Wat is het bijzondere van deze LO\G RUN Filter King Size Kwartiermeester P. Er kelens vocht verbeten tegen enorme overmacht FILMS OOK GOUDEN RIDDER M.W.O. IN LEIDEN Ondanks vergiftigde en verivonding aan voet en hand lanssteek 20 stuks 95 ct Concert Muziekver. „Nieuw Leven" Veel enthousiasme, ondanks bedenkingen 96ste jaargang Zaterdag 30 maart 1957 Tweede blad no. 29100 Als opper-schipper de Marine verlaten Enkele dagen geleden verscheen er in de pers een lijstje met namen van personen, die op 28 maart 1907 benoemd werden tot Ridder in de Militaire Willemsorde. Personen dus, die reeds een halve eeuw drager zijn van deze hoge militaire onderscheiding. Bij het lezen van dit berichtje fronste de heer P. W. Erkelens, wonende aan de Da Costastraat 45 te Leiden, de wenkbrau wen. Vreemddat ze nu juist hem, voorzitter van de Koninklijke Bond van Ridders der Militaire Willemsorde, moesten vergeten Of zou het feit, dat hij geen officier was, daar iets mee te maken hebben Hij weet het niet, maar in ieder geval stonden alleen de officieren vermeld Niet dat hij er nu zó op gebrand was om zijn naam in de krant te zien. Hij houdt niet zo erg van pu bliciteit, maar toen wij bij hem aan klopten om uit zijn eigen mond het verhaal uit het grijze verleden te vernemen, was deze oud-marineman sportief genoeg om ons niet onver- richterzake terug te sturen. Een marineman „van de oude stem pel". want toen de heer Erkelens als jong matroosje tegen het einde van de vorige eeuw in dienst trad van de Ma rine leefde men nog in de zeiltijd. Hij zou hele verhalen kunnen vertellen over „die goede tijd", maar daar ging het nu niet om. De geschiedenis, waarvoor wij kwamen, begint in juli 1905 op de rede voor Belangnipa aan de oostkust van Celebes. Daar lag een eskader van de Kon. Marine voor anker, bestaande uit twee pantserschepen en vijf „vierde klassen", flottieljevaartuigen van een grootte zoals de tegenwoordige mijnen vegers. Het eskader vormde het escorte van tien schepen van de Kon. Pakket vaartmaatschappij. die de troepen aan boord hadden, welke door het gouverne ment waren uitgestuurd om de rebellen op Celebes. die weigerden belasting te betalen, tot de orde te roepen. Maar de oostkust van Celebes was vrij ontoe gankelijk. dus werd de toen 25-jarige kwartiermeester P. W. Erkelens. die diende aan boord van het pantserschip, de „Hertog Hendrik", uitgekozen om met de luitenant-ter-zee eerste klas Za delhof en de luitenant-ter-zee tweede klas J. C. Koning de kust te verkennen om de beste landingsplaats te bepalen. Vier dagen zwierven zij op een vlet langs de kust en tenslotte werd beslo ten de troepen op de uiterste zuidoost punt aan land te zetten. Marine en mariniers voorop, daarachter volgde het KNIL. Opmars gestaakt De opmars naar Boni. een landstreek waar de rebellen huisden, kwam echter tot stand voor een te diepe kreek, waar de infanterie niet overheen kon komen. De inmiddels aan boord teruggekeerde marinemensen werden weer ingescha keld. Met sloepen roeiden zij de kreek op tot de oversteekplaats en legden daar de boten naast elkaar, die werden afge dekt met „bakstafels". de eettafels van de Marine. De landmacht ging over deze provisorische brug, maar bleef even ver der toch steken in het dichte oerwoud en de modder. De opmars van deze zijde werd ge annuleerd. de troepen trokken zich terug en teneinde raad besloot men de landing opnieuw te proberen bij Watamponi. Een plek, die aanvankelijk voor dit doel was afgekeurd, daar in de eerste plaats een rif kort voor de kust het de landingsboten onmogelijk maakte aan het strand te komen en