PROF. DR. G. G. J. RADEMAKER BINNENKORT ZEVENTIG JAAR Leids fysioloog en neuroloog van wereldvermaardheid Eerste buitenlandse opgraving van Museum van Oudheden Het protestantisme in Italië 96ste jaargang Donderdag 14 maart 1957 Tweede blad no. 29086 DINSDAG 19 MAART (Ingez. Med.-Adv.) Dinsdag 19 maart a.s. zal prof. dr. G. G. J. Rademaker, hoogleraar in de neurologie aan de Leidse Universiteit, de zeventigjarige leeftijd bereiken, hetgeen tot consequentie heeft dat hij aan het eind van het lopende academische jaar zijn hoogleraarsfunctie zal neerleggen. Prof. Rademaker heeft als opvolger van prof. dr. W. Einthoven sinds 1928 de Leidse Universiteit als hoogleraar gediend, en werd in intieme kring gehuldigd toen hij enkele jaren geleden zijn zilveren professoraat vierde. Carrière in vele plaatsen Gijsbertus Godefriedus Johannes Rademaker werd op 19 maart 1887 als zoon van een Haagse predikant geboren, ontving daar zijn schoolopleiding en studeerde geneeskunde aan de Leidse Universiteit, waar hij in 1911 cum laude het doctoraal examen aflegde en in 1912 artsexamen deed. Nadien werd hij assistent van dr. Schoemaker, de beroemde chirurg aan het ziekenhuis Zuidwal te Den Haag, in welke functie hij zich een grote chirur gische vaardigheid verwierf, die hem later bij zijn dierenonderzoek van zeer groot voordeel zou worden. brede wtenschappelijke belangstelling en werkzaamheid aantonen. Zijn onderwijstaak verwaarloosde hij daarnaast geenszins, en daarbij betrok hij tevens de nieuwste wetenschappelijke inzichten en opvattingen Naar neurologie Niettemin heeft de fysiologische ar beid hem in de eerste jaren van zijn professoraat nimmer volledige voldoe ning geschonken. Daarvoor was zijn drang tot direct contact met praktijk en patiënt te groot. Zijn werk bracht hem in de loop der jaren in nauw contact met de neurologie als klinische wetenschap, en toen in 1936 dr. Gans te Leiden zich als lector moest terug trekken om gezondheidsredenen, werd aan hem de leiding van de neurolo gische kliniek opgedragen. In 1946 ging het reeds lang bestaande voornemen tot vestiging van een neu rologische leerstoel te Leiden in ver vulling, en prof. Rademaker gaf toen de fysiologische leerstoel op voor de neurologie. Het moet een grote voldoe ning voor hem zijn geweest, toen enige jaren geleden zonder ruchtbaarheid het gebouw tien van het Academisch Zie kenhuiscomplex voor een belangrijk deel ten dienste van de neurologie en de neurochirurgie kwam te staan, waardoor zijn nieuwe arbeidsterrein uitgerust werd met een doeltreffend instrumentarium in een efficiente om geving. Erkenning van verdiensten Zijn grote wetenschappelijke verdien sten vonden op velerlei wijzen erkenning in binnen- en buitenland, onder meer door zijn lidmaatschap van de Konink lijke Akademie van Wetenschappen, de toekenning van het Legion dUonneur en het erelidmaatschap van de Société de Neurologie. Op 22 oktober 1953, toen hij kort na de eigenlijke jubileumdatum gehuldigd werd bij zijn 25-jarig professoraat, werd hem een aan hem gewijd nummer van de Folia Phsychiotrica, Neurologica et Neurochirurgica aangeboden. waarin binnen- en buitenlandse onderzoekers bijdragen publiceerden. Bij die huldiging werd de nadruk gelegd op de unieke combinatie bij prof. Rademaker van liefde voor de wetenschap, interesse voor het detail en het vermogen om dit te zien en te plaatsen in het groter ver band. Tevens werd hem toen dank ge bracht voor de grote verdiensten die hij zich had verworven als secretaris en later decaan van de medische faculteit In 1915 nam hij de praktijk over van zijn oudere broer in Soerabaja, welke praktijk hij tot de grootste in voormalig Nederlands Indië uitbouwde. In zijn In dische periode heeft