Mogelijk constructiever bewind in
Indonesië schept nieuwe kansen
Dominicaanse dictator Trujillo
schuldig aan ontvoering en moord?
EK IS WEEK
G KAS KOT EK
Ook voor betrekkingen met ons
i>Rmm£nie
Vrijmoedige onthullingen van de Amerikaanse
radio- en televisiecomentator Edward Marrow
Geleerde Galindez en piloot
Murphy wisten blijkbaar teveel
ROOD-CHINA NOG STEEDS
VAN MOSKOU AFHANKELIJK
96ste jaargang
Vrijdag 31 mei 1957
Derde blad no. 29149
Nederland en Indonesië (slot)
Mits wij het verleden totaal vergeten
(Van onze reisredacteur)
„Wanneer", zei de Indonesische arts en hij liet voor een moment
de uit hoffelijkheid geveinsde instemming varen, die gesprekken met
Indonesiërs zo vaak aan de oppervlakte houdt, „wanneer zal Neder
land ooit de eeuwige schoonmoederverhouding laten varen? Wanneer
zal het ophouden hier rond te spieden of de boorden van het lieve
zoontje nog net zo netjes gestreken zijn als vroeger, of de baby soms
in de rommel ligt, of er wel genoeg vitaminen in het eten zitten?
Begrijpen jullie niet dat wij daar dol van worden, juist omdat wij heus
wel weten, dat die baby een beetje in de rommel ligt? Jullie houding
is vroeger altijd geweest: „Kijk dat moet je zó doen.zal ik het je
eens voordoen? .Ach laat ik het zélf maar doen".
Het liefst zouden jullie het nog zo
inrichten. En als wij obstinaat zijn en
zelf onze eigen fouten willen maken,
dan lopen jullie als echte schoonmoe
ders met bitse gezichten rond. De ex
perts van rechts, de „Indiëkenners",
zijn vol triomfantelijke hoon. En de
mensen van links, „de vrienden van In
donesië", zijn al even verontwaardigd,
omdat wij na onze onafhankelijkheids
strijd niet de zindelijke geluksrecepten
van de Partij van de Arbeid hebben
opgevolgd, waardoor zij nu een beetje
in hun hemd staan. Kan er bij jullie
dan niemand meer een „onbelaste"
houding vinden, niemand werkelijk de
wereldwijsheid! opbrengen om ons te
plaatsen in de categorie, waar wij
thuishoren, die van de jonge staten
met al hun problemen en nationalisti
sche kinderziektes, arm en irritant,
maar trots en overgevoelig op onze
souvereiniteit?"
Dat was openhartige taal en hij ging
nog even verder: „Jullie koloniale be
heer was misschien uitstekend, maar
in jullie na-koloniale beleid zijn jullie
voor het grote gebaar te klein geble
ken. Jullie durfden niet los te laten,
bleven krampachtig papieren banden
plakken: zware Unies, lichte Unies,
R.T.C.-overeenkomsten, papier, papier,,
papier."
In het slop.
Duidelijke taal, die uitspraak, het
geen vele Indonesiërs voelen en die
enige overdenking waard is nu de
verhouding tussen Nederland en In
donesië erger in het slop zit dan ooit
tevoren. Alle papieren banden zijn
verbroken, er resten zelfs niet meer
de normale betrekkingen tussen twee
soevereine staten. Niet alleen zijn er
geen Hoge Commissarissen meer,
maar zelfs geen ambassades. Neder
land en Indonesië worden nu weder
zijds gerepresenteerd door „onge
noemde diplomatieke vertegenwoor
digingen"! President Soekarno, die
eens zei: „Van nu af aan zijn de Ne
derlanders onze geëerde gasten",
lanceert thans het ene anti-Neder
landse dreigement na het andere,
onze eigen beminnelijke minister van
Buitenlandse Zaken lijkt een bezem
steel te hebben ingeslikt wanneer hij
het woord Indonesië verneemt.
