c:>
1955 was een jaar van ongekende voorspoed
Naar grotere welvaartsspreiding?
Internationale school voor V.N.-
kinderen in de buurt van New York
94ste Jaargang
Zaterdag 31 December 1955
Derde Blad No. 28718
Men hoede zich voor onbeperkt optimisme
(Van onze financiële medewerker)
Terwijl de economische ontwikkeling in de V.S. waarover we de vorige week
schreven, voor het wereldbeeld van de conjunctuur min of meer beslissend is
en ook die van Nederland daardoor voor een groot deel wordt beheerst, zijn het
in Europa vooral West-Duitsland en België, die als voornaamste handels part
ners mogen worden beschouwd en bjj welker conjunctuurgang ons land ten
nauwste is betrokken. Het aandeel van genoemde landen in de Nederlandse
buitenlandse handel is de laatste tijd tot 30 a 35 gestegen en terwijl tot
voor kort België onze voornaamste handelspartner was, heeft West-Duitsland
sinds enige tijd die plaats weer veroverd. Volgens het officiële rapport van de
O.E.E.S. is het mirakel van de economische wedergeboorte in West-Duitsland
het grootst geweest, daarna komen Nederland en België en het is dus duidelijk
dat ook de verdere ontwikkeling van de conjunctuur in ons land, waarmee men
zich bij de aanstaande jaarwisseling bezighoudt, voor geen gering deel met die
van genoemde landen samenhangt en samengaat.
West-Duitsland moest, om zo te zeg
gen. ook het verst weg komen, het zat
het diepst in de put en de Amerikaanse
dollars zijn daar ook het meest effectief
geweest, want ze zijn op de aloude gron
dige wijze benut. Het economisch her
stel van West-Duitsland, dat met vele
cijfers zou kunnen worden aangetoond,
is in één woord spectaculair geweest,
zodat het in enkele jaren van een debi-
teur-natie een crediteur-natie is gewor
den, afgezien dan van de oude schulden,
waarover men zich, om het nu maar
zacht te zeggen, al te weinig zorgen
maakt. Het duidelijkst, spreekt deze
vooruitgang uit de stand van zaken bij
de Europese Betalings Unie, waar Enge
land bijv. met een tekort van 1350 mil-
lioen zit, maar West-Duitsland uit. No
vember niet minder dan 2189 millioen
te vorderen heeft.
Behalve de daadwerkelijke steun van
de V.S. heeft West-Duitsland het voor
deel gehad van uitermate geringe mili
taire uitgaven en een onafhankelijke
centrale credietinstelling, die met wijs
beleid ook de monetaire ontwikkeling in
de hand heeft kunnen houden, terwijl
daarnaast de fiscale wetgeving meer
dan bijv. in ons land de economische op
bloei in de hand heeft gewerkt. Mede
hierdoor heeft om. de bouwnijverheid
zich in sterkere mate dan bij ons kun
nen ontwikkelen en kon tussen de lonen
en salarissen aan de ene kant en de
arbeidsproductiviteit aan de andere kant
een evenwichtige verhouding worden ge
handhaafd, zodat de inflatie tot een mi
nimum is beperkt gebleven. Overigens
hebben de nog recente maatregelen tot
beperking van het crediet er wel op ge
wezen dat men ook in West-Duitsland
in het proces van productie en consump
tie inflatoire krachten aanwezig acht
en deze zoveel mogelijk tracht te binden.
Het overal zich voordoend verschijnsel
dat de handwerkers hun aandeel in de
welvaart willen vergroten, zodat in de
bedrijven telkens nieuwe looneisen wor
den gesteld, vervult ook de Minister van
Economische Zaken in West-Duitsland
met zorg en heeft hem reeds enige ma
len op het gezond verstand van de be
volking doen appeleren. Ook in West-
Duitsland worden de officiële loonscha
len niet aangehouden. Van de zijde der
vakverenigingen is dezer dagen op een
conferentie de opmerking gemaakt dat
ook bij een officiële loonsverhoging van
10 de tarieven nog beneden de wer
kelijkheid van vandaag zouden blijven.