bovendien had den de rebellen daar vele versterkingen opgetrokken. Fortificaties zou men kun nen zeggen. Het was op 28 juli 1905, dat men daar aan land ging. Weer ging de Marine voorop. In een van de sloepen stond kwartiermeester Erkelens. die door de gemaakte verkenningen uiteraard reeds op de hoogte was van de situatie ter plaatse. Zonder om te kijken Zodra zijn sloep op het rif stootte, sprong hij er uit, waadde door het water en bereikte als eerste de kust. Zonder om te kijken stormde hij door naar de voorversterking van de rebellen, sprong er pardoes in. rammelde met zijn geweer de boel uit elkaar en verdreef de op standelingen. Hij wachtte het resultaat van deze eerste verovering niet af. maar rende meteen weer door naar de hoofd - versterking, welke hij eigenlijk verlaten achtte. Grote vraag en weinig aanbod Over de periode van 18 t/m 23 maart onderging de arbeidsreserve opnieuw een daling, waardoor het aantal ingeschre venen op 23 maart 220 beliep. De afname van het aanbod voltrekt zich tot nu toe zeer geleidelijk. In algemene zin kan de daling gezien worden als een gevolg van de verminderde invloed van seizoen factoren o.a. in de bouwsector en de landbouw. De geregistreerde vraag steeg in be langrijke mate n.l. van 430 tot 650, waarvan er 250 betrekking hadden op jeugdigen, leeftijd 15 t/m 18 jaar. Het tekort aan arbeidskrachten is be halve in de textielindustrie eveneens belangrijk in de metaalindustrie en de betonwarenindustrie. Overigens kunnen in vrijwel alle bedrijfstakken arbeids krachten geplaatst worden. Voor jeugdigen bestaat nog steeds grote belangstelling, terwyl het aanbod zeer miniem is. Het aanbod van vrouwelijke arbeids krachten onderging geen wijziging van enige betekenis en bedroeg op 23 maart jl. 80. De vraag steeg van 260 tot 300, waarvan ruim 40 betrekking had op jeugdigen. „REUVENS" EN DE BOEKENWEEK In de hal van de Openbare Leeszaal „Reuvens" is een kleine stand ingericht van boeken en gedichtenbundels, waar mede men nog eens extra de aandacht wil richten op de Boekenweek, De drie leerling-bibliothecaressen, mej. L. Sta pels, mej. M. Callenbach cn mej. A. de Meyer zijn op dit idee gekomen en zij hebben het op keurige wijze vorm ge geven. Bij elk boek ligt een korte le vensbeschrijving van de schrijver, waar door deze stand, hoe kleine ook, toch de nodige interessante gegevens bevat. Even aarzelde hij dan ook, toen hij boven op de versterking sprong en zag, dat daarin zich een tachtig mannen hadden samengetrokken. Maar een diepe steek met een vergiftigde lans in zijn borst, maakte hem duidelijk, dat elke verdere aarzeling noodlottig zon kan nen zijn. Met zijn geweer sloeg hij zijn di recte aanvaller van zich af, waar door de lans nog dieper in zijn borst drong. Hij rukte hem uit zijn li chaam en sprong toen de versterking in, vechtend met alle energie, die hij in zich had. Moederziel alleen stond hij tegen een grote overmacht. In zijn enthousiasme om het doel te be reiken, had hij niet bemerkt, dat de rest was achtergebleven Grim mig sloeg hij om zich, hoewel zijn borst opzette en hij bovendien nog verwondingen opliep aan hand en voet. Maar gelukkig kreeg hij bijtijds hulp. Twee inmiddels gearriveerde mare chaussees sprongen de versterking bin nen en met zijn drieën slaagden zij er in de nog overgebleven opstandelingen op de vlucht te jagen. Nog bracht kwar tiermeester Erkelens de energie op om op de vluchtende inlanders te vuren, maar langzaam begaven hem de krach ten. Gouden medaille Hij werd weggebracht, eerst naar een als hospitaalschip ingerichte pakket boot. 