Zal deze miserabele toestand voort
duren? Dat hangt van veel af. Ik heb
eerder uiteengezet dat verbetering dei-
betrekkingen onwaarschijnlijk lijkt, zo
lang het in de huidige bewindslieden
belichaamde destructieve nationalisme
in Indonesië hoogtij viert. Maar ik heb
ook aangeduid dat er constructiever
krachten in verrassende sterkte nog
wel doende zijn daar verandering in
te brengen. Wanneer dat lukt en het
lijkt vroeger of later onafwendbaar!
slaat het uur van Nederlands laatste
kans" om een gezonde verhouding met
Indonesië tot stand te brengen. Maar
eer iemand zich illusies zou willen ma
ken, dient te worden gestipuleerd dat:
a. een gezonde verhouding tussen Ne
derland en Indonesië niets, maar
dan ook niets meer kan zijn dan
de normale, gangbare betrekkingen
tussen twee volkomen vrije en soe
vereine staten met eerbiediging van
elkanders gerechtvaardigde belangen
en wensen, zonder enigerlei bijzon
dere band.
b. De eerdergenoemde constructieve
krachten een Hatta en de jonge
kolonels en autonomisten, die hem in
het zadel willen helpen ons aller
minst om de hals zullen vliegen, wan
neer zij aan het bewind zijn geko
men. Zij zijn volstrekt niet pro-Ne
derlands, zij zijn slechts gematigder
en reëler.
Als men er om vraagt
Punt a. vraagt weinig toelichting. Mis
schien zal men tegenwerpen, dat er
toch grote Nederlandse zakelijke belan
gen, alsmede cultux-ele restanten in In
donesië liggen, die speciale overeenkom
sten verlangen, dat er in Nederland
zelfs een reservoir van deskundigheid
INDISCHE NEDERLANDERS
In mijn artikel over de Indische
Nederlanders maakte ik enige op
merkingen omtrent een in Neder
land gevoerde actie te hunner be
hoeve, die verduidelijking nodig
hebben. Mijn bedenkingen tegen de
politieke aspecten ervan golden niet
de actie van de Stichting „Hulp aan
landgenoten in Indonesië". Voor
deze was de kwalificatie „prijzens
waardig" bedoeld. Mijn bedenkin
gen richtten zich tegen degenen
buiten deze Stichting, die uit wrok
jegens Indonesië en politieke af
keer van de Nederlandse regering
de moeilijke positie van de Indische
Nederlanders schromelijk hebben
opgeblazen. Hetgeen niet wegneemt
dat de situatie van de Indische
Nederlanders in Indonesië zoals
ik trouwens al schreef inderdaad
veelal benard is. Naast de hulp, die
de Nederlandse regering hun ver
strekt, is er inderdaad ruimte voor
particulier initiatief ter leniging
van hun nood. Degenen die dit lof
felijk streven willen steunen, her
inner ik aan het gironummer van
de Stichting „Hulp aan landge
noten in Indonesië". Het is 308.
bestaat, dat ten behoeve van Indonesië
zou kunnen worden aangewend. Welnu,
ik geloof, dat die Nederlandse zakelijke
belangen niet met papieren garanties
kunnen worden beschermd, dat zij
slechts kunnen worden gecontinueerd
wanneer en zolang het Indonesië duide
lijk is, dat dit Nederlandse bedrijfsleven
in eerste instantie de Indonesische eco
nomie ten goede komt. Wa.t de culturele
invloeden betreft en het is vleiend te
merken, dat zoveel Indonesische intellec
tuelen Nederlands gevormd zijn en ook
onder elkaar Nederlands spreken de
beste manier om ze om hals te brengen
is, ze met officiële stimulansen op te
dringen. En deskundige bijstand kan
slechts wortel schieten wanneer de Indo
nesische wederpartij er uit werkelijk ge
voelde behoefte om vraagt.