hij dag en nacht op een breed medisch terrein gearbeid, en daarbij ervaring opgedaan die een basis kon worden voor zijn latere wetenschap pelijke arbeid. Na overwogen te hebben zich een nieuwe praktijk in Australië op te bou wen, noopten familieomstandigheden hem in 1922 naar Nederland terug te keren zonder vastomlijnd plan voor zijn verdere carrière. Hij bracht bezoeken aan medische centra in Berlijn, Parijs en Londen en wendde zich toen tot prof. Magnus te Utrecht met het verzoek in diens laboratorium een onderzoek te mogen organiseren. Deze stap is bepa lend voor zijn verdere loopbaan gewor den. Van Utrecht naar Leiden Op basis van die Utrechtse onder zoekingen promoveerde hij in 1924 cum laude te Utrecht op een proefschrift getiteld: „De betekenis der kern en van het overige mesencephalon voor spiertonus, lichaamshouding en laby- rinthaire reflexen". Nog steeds heeft deze belangwekkende publikatie ^root gezag in fysiologische en neurologische kringen. In 1928 overleed de Leidse fysioloog prof. dr. W. Einthoven, voor wie in eigen kring geen opvolger van formaat kon worden gevonden. Toen men zich wendde tot de kring die zich om de inmiddels in 1927 overleden prof. Magnus had gevormd, viel de keus voor de Leidse leerstoel reeds spoedig op dr. Rademaker. Op 1 oktober 1928 werd dr. Rademaker tot gewoon Lelds hoogleraar in de fysio logie benoemd, welke functie hij op 10 oktober aanvaardde met een oratie over „Willekeurige en onwillekeurige handelingen". Moeilijke taak Prof. Rademaker kwam in Leiden voor de moeilijke taak te staan, een geleerde van wereldnaam waardig op te volgen in een laboratorium en met een instrumen tarium dat niet aan de eisen des tijds voldeed en dat bovendien uitgerust was voor wetenschappelijk werk in een an dere richting en van een andere opzet dan de eigen wetenschappelijke voor keur. In alle opzichten is prof. Rademaker er in geslaagd, deze moeilijkheden te overwinnen. Naast zijn grote weten schappelijke arbeid, waarvan de neerslag te vinden is in tal van artikelen in me dische binnen- en buitenlandse tijd schriften en in vele boekwerken die een J. F. VAN DRUTEN 80 JAAR Was stationschef in Leiden De heer J. F. van Druten. die van 1933 tot 1936 stationschef in Leiden was en thans samen met zijn vrouw in het Boshof woont, wordt morgen 80 jaar. Nadat hij reeds vele tientallen jaren geleden vrijwillig zijn dienstplicht had vervuld ving deze geboren Assenaar zijn spoorwegcarrière te Gouda aan om korte tijd daarna, in maart 1897, in dienst te treden van de Ned. Zuid- Afrikaanse Spoorwegmaatschappij. Tij dens de Boerenoorlog werd de heer Van Druten uit Afrika verbannen en in 1901 keerde hij naar Nederland terug. In Gennep aanvaardde hij een functie bij het Noord-Brabant Duits spoor. Na de fusie van de spoorwegen in ons land was de heer Van Druten achter eenvolgens als stationschef werkzaam m Boxmeer Zaandam en Leiden. Hij is thans ruim twintig jaar gepen sioneerd en houdt zich in zijn vrije tijd gaarne bezig met schilderen. Venus van Milo was bijna in Leiden terecht gekomen Zoals bekend, heeft dr. A. Klasens, conservator van het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden, bij een opgraving In de buurt van Aboe Roasch een groot aantal graven uit de eerste dynastie gevonden. Daar deze opgraving de eerste buitenlandse expeditie van het museum was, hadden wij over deze aangelegen heid een onderhoud met de directeur van het museum, dr. W. D. van Wijn gaarden. hij conservator is. Nadat hiertoe voorbe reidingen waren getroffen en Z.W.O. wederom steun had toegezegd, besloot het museum, dr. Klasens in november 1956 met een opgraving te Aboe Roasch te laten beginnen op een terrein, dat deze bij vorige gelegenheden