's middags naar de „Hertog Hen drik". daar de dokter hem zelf wenste te behandelen. Hij herstelde vrij spoe dig van de bekome verwondingen en diende tot 1925 bij de Kon. Marine, waar na hij als opper-schipper gepensioneerd werd. Voor zijn diensten aan Koningin en vaderland bewezen werd hij beloond met de ere-medaille in goud. verbonden aan de orde van Oranje Nassau. Maar voor zijn moedige en onver schrokken houding bij de landing te Be langnipa werd hij benoemd tot Ridder vierde klas in de Militaire Willemsorde. Op 28 maart 1907 kwam het Koninklijk Besluit af. Tegelijk werden nog anderen, die aan deze actie hadden meegedaan op zo'n vorstelijke wijze onderscheiden, maar de heer Erkelens, die er nog 21 jaar bil de Holland Amerika Lijn als chef zeilmaker heeft opzitten, is de eni ge nog in leven. En al schuwt hij de publiciteit en is hij gelukkig, dat dit ju bileum betrekkelijk onopgemerkt voor bij is gegaan, hij is met recht trots op deze hoge onderscheiding, waarop slechts ongeveer 140 personen in ons land kunnen bogen. (Ingez. Med.-Adv.) Dat het een King Size is? Die zijn er meer. Dat het een King Size filter is Ook die zijn er meer. Het bijzondere is dit't Is een filter sigaret en toch een échte sigaret. Ja, een échte sigaret. Want het Long Run acetaat filter houdt wel alles tegen dat aan de mildheid afbreuk zou kunnen doen, maar Iaat het rijke aroma van de Amerikaanse tabakken volledig door. U proeft dat u rookt geopend. Daarin heette hij allen wel kom, in het bijzonder de afgevaardigden van de Bestuurdersbond en de daarbij aangesloten organisaties, waarbij ver zocht werd de mogelijkheden tot toe kenning van een subsidie onder het oog te willen zien. Na de pauze was het woord aan een variétégezelschap, waaraan o.a. mede werkten André Carrcl, Els Helenius, Dave Parker. Diana en Daranti. alsmede Tonnv Schifferstein aan de vleugel. Het oogstte veel succes en deed de toehoor ders in de beste stemming huiswaarts gaan. De aanhangers van „Nieuw Leven" hadden weer eens een prettige avond! Directeur Baart is met bloemen voor zijn ijverig repeteren gehuldigd. Onder de getrouwe leiding van de heer P. Baart gaf gisteravond de Arbeiders Muziekvereniging „Nieuw Leven" haar jaarlijkse concert in de slecht matig bezette Stadsgehoorzaal. De stad Leiden kent deze vereniging voornamelijk door haar levendige me dewerking aan het 3 oktoberfeest of andere festiviteiten: de mannen van „Nieuw Leven" maken dan in hun brui ne uniformen een keurige indruk, waar bij zich dan nog tamboers voegen, met hun fraaie witte banden om. Er wordt dan steeds fris geblazen en ditzelfde frisse blazen kenmerkte deze avond in composities van Gerard Boedijn („Wij vieren feest" en de „Symfonie Concer tante", van Kcssels (Ouverture Mer cedes). Fusik-Stalmeier (Ouverture Ma- rinellei en tot besluit met medewerking van de tamboers, de opgewekte defileer- mars Ria van Ros. Wanneer wij zeggen dat er fris ge blazen werd. betekent dit nog niet, dat de klank altijd even gelukkig was: de kwaliteit daarvan is zeker voor verbe tering vatbaar, dat wil zeggen, zij moet op de duur ronder en nobeler worden, meer aan scherpte (bijv. die van de klarinetten en de saxofoons) inboeten. Daaraan moge de dirigent in de toe komst zijn aandacht in het bijzonder wijden. Overigens wordt in het algemeen zuiver, ook wel zangrijk geblazen, waar bij de pittige tempi opvallen. Er is ge noegzaam enthousiasme aanwezig om in gemakkelijk aansprekende nummers het gehoor te boeien, al verhelen wij ons niet. dat uit het huidige repertoire toch wel een waardevoller keuze zou zijn te maken. Vooral wanneer „Nieuw