beerdam
In de wonderwereld van
Zwijgende^ werk
ers
woedende ovens
De verovering van
de diepzee
tinkelend kriótal
o ontótaat Wet
mM^m
'*l
Het oog meet terwijl de
schaar van de taaie spijs
een propje knipt voor he»
been.
T\E FRANSEN hebben zich steeds sterk
geïnteresseerd voor het diepzee-
onderzoek. Het begon waarlijk niet
met Jules Verne, die de onsterfelijke ka
pitein Nemo schiep, en het zal waarlijk
niet eindigen met de mannen van de
Franse marine, Houot en Wlllm, die met
de bathysfeer eerbiedwaardige diepten
hebben bereikt en daarvan op een zeer
spannende manier wisten te vertellen.
In zijn boek De verovering
van de diepzee, dat als onder
titel draagt ..Van Nautilus tot bathysfeer"
vertelt de Franse schrijver Pierre de La-
til van de verschillende episoden in de
verwezenlijking van een der oudste dro
men van de mens: het onderzoek van de
bodem der zee. Men ontmoet in dit boek
de bekende personen en figuren, die als
wegbereiders voor de onderzeeërs kun
nen gelden, o.a. de Duitser Bauer, die in
het midden van de vorige eeuw een vrij
bruikbare ..zeeduiker" construeerde Het
Is nog wonderlijk, dat men toestellen als
duikerklokken wist te bouwen In een
tijd, waarin men feitelijk onkundig was
van de samenstelling van de lucht, zo
dat men aanvankelijk niet eens begreep,
waarom de mens slechts enkele uren in
zo'n duikerklok kon verblijven.
Interessant is zijn beschrijving van het
vrije duiken, een zeer gevaarlijke sport,
omdat door zekere chemische reacties
de mens zijn zelf-controle kan kwntra
ken. Veel aandacht besteedt De I.atil
ook aan de diepzee-onderzoekingen met
vangapparaten, waarbij het aardig Is te
lezen, hoe Jules Verne bij het schrijven
van zijn „20.000 Mijlen onder zee" met de
resultaten van de jongste onderzoekin
gen in zijn tijd rekening hield.
Ten slotte behandelt de Latil de nieuw
ste pogingen, doch deze zijn door Houot
en Wlllm zelf uitvoeriger beschreven dan
In dit algemeen oriënterende boek het
geval kon zijn Louis Knuvelder heeft de
vertaling verzorgd. Waarom hij op pag.
171 schrijft dat hoe harder water wordt
samengeperst, des te groter haar dicht
heid wordt, ontgaat ons.
Uitgave C. de Boer, Amsterdam. 6.90),
V
LLE BEWEGINGEN HEBBEN
een sierlijkheid, die gestold zal
worden vastgehouden door het
gerede wijnglas. Het werk van
de handen lijkt een klein ballet.
Het begint als een ernstig bellen blazen. Een
geluid als van duizend steekvlammen omgeeft
de donkere ovens, waarbij de mannen in zwij
gend samenwerken bezig zijn, achteloos ge
kleed in open sporthemd en opgerolde mouwen.
Achter de wand van steen weet men de kuip tot
berstens vol met vloeibaar glas. Wij bezoekers
stappen achterwaarts, als de man met de blaaspijp op de voetplaat
komt en de ovenmond zich opent met verzengende adem. Een luik naar
de hellegloed, waardoor de man behendig zijn metalen buis in de dui
velse spijs steekt.
«Voorzichtig en gelijkin*-
g moet geblazen worden,
anders springt het glas.
Bet is een kweetle van ge
lijktijdig Inademen door de
Deus, zodat de druk In de
Romantisch
begin
Boven: Hannes den Hartog. een mees
ter in het glasblazen, drukt de weke bel
aan de blaaspijp op een ijzeren plaat in
het door de kunstenaar gewenste model.
Dit wordt een kostbaar unicum.
.-rt
-
f, -.tv:
Links: Van de „hellewagen" af wordt
de kuip vol vloeibaar glas van meer dan
duizend graden hitte in de opengebroken
oven gebracht. Een karwei voor door
natte „vuurvreters"
fabriek. De tijd, dat vreemdelingen ge
weerd werden als gold het atoomgeheimen,
kan de heer Copier zich nog heugen, die
geen toegang kreeg toen hij lang geleden
eens een kijkje wilde nemen bij zijn
Venetiaanse collega's in Murano. Nu zijn
de meeste finesses van het werk gemeen
goed, maar niet de aanleg en het vakman
schap. In het museum staan enkele voor
werpen, die door geen glasblazer van than>
aleer gemaakt kunnen worden.
Niet alleen de stijlwil van hun tijd heb-
oen de kunstenaars in het glas doen vast
leggen; onbewust weerspiegelen de schep
pingen ook iets van hun persoonlijkheid.
