IN KAMER EN TUIN Eens dacht men: „de ten wereld onder" gaat vermoedelijk .VOGELBEZOEK OP HET WINTERVOER D' ZATERDAG 19 JANUARI WEKELIJKS BIJVOEGSEL PAGINA 2 Bewogen Leven 8 Mei 1774: een vreselijke catastrofe? EISE EISINGA BOUWDE ZIJN PLANETARIUM Kijkjes in de Natuur W1 Sansevieria 's of Vrouwentongen MALLE GEVALLEN Vroeger plachten de mensen naar de sterren te kijken. Babylon was vol van „sterre- wichelaars". Daar boven ons, volgens de leer der Ouden, speelde zich het ganse menselijke leven af. Onze huidige astronomie werkt nog met honderden namen en begrippen aan de Ouden ontleend. Toen de zon in het teken: STIER stond, vereerden de mensen de stier als een god. De mytrasdienst is een stierendienst. God Mytras doodde de stier en uit het bloed kwam het nieuwe leven. De afbeeldingen uit die tijd. waarop wij Mytras de stier zien doden, behelzen ook andere dieren dan de. stier. De hond likte het bloed op en de kreeft heeft weer een andere taak. De Egvptenaren kenden de heilige stier: Apis, die met veel plechtigheden werd bijgezet na zijn dood. en de Griekse god Zeus zal oorspronkelijk ook wel een stier geweest zijn. Maar na ongeveer twee duizend jaren komt de zon in een ander teken van de dierenriem en zo volgde na de tijd van de heilige stier, de tijd van de RAM. Abraham offerde in plaats van zijn zoon een ram. De Joden stre ken toen zij in Egypte waren, bloed van een lam aan de dorpel van hun deur. opdat een der plagen hun niet teis teren zou. Zo bleef hun eerstgeboren zoon in leven. In de maand Nisan. dat was de maand waarin het Joodse paasfeest viel. tevens de maand waarin toen het lente punt lag. aten ae Joden het paaslam. HET lijden van het Lam Gods. Christus, viel omtrent Pasen. De zon verliet ongeveer tijdens Christus' geboorte de Ram en kwam in de VISSEN. Ongeveer in het jaar twee duizend zal de zon in de WATERMAN staan en de astrologen denken dat dit het tijdperk zal worden van VREDE OP AARDE. De moderne mens van heden Iet niet meer op de loop der sterren. Hij gelooft niet meer dat zijn lot ook maar Iets te maken heeft met die wereld van miljarden hemel lichamen boven hem. Wanneer er zich aan de hemel een vreemd verschijnsel voordoet, dan deert hem dat weinig meer. Wat een komeet is weet hij immers: Dat is een ster met een staart. Hij valt niet meer voorover op de aarde, van angst, als de zon of maan tijdelijk verdwijnt. Hij weet dat alles weer „sal reg kom". En tóch.'de mens sterft als mens nooit helenjaal af. Diep in ons zelf blijft de verwondering, het ontzag en de vrees als er buitengewone verschijnselen zich boven ons voltrekkenVliegende schijven! T N het jaar 1774. dus nog geen twee eeuwen geleden. 1 werden ook ln Nederland, plotseling duizenden mensen A bevangen door vrees dat de wereld zou vergaan Wat was daartoe de aanleiding? In dat jaar zou er een samenstand (conjunctie) van de planeten Mercurius. Ve nus. Mars en Jupiter, met de maan zijn in het sterrebeeld de Ram. Dit zou gebeuren op de 8ste mei En op de 9e april verscheen er in de ..Leeuwarder Courant" een ad vertentie dat er binnenkort een boek verschijnen zou over de vermoedelijke ondergang der wereld! Die planeten zouden tegen elkaar botsen, waardoor er van de aarde niets zou overblijven dan wat zwerfblokken In allerijl werden er boeteliederen gedicht, gezongen in de straten Berouw »n boete, dat was het enige waaraan de mens nog had 'e denken Weldra zou het te laat zijn! Velen werden aangegrepen door een paniek. De Overheid moest ingrijpen. RUIM een week later verscheen er in dezelfde krant een geruststellende mededeling van de regering, waarbij echter tegelijk het drukken en zingen van boeteliederen verboden werd Liedjeszangers verdwenen tijdelijk achter slot en gren del. De uitgave van het geannonceerde boekje werd ver boden. Na de 8e mei mocht dit ongestoord gebeuren' Maar in de stad bleef het onrustig en met bonzend hart verwachtten velen de zwarte dag. In het Friesch Museum is nog een prent waard]* wij de Leeuwarders buiten de stadswallen zien kamperen Met verrekijkers zoeken zij de lucht af En wij hebben geen enkele reden om aan te nemen dat de gemoederen in andere steden rustiger zouden zijn geweest Eens had een ster de wijzen de weg gewezen naar dc redding der wereld: Christus. Nu zou weldra aan de hemel het teken komen dat het Einde nabij was DE 8ste mei was een zondag, en even voor het opgaan der zon zou de vreselijke catastrofe plaats hebben Wélk een spanning moet er in de mensen geweest zijn. Had anders de Overheid zo krachtig ingegrepen? Het feit dat er in periodieken weinig melding van gemaakt is. zegt op zichzelf heel weinig. De vreselijke angsten om trent liet jaar duizend vindt men ook niet terug in de kronieken uit die dagen Toen het allereerste daglicht de sterren deed verbleken, stonden in het sterrebeeld de Ram héél duidelijk vier grote karbonkels te schitteren, dicht bij de maan. De weerschijn van de lichter wordende oosterhemel viel op de dauw van de Friese weiden, op de mensen, die daar bleek en kouwelijk naar de hemel staarden, in grote spanning. TEMIDDEN van hen was een man van omstreeks dertig jaren, die ook het verschijnsel bestudeerde, doch met andere ogen. Hij was een eenvoudige wol kammer uit Franeker. die elk uur van ziin vrije tijd besteed had aan de bestudering van hemellichamen. De vrees die de mensen om hem bevangen had, ont roerde hem en daarom nam hij het besluit om in de kamer van zijn huis een planetarium te bouwen, opdat men voortaan tegen deze angst gevrijwaard zou zijn. Men kon dan zien wat een conjunctie was! Zes bijna cirkelvormige sleuven zou hij maken in zijn zoldering. Voor elke planeet een. In elke sleuf zou hij een beweegbaar balletje aanbrengen. Ook moest er een sleuf komen voor de zon. Een machine zou al die balletjes in beweging moeten brengen. Dat was geen eenvoudige op gave. Maar mensen uit vorig© eeuwen hadden de tijd ZEVEN jaren trok hij uit voor deze arbeid, die in zijn vrije tijd moest worden volbracht. Eise Eisinga. zo was zijn naam. volbracht het binnen die tijd. Hij bouwde zijn planetarium in zijn huis ,.De Ooyevaar" te Franeker. Door middel van een slingeruurwerk werd alles in be weging gebracht. Die slinger kwam in de bedstede, en we kunnen ons wel voorstellen dat zijn vrouw. Pietje Jacobs, dit niet prettig vond. omdat die slinger zo heel erg lang was. Om haar een genoegen te doen heeft hij dan ook later de slinger verkort, wat slechts ging na 'zeer inge wikkelde berekeningen. Eise Eisinga heeft aldus mee willen bouwen aan de opvoeding der mensen en wij, die dit alles op ons in laten werken, staan verbaasd over wat een mens bereiken kan die gegrepen is door een „Idee"! In vier jaar tijds volbracht hij deze*kolossale arbeid. REIN BROUWER ROND de jaarwisseling, toen het erop leek, dat de winter zfjn In trede had gedaan, hebben we alvast een voorproefje gehad van wat ona ln het eerste kwartaal van 1957 te wachten staat. Een stufbevroren tuin en armieterige struiken en plan ten, die er bijstonden als ter dood ver oordeelden, een koude wind, die in een rondedans de laatste dorre bladeren achterna zat en natuurlijk de honge rende vogels. Ze waren me juist iets te vroeg gekomen, ik zou ook kunnen zeggen, dat ik te laat was. want mijn nieuwe voedertafel was nog in de maak, dus moesten de bedelaars op andere wijze worden geholpen. Want, daar gaat niets van af. helpen moeten we ze. al was het alleen al om het genoegen, dat die wintervoedering ver sohaft aan de liefhebber, die, veilig in zyn warme huiskamer gezeten, het gedoe aan de andere zijde van zijn ramen op zijn gemak kan bekijken. Wie anders omstreeks oud en nieuw in een milde stemming van „Vrede op aarde" zo'n troepje hongerlijders op het voederplaatsje aandachtig obser veert bemerkt al gauw, dat het onder die lieve diertjes allerminst vrede is. Neem nu bijvoorbeeld zo'n dikke ronde merel, die zich zodra hij tussen de verkruimelde pinda's en kaasbrok jes is neergestreken, onmiddellijk ge draagt alsof hij het monopolie bezit op alles, wat er aan eetbaars om hem heen ligt gestrooid, nog wel in zo'n hoe veelheid, dat hij het nog in geen dagen alleen op zou kunnen. Vrede op aarde, jawel, dat is goed voor de mensen, maar ik, de merel, die hier in deze tuin ben grootgebracht, ik, die alle hoekjes en gaatjes ken en alle blaadjes in de tuin in eigen per soon heb omgekeerd, ik ben baas over de pinda's, de kaas en het universeel voeren als een van de bruine onder kruipsels, die mussendaar neemt hij al een spurt naar de