Leven" haar naam eer wil aandoen, moet zij met de tijd meegaan. Gerard Boudijn heeft bovendien interessanter composi ties op zijn naam staan, dan ditmaal ten gehore gebracht werden. Deze bedenkingen verhinderden ech ter niet, dat het spel van „Nieuw Leven" bij het gehoor in de smaak viel en men gul was met applaus, vooral ook na de met geestdrift uitgevoerde Finale. De avond was met een begroetings woord van de voorzitter, de heer Koster Leidse mannenkoren concerteren Onder directie van Louis van Wijngaarden Evenals het vorig jaar trekken op dezelfde datum als toen 4 april enige mannenkoren gezamenlijk op voor het geven van een Buitengewoon Concert in de Stadsgehoorzaal. Dit zijn alle koren, welke staan onder directie van Louis van Wijngaarden, die ook dit optreden zal leiden. Het zyn „Kunst na Arbeid", „S.L.F." (het koor der Leidse Stedelijke Lichtfabrieken), het dubbelmannenkwartet „Inter Nos" en, in de plaats van het koor der Leidse Koksschool, dat zich verleden jaar deed horen, het Koudekerkse „Onderling Zanggenot". Deze samenbundeling van krachten kan zeker de koorzangkunst stimuleren onder het devies van de dirigent, n.l. „te helpen de koorzang op een hoger plan te brengen". Het programma bevat werken van Da Vittoria. Da Palestrina, Couperin, het „Te Deum Laudamus" van Hub. Cuypers, Schubert, Brahms en de Hongaarse com ponisten Janos Arany en Erkel Ferencz. van wie het Hongaarse volkslied in de bewerking van Oscar van Hemel gezon gen wordt. Solistische medewerking verlenen Heieen Verkley (sopraan) en Belia Brus- sen—Keijzer (alt). John Mostaert ver zorgt de pianobegeleiding. Gezien de prestaties, welke op het vorige gemeenschappelijke concert te beluisteren vielen, kan men ook voor deze avond vermoedelijk goede verwachtin gen koesteren. Het streven, om de man nenkoorzang op deze wijze meer in de belangstelling te plaatsen, verdient stel lig waardering! Ver. Oud-Leiden „Verdwenen schoonheid" Geest van liet oude ambacht en de oude architectuur is dood Nu „De Lakenhal" wegens restauratie werkzaamheden tijdelijk gesloten is, kwam de Vereniging „Oud-Leiden" gis teravond in de filmzaal van de Academie bijeen. Tijdens deze bijeenkomst sprak dr. W. C. Braat, conservator van het Rijks museum van Oudheden, over „Verdwe nen Schoonheid". Spreker wierp de vraag op hoe het komt, dat de vanzelfsprekende, onbe wuste schoonheid van alle dingen van dagelijks gebruik allengs uit ons leven verdwenen is. De ambachtsman van vroeger eeuwen was zelden een bewust kunstenaar. Hen maakte de dingen naar oud herkomstig fatsoen en versierde ze met traditionele motieven. Er was eigen lijk niets bijzonders aan, hij redeneerde niet over esthetiek, maar toch werd het altijd goed. Waarom moeten er nu be wuste kunstnyveraars aan te pas ko- istermiddag heeft minister ir. H. h. j. Witte van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid een bezoek ge bracht aan de Kalkzandsteenfabriek ie Hillegom. Het bezoek had blijk baar zoveel stof doen opwaaien, dat na de rondgang door de fabriek de kleerborstel er aan te pas moest komen. IS mij, mensen die zich met esthetische pro blemen bezig houden en die uitgespro ken artistiek zijn, om potten te bakken, meubels te maken of huizen te bouwen, die niet lelijk zijn? En wat is dan dik wijls nog het resultaat? Reeds velen hebben zich over deze vraag het hoofd gebroken, doch niemand heeft ooit een bevredigend antwoord gevonden. Men heeft de oorzaak altijd gezocht in uiterlijke dingen. De machinale produk- tie zou het handwerk vermoord hebben, de arbeider heeft geen liefde meer voor zijn vak, door de