De materie verrijkend met een wemeling
van kleuren, gaf Lannooy zijn vazen een
ceramisch karakter en een vaas van Frank
Lloyd Wright heeft de constructieve strak
beid van een metalen voorwerp Men ziel
bier De Bazel van een vrijelijk bedachte
vorm, die technische moeilijkheden gaf en
onpraktische produkten opleverde, naar de
uiterste eenvoud groeien.
slaan. De heel grote, zware flessen wor
den niet meer geblazen.
De man blaast en zwaait dan de pijp
met een welbeheerst gebaar. Het glas zakt
uit tot een hete traan die, ln een ijzeren
vorm gestoken, tot een bel geblazen wordt:
de kelk van het glas. Voortdurend rolt de
buis tussen de handen van de blazer, tot
de kelk heel de vorm vult en als een nieu
we vrucht aan ijzeren tak door de glas
maker in ontvangst wordt genomen. Deze
gaat het glas op de been brengen.
Een jonge „keier" heeft inmiddels wij
zagen de vulkaanmond hel openflitsen
aan een staaf een vurige druppel alt de
oven geplakt en laat deze uitzakken tegen
de onderzijde van de kelk. Zonder aarze
len knijpt de glasmaker*er met zijn grote
schaar zoveel af als hij nodig weet te heb
ben en trekt van dat taaie bolletje het
been aan de kelk. Weer komt de keier met
een druppel spijs. De glasmaker houdt
met een draaiende beweging de weke kelk
in model en knipt wat vloeibaar glas voor
het voetje. Een snelle kerf en een tik te
gen de pijp bevrijden het wijnglas van de
blaasbuis. Een indrager, die woordeloos te
rechter tijd naast hem staat, brengt het
naar de koeloven. De keier smeert een
restant van de spijs op zijn staaf af tegen
de wand van een ijzeren afvalbak, die zich
vult met grillige glasstalaotieten.
Maar ln de fabriek is meer werk, dat
stalen zenuwen dan stalen spieren vereist.
Met onverflauwende aandacht volgt door
het kijkglas de zandstraalartiest het werk,
dat zijn hand in de gesloten straalkamer
verricht aan een raam, dat ergens een ju
bileum moet gaan bezingen. De fraaie
tekening die hij ln het glas uitdiept, is
ontworpen door in het bedrijf geschoolde
kunstenaars, evenals de eenvoudige sier
motieven, die door jonge ipeisjes met rou-
tinegebaren tegen de draaiende steen wor
den geslepen, in de huid van wijnkelkjes
en compöteschalen.
Glaskunstenaars van naam zijn voort
gekomen uit de school van A. D. Copier,
die zelf op ongewone wijze de eigenschap
pen van industriële leider en kunstenaar
in zich weet te verenigen. Jonge mensen
kregen van hem een opleiding, die in veel
opzichten overeenkomt met die aan een
academie voor beeldende kunsten en die
uitliep in een specialisatie op het glas. Zo
leerde Floris Meydam de aard van het glas
verstaan en in zijn unica de vormen eer
biedigen, die als organisch gegroeid moe
ten zijn uit het materiaal. En Willem
Heesen leerde spelen met vormen op een
vlak, dat aan het oog zich als ruimte voor
wil doen. Voor een nieuwe cursus zijn op
het ogenblik niet genoeg gegadigden!
Vroeger strikt geheim
OOK kunstenaars van buiten het be
drijf worden getrokken door dit tere
wonder uit simpele stoffen als zand
en menie en zij zien de vormen hunner
fantasie leven ingeblazen door de adem
van Leerdamse vaklui. Al dertig jaren ge
leden nam men in deze fabriek de kunst
zinnige verheffing van de produktie ter
harte. Kunstenaars, onder wie beroemde
architecten, gingen vazen en serviezen
ontwerpen. In het stemmige nationale
glasmuseum, niet ver van de fabriek, ziet
men resultaten van die vernieuwing naast
glaskunst alt tal van andere landen en uit
vele tijden, van de Romeinse oudheid af.
Dit museum, uniek in Europa, trekt vele
bezoekers, soms wel 200 per dag, die te
voren gastvrij zijn rondgeleid door de
werd opgeheven. Onder de vluchtelingen,
die in ons land de vrijheid zochten, waren
ook glasmakers. Die spraken van „ceuil-
Ur", als zij een gloeiend propje uit de oven
plukten. „Keien" heet dat nu nog In de
fabriek en ook dat is een werkje, waarbij
men zijn beurt heeft af te wachten.
De beste blazers van nu waren eens de
kinderen, die hun vader ln de fabriek een
handje hielpen om het weekloon groter te
maken dan de dorst. Immens was toen de
hitte voor de ouderwetse ovens en groot
was de dorst, die een twaalfurige werkdag
lang werd bestreden met bier uit de tap
perij van de werkplaats, waarin een groot
deel van het weekloon verdronk. Nu is
er gratis gerstewater zonder alcohol, maar
alleen op hete zomerdagen taalt iemand
ernaar.