dichtsbyzijnde bedelaar, die de venijnige snavelpik niet afwacht. Die mussen zijn net als vliegen in de zomer. Terwijl de ene mus wordt af gepoeierd, dribbelen er twee. drie bru taaltjes met een boogje naai- het voer en nemen snel hun deel, ondanks de actieve merel. Opmerkelijk is de instinctieve waak zaamheid van zulke gewone vogels als mussen zijn. Dat verklaart misschien de hardnekkigheid, waarmee deze veel vervolgde vogelsoort zich weet staande te houden ln een wereld, die voor hen vol gevaar is. Snel als de wind komen ze op het voer, bij ieder korreltje, dat hun rappe snavel weet te pikken, kijken ze op, bij het minste vermeende onraad drukken ze zich even plat op A -<!«« de grond, gereed voor een plotselinge vluoht en dan gaan ze weer door. gretig en haastig. Ergens, een heel eind verder, slaat er een deur en prrr! het hele stel roetsjt in de struiken, in afwachting van de volgende race. De merel niet. Die zit even stil en gaat meteen door met zijn maaltijd. Kamerplanten worden over het al gemeen niet per blad verkocht, doch deze vormt hierop toch een uitzonde ring: de Sansevieria wordt wel degelijk per blad verkocht en erg goedkoop kan die plant dus niet zijn. Het is echter ook iets bijzonders en vooral in een modern interieur zal men er veel ple zier van hebben. Hetgeen overigens helemaal niet wil zeggen, dat ze in andere minder moderne vertrekken niet te kweken zou zijn. Er zijn ver schillende soorten, doch Sansevieria tri fascia ta met de bonte bladeren wordt over het algemeen toch wel het mooist gevonden. Voort-kweken van deze mooie plant is mogelijk door middel van stekken en daarmee is in het vroege voorjaar binnenshuis heus wel succes te bereiken. Indien volwassen bladeren in stukken van ongeveer tien centime ter gesneden worden, zullen die in een potje met zanderige bloemistengrond vrij spoedig wortels vormen, doch daarna komt de grote teleurstelling: de jonge blaadjes, clie dan later te voorschijn komen, hebben die bonte zo gewaardeerde bladrand verloren en die komt niet meer terug ook. Hoe dat allemaal komt zou ik u kunnen ver tellen. doch misschien is het beter u er even óp te wijzen, dat die bonte blad rand wel behouden kan blijven doch middel van stekken, doch door aan moet men nigt voortkweken door scheuren. Vroeg in het voorjaar kan men een volgroeide en breed uit ge groeide plant uit de pot nemen en dan kan men haar in stukken verdelen; elk deel moet dan echter een paar blade ren en wortels hebben, want vooral op dit laatste komt het aan. De meeste Sansevieria's gaan dood omdat men er zich geen rekenschap van geeft, dat men met een vetplant te doen heeft. De plant kan 's-zomers heus wel veel water hebben, dooh 's-winters moet u met gieten voor zichtig zijn Dan krijgt ze dus maar water bij mondjesmaat. Ook sterven vele van deze planten, omdat ze in de winter te koud staan: te veel water en een koude standplaats kunnen haar dus veel kwaad doen. Wanneer verpot ten nodig is, doet U dat niet in deze tijd van het jaar. doch liever tegen het voorjaar en geef haar dan de bekende bloemistengrond: doe er dan nog een extra portie metselzand doorheen en zorg er voor. dat onder in de pot wat scherfjes komen. Als de plant eenmaal aan de volle zon gewend is, kan ze zomer en winter in een vensterbank op het zuiden gekweekt worden en begin er dan nu reeds meer haar op zo'n zonnig plekje te plaatsen Sanse vieria's al behoren ze dan ook tot de vetplanten weten wat extra voe ding heus wei te waarderen en het is dus nuttig hen tegen maart wekelijks of om de veertien dagen een weinig opgeloste kamerplan tenkunstmest te geven. G. Kromdojk. jongens op behoorlijke afstand even. zitten te vergaderen. Van de kou staan z'n veertjes wijd uit en die geven het kleine ding een grappig voorkomen. Het is net een olijfbruin bolletje op twee naalden gestoken. Die naam roodborst lijkt ook helemaal naar niets. Hoe kan iemand die roestbruine keel- vlek nu toch rood noemen! INTERVOGELS hebben vaak meer hinder van dorst dan van honger. Ik zie ze zitten op het vijvertje, waar ze een beetje doelloos op het ijs rondpikken. Wacht jongens, een ogenblikje. Hupsa! daar gaat de troep en ziet op veilige afstand toe, hoe ik een open plek hak ln het Ijs. Ziezo en nu maar