afschaffing der gilden is de vakbekwaamheid verdwenen enz. Dat alles raakt evenwel de kern van de zaak niet. De oorzaak zit veel dieper en moet gezocht worden in een geleide lijke verandering van de menselijke geest. Het primitieve denkpatroon, zoals dat in zijn oervormen spreekt uit de kunst en de levenshouding van de palaeolithische mens. was totaal verschillend van het modern geestelijk patroon, dat in de loop der eeuwen, geleidelijk aan, maar in sommige perioden ook sprongsgewijze (de Griekse oudheid, de Renaissance.de zogenaamde verlichting der 18de eeuw) tot ontwikkeling is gekomen. Van de oertijd af voelde de mens zich door magisch-godsdienstige banden ver bonden met zijn gehele omgeving. Hij maakte geen onderscheid tussen de be zielde en de onbezielde natuur. Zijn kunst was uitsluitend een middel tot contact met de hogere machten en zo was dat, door de hele prehistorie heen, ook nog het geval met het ornament. Ieder ornamentmotief was een godsdien stig symbool en diende bij wijze van spre ken als amulet of talisman. Ook later, als die symbolische betekenis van het ornament langzamerhand verloren is ge gaan en ook de voorstelling, dat ieder ding bezield is, blijft nog eeuwen en eeuwen een sterke trek van conserva tisme de menselijke geest beheersen en tevens hét onbewuste gevoel, dat ook de voorwerpen, de dode dingen, een eigen persoonlijkheid hebben. Daarom kon men vroeger niet anders doen dan de dingen maken op de ma nier en naar het fatsoen, zoals dat nu eenmaal hoorde, zoals men het altijd had gedaan. Een stuk gereedschap, een wa gen, een schip of een huis waren din gen, die afzonderlijk de aandacht vroe gen en recht hadden op een passende versiering met geijkte, overgeleverde mo tieven. Dit conservatisme is hét essen tiële van styl. De stijlvormen verander den slechts heel geleidelik en het ge voel voor goede verhoudingen bleef altijd levend, tot aan de drempel van de mo derne tijd. Toen ging de mens vooruit zien, inplaats van altijd achterom. Het „De straat der geverfde lippen" Jaloezie door eigenliefde Trianon Naar de spannende roman „La rue des bouches peintes" (De straat der geverfde lippen) is de even spannende film van deze naam ge maakt. met Fransoise Christophe. Paul Bernard en Jean Danet in de hoofd rollen. Het verhaal van een door trots en jaloezie verteerde man met een heersersnatuur. die zijn vrouw het ver schrikkelijkste aandoet, wat denkbaar en mogelijk is. wanneer hij ontdekt, dat zij een ander heeft liefgekregen. Van de kant van de echtgenote is van liefde geen sprake, slechts van gekrenkte eigenliefde! Hij verbant haar naar een Marokkaans havenkwartier, waar zij ge doemd zou zijn tot een walgelijk en verderfelijk leven, indien anderen niet voor haar in de bres waren gesprongen en haar nog net bijtijds redden voor de algehele ondergang. Hij slaagt er eerst bijna in haar vriend door finan ciële manipulaties te ruïneren, doch ook in dit opzicht moet hij zijn neder laag erkenen. tot hij in een aanval van tirannieke waanzin de dood vindt in het lugubere lokaal, waar zijn tegen standers met hem afrekenden. Zijn har teloos behandelde vrouw hervindt hier door uiteindelijk de zo vurig verlangde vrijheid. Knap spel. een steeds wisselende en- tourage-Marokko, India en Londen een ongemeen boeiende intrige, stempe len deze door Robert Vemay geregis seerde film tot een, waarnaar men on afgebroken geboeid kijkt. Zij bevat alle elementen der sensatie en bewijst, tot welke lage en gemene dingen een mens in staat is. wanneer de hoogmoed zich van hem meester maakt. De voortdu rend bedreigde vrouw moet door