bereids verkend had en waar hij de mogelijkheden van belangrijke vondsten aanwezig achtte. Door de politieke omstandigheden kon dit plan niet doorgaan en het tijdstip werd verschoven naar de eerste maanden van dit jaar. Nadat de internationale spanning verminderd was, vertrok dr. Klasens 21 januari naar Egypte. Zodra hij van de „Service des antiquites" de concessie had verkregen zijn opgravingen aan te vangen, toog hij aan het werk (14 februari) Ds. A. Deodato uit Rome besprak voor Leidse Waalse gemeente positie Valdenzer Kerk Dr. van Wijngaarden vertelde ons. dat toen het museum in 1818 door Koning Willem I werd opgericht, reeds direct de bedoeling had voorgezeten, dat deze in stelling opgravingen in het buitenland zou gaan doen. Oorspronkelijk was het museum gehuisvest in een particuliere woning, waar prof. Reuvens op last van Willem de Eerste alle materiaal op oud heidkundig gebied in Nederland aanwe zig. bijeenbracht. Dat de koning zelf zich bijzonder voor de oudheidkunde in teresseerde. blijkt wel uit diens op dracht aan marine-officieren om gedu rende vlootoefeningen waardevolle voor werpen naar Nederland mee te nemen. Toen in de jaren 18241825 een Ne derlands eskader in de Egeische Zee verbleef, deed kolonel Rottiers opgra vingen op het eiland Melos. waar hij antieke monumenten vond en mee naar Leiden bracht. Bij deze gelegen heid was hem bijna de Venus van Milo in handen gevallen, maar de Fransen waren hem juist iets voor. Nadat België zich in 1830 van Neder land had afgescheiden, waardoor de eco nomische toestand slechter werd. deed ons land niet meer mee aan buitenland se opgravingen, enkele incidentele ge vallen buiten beschouwing gelaten. Na de tweede wereldoorlog openbaarde zich een grote belangstelling voor de oude beschavingen van het Naburige Oosten en ook het Rijksmuseum voor Oudheden gevoelde behoefte om aan deze onder zoekingen mee te doen. Dit nu werd mogelijk gemaakt, primo door het feit dat sommige landen gaarne gebruik wilden maken van de medewerking van Nederlandse archeologen en secundo door de subsidies, die de Nederlandse organisatie voor Zuiver Wetenschappe lijk Onderzoek daarvoor beschikbaar stelde. Dr. Klasens. die thans de eerste bui tenlandse opgraving van het museum in Egypte leidt, vertoefde reeds vier op gravingsseizoenen achtereen in dit land. Hij nam toen op uitnodiging van de „Egypt Exploration Society" deel aan opgravingen te Sakkara. welke onder lei- rding stonden van prof. Emery. Het spreekt vanzelf, dat dr. Klasens zijn op- gravingswerk in Egypte gaarne wilde continueren, maar nu eens zelfstandig en uitgaande van het museum, waaraan BELANG VAN DE VONDSTEN TE ABOE ROASCH. Zoals ook reeds enige tijd geleden werd gemeld, heeft onze stadgenoot bij Aboe Roasch een grafveld uit de eerste dy nastie gevonden, dat is uit omstreeks 3200 vóór Christus. Onder de zeker 75 aangetroffen graven bevinden zich gra ven voor armen, waarin de dode, in een mat gewikkeld, werd neergelegd en gra ven van tegels, voorzien van magazijnen. De meeste graven waren geschonden, slechts een enkele bleek intact. De in houd werd voornamelijk gevormd door aardewerk van zeer goede kwaliteit. Daarnaast werd vaatwerk van albast aangetroffen. Dr. Klasens heeft zes typen van gra ven kunnen onderscheiden. Hij hoopt dit opgravingsseizoen zijn werk tot half april te kunnen voortzetten. Bij zijn arbeid wordt hij gesteund door zijn echtgenote, die als administratrice en secretaresse fungeert en voorts door de heer Van Veen, fotograaf en tekenaar van het mu seum. Bovendien heeft hij een twintig tal Egyptische arbeiders in dienst. De Egyptische pers toont voor deze opgraving de grootste interesse en onze stadgenoot is zelf voor het filmjournaal