Punt b. impliceert dat het bereiken
van normale betrekkingen met Indone
sië, indien de constructieve krachten
aan het bewind zouden komen, welis
waar mogelijk, maar niet gemakkelijk
zou zijn. En daar raakt men aan het
tere punt van de Nederlandse houding
jegens Indonesië, daar moet men de kri
tische objectiviteit, die men zo gaarne op
vreemde landen toepast, tegenover zich
zelf betrachten. Dit is lastig, want géén
probleem wordt door ons Nederlanders
al is het vaak onbewust zo subjectief
bekeken als het Indonesische. Herinne
ringen, idealiseringen, ressentimenten,
rancunes en desillusies kolken er rond
in een pot vol emoties. Ook bij de we
derpartij trouwens. Maar aangezien wij
moeilijk de Indonesische houding kun
nen veranderen, zullen wij ons ertoe
moeten bepalen, ons eigen standpunt
onder de loep te nemen.
Politiek schoon schip maken
Welnu, uitgaande van het feit, dat
wij slechts als volkomen vrije en soe
vereine staten tot normale betrekkin
gen kunnen komen, zullen wij moe
ten proberen ook politiek schoon
schip te maken, het verleden en de
daarbij behorende emoties definitief
te vergeten. Men zou van sommigen
willen vragen de naam Nederlands-
Oost-Indië voorgoed op te bergen in
de allerachterste klapper van het
geestelijk archief. Want alles dat uit
die hoek komt, wekt in Indonesië een
gevaarlijke kettingreactie van beden
kelijke associaties: Rijkseenheid....
Westerling.... Republiek Zuid-Mo-
lukken. Door de eeuwen trouw.
snode plannen tot terugkeer, die de
Indonesiërs op de achterste benen
drijven en „subversief komplot" doen
roepen.
Hun overgevoelige achterdocht op dit
punt mag overdreven zijn, zij 'bestaat.
Andere Nederlanders, die teleurgesteld
..Beeld uit het verleden, dat voor
velen moeilijk te vergeten zal zijn".
zijn, omdat Jhun voormalige Indonesi
sche vrienden, na dankzegging voor de
verleende hulp bij de verkrijging der
onafhankelijkheid, hun eigen weg zijn
gegaan, zou men erop willen wijzen, dat
ook de best bedoelde adviezen voor een
zojuist mondig gewordene naar voogdij
schap rieken.
Streven naar
„onbelaste houding'
Alle Nederlanders zullen tenslotte
moeten streven naar een werkelijk „on
belaste houding, waaruit men niet an
ders, vooral niet heviger, reageert op de
gebeurtenissen in Indonesië dan op het
geen in soortgelijke andere landen ge
schiedt. Die houding zal zich ook moe
ten weerspiegelen in het regeringsbeleid.
Op dit stuk zal het met name overwe
ging verdienen, om, zij het dan ook ten
diele afstand te doen van het grote re
servoir van plaatselijke kennis, dat be
lichaamd is in de oud-ibestuursamibte
naren, die zowel op het Ministerie van
Buitenlandse Zaken als op onze diplo
matieke posten daarginds in grote mate
het beleid bepalen en uitvoeren.
Want de prijs voor die kennis is on
afwendbaar een zekere .belastheid".
Zeker zou het voor eventuele nieuwe
contacten de beste start zijn met
nieuwe onderhandelaars aan tafel te
komen, uitverkoren op grond van hun
diplomatieke gaven, en niet van hun
kennis omtrent het verleden.
Nu er in Indonesië grote verande
ringen mogelijk lijken dient Neder
land zich in de resterende tijd op die
mogelijkheid geducht te prepareren.
Acht- hoofdofficieren nomen
ontslag
Acht hoofdofficieren van het Indo
nesische leger hebben ontslag geno
men, omdat zij het niet eens waren
met de politiek van de legerleiding. De
woordvoerder van de Landmacht In
Djakarta deelde vandaag mede, dat zij
van hun functies zijn ontheven.
Het betreft hier zes luitenants-kolonel
en twee majoors, allen van de infanterie
en verbonden aan het legerhoofdkwar
tier.