De uurlonen van bekwame vakkrachten
in de preciesiebedrijven hebben in de
aan Zwitserland grenzende gebieden de
neiging om van het officiële tarief van
DM 2.60 tot het Zwitserse peil van DM
3.40 te stijgen. Maar er wordt dan ook
hard gewerkt, in de scheepsbouw zelfs
54 uur per week en zowel de productie
als de export beweegt zich nog steeds
in een opgaande lijn, waardoor ook een
grotere import en een grotere consump
tie mogelijk wordt. In de eerste 10
maanden van 1955 ging de Nederlandse
export naar West-Duitsland van f. 1.1
milliard tot f. 1.4 milliard vooruit, de
invoer steeg van f. 1.3 milliard tot f. 16
milliard en bij de jaarwisseling bevindt
de handelsbeweging tussen West-Duits
land en ons land zich op een record
hoogte.
Hetzelfde kan trouwens ook met be
trekking tot België worden gezegd. Bij
de behandeling van de begroting heeft
de Belgische minister van Economische
Zaken, mr Rey de nadruk gelegd op de
bizonder gunstige toestand, waarin Bel
gië thans verkeert. Met uitzondering
van textiel, leder en diamant, zijn de
productiecijfers 30 hoger dan een
jaar geleden en ook hier meent men nog
geen noemenswaardige inflatie te moe
ten constateren omdat de monetaire
expansie in overeenstemming is met de
economische uitbouw. In het kader van
de Benelux is tussen Nederland en Bel
gië allengs een nauwere samenwerking
ontstaan, welke er tot dusver toe heeft
geleid dat de Belgische uitvoer naar Ne
derland in sterkere mate is gestegen
dan de Nederlandse uitvoer naar België.
Jaarlijks voert België voor Frs. 8 a Frs. 9
milliard meer naar Nederland uit dan
het vandaar invoert en het allengs ge
matigde prijsverschil tussen beide lan
den is daaraan uiteraard niet weinig be
vorderlijk. Men wacht nu af hoe de ge
volgen zullen zijn van de in vele bedrij
ven ingevoerde vijfdaagse werkweek,
maar overigens laten de economische
vooruitzichten van België zich zeker
niet slecht aanzien.
Tegen de achtergrond van de toestand
in de V.S., West-Duitsland en België,
als de in economisch opzicht voor Ne
derland toonaangevende landen, rijst
aan het einde van 1955 voor Nederland
het beeld op van een eveneens nog al
tijd oplopende conjunctuur, ook al is
het tempo in de loop van het jaar dan
vertraagd. De vraag, welke men zich
bij het einde van 1954 stelde was deze
of de in October 1954 tot stand geko
men „welvaartsloonronde" door de be
drijven zou kunnen worden gedragen
zonder de rentabiliteit aan te tasten
en al zijn er ondernemingen, die er
moeite mee hebben, algemeen gespro
ken mag toch worden gezegd dat de
industriële bedrijvigheid in Nederland
zich ook in 1955 verder heeft kunnen
ontplooien.
De Nederlandse regering moge een
paar maanden geleden hebben gemeend
de kapitaalsinvesteringen bij het be
drijfsleven te moeten stuiten, het is
toch voor een goed deel aan die kapi
taalsinvesteringen te danken dat het
Nederlandse productie-apparaat niet
alleen is vergroot, maar zich bovendien
tracht aan te passen bij de versnelde
vooruitgang van de technische en che
mische wetenschap. Hierdoor is het
mogelijk geworden dat het accrès van
de beroepsbevolking, tot 1960 op ca.
50.000 per jaar aangenomen, tot dusver
door de bedrijven kon worden opgevan
gen en tevens een bredere sociale poli
tiek kan worden gevoerd, waardoor on
danks de vertechnisering van het pro
ductieproces, de arbeidsvreugde kan
worden vergroot. Loonsverhogingen zijn
alleen verantwoord als zij gepaard gaan
met een grotere arbeidsproductiviteit of
als deze aan de loonsverhogingen zijn
voorafgegaan. Uit een staatje in de
jongste Memorie van Toelichting op de
begroting voor Economische Zaken is
gebleken, dat de loonontwikkeling en de
arbeidsproductiviteit van 1950-1954 in
ons land zo ongeveer gelijke tred hebben
gehouden en dat tot einde 1954 het loon
peil in andere landen meer is gestegen
dan ten onzent. Deze voorsprong is ech
ter in de loop van 1955 kleiner gewor
den, met name ook ten opzichte van
België, waarvan nu echter moet worden
afgewacht of de in vele bedrijven inge
voerde vijfdaagse werkweek geen teleur
stelling zal opleveren.
