HL1J Australië is (betrekkelijk) rijk aan letterkunde van eigen bodem SCHULD BOETE Een Zoeklicht LOUIS PAUL BOON T T~' Ï7 O Fe/e (Nederlandse) immigranten voelen zich eenzaamomdat zij verzuimen die boeken te lezen Ou verschilligheid leidt tot onwetendheid en deze tot vervreemding 4' P WOORD VAN BEZINNING EN MALLE GEVALLEN v OP DE BOEKENMARKT j ie Jaargang no. 15 Zaterdag 14 april 1956 (Van onze correspondent ln Australië) Onlangs kwamen wij in gesprek met een Nederlandse dokters- nouw. die er over klaagde, dat zij zo weinig geestelijk contact had met Australiërs. „Je kunt helemaal niet met hen over literatuur eken, zei ze en ze bedoelde de Australiërs, die een middelbare looi hebben afgelopen of een universitaire vorming genoten. „Het jkt wel alsof die Australiërs nooit gehoord hebben van boeken die lees", voegde zij er aan toe. „Heeft U wel eens boeken gelezen, waarin Australische onder- werpen behandeld worden, of boeken van Australische schrijvers?" was mijn wedervraag. Neen, dat had zij nooit gedaan, hoewel zij lier al zes jaar woont. Deze intellectuele vrouw is niet de enige, die zo'n klacht kan uiten. Er zijn vele Nederlandse immigranten, die de kans op een diepere lU triendschap met Australiërs missen door onverschilligheid in hun belangstelling voor 's lands letterkunde. Zij zien nog niet in, dat een nieuw vaderland gevonden kan worden door een nieuwe historie te leren. Zij menen, dat de weg naar Australië eindigde, toen zij voet aan wal zetten in Fremantle, Melbourne of Sydney. Daar echter begint e" pas de étappe, wanneer zij een nieuw leven in een nieuwe omgeving n pillen beginnen. Wanneer zij de wegwijzer naar de Australische literatuur negeren, blijven zij ronddolen met hun geestelijke bagage it Nederland meegebracht - zonder hun rugzak hier en daar bij te [en met de sterk geurende bloemen, die Australische schrijvers ijls met een beetje onkruid er tussen) langs moeilijk begaanbare ten hebben geplant. Zo leidt hun onverschilligheid tot ïwetendheid en de onwetendheid tot nzaamheid. De doktersvrouw, die ich in bedekte termen beklaagde over ïestelijke eenzaamheid, had nog ooit gehoord van Henry Handel Ri- tordson, de dochter van een dokter Australië, wiens leven zij beschre- ii heeft in „De fortuinen van Ri- lard Mahoney", een standaardwerk it op knappe wijze een beeld geeft so het leven van een pioniersgezin Australië in de 19de eeuw. Sinds ijn eerste verschijning in 1930 is dit oek van 830 bladzijden altijd een best-seller'' onder de Australiërs ge- eest. Het wordt door hen beschouwd Is de tegenhanger van Dostojefski's Schuld en Boete". De Australische literatuur, die be- rekkelijk jong is, omdat zU een ge- chledenis van nauwelijks meer dan 50 jaar achter zich heeft, opent een ijkdom aan nieuwe indrukken, nieu- e gedachten en nieuwe levenshou- Ing. Zij biedt tevens rijke schakerin- en ln historie-beschrijving. De histo- le van Australië mag kort zijn, zij is evarieerd en pakkend voor hen, die c moeite nemen er In te graven en te nsduinen. want deze historie is er van avontuur en durf. die de roeg-Amerikaanse geschiedenis even- art. Soms ruw en hard De Australische literatuur is op en- Ie vooraanstaande werken van mo- ie, jonge schrijvers na, weliswaar len openbaring van vreemde woord- ius en psycho-analytische karakter- tleding volgens het stramien van (en Vestdijk of een Blaman, maar zij kj Pin elk geval eerlijk, te blijk van hoe sluimeren- Ie krachten plotseling naar buiten pjn getreden om dit vreemde conti- Pent met zijn bevolking, die gegroeid e- p uit een conglomeratie van banne- °_l flgen en vrije kolonisten, filmisch Ut te beelden. st I Soms is hun taal vloeiend als de d, pelden van de film