Paramaribo, oude dierbare stad aan de wijde Surinaamse rivier Groningen ten voorbeeld gesteld aan (het Duitse) Oost-Friesland De Lufthansa kan maar moeilijk aan jong personeel komen Oud-Katwijk: SCHAAPHERDERS J«! slt«g dart bef er 94ste Jaargang Vrijdag 28 October 1955 Vierde Blad No. 28664 Koninklijk Paar zag vandaagt Bevolking vurig Oranjegezind (Van onze Reisredacteur) PARAMARIBO Het dunne fluitje begeleid door een kleine trommel, stuurde een dansend melodietje de lauwe tropennacht in en het wist van geen ophouden. Als het liedje uit was begon het opnieuw: een simpel gegeven, een paar verrassende rhythmische wendingen, een vragende triller en een triomfantelijk antwoordje. Zo het liedje was, zo was de stad, waar ik het hoorde. Paramaribo, de oude houten hoofdstad van Suriname. Geen mooie stad misschien, wat verveloos en stoffig, ondanks de vele (links houdende) Amerikaanse auto, niet modern en niet rijk. Maar wel even goedlachs en licht spot tend als het liedje, niet Puriteins, snel vertederd door de kleine dingen van het leven. Levenswijs vooral, deze oude, dierbare stad aan de wijde Suriname- rivier. De hoge koningspalmen langs de warme straten, de hier en daar wat scheve, maar royale houten huizen met hun koele veranda's door lange palen op één-hoog getild, geven haar allure. Het oude open gezicht van de stad is door de tijd getekend en zij is daar trots opl Schoon festijn Zoals de stad is, zo zijn de mensen, die vandaag de hele dag het Konink lijk Paar in hun midden hebben ge had, een dag waarnaar zij reeds we ken lang reikhalzend hebben uitgezien want zij zijn vurig Oranje-gezind. Ko ning Willem III tekende immers in 1863 het decreet dat de slaven be vrijdde. Welnu, sindsdien zien de Creo len, de afstammelingen van die sla ven, al of niet gemengd met een flinke scheut blank bloed, in het Oranjehuis de grondlegger van hun waardigheid als vrije mensen. Die trotse liefde, ge koppeld aan hun neiging tot oprechte feestvreugde, maken van Koninginne dag „Verjariboso", zoals die heet in het „Takki-takki" of „Sranang-tongo", de omgangstaal van Suriname's ver schillende volksgroepen, ieder jaar weer een schoon festijn! Zangerig Nederlands De Creolen, die 80% van de 86.000 in woners van Paramaribo uitmaken, ge ven de Nederlander overigens onmiddel lijk het gevoel van „thuis" te zijn, on danks de tropische omgeving. Zij spre ken een voortreffelijk, wat zangerig Ne derlands, doorspekt met statige oud- Nederlandse woorden veel gebiedende wjjs, mogelijk een erfenis uit de slaven tijd. Zo zeggen zij „zak" of „schuil" het geen betekent dat men verzocht wordt respectievelijk naar beneden te komen of opzij te gaan. Wandelen heet „voeteren" en een brief posten „posteren". De Creolen hebben zioh tevens met hun snelle aanpassingsvermogen en le vendigheid de Westelijke cultuur eigen gemaakt. Voeg daarbij hun vriendelijke zelfverzekerdheid en een grote hoffelijk heid en ziedaar de redenen waarom men hen snel „ontmoet". Deze Westelijke oriëntatie heelt dan ook tot nog toe voornamelijk uit de, Creoolse groep de politieke, intellectuele' en culturele leiders voortgebracht, die thans Suriname's bovenlaag vormen. Hollandse deftigheid Zo sterk ontwaart men hier op ve lerlei gebied de binding met Neder land, dat men baast zou vergeten in een Zuid-Amerikaans land te zijn. Trouwens de kleurigheid met bijpas sende Samba-muziek, die men zou verwachten, vindt men eerder bij de Surinaamse heer Max Woiski in de Amsterdamse Leidsestraat dan in Pa ramaribo's Gravenstraat. Jodenbree- straat, Heiligeweg of Watermolen straat. Paramaribo bezit zelfs een ze kere mate van Hollandse deftigheid, vooral op het Gouvernementsplein waar enige regeringsgebouwen elkaar met strenge blikken aanstaren en wanneer men met waardige pas naar de buitensociëteit „liet Park" schrijdt, Gravenstraat: Paramaribo om er een koele dronk te halen. Men moet al naar straatjes bij de water kant gaan om te bespeuren dat Para maribo ook de lichter ontvlambare kanten van een havenstad bezit. De Koto-missie Tussen die twee uitersten echter ligt het Paramaribo van alledag, de leven dige markt bijvoorbeeld, waar het naar prikkelende kruiden en vruchten ruikt en waar men nog af en toe de „Koto missie" of de stadsgeklede bosneger in kopen ziet doen. De Koto-missie met haar kleurige hoofddoek en haar vele wijduitstaande rokken is helaas een verdwijnende fi guur. Alleen de hoofddoek wordt nog veel gedragen kleur en plooiing dui den de stemming der draagsters aan en zjj dient in uitzonderlijke gevallen tot het grootste eerbetoon dat men in Su riname kan ondervinden. Koningin Juliana zal dat dezer dagen ervaren, wanneer de kleurige doeken voor haar als een loper zullen worden uitgelegd. En wat de bosnegers en hun dames be treft. die zich het plezierigst voelen in een zeer beknopte lendedoekwanneer zij naar de stad komen moeten ook zjj buigen voor het Westelijk fantsoensbe- grip. Zij hullen zich derhalve