poelen van ellende gaan, voordat zij de bevrij ding vindt. Geen film, die het leven van een lieflijke kant doet zien. maar van een uitermate giftige. Gelukkig be horen mensen, die tot dergelijke laag hartige dingen in staat zijn, tot de uit zonderingen! Althans: dat hopen wij! „Shotgun" Gewone Western Rex Ergens in een klein stadje in het nog wilde Westen wordt een oudere sheriff op laaghartige wijze vermoord. Zijn beschermeling en tevens assistent zweert voor zichzelf een dure eed. Hij zal niet rusten voor hij de man, die hem de hand reikte om uit de modder omhoog te kunnen komen, zal hebben gewroken. In zijn eentje trekt hij er op uit. maar spoedig trekt hij in zijn kiel zog twee personen mee. Een pittige vrouw met een dubieus verleden, die in het verre westen opnieuw wil beginnen en een man die jaagt op misdadigers op wiens hoofd een prijs staat. Met de middelen, waarmee hij dat geld in de wacht sleept, neemt hij het niet zo nauw. Tezamen trekt dit trio door het barre land op zoek naar hun prooi, terwijl links en rechts het Indianen- gevaar loert. Helaas, de boeiende be- bekylemming en de intense spanning, welke regisseur Lesley Selander in de eerste meters van deze rolprent weet op te wekken, kan hij niet handhaven en allengs zinkt hij terug naar de grauwe middelmaat van de gewone Western. De levendige natuuropnamen zijn slechts een matige compensatie voor de vlakheid, waarmede het verhaal verder is uitgewerkt. „Nana" Een vrouw speelt met mannenharten Casino De briljante bezetting der hoofdrollen (Martine Carol en Charles Bo.ver) brengt in deze film de sfeer van een heel tijdperk tot leven: de periode van Keizer Napoleon III, wiens zwakke bewind (1852—1870) in geen enkel op zicht herinnerde aan de roem van zijn drong tot hem door, dat vele dingen ook heel anders gedaan kunnen worden en dat baande de weg tot de geweldige technische vooruitgang van de moderne tijd. Het principe van de stoommachine is al in de Hellenistische tijd uitgevon den, maar in het begin van de 19de eeuw was de geest pas rijp voor de toepassing ervan. Dat modern geestelijk patroon, dat vrij-worden van 'raditie en overge leverde begrippen, heeft in vele opzich ten zegenrijk gewerkt, maar het heeft ook grote schaduwzijden, o.a. voor de schoonheid in onze dagelijkse omgeving. Het is niet langer mogelijk, dat schone vormen, zoals vroeger, in een vaste traditie verankerd, vanzelf ont staan. Zij kunnen alleen nog bewust geschapen worden door mensen, die toevallig met smaak begiftigd zyn. Maar het oude ambacht en de oude architectuur zijn dood, omdat de geest, waaruit zij voortkwamen, gestorven is. VAN DEZE WEEK: oom. Napoleon Bonaparte. Emile Zola heeft een van zijn talloze romans aan dit interval gewijd, maar het werd geen realisme, zoals in zijn andere werken. Ook deze film „Nana" is. evenals het boek. in feite één brok romantiek, waarin een mooie, maar even lichtzin nige comedienne op gruwelijke wijze de dood vindt, nadat zij een dubieuze maar schatrijke bankier en twee leden van de hoogste adel door haar raffinement tot de bedelstaf heeft gebracht. Deze film in Eastmancolor. die hier ter stede al eerder draaide, sleept de toeschou wer mee door het boeiende thema van een vrouw zonder moraal, die haar uit zonderlijke charme misbruikt om een oerdegelijke kamerheer van de keizer zijn gezin te doen vergeten en zijn ver mogen te verspillen. Totdat de vergel ding komt. die voorgoed een einde maakt aan het lugubere spel. dat zij speelt met de harten van de mannen, die haar liefhebben. „Noodlanding in de jungle" Adenbenemende spanning met Anita