in haar beste 2» form uit de zwijgende periode. Soms tr', hun taal ruw. want dit land was - 8- P is voor een deel nog - een hard en of la de boeken van de Australische phrijvers komt dit tot uiting. De ka- Pkters zijn hard, stug, ruw. De le renshouding is er een van een vechter er Rfa een meedogenloze natuur, van p strijder en bouwer in één verenigd, Ni Robinson Crusoe op ongekende en t 'fgeten plekken, van de rover ook en pa de corruptie, van de politieke ont- kaking en van de groei (met stuipen) st Ltst staatkundige eenheid. We rustiger literatuur wil lezen, ka terecht bij Australische schrijvers, land en bevolking schilderen in ^beschrijvingen, die pakkend zijn haar eenvoud. Zij doen hem r- *«n l wondere landstreken ontdekken, waar de lezer zijn stoutste verbeelding voor zich ziet ontplooien tot een wonderwe reld van bijzondere schoonheid en mi raculeuze vormen. Arthur Groom, de onlangs overle den auteur uit Queensland, is daar van in zijn „Ik zag een vreemd land" een exponent. Sommige schrijvers zijn gegroeid uit de bannelingen - zoals James Tucker, die in zijn kort geleden ontdekte manuscript ..Ralph Rash- leigh" (thans in boekvorm versche nen) een schrijnende en rauwe be schrijving geeft van de verschrikkin gen dezer vroegere strafkolonie, waar Hitier zijn leerschool had kunnen vin den. Van veedrijver tot auteur Wie de boeken leest van Ion Idriess. een vroegere veedrijver en mijnwer ker. ziet een nieuwe wereld voor zich opengaan ..Het land van Jedda" en „Robert Tudawali" (heeft U de film Jedda al gezien?) beginnen onder zijn pen te leven. De gemiddelde immigrant, die nooit in de verlaten uitgestrekte woestijn gebieden van zijn nieuwe vaderland komt. voelt zich bij het lezen ervan ineens opgenomen door een heel con tinent. En wie Frank Clune's reizen door Australië leest, leert niet alleen het land. maar ook ontelbare mensen kennen, uit het verleden en het he den. En over hen kunt U met de Australiërs praten. Ondanks haar zesjarig verblijf in Australië had onze Nederlandse dok tersvrouw nooit een boek over Austra lië gelezen!! Zij wist niets af van het bestaan van Ernestine Hill. Eleonora Dark. Catharine Gaskin. Aeneas Gunn. Katharine Pritchard. Ruth Park en prof. Elkin. allemaal namen van schrijvers, met wie elke Australiër bekend is en over wie men met hen lange gesprekken kan houden. Wie geestelijk contact met Australiërs van enige ontwikkeling wil hebben, zal moeten beginnen met te spreken over de literatuur van hun land. Ijverige boekenlezers De Australiër is een ijverig boeken lezer. Op elke 14.000 mensen is er ten minste één boekwinkel (tegen 30.000 In Engeland en 160.000 in de Ver. Sta ten). Iloewel de statistiek hier niet zo volgroeid is als in Nederland, kan toch op grond van verzamelde gegevens worden aangenomen, dat 60 procent van alle volwassen Australiërs één boek per veertien dagen leest! Sinds 1939 Is het aantal mensen dat hoeken koopt, verdrievoudigd. Van Nicolas Monscrrat's „De wrede zee" werden 75.000 exemplaren in Australië ver kocht, van Nevil Shute's „Een stad zo als Alice" 45.000 en van „Strijd om Europa", geschreven door de Australi sche auteur Chester Wilmot, 60.000. De specifiek Australische boeken (van Australische auteurs met een Australisch onderwerp) bereiken soms oplagen van 50.000 exemplaren, zoals met" Ion Idriess' boeken het geval Is. Frank Clune, die evenals Idriess al aan zijn vijf en dertigste boek toe ls. kan er steeds zeker van zijn. dat er vijftienduizend van elk zijner geestes kinderen aan de man worden ge bracht De verkoop van boeken in vreemde talen is minimaal, maar tacfitig procent van de gehele boe- kenaanvoer uit binnen- en buiten land komt uit Engeland. In