Ook hier te lande is het loonvraag-
stuk aan de orde, omdat grotere wel
vaart ook de wenselijkheid van een
grotere welvaartsspreiding meebrengt,
een terrein met vele voetangels en
klemmen, dat slechts met de grootst
mogelijke bedachtzaamheid mag wor
den betreden. Want we zullen het ten
slotte van de productie en van de han
del moeten hebben, gelijk die in 1955
de bron van onze welvaart zijn ge
weest.
Het is verblijdend te kunnen con
stateren dat de productie op basis van
1949 100 in 1952 nog slechts 117, in
1954 tot gemiddeld 141 is vooruitge
gaan. maar in October een cijfer van
159 heeft bereikt. In overeenstemming
hiermee was de omvang van de Ne
derlandse buitenlandse handel in het
afgelopen jaar weer belangrijk groter
met recordcijfers zowel voor de invoer
als voor de uitvoer, zodat het totaal,
in 1954 ca. f20 milliard, ditmaal zeker
f2 milliard groter zal zijn.
Wel valt hierbij op te merken dat de
invoer in sterkere mate is gestegen dan
de uitvoer met het gevolg dat het deficit
op de handelsbalans uit October reeds
f. 1657 millioen bedroeg tegen f. 1304
millioen op uit. October van het vorig
jaar. De betalingsbalans, die de laatste
jaren telkens een flink overschot aan
wees, dat 1954 trouwens tot ca f Vz mil
liard is teruggelopen, zal naar men
meent, dit jaar zo ongeveer in even
wicht zijn, maar het is intussen gerust
stellend dat de goud- en deviezenpositie
tot dusver nog stijgt en we bij de E.B.U.
nog een overschot hebben van meer dan
700 millioen
Als een symptoom van gezonde volks
kracht kan voorts worden gewezen op
het feit dat weliswaar ook in ons land
het afbetalingscrediet snelle vorderingen
maakt, maar dat tevens het tegoed bij
de spaarbanken meer is gestegen dan
het vorig jaar, tot uit. September met
ca. f. 400 millioen tegen f 286 millioen
toen en dat voorts ook de crediteuren-
saldi bij de banken zijn toegenomen als
tegenwicht van de hogere debiteuren-
sa ld i, In nog veel sterkere mate zijn de
collectieve besparingen in ons land ge
stegen." zoals blijken kan uit de produc
tie van de levensverzekeringsmaat
schappijen. welke in 1953 f. 2340 milli
oen, in 1954 f. 2645 milioen, maar tot
eind October reeds f. 2490 millioen heb
ben bedragen, zijnde f. 400 millioen
meer dan in dezelfde periode van het
vorig jaar.
Hierdoor is het probleem van de
verhouding tussen risicomijdend en
risicodragend kapitaal groter gewor
den, hetgeen er, als bekend, reeds toe
heeft geleid dat ook de Rijksfondsen
een deel van hun gelden in aandelen
mogen beleggen en voor de institu
tionele beleggers een transformatie
apparaat in het leven is geroepen.
Overigens valt er tot dusver noch
over het aanbod van risicomijdend,
noch over dat van risicodragend ka
pitaal te klagen. Aan obligaties werd
tot uit. November f. 1.2 milliard ge
plaatst tegen f. 550 millioen in 1954,
aan aandelen f. 425 millioen tegen f. 46
milioen in 1954 en ook voor December
zyn er weer belangrijke emissies
Van Gelder, Hoogovens aangekon
digd, welke op de beurs goed worden
ontvangen.
Wat we de vorige week voor de VS.
constateerden, geldt ook voor ons land,
namelijk dat hoewel de industriële in
vesteringen de „taaksteling" van f 1800
millioen per jaar hebben overtroffen, vele
ondernemingen ook een groter deel van
de winst aan de aandeelhouders ten
goede doen komen De meeste onderne
mingen hebben in 1955 een hoger divi
dend uitgekeerd of hun aandeelhouders
met een bonus verrast, waardoor weer
nieuwe gelden voor de investering zyn
vrijgekomen.