opgenomen. Aan het einde van het onderhoud vestigde dr. Van Wijngaarden er de aandacht op. dat deze opgraving van groot belang zou kunnen zijn voor onze kennis van het ontstaan en de vroegste ontwikkeling der Egyptische bescha ving. Op uitnodiging van de Waalse Her vormde Gemeente te Leiden hield gis teravond ds. A. Deodato, predikant der Valdenzer Kerk in Rome, in „Reho- both" een lezing over de toestand der protestantse kerken in Italië, in het bijzonder over de Valdenzer Kerk, die een leidende positie inneemt in het protestantse leven in dat land. Spreker zette uiteen, hoe de protes tanten na 1848, toen andersdenkenden dan rooms-katholieken burgerrecht had den verkregen, toch nog sléchts officieel „getolereerd" werden; een geleidelijke verbetering trad toen wel in, doch ze bleven blootgesteld aan de plagerijen en de eigenmachtige wetsuitleggingen der plaatselijke autoriteiten. Onder hët fascistisch bewind werden nieuwe voorschriften van kracht, die ogenschijnlijk verruimingen leken, doch in werkelijkheid valstrikken bleken te zijn, die nieuwe gelegenheid tot terreur verschaften. De Grondwet van 1948 had men ge dacht als een aanzienlijke vooruitgang; niettemin bleek deze door Jezuïtische Juristen niet als een wetswijziging, doch als een simpele programmawijziging te worden uitgelegd, totdat twee jaar ge leden het Constitutionele Hof ingreep, door aan andere kerken dan de Staats kerk de rechten te waarborgen, die haar krachtens de Grondwet toekwamen, waardoor de Valdenzer Kerk haar werk' zaamheden in vele richtingen heeft kun nen ontplooien, zoals de bouw van kerken, weeshuizen, scholen, tehuizen voor ouden van dagen, ziekenhuizen. Dit legt het huidige protestantisme in Italië een grote verantwoordelijkheid op, die aanzienlijke geldelijke offers eist, waar voor de Valdenzer Synode nog de steun van protestanten in andere landen nodig heeft. Op een totale bevolking van 40 mil joen zielen, telt Italië thans ongeveer 40.000 protestanten; ondanks tegenwer king van velen, die zich met de gods dienst vrijheid nog niet kunnen vereni gen, bouwt deze minderheid ijverig en met optimisme voort aan haar evange- liewerk. Tenslotte vertoonde ds. Deodato een serie lichtbeelden uit het zonnige Italië, in het bijzonder uit de schilderachtige, aan Frankrijk grenzende Valdenzer val leien. LEIDSCH STUDENTEN TONEEL Het Leidsch Studenten Toneel geeft op vrijdag 5 april in de Schouwburg on der regie van de heer Arend Hauer een gala-voorstelling van het toneelstuk „A kiss for Cinderella" van Sir James Bar rie. Dit stuk. dat zijn première voor Ne derland zal beleven, toont Cinderella als een Londens volksmeisje, dat gedurende de eerste wereldoorlog werkt in het huis van een nauwelijks begaafde schilder, die door zijn sprookjesverhalen in haar gedachten een fantastische wereld heeft opgeroepen. De dromen van Cinderella 7' n bet tegenwicht voor haar oorlogsbe staantje. In het tweede bedrijf wordt be. naieve dromenleven van dit meisje geschetst, waarbij een ballet als expres sief hulpmiddel wordt gehanteerd. Een liefde tussen een agent-, die beroepshal ve haar leven kwam binnen gegleden, en Cinderella, die lijdt aan een noodlottige tbc is de leidraad van dit met zoveel geest geschreven stuk. Het bestuur van het LST meende, dat het op de weg lag van het studententoneel om aan dit waardevolle werk ook in Nederland eni ge bekendheid te geven. In Den Haag zijn vier officieren I Den Haag. officier der eerste klas R. i van de Marva beëdigd door de com- M. Dommering. Van links naar mandant van de Marva-afdeling rechts de commandant en de nieuwe I oficieren derde klas R. Callenfeld. C. Neeb. E. v. d. Heide en A. C. L. Kan. 2500 pond wirvis in Rijn te Alphen uitgezet Gistermiddag