De helletvagen
OUDERWETS gaat het er nog toe, als
een voorverwarmde kuip met glas-
spijs per „beliewagen" naar de open
gebroken oven moet worden gebracht. Dit
Is een geliefd, want stoer en extra beloond
karwei voor een groep „vuurvreters", die
in gewicht gelijk moet zijn aan de zinde
rende kuip, om de wagen in evenwicht te
houden. In oude lompen gekleed, met drie
doorweekte hoeden op, gooien de mannen
emmers water over elkaar uit. De spieren
spannen zich en uiterst voorzichtig rolt
de gevaarlijke last de oven in. Tegen dat
die weer kan worden dichtgemetseld, zijn
de vuurvreters kurkdroog door de hitte.
Materiaal met eigen wil
WANT wel kan men bijna alles doen
met glas, maar wie de eigen wil
van het materiaal geweld aan
doet, wordt onherroepelijk gestraft. Van
tijdeloze schoonheid zijn de reine vormen
van vroeger en thans, terwijl geforceerde
ingewikkeldheden genadeloos verouderd
blijken. Geen wonder, dat industriële
vormgeving hier ging bloeien, vóór die
term tot modewoord werd. Zo vornit ook
het glas de kunstenaars, die er mee om
gaan. En dit verklaart weer die merk
waardige „Glashof", het recreatiecen
trum van het bedrijf.
Uit niet meer dan een oud stuk fabriek
heeft men een schouwburg gewrocht,
voorbeeldig geoutilleerd en gesierd met
speels vernuft en verfijnde smaak uit
eerlijke, onverbloemde materialen. Daar
is al dadelijk de verrassende muur uit
in beton gevatte groene flessen bij de
ingang en in de tentoonstellingszaal lij
ken de modernste schilderijen eindelijk
thuis, op de ruwgemetselde oude muur.
Een dag lang hebben wij ons opgehou
den op dit zakelijke fabriekscomplex,
waaruit zoveel fragiele schoonheid komt
en toen wij terugkeerden uit het stille
Leerdam hadden wij geleerd, dat dit
alles niet voortkomt uit iets doèn, maar
uit Iets zijn. Er staan veel vernuftige
machines in de glasfabriek, maar niette
min draagt het glaswerk op uw tafel het
stempel van persóónlijkheden; van man
nen die denken in glas en van arbeiders,
wier bewegingen door de tnebt van eén
jarenlange scholing de klare harmonieën
teweegbrengen, die het oog strelen, dat
nadenkend een glas beschouwt.
EEN stroperig klompje vuur zet zich
erop af en wordt door de blazer over
een ijzeren plaat gerold. Terwijl de
ovenmond zich donker sluit, blaast de man
lets van zijn adem in het gloeiende rolletje
glas. Het is een slag, zoals het aanblazen
van een fluit een slag Is. Wij zien geen
aderen zwellen op zijn voorhoofd, maar
de wangen bollen zich. Vroeger hadden de
wangen van oude blazers dunne plekken
van het pnilen. Toch is er een geweest,
die altijd naast de blaaspijp nog de tabaks
pijp ln de mond hield! Nn ls veel van het
zware werk door machines overgenomen,
die in een tel de voorwerpen ln de vorm
TERWIJL bulten de koeien ln trage
eenderheid het grasland langs de
Linge stofferen en een molentje stil
verdromend zijn wieken spreidt, loeien in
de twee eeuwen oude fabriek te Leerdam
zonder nachtrust de felle ovendieren. Zes
tienhonderd mannen, vrouwen en meisjes
lossen elkaar af bij een handwerk, waar
van de oorsprong zich in het duister van
de historie verliest. Onder hun voorgan
gers was een Duitse goudmaker, die in
zijn toveroven geen goud vond, maar wel
het geheim van het robijnglas, dat het le
ven verlengde van wie er uit dronk. Eens
mengden Faustachtige glasmakers diep in
Duitse wouden menselijke gebeenten in de
glasspjjs voor de opalen drinkglazen, die
giftige dranken onschuldig maakten. In
het Frankrijk van de Zonnekoning was
net glasmaken een handwerk, edellieden
waardig.
In Leerdam, waar het merendeel van de
bevolking van het glas leeft, spreekt men
ook thuis en op straat glastaai. Die is glas
helder, voor wie haar kent. Als een Leer
damse huisvrouw in de winkel voor haar
beurt wil gaan, hoort men de klanten
sputteren, dat zij niet mag „voorkeien".
Dat komt, doordat in 1685 in Frankrijk bij
het Edict van Nantes de godsdienstvrijheid
DOLF WELLING