Ekberg! LIdo Hoog boven het oerwoud van Zuid-Amerika vliegt een toestel van een kleine luchtvaartmaatschappij in storm en regen. Het is op weg van Panama naar Boca Grande en heeft behalve een uit drie leden tellende bemanning nog enkele passagiers aan boord, die ieder om verschillende redenen naar het zui den reizen. In San Dimas. in welk ver laten oord een tussenlanding was ge maakt. hadden zich een inspecteur van politie en diens gevangene, een revolu tionair. die een moordaanslag op zijn geweten heeft en die in Boca Granda zou worden terecht gesteld, bij de lucht reizigers gevoegd. De bliksem slaat op een gegeven ogenblik in de tweemoto- rige machine en de stewardess valt er even later uit. Tot zover is het vrij langdradige verhaal aannemelijk. Vanaf de noodlanding in een dal waar het schijnt te wemelen van de koppensnel lers. wordt het uiterst onwaarschijnlijk. maaradembenemend! Het vliegtuig is beschadigd en de inzittenden, die dè ernst van de siutatie weliswaar inzien, zijn vol goede moed. Na een reeks span- nede gebeurtenissen stijgt het toestel uit de wildernis op(!) echter met een aantal passagiers minder dan het uit San Dimas was vertrokken. Drie van hen moesten namelijk achterblijven om de piloot in de gelegenheid te stellen zijn vliegtuig zonder al te veel risico's op te trekken. En hier is het de ter dood veroordeelde, die zich sympathiek weet te maken en daadwerkelijk toont, dat hij het geloof in zijn medemens weer teruggevonden heeft. Regisseur John Farrow is er o.i. slechts gedeeltelijk in geslaagd de angst en de ellende van de verongelukten op de juiste wijze weer te geven. Dat hij bijzonder goed weet wat het bioscoop publiek wil staat echter als een paal boven water. Zij tot slot nog vermeld, dat een van de vrouwelijke hoofdrollen in deze film wordt gespeeld door nie mand minder dan Anita Ekberg. een actrice, die over gebrek aan lichame lijke schoonheid niet te klagen heeft en die de nodige belangstelling nog steeds weet te trekken. „Drie mannen in de sneeuw" Kostelijke amusementsfilm Luxor Wie Erich Kastners amusan te roman .JDrei Manner im Schnee" gelezen heeft, behoeft er zich geen ogenblik bezorgd over te maken, dat hy niet evenzeer zal genieten van de ge lijknamige door Kurt Hoffmann gere gisseerde film. Het is een vrolijke aan eenschakeling van humoristische ge beurtenissen, welke het gevolg zijn van de gril van een miljonair, die het in zijn hoofd haalt incognito tien dagen te vertoeven in een luxueus wintersport hotel. waartoe hem de gelegenheid wordt geboden als de winnaar van de tweede prijs in een door zijn eigen be drijf uitgeschreven prijsvraag. Het per soneel van het hotel is er wel van op de hoogte, dat zich onder de gasten een miljonair bevindt, doch het houdt de echte miljonair voor een eenvoudige kantoorbediende en ziet een straatarm- geleerde voor de rijkaard aan. Het ge volg is dat aan laatstgenoemde alle mogelijk attenties worden bewezen, ter wijl de eerste belast wordt met alle mogelijke karweitjes. De derde figuur in dit trio is de butler van de miljonair, wiens ware identiteit echter zorgvuldig geheim wordt gehouden. En zo sluit dan dit drietal een innige vriendschap en rolt van het ene vrolijke avontuur in het andere. Natuurlijk komt aan het slot de waarheid aan het licht, maar dit wordt dan opnieuw een blijde gebeur tenis, want de arme jongeman krijgt niet alleen een goede betrekking, maar bovendien het hart van de dochter van de miljonair. Het geheel is een zonnige speelfilm met volop reden tot uitbundige vrolijk heid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 3