KAMER en TUIN Een Prinses vereenzelvigde zicli Venetië ontdekte Jacopo Bassano met het Rusland van haar tijd ZATERDAG 31 AUGUSTUS WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 2 Bewogen Leven Nieuwe grootmeester van het palet Wat jij aan Rusland geeft geeft het duizendvoud terug Indrukwekkende tentoonstelling brengt kunstwetenschap verder IRISSEN VOOR DE TUIN Peter de Grote wilde kijkvenster naar het Westen Peter de Grote moet op vele van zijn tijdgenoten toch wel een zonderlinge indruk ge maakt hebben. Die Hollandse kapitein bijvoorbeeld, die met zijn schip in Archangal lag en door de Tsaar geprest werd hem de zwaarste taak aan boord te laten volbrengen, moet wel heel gek gekeken hebben, toen de Tsaar, op zijn bevel, in het topje van de mast zwierde en daar werk verrichtte waarvoor menige „Hollandse Jan" een heilig respect had. Het zal wel niemand meer gelukken de tegenstand te meten die deze bij uitstek vooruitstrevende Keizer ondervonden heeft van een zeer conservatief, achterlijk, bijge lovig volk, voor wie oude zeden heilig waren. Maar hij hield vol, want hij was er zo diep van overtuigd dat Rusland anders een prooi zou worden van andere mogendheden. Hij wilde een kijkvenster naar het Wes ten. Hij wilde Kunsten en Wetenschappen ook op Russische bodem laten bloeien. Om van handel, scheepvaart, het uitoefenen der ambachten niet eens te spreken. Hij heeft mensen, die hem de voet dwars hebben gezet afgeranseld met de knoet. Goed. Deden zijn voorgangers het niet? Hij heeft de opstanden tegen hem, die meestal mede heimelijk geleid werden door de geestelijkheid met bloedig geweld de kop in gedrukt. Kön hij anders? Hij leefde nu eenmaal als „nieuwlichter" tussen vele vij anden. Zijn vijanden waren veel talrijker dan zijn vrienden, omdat hij, naar het gevoel van het Russische volk aanrandde wat heilig was. Heilig was de baard van de Rus, zijn onwetendheid, zijn achterdocht, maar boven al zijn uitverkorenheid. Dat had al eeuwen en eeuwen de priester de Rus geleerd. Het Russische volk was een uitverkoren volk, een héél apart volk dus temid den van de grauwe rest. En nu kwam daar een man die beweerde dat de Russen een achterlijk volk waren, dat verre ten achter stond bij hetWestendat leren moest van anderen in plaats van anderen te mogen dic teren. Deze man was hun keizer, vadertje TsaarDit was natuurlijk vadertje Tsaar niet. Dit was de duivel zélf die op de troon was gaan leven om het uitverkoren volk te beproeven en duizenden vreemdelingen als leer meesters het land binnenhaalde. De duivel wilde zien hoever hij gaan kon OOR Peter de Grote, wilde hij baas blijven, was er \T géén andere weg. Met bloedig geweld moest hij de V opstanden tegen hem wel neerslaan anders zou hij zelf worden weggevaagd. Wreed waren van weerskanten de begane gruwelen. De ene Rus deed daarbij voor de ander niet onder. Op een dag, tijdens de opstand der Strelitzen, een sol daten-opstand die voor Peter zeer gevaarlijk was, omdat de Strelitzen alle vreemde invloed wilden weren, dus stel lig het plan hadden de Tsaar te doden of te onttronen, moest Peter de wijk nemen in het Troïzko klooster, dat op enige mijlen van Moskou lag en even sterk was als een vesting. Een ringmuur van meer dan een meter dik om gaf het ganse complex. Negen hoge torens erop waren evenzovele bolwerken. De broeders van het Troïzko-klooster zijn later over laden met weldaden door de zegevierende Tsaar. En toen zijn dochter Elisabeth de troon beklom legde zij de ge lofte af dat ze eens te voet een bedevaart zou onderne men naar het klooster waar haar vader bescherming ondervonden had. TOT nog toe was er niet van gekomen, maar vandaag is het zover. Jammer is het dat de jonge Prinses uit Anhalt-Zerbst niet mee kan in de