neerstrijken, snavel indopen, kopje achterover en meteen gauw rondloeren, nog eens en weer tot de dorst is gelest en een nieuwe 'aanval op het voer wordt ondernomen. Het weer is grimmiger geworden en de tuin nog onherbergzamer. Nu wordt het moeilijk, speciaal voor de insecten - etertjes onder de vogels. Daar Is er al een, die zich waagt vlak bij de tuindeuren. Een roodborst, fijne en sierlijke verschijning tussen het gro vere vogelvolk. Zijn pootjes zijn heel dun, het snaveltje is fijn, het hele diertje is rank en licht, het moet nau welijks gewicht hebben. Het waagt zich alleen op de voederplaats, als de zware AAR hebben we onze mezen ook. Nu wordt het pas goed, nu komt er leven in de brouwerij. Tsjiet! daar zit er een op de drooglijn, of liever hij hangt eraan, tsjiet! daar is nummer twee, ook al zo'n groengele acrobaat met zwarte pet en witte wangen. Mezen zoeken het liefst hun voedsel op de bomen, waar ze Insecteneitjes of pop pen achter de schors vandaan peuteren met hun ongelooflijk snelle bekjes. Als je een poosje naar zo'n vogeltje zit te kijken, vraag Je je af, hoe er in zo'n dotje veren zoveel energie kan zitten en zoveel bruisende levenslust. Als het erg gaat spannen, komen ze ook op de grond, om er hun maaltje te pikken tussen de merels, de mussen en de vinken, die in hun mooiste pak ook al van de partij zijn. Maar je kunt zien, dat die mezen eigenlijk geen grondvogels zijn. Ze zijn echt gebouwd voor trapezewerk, ze moeten aan zwiepende takjes bengelen, dan prrr! bliksemsnel rondom een boomstam cirkelen, waarbij ze voort durend, naar elkaar seinend, het con tact bewaren, ze moeten alles onder zoeken. Alles! tot zelfs ons leegstaande vogelhok, waarin er o schrik! op een ogenblik twee tegelijk verzeild raken. Waarschijnlijk heeft het scherpe mezenoog er nog iets eetbaars ontdekt en daar hebben ze zich dan zelf ge vangen gezet, hoewel de open deur toch uitnodigend genoeg is. Bij hun nerveuse gefladder tegen het gaas wordt het me op het laatst groen en geel en wit voor de ogen, maar dat duurt maar even en dan hebben de gewiekste kereltjes zelf de uitgang ont dekt. „Nee", zeg ik dan bij mezelf, „mezen in een kooi? Geef mij maar zo'n stel letje wilde scharrelaars op het winter- voer!" Naschrift: Ons vijvertje is beslist niet zo groot als dat van de tekening! SJOUKE VAN DER ZEE. Om zijn achtste infanteriedivisie „een goed figuur'- te laten maken wan neer zij naar Duitsland zal worden gestuurd, heeft generaal-majoor Watington te Colorado (Ver. St.) maatregelen getroffen. Hij heeft 20 van zijn mannen gestraft omdat zij zijn bevel niet hadden opgevolgd hun lichaamsgewicht drastisch te verminderen. De generaal is van mening, dat ongeveer 1200 van zijn 25000 manschappen veel te dik zijn. Achthonderd van hen hebben reeds door dieet hun omvang tot de door de generaal gewenste proporties weten terug te brengen. Giuseppe Zanucolli in Catania (Italië) zat net lekker m een klapstoel van de plaatselijke bioscoop, toen hij aan de telefoon werd geroepen. Een onbekende stem zei hem: „Gaat. U naar de Plaza, daar vindt U uw gestolen auto terug". Giuseppe liet de film de film en snelde naar de hem opgegeven plaats, waar inder daad zijn auto stond. De dieven waren nog heren ook. want in het voertuig hadden zij een haan en zes kippen achter gelaten. Wanneer U binnenkort in Milaan komt, moet U beslist die ene taxi nemen waarin men louter voor zijn genoegen zit. Het voertuig wordt bestuurd door Lina Canuto, een aantrekkelijke vrouw van 34 jaar. Voordien was zij strijkster, maar zij kreeg genoeg van dat wanne baan tje. Nu bezit ze een vergunning om in een taxi te rijden, de eerste die in Italië aan een vrouw werd gege ven. Lina is echter niet dr> enige attractie in de auto. Zij heeft bloe men in Jiet wagentje geplaatst. Er zijn ook kranten en geïllustreerde bladen aanwezig. Om de ergste honger te stillen bevinden zich snoepjes op schaaltjes, die zijn aan gebracht tegen de binnenkant van de portieren. Heren die een af spraakje hebben, kunnen zich bo vendien bedienen van een sproeier met parfum. Krijgen de klanten ook Lina's glimlach gratis? Natuur lijk, maar dan alleen in het achter- uitkijk spiegeltje....

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1957 | | pagina 12