Zij waren van oordeel, dat de moei
lijkheden in het leger langs de weg van
overleg dienden te worden opgelost.
Pobliktóe wo Het Nedetlaodj ZuJvelboieio 's-Guvcahige
Spannend politiek detective-verhaal
(Van onze correspondent in Washington)
De Amerikaanse autoriteiten hebben de zaak tot
dusverre zo onopvallend mogelijk proberen te be
handelen, maar Edward R. Murrow, een zeer
begaafd en gezaghebbend commentator voor radio
en televisie, heeft de Dominicaanse kat een kolos
sale bel aangebonden! In een zestig minuten lange
uitzending, die van kust tot kust in Amerika be
luisterd kon worden, heeft Murrow namelijk
op grond van getuige-verklaringen de volgende
veronderstellingen geconstrueerd: Jesus de Ga-
Althans „aanvankelijk spoorloos". Er kwam namelijk meer licht in de zaak,
toen in december 1956 een Amerikaanse piloot, werkzaam bij de luchtlijn van
de Dominicaanse republiek, in het land van Trujillo „verdween". Deze piloot,
Gerald L. Murphy, was verloofd met een stewardess van Pan American en dit
meisje was vrij goed op de hoogte van Murphy's „bijbaantjes". Wellicht in alle
onschuld was Murphy gebruikt om de bewusteloos gemaakte Galindez naar de
Dominicaanse republiek te ontvoeren. Maar toen hjj eenmaal een zekere mate
van medeplichtigheid bezat, had de regering van de Dominicaanse republiek deze
Murphy gebruikt (en goed betaald) voor allerlei dubieuze praktijken. Hjj zou o.a.
geld naar Cuba hebben gebracht om daar een revolutie te bevorderen en volgens
een andere getuige zou men hem 250.000 dollar geboden hebben om een bom te
gooien op het paleis van de president in Havana. Dit laatste aanbod, plus aan
drang van zijn verloofde, zouden Murphy tot het besluit gebracht hebben de
Dominicaanse republiek te verlaten. Hjj was echter zo naief om de Dominicanen
tevoren van dit besluit op de hoogte te brengen en zij, overtuigd dat Murphy
„te veel wist", zouden hem eind 1956 vermoord hebben!
Kans op politieke wrijving
Het zal sommigen buiten Amerika
misschien vreemd aandoen, dat pers en
radio in de Ver. Staten zozeer vooruit
kunnen lopen op een zaak, die per slot
van rekening nog in vooronderzoek is
bij de officiële instanties. Men krijgt de
indruk, dat de C.B.S., het grote radio-
en televisie-concern, een eigen detecti
ve-onderzoek heeft ingesteld. Het gede
tailleerde relaas daarvan is heel inte
ressant en wij zullen het de lezers niet
onthouden. Maar allereerst dient erop
gewezen te worden, dat deze affaire ge
volgen met zich kan brengen van inter
nat! onaal-politieke aard. Zouden de
voorlopige conclusies van Murrow juist
zijn, dan zou men de dictator van de
Dominicaanse republiek in feite van
ontvoering en moord kunnen beschuldi
gen. Dat zou de Amerikaans-Domini
caanse betrekkingen uiteraard zeer
schaden en men kan zich voorstellen,
dat de Amerikaanse regering zulks
liefst zou vermijden. In de interna
tionale politiek, vooral in de Ver. Naties,
heeft Amerika het bloc van Zuid- en
Centraal-Amerikaanse stemmen hard
nodig. Juist wanneer het tegen het
communisme ging, kon men steevast re
kenen op de steun van een reactionair
land als de Dominicaanse republiek.
Die min of meer automatische steun
zou heel wat minder zeker worden, in
dien de Amerikanen Trujillo officieel
gingen uitmaken voor moordenaar!