optocht, want ze is tamelijk zwaar ziek geweest. Haar moeder, die zich nu al weken bezig houdt roddelverhalen van het hof aan de Koning van Pruisen te schrijven, denkende daarbij de belangen van haar Huis te dienen, - zij heeft volstrekt niet door dat de meeste harer brieven op last van de Tsarina zijn onderschept - is ook in Moskou achtergeble ven. Het is vandaag de dag van de Keizerlijke bedevaart. Wie zal zich nu niet opmaken om mee te gaan? Moedertje Elisabeth zelf is immers in de stoet. Niet in een statie karos. zij loopt. Duizenden en nog eens duizenden maken zich op. De wegen zijn zwart van de mensen. En men vraagt zich af wat al die duizenden armoedzaaiers, die niet eens schoe nen hebben om in te gaan, die hun stukgelopen voeten omwikkeld hebben met lappen - zij komen van verre -! hier te zoeken hebben. Ach, zij voelen hun armoede véél minder sterk dan wij denken. Hun huren zijn immers ook arm en zij die in de naaste dorpen wonen zijn er niets heter aan toe en wat er achter die dorpen woont nou als men héél ver naar het Westen gaat, komt men in het Rijk waar de duivel regeert. Daar wonen de lichtzinnig en, die spotten met God en Zijn gebod. De mensen die niet vasten als Chris tus' lijden wordt herdacht, de ketters, de anderen, die niet eens een kruis behoorlijk weten te slaan. De wegen worden zwart, bont van de mensen en het bloed van de stukgelopen voeten tekent de weg. Duizenden bekruisigen zich, zoals het be hoort, diepbuigend. Voor God en de Tsarina: dat is Russisch. Nu is hun lijden licht. Dicht bij het klooster is de kerk van Getsémané. Daarin zijn de cellen waarin zij zitten die zich vrijwillig levens lang hebben ingesloten, om te lijden, om te bidden voor hun zieleheil en dat van de wereld. Daar waar de Tsarina gaat. vallen de mensen ter aar de, een pokion makend. De schare buigt zich als de aren van een korenveld die golven in de wind. Legers marcheren met de scharen en monniken gaan er tussen, biddend. Nu luiden de klokken. Nu wordt de tocht pas heilig. Nu lijkt het alsof er een machtige wind over het korenveld gaat, die de bevruchting tot stand brengt. Daar bij het klooster staat de hoge geestelijkheid in plechtige, bonte gewaden. Daar is het eind. En bij het eind wordt het volbracht. Maar tussen hen is de Tsarina, moedertje, die bij haar uitverkoren volk wil zijn. Vreemde gevoelens laaien op in de schare. Iedereen wordt er door aangestoken, iedereen die van Russische bodem is. DAGEN achtereen duurt de plechtigheid. De extase neemt toe. De Keizerin zendt een heilbode naar de Duitse Prinses toe. die zegt dat ze komen moet met haar moeder, in een rijtuig, omdat ze herstellende is. Wélk een aanblik is dit voor het jonge kind geweest, dat ziek nog deze extase aanschouwt! Hoe leerzaam! Als ze in het klooster zijn wordt haar moeder van haar weg geroepen. op bevel van de Keizerin. Daar in het klooster heeft Elisabeth, rood van woede, de grootvorstin de man tel uitgeveegd, omdat ze de wetten der gastvrijheid met voeten heeft getreden. Op dat moment hing de toekomst van haar dochter aan een zijden draad. Zou die terugge zonden worden? Friederika was in gezelschap van Peter Ulrich en de Holsteiner deed anders niets dan spotten met wat rond hem gebeurde. Hij vond het zo dwaas dit godsdienstige gedoe, doch de jonge Prinses voelde dat het dwaas en gevaarlijk was als een troonopvolger in het openbaar, bij zo'n gelegenheid, spot met de godsdienst van zijn volk. OEN de grootvorstin terugkwam was ze bleek en ze huilde. De Keizerin was rood van opwinding en haar ogen fonkelden. Doch toen haar blik op de Prinses viel, toen ze zag dat deze de juiste houding had aangenomen temidden van de extase om haar, en haar neef Peter een roffel met zijn hakken tegen een meubel