verband met de dollar-positie zijn hier vrij wel geen boeken uit Amerika op de markt. Men zweert bij Shakespeare Ondanks de slechte reputatie, die de Australische kranten vanwege hun sensationele karakter onder de Neder landse immigranten genieten, brengen zij elke week uitstekende literaire kri tieken en artikelen. Voor geen enkele Nederlander in Australië behoeft er daarom reden te bestaan om in gezel schap van Australiërs een gesprek over de literatuur te mijden, al moe ten wij erkennen dat Goethe en Schil ler niet geschikt zijn om als entree tot zo'n literaire maaltijd te dienen en ook als dessert weinig in trek zijn. Men zweert hier nu eenmaal bij Shakespeare. Maar wie de maaltijd liever opent met d'Arcy Niland en Jon Cleary zal zijn Australische gastheer bijzonder genoegen doen. zoals wij in Nederland het zouden waarderen, wanneer onze vreemde gast spreekt over Jan de Har tog of Vondel. In Australië echter is Grand Rajah of Regal Forest 'renpaarden, weet U!) als oester-entree of als het pêche melba-dessert van niet minder bete kenis. Verboden boeken Op één punt is Australië heel arm: het kent een lijst van verboden boe ken. Een commissie van vier leden adviseert de regering over toelating van boeken uit het buitenland. De douane-ambtenaren kunnen elk boek. dat zij ongewenst achten, in beslag nemen en ter beoordeling naar de commissie sturen als het nog niet op de index staat. Zo stonden onder an dere „Vrouw van Rome" en een boek van Arthur Schnitzler. waarover nie mand in Europa zich meer druk Nu heb Ik ook al geen blanco strafregister meer Op een plaats, waar Je stoppen moet, reden we met een matig gange tje door. zo ln de val. Het was iets nieuws die stopplaats. Maar Ja. wat helpt het? Je bent ln overtredingI Je hebt schuld! Dus Je krijgt boete Het was overigens een vriendelijke a- gent. Hij Informeerde zelfs nog of mijn vrouw en lk op hetzelf de adres woonden. Een beetje verwonderd knikten we van Ja. Dat hoorde er zeker zo bU. We voelden ons echt wel schuldig. Juïst de vorige dag had Lk in de preek nog een paar dingen ge zegd over het gebod der naas tenliefde en zo Daar was het verkeersprobleem ook op de proppen gekomen En een colle ga van mij had er zelfs een hele preek aan gewijd. Hij eiste „rl- goreuze" maatregelen En daar had Je het nu: tweemaal f5 op hetzelfde adres Ik vond het wel wat rigoreus. Op de kansel klinkt het heel anders dan op een giro-biljet aan de arrondis sementsrechtbank te 's-Graven- hage. Enfin, laten we hopen dat het de verkeersveiligheid in den lande ten goede komt. En ik had tenminste het gevoel, dat het niet alleen bij woorden was ge bleven. Je voelt het tenminste het beste als het in je eigen vlees snijdt of een hap uit Je egien portemonnaie bijt Dat doet me nu Ineens den ken aan Stalins schuld. Dat is nu achteraf pas gebleken. Die zijn dwarvgschool doorliepen en hem dienden met slaafse trouw, wagen het nu eerst het .schul dig" over hem uit te spreken. Jammer, dat hij niet meer op de bon kan. Hier op aarde kan hij het niet meer boeten .want geen enkele rechtbank reikt tot over de dood heen. Al zijn wandaden hebben hem nu nog niet eens 'n tientje gekost. Maar gelukkig zijn zijn volgelingen er nog. Al is Stalin tot hoofdschuldige ver klaard. er zijn nog vele andere schuldigen. Er is een epidemie uitgebroken van schuldbekente nissen. Welnu .het boetekleed siert de mens. Als men voor het wereld- forum schuldbeleiden gaat, is het altijd de moeite van het aanhoren waard. Wie weet. toe- veel waarheid er in steekt. Vreemd is het slechts, wanneer het als op commando schijnt te gebeuren Ik vraag mij af, of Je op commando schuld belijden kunt Het blijkt te kunnen .maar dan blijft de