Het kan dan ook niet verwonderen
dat het niveau van de aandeelkoersen
aan het einde van 1955, ondanks de da
ling, welke sinds October is ingetreden,
nog belangrijk hoger ligt dan een jaar
geledien (226 - 185), waarin de z.g. inter
nationale fondsen en de industiële aan
delen het grootste aandeel hebben
Maar ook de scheepvaartwaarden heb
ben het goed gedaan onder de invloed
van de stijging der vrachtprijzen, welke
in 1955 heeft plaats gehad en die voor
NED. GENOOTSCHAP
VOOR LANDBOUWWETENSCHAP
Het Nederlands Genootschap voor
Landbouwwetenschap heeft zijn jaarlijk
se algemene ledenvergadering te Utrecht
gehouden.
De secretaris ir A. H. Haak uit Wage-
ningen, noemde de positie van het Ge
nootschap sterk.
Prof. dr A. C. Schuffelen trad na
4 jaar voorzitter te zijn geweest, af en
werd opgevolgd door prof. dr J. Horring
Ir A. Emmens zal voor de komende ja
ren het voorzitterschap bekleden.
Door prof. dr ir J. C. Dorst werd na
mens het bestuur van het „Izaak Kor-
teweg en Anna Ida Overwaterfonds" uit
Strijen een ereprijs met oorkonde uitge
reikt aan ir C. Koopman, directeur van
het Veredelingsbedrijf voor Landbouw
gewassen van het Centraal Bureau. De
heer Koopman werd deze ereprijs ver
leend op grond van zijn werk op he
terrein der plantenveredeling.
Prof. dr A. C. Schuffelen hield een
voordracht over: „Atoomenergie en
landbouw".
dit jaar zeer goede resultaten doet ver
wachten
De grote levendigheid in de scheeps
bouw betekent uiteraard ook ruimere
opdrachten aan de z%. toeleverende be
drijven en dit alles is een afdoende ver
klaring voor de grote omzetten op de
aandelenmarkt, f 811 millioen tot eind
November tegen f 787 millioen in de
eerste elf maanden van 1954
Om met een sterk sprekend cijfer te
eindigen, de beurswaarde van alle aan
delen te Amsterdam is thans ca f 16.3
milliard, zijnde f 31L- milliard meer dan
aan het eind van het vorig jaar.
Wat 1956 brengen zal weten we niet
en men hoede zich voor een onbeperkt
optimisme Maar dat 1955. materieel ge
zien. een jaar is geweest van ongekende
voorspoed, is buiten kijf.
Kinderen van allerlei nationaliteiten
rassen en geloofsovertuigingen leven en
werken er in grote harmonie
Op Long Island per auto een half uur rijden van New York is een
van de merkwaardigste onderwijsinstellingen ter wereld gevestigd: de
Internationale school voor kinderen van personeelsleden van het Secreta
riaat der Verenigde Naties. Deze school, aldus schrijft Edward F. Pierce in
het Amerikaanse blad „Think", werd in 1949 opgericht als een verlengstuk
van de reeds bestaande kleuterschool en zij heeft in de afgelopen jaren
bewezen, dat kinderen van alle nationaliteiten, rassen en geloofsovertui
gingen met elkaar kunnen leren en spelen, kortom in deze miniatuur
wereldgemeenschap in vriendschap naast elkaar kunnen leven. Buiten
wappert de blauw met witte vlag van de Verenigde Naties aan de vlagge-
stok. Stapt men dan de school binnen en treft men, in een van de lagere
klassen, drie- en vierjarige kleuters aan, die bezig zijn met handenarbeid,
dan ziet men er een mengelmoes van haar- en huidskleur: een aardig
Chinees meisje maakt een matje van gekleurd papier, een kindje uit India
met fluwelig bruine ogen en een verlegen blond jongetje van gemengd
Frans-Joegoslaafs bloed zijn verdiept in het boetseren van een poppetje
en een Brits ventje lacht zijn vriendelijkste lach als er een foto van hem
wordt gemaakt.
Lessen in diverse talen
Onmiddellijk valt de bezoeker op welk
een eensgezindheid en harmonie er
heerst ofschoon het niet meer dan na
tuurlijk is dat er onder hen, zelfs onder
de jongsten, wel eens op hardhandige
wijze meningsverschillen beslecht wor
den
Iri de kleuterklasjes wordt Engels ge
sproken; het duurt doorgaans niet lan
ger dan een paar weken voordat de
kleintjes zich behoorlijk in een nieuwe
taal kunnen uitdrukken en enkele van
hen kunnen zelfs een paar talen vloeiend
sproken. Daar zij met hun moedertaal
ook de eigen culturele sfeer in net
schoollokaal meebrengen, doet die kin
dersamenleving aan als een „Verenigde
Naties" van kinderen.