is op initiatief van de Hengelaarsbond „Leiden en Omstreken" in de Rijn te Alphen, nabij het Aarka naal en de Damse Rijn een hoeveelheid van 2500 pond witvis en 100 pond snoek uitgezet, zulks ter bevordering van de viscultuur in het water van de henge laarsbond. Aanwezig hierbij waren de voorzitter van de Leidse Hengelaarsebond, de heer J. N. de Wit en de secretaris, de heer C. H. Wijkmans. DE NIEUWE TAAK VAN DE INTERN. VER. BELLAMY. Gisteravond hield de afdeling Leiden van de Internationale Vereniging Bel lamy in het Federatiehuis een bijeen komst. waar de landelijk voorzitter der vereniging .de heer J. J. Dik. een voor dracht hield over de nieuwe taak der I.V.B. Spreker wees er o.m. op. dat de Bellamyanen de broederschap één van de pijlers van hun ideaal in praktijk willen brengen door elkander te helpen en te steunen. Het apparaat in de vereniging, dat al de hieruit voort vloeiende activiteiten zal leiden is de Sociale Dienst der I.V.B. Deze dienst zal adviseren, bepaalde kwestie en pro blemen uitzoeken en behandelen .als mede bemiddeling verlenen in bepaalde gevallen. Zo wil de vereniging een ware gemeenschap worden, waar een ieder zich „thuis" kan voelen. Hierna zette de heer Dik uiteen, dat de I.V.B. naar buiten als één geheel de taak heeft dit ideaal te verwezenlijken. De huidige maatschappij, aldus spreker, verkeert in een overgangssituatie; wij maken het afsterven van de oude maat schappij en het ontstaan van de nieu we samenleving mede. Twee facetten doen dit probleem versnellen, nl.: het gebruik van de atoomenergie en de vol- automatisering. Deze feiten zullen de huidige maatschappij fundamenteel wij zigen. hetgeen öf met veel leed en lij den gepaard zal gaan. öf zonder dat. Maar dan zal ook het inzicht zich moe ten wijzigen! De I.V.B. wil dat thans doen. daar waar dit het meeste zin heeft. nl. in de wetgevende organen van ons land. Zij wil op deze wijze bij dragen de omwenteling, waarin mens en maatschappij zich in deze tijd be vinden, zo veel mogelijk zonder leed en ellende te doen verlopen. Onze stadgenoot de heer J- Vos slaagde aan de Technische Hogeschool te Delft voor het kandidaatsexamen voor civiel-ingenieur. Bij beschikking van de staatssecre taris van Sociale Zaken is als lid van het bestuur van de Bedrijfsvereniging voor Ongevallenverzekering voor de Zuivelindustrie als werknemersverte genwoordiger aangewezen de heer A. Geurts. alhier. Burgemeester eofé uitgewerkt SJOUWER KRIJGT 3 WEKEN VOORWAARDELIJK (Van onze Haagse redactie) Een 40-jarige sjouwer uit Zwijndrecht die op Koninginnedag 1955 samen met een grote groep feestgangers de Zwijndreclitse burgemeester een café aan de Ringdijk heeft uitgezet, is door het Haagse Gereehtshof ter zake van het „door geweld een amb tenaar dwingen tot het nalaten van een rechtmatige ambtsverrichting" veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 weken met een proeftijd van 2 jaar. Zoals bekend was de burgemeester het stampvolle café binnengegaan om orde te scheppen. Het publiek was het met zijn manier van optreden niet eens en drong hem weer naar buiten. Later kwam de burgemeester met twee politie mannen terug, waarop een wilde vecht partij ontstond. De Rotterdamse politie rechter had de sjouwer destijds wegens opzettelijke geweldpleging tegen de burgemeester veroordeeld tot een on voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 weken, van welk vonnis de verdachte in hoger beroep was gegaan bij het Haagse Gerechtshof. De „Waterman" had aanvaring Geen gevaar, schip keert terug naar Rotterdam (Van onze correspondent) Vanmorgen omstreeks 11 uur is het emigrantenschip Waterman met 812 passagiers (emigranten)zo als wij op pagina 1 in het kort mel den, op weg naar Canada op