sloeg, daarbij een gezicht zet tend alsof hij zeggen wou: „Wat een vreselijke onzin, bewaar mij er verder voor", werd haar stemming plotse ling milder. Op het gezicht van de pas herstelde was ernst en aandacht. De grote, intelligente ogen keken de Keizerin aan alsof ze om vergiffenis vroegen voor het gedrag van de moederen de toekomstige gemaal. De Keizerin lachte tegen haar en die lach was een belofte. Zij mocht blijven. Zo gauw mogelijk zou ze in het huwelijk treden, opdat de moeder terug kon keren. Daar bij die plechtigheid, voelde de jonge Prinses dat zij alleen maar slagen kon als ze zich vereenzelvigen kon met Rusland. Zij moest grieks-katholiek worden. Met de geestelijkheid tegen zou ze een vreemde blijvenen een vijandin van haar nieuw volk Alleen al omdat ze verwant was in den bloede aan Peter kon de geestelijkheid haar maken en breken. Toen ze later dit met de Keizerin besprak zag ze in het gezicht van de al ouder wordende vrouw plotseling grote genegenheid. Det dochter van Peter de Grote legde haar hand op het jonge hoofd en zei: „Rusland, kind. Wat jij aan Rusland geeft, geeft het duizendvoudig aan jou terug". REIN BROUWER (Van onze Romeinse correspondent) In het algemeen zijn wij gekant tegen tentoonstellingen, waarvoor schilderijen worden blootgesteld aan alle gevaren, die het vervoer meebrengt en aan een plotselinge wijziging van het klimaat. Maar er zijn uitzonderingen en als zodanig moeten de grote exposities wor den beschouwd, die men om het andere jaar in Venetië pleegt te organiseren en die ons achtereenvolgens alle belangrijke meesters van de Venetiaanse school doen kennen. Door die tentoonstellingen worden de kunsthistorici in de gelegen heid gesteld alle of vrijwel alle werken van één meester bijeen te zien, wat meebrengt dat allerlei kwesties inzake toeschrijving en datering onder ogen kunnen worden gezien en soms opgelost. In deze zomer wordt onze aandacht gevraagd voor Jacopo Bassano, de stam vader mogen wij wel zeggen van een gehele reeks schilders, die allen, naar de woonplaats van Jacopo Bassano heten. Verdient inderdaad gekend te worden Giambattista Roberti, een Venetiaans geschiedschrijver schreef in 1777: „Helaas zullen sommige oppervlakkige kenners van kunstverzamelingen, wan neer zij de naam Jacopo da Ponte („Jacob van de Brug" een andere naam voor de meester, wiens vader evenals hijzelf zijn atelier had bij de vermaarde brug over de Brenta te Bassano) horen, aan niets anders den ken dan aan een braaf schilder van geiten en lammetjes, runderen en hon den, konijnen en duiven en allerlei andere beesten, de schilder van de Ark van Noach". En inderdaad, tot voor kort verbond men de naam Bassano met deze op pervlakkige genreschilderijtjes. De schuld ligt niet bij Jacopo. maar bij zijn drie zoons en al dier navolgens. Nu men er in de laatste tien. twaalf jaar in geslaagd is het werk van Jacopo te scheiden van dat der latere Bassano's en de Venetiaanse expositie is het resultaat van die studies komt er een schilder te voorschijn van het allergrootste belang, een schilder, die, omdat hij in de provincie leefde, niet zo bekend is geworden als de grote Venetianen. Manierist Hij heeft ook maar weinig deel ge had aan het verfijnde kunstleven der hoofdstad, al heeft hy de invloed on- Irissen pleegt men ook wel eens de orchideeën van de kleine man te noe men. De bloemen zijn zo grillig van vorm en zo uniek van kleur, dat ze heus voor die zeer dure bloemen niet veel onderdoen U moet dus maar eens in de beurs tasten en ook wat van die schone irissen in eigen tuin aanplan ten. Het is nu een goede tijd dat te doen. De meeste vasteplant-irissen zijn nu geheel uitgebloeid en dan wordt het langzamerhand tijd- dat men eens over aanplanten gaat denken. Er