Dat de Amerikaanse regering deze
zaak met omzichtigheid heeft willen be
handelen, kan men zich begrijpen. On
danks aantijgingen van sommigen, zie
ik geen reden om te beweren, dat de
Amerikaanse autoriteiten de zaak zou
den willen verdonkerenmanen. Maar
één ding staat vast: Ed Murrow heeft
thans aan deze affaire zoveel publici
teit gegeven, dat de zaak nü al heel
moeilijk meer in de doofpot te stoppen
Opmerkelijk artikel van Oostenrijkse
expert over verhouding Rusland-Peking
(Van onze Weense correspondent)
Onder de titel „De hoofdstad van China heet Moskou" schrijft H. Ophoff,
bekend als vakman voor de politieke verhoudingen in het Verre Oosten, in het
Oostendijkse tijdschrift „Forum" een opmerkelijk artikel over de betrekkingen
tussen de Sovjet-Unie en Communistisch-China. Hij waarschuwt daarin tegen
de opvatting als zou China zijn eigen weg kunnen gaan en daardoor een
gevaar kunnen betekenen voor de alleenheerschappij van Moskou. Ofschoon
China met zijn onmetelijke oppervlakte en zijn 500 tot 600 miljoen inwoners
ontegenzeggelijk een potentiële macht is, is het door de achterstand van zijn
industrie verreweg de mindere, in zekere zin zelfs de slaaf van de Sovjet-Unie
Het grote China produceert bijvoorbeeld evenveel steenkool als Polen met zijn
28 miljoen inwoners en evenveel elektrische energie als België!
Produktie van Rood-China
is nog zeer gering
Vooral de staal produktie staat met
vier miljoen ton nog in een beginsta
dium, concreter uitgedrukt: China pro
duceert honderd maal minder staal dan
de Verenigde Staten en veertig maal
minder dan de Sovjet-Unie. Hieruit
volgt, dat China van het buitenland en
in de eerste plaats van de Sovjet-Unie
afhangt, wil het zich een plaats ver
overen in de communistische wereld,
jom nog te zwijgen over een plaats op
j de wereldmarkt.
Deze economische afhankelijkheid
drukt haar stempel op de politieke be
trekkingen, die dan ook in de gemeen
schappelijke verklaring van Boelganin
en Tsjoe En-lai op 18 januari van dit
jaar werden omschreven als betrekkin
gen tussen socialistische landen van
een geheel eigen soort, „omdat zij wordt
beheerst door de hoogste belangen, na
melijk de overwinning in de gemeen
schappelijke strijd voor de triomf van
het communisme". Maar ook in de
praktische politiek is het nooit tot ern
stige meningsverschillen gekomen. De
communistische partij van China heeft
bijvoorbeeld op bevel van Moskou haar
doodsvijand Tsjang Kai-sjek in 1938
niet uit de weg mogen ruimen en tevens
hebben de Chinese communisten zich in
1945 niet verzet tegen de demontage en
vernieling van de industrie in Mandsjoe-
rije, ofschoon Communistisch-China van
die industrie het grootste voordeel had
kunnen hebben. Tenslotte heeft geen
communistisch land de wenken van
Moskou zo slaafs en gehoorzaam opge
volgd als China, dat bijv. de collectivi
sering van de landbouw in het snelste
tempo heeft doorgevoerd.
Opleiding in Moskou
i>e partijkaders zijn in China op
leven en dood aan elkaar vastgeklonken,
omdat de leden van het Chinese cen
trale comité voor 57 procent in de Sov
jet-Unie zijn opgeleid. Deze zorgen er
wel voor, dat Peking zich houdt aan de
richtlijnen van Moskou inzake binnen
landse en buitenlandse politiek. Wat
China vooral nodig heeft is rijst en
grondstoffen. Deze bevinden zich in
Zuidoost Azië, welke gebieden vroeger
bij China hebben behoord. Nu heeft elke
regering in Peking slechts één ideaal,
namelijk weer in het bezit te komen
van deze bronnen, waardoor het altijd
dreigende gevaar van hongersnood en
armoede kan worden uitgeschakeld.
