „De gerechtigheid van Keizer Otto". Het doek was, zoals men zegt, door de tand des tijds aangetast en werd ons dezer dagen door prof. Paul Cooremans, directeur van het laboratorium der Belgische musea getoond. Het is door de restau rateur Philippo, door prof. Cooremans en zijn medewerkers-chemici gerestaureerd. Thans schittert het opnieuw in alle felheid van zijn kleuren, want Dirk Bouts was een merkwaardig colorist. Dit is het resultaat van een door prof. Cooremans zelf ontworpen procédé met lijm, kalk en de traditionele bewerking met was. mtAnA/lA geëxposeerd, is het verhaal van de JMgen proceac meinedige echtgenote van de Keizer. De Keizerin trachtte namelijk een De beide panelen: „De onthoofding" graaf van het hof te verleiden, die en ,,De vuurproef", zijn werkelijk op echter niet inging op die voorstellen, een merkwaardige manier tot nieuw Na de terugkeer van de Keizer wordt leven gekomen. Het schilderij, dat op de graaf door de Keizerin beschuldigd een grote Dirk Bouts-tentoonstelling en men ziet op het eerste planeel, hoe op 12 november te Brussel zal worden de graaf door de beul wordt onthoofd. mmmOp het tweede paneel ziet men de echtgenote van de graaf, knielend voor de Keizer, terwijl zij een gloeiende Tanig en vasthoudend: de Franse wijnboer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 11