De talen die er in de hogere klassen
gebruikt worden zijn voorlopig Frans,
Engels en Spaans, later wil men dit uit
breiden met Chinees en Russisch, zodat
dan de vijf officiële talen van de V.N.
ook op deze school onderling gebruikt
worden. De kinderen krijgen pas les in
een tweede taal als zij eerst vlot hebben
leren spreken in een 'der drie genoemde
talen. De leerkrachten zijn natuurijlk in
meer talen bedrijven.
Daarna trad ik een Franse klas bin
nen met vijf- en zesjarige leerlingen;
de onderwijzeres, een Fran?aise. gaf on
derricht volgens de klank-en-beeld me
thode, waarbij ze eerst een woord uit
sprak en daarna een tekening van het
voorwerp op het bord maakte. Juist
stond er een slank, blondharig Russisch
meisje voor het bord; zij brabbelde in
een mengsel van Russische en Engels
met wait Frans doorspekt.
In een ander gebouw trof ik de oudere
leerlingen aan. In een der lokalen werd
wiskunde in het Frans gedoceerd. De
oudere leerlingen, wier moedertaal Frans
is, krijgen 's-morgens les in deze taal,
terwijl 's-middags Engels voor hen de
voertaal is. Op dezelfde manier krij
gen de Spaans-sprekende kinderen een
halve dag les in een der andere talen.
Hierdoor krijgen de kinderen zowel in
hun moedertaal als in de vreemde taal
een woordenschat, waarmee zij zich ook
in de verschillende leervakken goed kun
nen uitdrukken.
Het gaat opperbest
In een lokaal ernaast werd les in
binnen kwamen zagen wij jongens en
aardrijkskunde gegeven. Toen wij er
meisjes uit Japan, Zuid-Afrika, Perzie,
Nederland en de Verenigde Staten aan
het werk bij een zeer ongewone land
kaart. die in zijn gehele lengte langs de
muur liep: elk kind had daarbij zijn
aandacht op het eigen land gevestigd en
maakte aantekening van de belangrijk
ste steden en rivieren, en maakte tege
lijk een lijstje van de voornaamste voort,
brengselen.
Vandaar gingen wij naar een tweede
verdieping naar de zesde klas. maar
hier maakten de leerlingen zich juist
gereed voor de lunch. Zy krijgen hun
eten aan tafels in j.et lokaal opgediend;
in het gebouw is een goed ingerichte
keuken beschikbaar.
Ik vroeg tenslotte het hoofd van de
school op welke wijze de school finan
cieel in stand gehouden wordt. Het
blijkt dat de V.N. een grote som ter be
schikking heeft gesteld, maar dat de
school toch voornamelijk is aangewezen
op bijdragen ran ouders en belangstel
lenden. Zoals op alle Amerikaanse scho
len is er een Vereniging van Ouders en
Onderwijzers, die geregeld bijeenkomt
met het doel kwesties die voor de leer
lingen en het onderwijs van belang zijn
te bespreken.
Het lesrooster is er op gericht niet
alleen lichaam en geest een harmonieu
ze ontwikkeling te geven, maar ook de
karaktervorming tot zijn recht te doen
komen. Behalve aan letteren en kunst,
talen, geschiedenis, aardrijkskunde, so
ciale wetenschappen en economie worut
ook aan de vorming van de burger grote
aandacht besteed.
Nu is het niet meer dan natuurlijk,
dat men ten aanzien van deze V.N-
School zal zeggen: dat is nu alles wel
heel mooi op papier en in theorie, maar
wat komt daar in de praktijk van te
recht? Dan kan daar kort en bondig op
worden geantwoord: het gaat opperbest.
Mocht iemand twijfelen, laat hem dan,
als hij daartoe in de gelegenheid komt,
een bezoek aan deze school brengen en
hij zal zien in welk een harmonie en
vriendschap kinderen uit alle delen van
de wereld hier met elkaar omgaan.