vraag, welke ge dachten in de schuldbelijder aanwezig zijn. Want schuld maakt iemand klein. Een heel grote schuld maakt een mens heel erg klein. Is het schuld tegenover de mensen of tegenover het sy steem? In dat geval blijft het een gesprek van de mens met zichzelf .een monoloog dus. Want in de mede-mens her kennen wij in diepste instantie de mede-schuldige. En het sy steem is ons eigen bedenksel. Tegenover de medemens worden wij niet werkelijk klein en te genover het systeem behoef je nog niet eens te zeggen: „sorry", want het is Je eigengemaakte godheid. maakt, op de verboden lijst, totdat de openbare mening zo'n heftige kritiek liet horen, dat de verantwoordelijke minister ze tenslotte heeft vrijgege ven. Maar wanneer U naar Australië komt. als emigrant of als bezoeker, moet U Kathleen Winsor's ..Forever Amber" thuis lateen, want dèt is als ..zedebedervend" boek al sinds jaar en dag verboden! Het kruiersberoep valt niet mee. Dat heeft Ray Ellltt op de luchthaven van Manchester ondervonden, toen hij een vrachtje in een Brits vlieg tuig moest dragen. Met veel moeite tilde hu de lading op. Hij gleed ech ter uit en het kwam zo hard aan, dat hij nu twee voortanden moet missen Het vrachtje bestond uit een tandartsuitrusting! Boontje's Reservaat 2 en 3, Menuet, Wapenbroeders, Niets gaat ten on der. Alle verschenen by de Arbei derspers Amsterdam 1955—1956. Wat mag het raadsel van uw [arbeid wezen? Muur van den Geest, waar die [van de Chlneezen :e kort bij schiet O. Tegenpool |van Bloem' O, Gij. die sneller schrijft dan |God kan lezen l Dit amusante kwatrijn is A. Roland Holst uit de pen gevloeid naar aanlei ding van de grote produktiviteit van Simon Vestdijk Het zou de dichter wellicht niet ontvallen zijn, indien m 1950 Louis Paul Poon reeds in het licht van de publiciteit gestaan had, zoals dat nu het geval is. Er dient overigens wel gezegd dat behalve een overeen komst in produktiviteit, Vestdijk en Boon niets gemeen hebben Hier liggen dan vijf boeken van Boon voor m\j die alle, als ik mij niet ver gis, na september 1955 verschenen zijn. Het voordeel van deze lawine is. dat men een goed overzicht krijgt van de variaties, waarop Boon zijn thema weet voor te dragen. Hoewel dat the ma zelf eender blijft weet de auteur zoveel afwisseling aan te brengen, dat men eigenlijk tien dagen lang van 's morgens tot 's avonds zijn teksten kan gaan zitten lezen en zich mee laten slepen in de tomeloze vaart van deze zeggingsdrang. Na afloop komt men ademloos boven om lucht te scheppen, want, zodls ik ••eeds gezegd heb naar aanleiding van de roman „De Kapel- lekensbaan", het lezen van Boons werk is een wedstrud op de lange baan, die altijd door de schrijver gewonnen wordt. Met wie gaat de lezer de wedloop aan? Met de figuur, die telkens weer optreedt, de toeschouwer, de commen tator. Deze toeschouwer troont echter niet in Olympische rust en beschouwt het gekrioel aan zijn voeten. Integendeel. Boon is de man op het zeepkistje. De man die zich geroepen voelt de omstanders hartstochtelijk en driftig te wüzen op de maat schappelijke ongerechtigheden. Hij stort zich als een havik op de zeker- heden, waaruit de maatschappelijken hun alledagsleven hebben gebouwd en rukt aan de kaartenhuizen van fatsoen en succes. HU is de hartstoch telijke aanklager, de ambtenaar O.M. als het ware, met de maatschappU op het beklaagdenbankje. Dat is meer vertoond, zal men zeg gen. Inderdaad, de schrijver-aanklager is niet nieuw. De realisten hadden er gewoonlijk een tik van beet en ook on der hen waren er geen of weinig, die niet schreven van een drang tot getui gen uit. Het valt dan ook niet te ver wonderen. dat Boon een grote bewon dering heeft voor