zijn aller lei vormen en kleuren. Voor elke tuin is er dus wel iets bijzonders te vinden, doch u moet het vooral zoeken in het ras: Iris germanica. Dat zijn soorten met zeer grote en schone bloemen. Ze doen sterk denken aan de bekende slootiris: Iris pseudacoris. Tegenwoor dig moet dat eigenlijk ook al weer een andere naam zijn doch de eigenlijke amateur-tuinier kan al die geleerdheid niets schelen. Die heeft er alleen maar belang bij. dat de grootbloemige iris soorten niet evenals die slootiris of Gele Lis zo maar langs de slootkant gepoot zouden worden: daar heeft ze een hekel aan. U moet dus zorgen voor een niet al te vochtige standplaats en voor een voldoende voedzame grond. Irissen voldoen als vaste planten best in een border, doch u moet er de juis te plaats voor opzoeken. Misschien dat u het ook wel een bezwaar vindt, dat ze na de bloei niet zo aardig meer zijn; die groene bladeren. U zou er natuur lijk liever bloemen tussen zien. Die mogelijkheid is niet uitgesloten. U kunt veel succes bereiken, indien in het vroege voorjaar tussen uw vroeg- bloeiende en zomerbloeiende irissen gladiolen gepoot worden. De bladvorm van beide soorten is vrijwel gelijk en u zult er dus niets van bemerken dat er nog iets anders tussen staat Het grote voordeel is: de gladiolen zullen in de nazomer bloeien, als de irissen uitgebloeid zijn en die kans moet ge u niet laten ontgaan. Irissen verlangen dus een goed los gewerkte grond, die men ook voldoende moet bemesten. Oude stalmest is heel nuttig. Indien de grond voldoende hu mus bevat, kan men ook heel goede resultaten bereiken met de bekende roze tuin- en gazonkorrelmest. Per 10 vierkante meter is een hoeveelheid van ongeveer drie ons wel voldoende. Iris sen zullen op den duur tot zeer grote pollen uitgroeien en dan zal men tot verplanten moeten overgaan. Nu is het daarvoor de goede tijd. De oude mid denstukken kunnen dan wel opgeruimd worden en de jongere delen worden er voor in de plaats gepoot. Liefst op een ander plekje, want ook irissen houden van verse grond. G. KROMDÏJK. dergaan eerst van Bonifatio de Pitati, zijn leermeester, later van Giorgione en ook wel van Titiaan en Tintoretto. Maar hij stond open voor nog andere invloeden, die niet of nauwelijks in onze eigen zeventiende eeuwse schil ders. Onder zjjn latere werken zijn er die onvermijdelijk aan Rembrandt doen denken. Genre-element Er is in zijn werk, vooral in dat van zijn ouderdom, na 1570, ook een zeker genre-element en de talrijke „aanbid dingen door de herders", die hij heeft geschilderd, brachten mee, dat hij met koeien en schapen het landschap stof feerde. Daarbij was hij dan tot op zekere hoogte realistisch. Maar zijn eigenlijke onderwerpen zijn steeds hei ligen of madonna's en ook taferelen uit het Oude Testament hadden zijn belangstelling. Hij is een groots colo rist met een nog rijker gamma dan men van de andere Venetianen ge wend is. Als echt manierist schuwt hij changeantkleuren allerminst. De won derlijke effecten, die hij weet te berei ken, hebben steeds de aandacht ge trokken van andere schilders. Zo schrijft Tiepolo, teruggekeerd van een reis naar Bassano. waar hij het schil derij „De H. Valentijn doopt de H. Lucilla" had gezien, aan zijn zoon: „En weet voorts, o Domenico, dat ik op mijn reis een wonder heb gezien, na melijk een zwart kleed dat er uitzag alsof het wit was". Inderdaad is het kleed van de H. Lucilla als men het „Landelijk taf reel" (onderdeel) uit de verzameling van Tyssen te Lugano Venetië doordrongen: Lorenzo Lotto, Pordenone en, al is hij waarschijnlijk nooit in Rome geweest, ook Michelan gelo. Zo werd hij een „manierist", waarbij men onder dit woord niet moet verstaan een schilder, die op de ma nier van Rafaël en Michelangelo