de Atlantische Oceaan in aanvaring gekomen met het Italiaanse schip „Merit" De "Waterman kreeg een groot gat aan bakboord in het ach terschip boven de waterlijn. Aan boord is alles wel en het weer is goed. De gezagvoerder seinde dat er geen gevaar is en dat hij terugkeert naar Rotterdam. De aanvaring Is, naar uit een later ontvangen telegram blijkt, tijdens een dichte mist ontstaan. De Waterman bevond zich toen op 566 mijl ten wes ten van de Scilly-eilanden. Er ont stond een groot gat aan bakboord van het achterschip, waardoor de tim mermanswerkplaats en de motorkamer van de elektricienswerkplaats werden opengescheurd. De passagiers, onder wie 312 Hongaren, behielden hun kalmte. Daar het weer goed is. is er van ge vaar voor de opvarenden geen sprake. De schade is echter zo ernstig, dat ka pitein J. C. Flagh besloot direct naar Rotterdam terug te keren. Een Shackleton-vliegtuig van de R A F. wordt op een vliegveld in Corn wall gereed gehouden om eventueel hulp te verlenen. De „Merit" is een schip van 7174 ton en hoort te Genua thuis. De Waterman is een regeringsschip, in beheer bij de Kon. Rotterdamsche Lloyd. Het schip maakt echter nu een reis met emigran ten naar Canada in charter voor de Holland-Amerika Lijn. Het is maandag van de Wilhelminakade te Rotterdam vertrokken. De „Merit" heeft later geseind, dat ook daar alles wel aan boord is. Het schip verkeert niet in gevaar. Met auto ingereden op jachtopziener (Speciale berichtgeving) Een maand gevangenisstraf heeft gisteren de politierechter te Zutfen opgelegd aan een 36-jarige koopman uit Epe, wegens poging tot doodslag. Op tweede kerstdag van het vorig jaar had hij het stopteken van een jacht opziener genegeerd en was pardoes op hem ingereden, zodat de man te nau wer nood het vege lijf kon redden. Verdachte ontkende de jachtopziener te hebben opgemerkt en werd in deze gesteund door de man die naast hem had gezeten. De politierechter achtte dit, gezien ook verklaringen van de jacht opziener volkomen ongeloofwaardig. Verdachte, aldus de rechter staat be kend als iemand die herhaaldelijk met het gezag overhoop ligt. Hij heeft een maand in voorarrest gezeten. OEGSTGEEST FILMVOORSTELLING IN „ENDEGEEST". Na een gevarieerd voorprogramma werd gisteravond in de recreatiezaal van „Endegeest" een vrolijke film gedraaid, getiteld „Dikhuiden". Deze gezellige amusementsfilm speelt in het Ameri kaanse stadje Carterville. alwaar de fa milie van dr. Tibbitt (Olivier Hardy) woont. Deze wordt bij een stervende pa tiënt geroepen (deze patiënt blijkt een olifant te zijn) en hoewel de brave dokter verontwaardigd is, helpt hij het dier. De olifant is zyn redder zó dank baar dat hij deze overal volgt en in de meest onmogelijke situaties brengt. In het gezin van de dokter speelt zich ook nog een liefdesgeschiedenis af. Voordat de dokter zijn volgeling kwijt raakt en de geliefden trouwen hadden nog vele lachwekkende gebeurtenissen plaats. BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN GEBOREN. Jan Anthony zn. van J. A. Hullser en A. Visser; Ivonne Geertrulda Maria. dr. van H. J. Steenbergen en M. C. l'Aml; Elisabeth Anne ,dr. van D. N. Hüpscher en A. D. Post; Abraham, zn. van A Jan- se en S. Xarreman; Marlies Yvette. dr. van P. F. Bongers en M. Mingelen; Jan Dirk, zn. van J .D. de Wit en J. van Dorp: Maria Johanna, dr. van J. J. Regeer en W. van Rijn; Antonle Lambertus, zn. van A. L. Deegenaars en E. H. Zwanenburg; Krijna Anna Margaretha. dr. van C. Var- kevlsser en J. Hellenberg; Marianne, dr. van M. A. H. W. Schöttelndrelër en E. H. Prillwitz; Renée Elisabeth, dr. van J P. van der Linden en M. C. Byieveld; Wil lem, an, van C. Noort en M. C. van Elk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 3