Maar dit ideaal kan nooit althans
niet in de gegeven situatie worden
verwezenlijkt tegen de wil van Moskou,
doch alleen in samenwerking en met
Geslaagde AVRO landdag
te Apeldoorn
MEER DAN 35.000 BELANG
STELLENDEN.
Meer dan 35.000 mensen hebben giste
ren de AVRO-landdag in Berg en Bos
te Apeldoorn bezocht; dat waren er ruim
2000 meer dan het vorige jaar. De dag
werd geopend door de burgemeester van
Apeldoorn, mr A. L. des Tombe, die er
zijn vreugde over uitsprak, dat zovelen
op deze dag naar Apeldoorn waren ge
komen, waarna de voorzitter van de
Avro, jhr. Th. Röell, het gemeentebe
stuur en de diverse gemeentelijke dien
sten dankte voor de medewerking, bij
de organisatie van de landdag onder
vonden.
Op zeven verschillende plaatsen in het
fraaie natuurpark verzorgden ruim 550
AVRO-medewerkers, bij wie vele be
kende radio-artiesten, gevarieerde pro
gramma's van muziek en voordracht. Op
het A.G.O.V.V.-terrein werd voorts een
turndembnstratie gegeven, waaraan de
„sportman van het jaar" Klaas Boot
meewerkte. Verder was er een danswed
strijd tussen Nederlandse, Belgische en
Duitse dansparen.
lindez, lector aan de Columbia-universiteit te New
York, stond op het punt een dissertatie te publi
ceren, waarin de dictatuur van generaal Trujillo
in de Dominicaanse republiek zeer ongunstig be
licht zou worden. Ondanks dreigende, anonieme
waarschuwingen per telefoon, ging Galindez door
met zijn werk. Op 12 maart 1956 is hij echter
na college gegeven te hebben aan de universiteit
te New York spoorloos verdwenen.
zou zjjn. Het onderzoek naar deze even
tuele internationale misdaad moet nu
wel met alle middelen worden voortge
zet, politiek ongerief ten spijt.
Lugubere aspecten
Het relaas, dat via CBS bekend ge
worden is, heeft zoveel bonte en lugu
bere aspecten, dat men er zonder moei
te een spannende politieroman van zou
kunnen maken. Galindez. de ontvoerde
geleerde, was oorspronkelijk Spanjaard.
Hij vocht tegen de fascisten in de
Spaanse burgeroorlog en vluchtte ten
slottenaar de Dominicaanse repu
bliek. De man. die tegen Franco ge
vochten had, werd daargouverneur
van de kinderen van Trujillo! Hij kwam
dus wel van de regen in de drop. In
1946 had Galindez. die kind aan huis
geweest moet zijn in het paleis, schoon
genoeg van het dictatoriaal geregeerde
land. Hij trok als statenloze naai- Ame
rika. begon lezingen te houden vol aan
klachten tegen de dictator en ging ten
slotte werken aan genoemde dissertatie.
Bovendien heeft hij een roman op sta
pel gezet over het intieme leven van
Trujillo en zijn gezin.
Trujillo schijnt een aantal handlan
gers te hebben in de Ver. Staten, die er
voor waken, dat hun leider niet te zeer
in opspraak wordt gebracht. Tal van
anti-dictatoriale Dominicanen in Ame
rika hebben dreigbrieven op dreig-tele-
foontjes van die handlangers ontvan
gen en met name schijnt een mank man
met een glazen oog een bijzonder on
guur werktuig voor de dictator.
De manier, waarop de piloot Murphy
in deze zaak betrokken is geraakt, zou
wel eens vrij triest geweest kunnen zijn.