probeert te schilderen, maar een schil der, die deel heeft aan de grote, nieu we stroming, ingeleid door Michelan gelo zelf; die omstreeks 1520/1530 in Centraal-Italië de renaissance af sluit. Maar in tegenstelling tot Miche langelo was Bassano een rasschilder, voor wie de kleur van veel meer be lang was dan de tekening. Bassano heeft niet alleen invloeden ondergaan. Hij zelf heeft ook grote invloed gehad op Tintoretto en vooral op El Greco en in het algemeen op de Spanjaarden en niet te vergeten op schilderij van dichtbij beziet, geschil derd in een mengeling van velerlei kleuren, waarbij zwart schijnt te over wegen; op enige afstand is het stralend wit; van dichtbij vlak en plat, heeft het op afstand gezien volume. Deze grote meester verdient inder daad gekend te worden. Vrijwel al zijn werken bevinden zich in de musea en kerken van heel kleine plaatsjes waar niemand komt. Anderen zijn in het buitenland (tot in Caracas en Havana) of in particuliere verzamelingen. Te Venetië is nu vrjjwel het gehele oeuvre bijeen. Een tiental doeken, die vrijwel verloren waren, zijn zeer deskundig ge restaureerd en blijven dus behouden. Dit alleen zou reeds voldoende zijn om deze zeer bijzondere tentoonstelling te rechtvaardigen. ADRIAAN H. LUYDJENS. Vasteptan-irlssen Frisse gerechten van karnemelk en yoghurt Het Voorlichtingsbureau voor de Voeding meldt Vooral bij warm weer vinden kar nemelk en yoghurt grote aftrek. En geen wonder! Maar ook wanneer de zon niet onbarmhartig schijnt valt een karnemelkdrank of een nagerecht van yoghurt of karnemelk in de smaak. Zoete melk. die zuur geworden is, kan echter niet meer gebruikt worden, om dat zij schadelijk kan zijn voor de gezondheid. Men doet er het best aan ze maar weg te doen. Voor degenen, die van karnemelk en yoghurt eens iets anders dan anders willen maken, laten wij enige recepten volgen: RECEPTEN VOOR 4 PERSONEN Pruimenyoghurt 500 gr. pruimen, een klein kopje water. 75 gr. (5 eetlepels) suiker. 2 eetlepels aardappelmeel, y2 1. melkyoghurt. De pruimen wassen. Een paar achter houden voor garnering, de rest opzet ten met het water. De pruimen zacht jes gaar koken in ongeveer 10 minu ten en door een zeef wrijven. Het aardappelmeel met wat water aan mengen en onder roeren in het war me pruimenmoes gieten. Het moes weer aan de kook brengen en de sui ker toevoegen .Het pruimenmoes koud laten worden De yoghurt ermee ver mengen. Kort voor het gebruik het gerecht gameren met de achtergehou den vruchten. Desgewenst beschuiten of cornflakes er bij geven. Hangop met rozijnen 1 1. karnemelk. 75 gr. rozijnen, 75 gr. (5 eetlepels) suiker, iets ci troensap, ruim 1 kopje water. In een kom een vergiet plaatsen. Hier in een goed uitgespoelde en uitgekne pen doek leggen Op de doek de kar nemelk schenken. Af en toe het dikke gedeelte van de doek scheppen en overdoen in een kom. Tenslotte de hangop glad roeren. De rozijnen was sen en in het water 5 A 10 minuten zachtjes laten koken. De rozijnen koud laten worden en met de suiker en iets citroensap door de hangop scheppen. Kamemelkvla 1 1. karnemelk. 15 gr. (7 blaadjes) gelatine. 1 ei. ongeveer 35 gr. (2% eetlepel suiker, citroen. De gelatine een kwartiertje weken in ruim koud water. Het ei met de sui ker losroeren en onder steeds roeren de karnemelk erbij schenken. De ge latine uitknijpen. Een half kopje wa ter aan de kook brengen, over de ee- latine schenken en roeren totdat "de gelatine geheel opgelost is. De gela- tine-oplossing door de karnemelk roeren. De massa op smaak afmaken met geraspte citroenschil, citroensap en zo nodig nog suiker. De massa on der af en toe roeren stijf laten wor den. De vla gameren met vruchten, jrvn of biscuitjes.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 12