Illllllll
lllllllll
llllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Het lijkt veel op een
verkeerstelling in de Lo'n-
dense dierentuin, of op
een verscherpte verkeers
controle. in het bijzonder
dan van langbenige voet
gangers. Maar deze foto
geeft slechts een beeld
van de jaarlijkse telling
van de levende have van
dit dierenpark. De flamin
go's passeren het critisch
oog van een tellende op
passer.
IIIIIIIIIIIIIIIIIUI
Zand naar strand in
badplaatsen
Wordt uit België gepompt
Een belangrijke proefneming voor
het tegengaan van het knagen van de
zee aan de kust wordt momenteel ten
uitvoer gebracht door het Belgische
Ministerie voor Openbare Werken door
middel van het pompen van zand naar
het strand.
Hierbij wordt zeewater naar het
binnenland gepompt, waarna dit ver
mengd wordt met zand. dat uit het
lager gelegen poldergebied wordt ge
graven.
Dit mengsel wordt vervolgens door een
buisleiding, welke de kustweg nabil
Knokke op een hoogte van ruim vier
meter kruist, teruggepompt naar zee
Daar wordt het mengsel van zand en
zeewater in zee gestort, waar het een
aanvulling vormt op het zand dat vast
gehouden wordt tussen de verbeterde
strekdammen. De afgelopen vijf jaar is
voor de verbetering dezer strekdammen
een bedrag van bijna 20 millioen gulden
uitgegeven. Het verlies aan zand van de
Belgische badplaatsen is door de grote
vloedgolf van Februari 1953 sterk toe
genomen.
Men heeft berekend, dat de kosten
van de eerste millioen kubieke meter
nieuw zand, via de b lisleiding aange
voerd, ongeveer twee gulden per kubieke j
meter bedragen.
Talencongres te Amsterdam
BESPREKING
GEMEENSCHAPPELIJKE
PROBLEMEN
De Vereniging van leraren in levende
talen met haar meer dan 2200 leden
de grootste organisatie van leraren in
Nederland heeft te Amsterdam haar
algemene vergadering gehouden De
vereniging zal het 3-jaarlijkse congres
van de Internationale Federatie van
taalleraren in 1956 te Amsterdam orga
niseren.
De voorzitter, de heer P. H. Breiten-
stein, deelde mede. dat de regering voor
dit congres een ruime subsidie heeft
gegarandeerd. Voor het eerst in de ge
schiedenis der Federatie zullen 3 400
vertegenwoordigers van taalleraren uit
ongeveer 20 landen op 4. 5 en 6 April
1956 bijeenkomen, om de gemeenschap
pelijke problemen van het vreemde
talenonderwijs te bespreken
Sprekende namens de minister van
O K. en W. bevestigde dr J. de Boer.
inspecteur van het VHM.O. dat de
regering grote belangstelling heeft voor
de pogingen die ondernomen worden
het talenonderwijs in ons land te ver
beteren.
De voorzitter wees nog op het gevaar
dat het culturele en literaire element in
ons middelbaar onderwijs, met name bij
de HBS - A in deze tijd van industria
lisatie voortdurend bedreigt. Hij nam
stelling tegen een zesjarige H.B.S.
Prof. dr S. Dresden, zette hierop in
een principieel betoog over literatuur en
leven, inzichten in de verhouding tussen
deze begrippen uiteen.
Ook werd het thema besproken, dat
voor het internationaal congres 1956 is
vastgesteld: ..welk peil kan het MO -
actief zowel als passief bereiken bij
het onderwijs in levende talen?
Wanneer het Congres 1956 een be
vredigend antwoord zal kunnen geven
op deze vraag, zal een belangrijke stap I
gezet zijn op de weg naar een meer
doeltreffend vreemdetalenonderwijs, dat
van groot belang is voor de ontwikkeling
van beter begrip tussen de volkeren.
VUi Oude. jaar.tat
H \%ia wear ..veeic.-
darutijd
Oon zijn we iqS5
mot vceuigde cnzööjaxi
alwmWu/yb -
Dus mét taxje. ionert-
boqeHuron..an
allipeyexcUuu:
Uieuwe
woedt qeJpotön .-.in
Wqccnjunctuuje
Al webcun wc nu <<\oq
nut wat IQ5Ó" Ze ai
Vflxdot doeto
Vaal <yiuk. bohz. man-
san.. en. noo, ma&c..
G^adc-Moed./