Murphy's grote verlangen was, piloot t«
worden bij een officiële luchtvaartmaat
schappij. Hij had zijn amateur-vlieg
brevet. maar helaas waren zijn ogen
niet goed genoeg om hem toe te laten
tot vlieger in de burgerluchtvaart. Hij
ontmoette echter een man. die hem
toch zulk een functie aanbood bij de
Dominicaanse maatschappij. Maar zou
hij tevoren - zo werd hem gevraagd -
een zieke willen vervoeren in een klein
vliegtuig, dat gevlogen moest worden
van New York naar de Dominicaanse
republiek? Eerst later zou Murphy uit
vinden, dat die „zieke" de - verdoofde -
Galindez was geweest
steun van deze grote communistische
mogendheid.
Daarbij vergete men niet, dat het
aantal Russische experts en adviseurs
in China op het ogenblik groter is dan
dat van alle overige buitenlanders te
zamen. Iedere fabriek, die in China
wordt gebouwd, betekent een nieuwe
band met Moskou. Dat weten de macht
hebbers in Peking en zij leggen zich bij
dit feit neer, ze ondersteunen het zelfs,
omdat hun land door de economische
achterstand nog veel meer satelliet is
en moet zijn dan welke andere volge
ling ook in Oost-Europa. Dit is de wer-
j kelijke situatie waaraan niets wordt ver
anderd door een paar „moedige" of zo-
genaamd „onafhankelijke" uitlatingen
i van Tsjoe En-lai of een andere politicus,
I waarop vooral Polen zich zo graag be
roept, maar welke woorden dan door
het officiële China ofwel dadelijk wor-
Iden tegengesproken ofwel verzwakt.
Galindez communist
Inderdaad werd Murphy aangeno
men door de luchtvaartmaatschappij in
de Dominicaanse republiek. Hij werd
tweede bestuurder, doch verdiende al
spoedig meer als geheim agent voor
Trujillo. Toen hij dit lugubere werk
wilde verlaten, werd hij naar alle waar
schijnlijkheid om zeep gebracht.
De Dominicanen hebben evenwel voor
dit alles heel andere verklaringen. Ga
lindez zou communist geweest zijn, die
tenslotte voor de communisten groter
waarde gekregen zou hebben als „mar
telaar" dan als levend medewerker. Hij
zou door communisten vermoord zijn en
thans worden „opgediend" als slachtof
fer van een dictator. De Amerikaanse
pers zou hierin onbewust medewerken.
Wat Murphy betreft, voor zijn dood
hebben de Dominicanen ook een heel
speciale verklaring. Hij zou vermoord
zijn door een collega, die ruzie met hem
had. Die collega was gearresteerd, had
in de gevangenis zelfmoord gepleegd uit
wroeging over zijn daad en zou boven
dien een briefje hebben achtergelaten,
waarin hij verklaarde zelfmoord te zul
len plegen, omdat de moord op Murphy
te zwaar was voor zijn geweten.
Geheim speurwerk
De Amerikaanse autoriteiten hebben
evenwel vastgesteld, dat dit briefje niet
geschreven kan zijn door de man die
zelfmoord gepleegd heeftVandaar
dat het Amerikaanse ministerie van
Buitenlandse Zaken bezorgdheid tot ui
ting heeft gebracht inzake de myste
rieuze dood van de piloot Murphy. Het
Congreslid Potter wenst, dat het Con
gres een onderzoek naar de zaak zal in
stellen. doch vooralsnog vindt het of
ficiële naspeuringswerk meer in het ge
heim plaats. Kortgeleden heeft men
ontdekt, dat John Joseph Frank, een
jurist te Washington, voor Trujillo
werkzaam is geweest als geheim agent.
Hij is in elk geval betrokken geweest bij
het huren van het kleine vliegtuig, waar
mede Galindez naar alle waarschijnlijk
heid is ontvoerd. Wat Trujillo in zijn
eigen staat met zijn eigen onderdanen
doet. daar kan het buitenland zich
moeilijk mee bemoeien, doch het ziet er
naar uit. dat deze dictator ook opereert
buiten de grenzen van zijn land en in
dien een Amerikaan in de Dominicaan
se republiek van staatswege ter dood
zou zijn gebracht, dan kan zulks de
Ver. Staten allerminst onverschillig
zijn!