het werk van Miller en Joyce, aanklagers van de bovenste plank en evenals Boon. schrijvers met een flu de paroles, dat door de pen bijna niet bij te houden moet zijn. Het onderscheid tussen de oude realisten en deze nieuwe is eigenlijk alleen, dat de tegenwoordige alle taboes van de oude overboord gezet hebben. Dat is geen prestatie van hen al denken zij dit soms wel maar gewoon een tijdsverschijnsel „Reservaat IÏ" wordt hoofdzakelijk gevormd door een verslag van een tocht, die drie jonge mannen al liftend door Engeland maken, terwijl „Reser vaat III een goed staal is van Boon in volle vaart, commentaar leverend op alles en iedereen in zijn omgeving. Alsof Boon aan zijn zelfgeformuleer- de beschuldigingen tegen zijn beklaag de nog niet genoeg leeft, vult hij het bovenste derde gedeelte van het papier waaróp de novelle „Menuet" gedrukt is. met een eindeloze reeks gemengde bèrichtoa ovev ongeluk misdaad en sa dlsme. Dit ls waarschijnlijk de verza meling krantenknipsels, die „ik" uit het verhaal bijeen gebracht heeft om zich te overtuigen van de maatschap pelijke verwording Deze hoofdpersoon is werkzaam in een vrieskelder, waar hij koud en eenzaam moet zorgen voor het onder peil blijven van de tempera tuur. In zijn kelder dagdroomt hij. Miezerig zijn die dagdromen, over een miezerig huwelijk met als enig straaltje licht het jonge, krachtige meisje, dat bij het echtpaar in dienst is. Geen wonder dat die dromerige man en dat met ironie gewapende meisje elkaar gaan beminnen en de vrouw, die altijd vindt dat er iets gedaan moet wor den, dat men vooruit moet in de we reld, in de kou laten staan. De grote verdienste van deze novelle, die uit drie delen bestaat, is dat de vrouw ook haar verdediger krijgt of beter, dat de au teur als zodanig optreedt Tenslotte is de roman „Niets gaat ten onder" Frans Ghoedels is een on gelukkig schepsel. Door de wijze waar op Boon hem van zijn veertiende jaar af presenteert, zou men de indruk krij gen met een willoze idioot te maken te hebben, een debiele. Maar men hoort dat deze Frans met goed gevolg exa mens aflegt, ingenieur wordt en ver volgens directeur van het internaat met de werkplaats voor metaalbewer king annex, waar hij als Jongen ge plaatst was. Nu ls het wel zijn heks van een vrouw, die hem het huwelijk ln sleept en vervolgens achter zijn vod den zit, maar bij zo'n sterk geval van gestoorde aanpassing zou men een gro tere geestelijke achterstand verwach ten. Twee liederlijke wezens van goeden huize drijven de stakkerd, die op seksueel gebied al evenzeer van initia tief gespeend is, tot razernij. Tegenover dit naargeestig niet-leven bloeit de werkplaats Constructa. dank zij eerlijke en oneerlijke middelen. Di recteur Frans heeft een auto, een goed huis met badkamer e.d.. doch zelfs deze simpele dingen kunnen hem geen spoor van de platste burgermanstevre denheid geven. Een sinister verhaal vol verraad, misdaad cn harteloosheid, waarin de schuldge, de maatschappU, zich niet herkennen zal, zodat de ambtenaar O.M. zUn doel wat voorbU heeft ge schoten. CLARA EGGI.NX Van schuld, die werkelijk klein maa-kt. kan alleen sprake zijn ln een dialoog. Wanneer men niet staat tegenover de mede mens of tegenover een systeem, dus ln wezen weer zichzelf ont moet. maar wanneer men te genover de grote Ander staat. Tegenover Hem zijn wij verant woording schuldig van al ons doen en laten, van ons verach ten of vereren van mensen, van onze systemen en stelsels, van geheel ons leven Want op Zijn aarde leven wij en bewegen wU ons, en Zijn mensen, het maak sel Zijner handen zijn wij. Als Hij voor ons treedt, wordt schuldbelijden nog heel iets an ders. Luthers eerste stelling van 31 oktober 1517 luidde: Wan neer onze Heer en Meester Je zus Christus zegt: „Doet boete" (Matth. 4 17 luidt in de nieuwe vertaling: „bekeert u") dan wil Hij. dat het gehele le ven van Zijn gelovigen op aarde één voortdurende boete zal zijn. Tegenover Hem zijn wij als een volk, dat in een land vol verkeersborden woont, maar dat de betekenis ervan niet kent In zo'n geval zijn de over tredingen niet van de lucht en de ongelukken niet te overzien. Maar wie Gods verkeersborden leerde lezen, ls geschrokken van zidhzelf en van zijn medemen sen. Het ls daarmee een wonder lijk ding. Op het moment, dat Je ze leerde zien en begrijpen, werd je als agent langs de weg gezet om ook anderen op Gods geboden te wijzen. De meesten zie Je onverschillig voorbijgaan, een enkele schrikt op Maar met elkaar heb Je al een schuld, die met geen giro-overschrijving meer goed te maken is. Voor ons en de schuldbelijders uit het Oosten heeft Jezus dat gedaan. Alleen in dialoog met Hem kan er sprake zijn van wérkelijke schuld en wérkelijke boete. Ds. H. J. VAiN ACHTERBERG Herv. predikant te Lelden. Geluk bij een ongeluk I Linda Kohl (vier jaar)) in het Amerikaanse Li vingstone weet er van mee te pra ten (of althans van mee te brabbe len) Zij kwam de kamer binnen met in haar beide handen een el, zonder gevaar te zien in de pas gewreven vloer. Boem! Ze ging onderuit. De eieren ook. Uit een van die pluim- veeprodukten rolde een parel zo groot (of zo klein) als een erwt. Het huilen vergat Linda maar. Iedereen was te zeer verbaasd door de schat, die daar op de grond lag. Juweliers hebben gezegd, dat het een echte parel is Gemalen oesterschelpen zijn een lekkernij voor kippen, maar hoe dat ding in een ei is terecht ge komen.... tja, daar gaan we het hele weekeinde eens over peinzen. Twee boeren, die op een scooter een ritje door de omgeving van het Ita liaanse Ragusa maakten, zagen tot hun grote schrik, dat de weg ver sperd was door een aantal varkens. Guiseppe Zafarana en Giovanni Marcolilo slaagden er niet in bütjjds te stoppen en reden midden op de troep in. De varkens geraakten in paniek door deze plotselinge „aan val" en renden zenuwachtig en luid knorrend over beide mannen heen. De onfortuinlijken moesten met ge broken benen en verscheidene kneu zingen in het ziekenhuis worden op genomen. De knorders liepen geen letsel op .,Zü ls mijn eerste meisjeverklaarde Kenneth Ashton uit Wakefield 'En geland) blozend tegenover stations- beambten. Onze vriend moest dit ge heimpje wel verklappen, want hij was zo verdiept in de afscheidskus van zijn geliefde, dat hij nog op de treeplank stond, toen de trein het station uitreed De chauffeur van een autobusbedrijf in Nuneaton (weer Engeland) had een gezellige bul. Eerst deelde hij met zfjn conducteur een fles port, daar na reed hU de autobus tot driemaal toe voor een café en stapte hü uit om vlug een glaasje te drinken. Om de passagiers tevreden te stellen, nodigde hij ze ook uit wat te drin ken. Dat had een averechtse uitwer king. Deze laatste daad was zo ge zegd de laatste druppel, die het glaasje deed overlopen. De politie rechter veroordeelde hem tot een zware boete. Kruidenier Tom Seagrove in Pekcham (Engeland) heeft schoon genoeg van zijn klanten die hun schuld niet be talen Als de (geachte) clientèle niet in ha^r beurs tast, plakt Tom op zijn etalageruit de namen van de wan betalers. En dat hU met zUn systeem succes heeft bewees wel het bezoek, dat een klein meisje hem bracht en die netjes de schuld van haar moe der betaalde. „Ik vind het niet pret tig dit te doen," zei Seagrove. „lk ben een vredelievend man, maar som mige rekeningen zijn al zo oud

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1956 | | pagina 31