met be wonderenswaardige gelijkmoedigheid in een oude soldaten-tuniek, een dames directoire of een ander uitzonderlijk kle- dngstuk, dat hen in het depot bij de in gang van de stad wordt uitgereikt. Warme vriendelijkheid Dat zijn maar een paar van de kleu rige beelden van deze kleurige stad. Een stad waarin men zich overigens weldadig weinig bezig houdt met het kleur-vraagstuk, met gezeur over ras sentegenstellingen, dat trouwens door de bekoorlijkheid van de ranke Cre oolse meisjes al onmiddellijk gelogen straft zou worden. Zjj immers zijn ze ker niet de minste aantrekkelijkheid van deze warme vriendelijke stad, waar Gouden Ganzeveer voor Kon. Akademie Wetenschapper De Koninklijke Akademie van Weten schappen te Amsterdam is als eerste in het bezit gekomen van de Gouden Gan zeveer, de tweejaarlijkse prijs, die de Kon. Ned. Uitgeversbond ter gelegenheid van zijn 75-jarig bestaan heeft ingesteld. Dit is gistermiddag bekend gemaakt op de Jubileumvergadering, die te Am sterdam Is gehouden onder voorzitter schap van de heer E. Lefebvre. Deze culturele prijs bestaande uit een gouden veer gevat in e?n voet van kris tal. zal in het vervolg om de twee Jaar worden uit gereikt aan hem of haar, die „zich door publicaties bijzondere ver diensten heeft verworven voor de uit breiding of verdieping van de kennis omtrent of de verhoging van het aan zien van het Nederlandse cultuurbezit". b mensen 's ochtends vroeg welge mutst aan het werk gaan, In de hitte van de middag de blinden sluiten voor de siesta en in de avondkoelte in bon te mengeling flaneren langs de brede straten onder de hoge palmen en de statige mahonie-bomen. Indonesië bestelt 2 schepen af De minister van Voorlichting. Sjam- soeddin Satoen Makmoer, heeft medege deeld, dat twee schepen, die onder de vorige regering werden besteld, zijn af besteld. De koopprijs van Rp. 85 millioen was te hoog, gezien de noodzaak, dat Rp 30 mïllioen moest worden uitgegeven aan het geschikt maken voor de vaart in Indonesië; voorts werd verwacht, dat elk jaar een mïllioen aan reparatiekos- sten zouden moeten worden uitgegeven en dat de schepen na 3 jaar gesloopt zouden moeten worden. De minister merkte op, dat deze twee Franse sche pen aan de Djakarta Lloyd werden aan geboden voor Rp. 70 mïllioen en door de vorige minister van Verbindingen wer den gekocht voor Rp 85 millioen. Er zal thans een Jurist naar Frankrijk gaan om de 12 millioen roepiahs. die reeds voor uit zijn gestort, terug te vorderen. Afd. Haarlem vraagt opheffing Vermakelijkheidsbelasting Het bestuur van de Afdeling Haarlem van de KNVB heeft zich tot de gemeen teraden van de twaalf tot deze afdeling behorende gemeenten gewend met het verzoek de vermakelijkheidsbelasting op de entree-gelden van voetbalwedstrijden van amateurclubs op te heffen. In de toelichting wijst het Haarlemse afde lingsbestuur er op dat sedert de invoering van het semi-prof voetbal de belangstel ling voor de amateurvoetbalwedstrijden ls verminderd, waardoor de verengingen niet meer in staat zjjn het zo belang rijke Jeugdwerk te financieren uit con tributies en donaties. In vele opzichten is deze streek nog sterk achterop bij andere gebieden (Van onze correspondent in West-Duitsland) De economische toestanden in de vlak bij onze provincie Groningen liggende Duitse streek Oost-Friesland laten heel veel te wensen over. De inkomsten van de bewoners zjjn er over het algemeen veel geringer dan die van de bevolking van de overige delen van de Bondsrepubliek en de werkloosheid is er veel groter. Van de bevolking van Oost-Friesland, die zich voornamelijk bezig houdt met landbouw, zee- en binnenscheepvaart, haringvisserij, omslagwerk in de havens, turfproductie en de invoer van hout. waren er dit voorjaar van elke 100 voor een betrekking in aanmerking komende mensen, niet minder dan 27 zonder werk, tegen 12 in de andere streken van het uitgestrekte Bondsland Ncder-Saksen (waarvan Oost-Friesland een onderdeel vormt) en tegen slechts 8 In de gehele West-Duitse Bondsrepubliek! Het hoeft dus niet te verwonderen, dat vele Oost-Friezen de verleiding niet kunnen weerstaan om naar de levendige grote West-Duitse industrie-gebieden te verhuizen, waar de levensomstandigheden op een hoger niveau liggen en waar ze beter worden betaald. En natuurlijk heeft men daarbij weer kunnen consta teren, dat het ook hier veelal de beste en de handigste werkkrachten zijn die deze zeer achterlijk gebleven streek de rug toe keren. Grote investeringen nodig Om de streek vooruit te brengen zijn er diverse investeringen nodig. De direc teur van de Kamer voor Handel en In dustrie in Oost-Friesland en Papenburg (een stadje van 15000 inwoners, niet ver van Winschoten) schat de daarvoor be nodigde bedragen op 300 350 millioen mark. die over een jaar of tien verdeeld zouden kunnen worden. Zon som lijkt op het eerste gezicht dat geeft men in Oost-Friesland toe wel groot, maar ze valt toch in het niet, zo zegt men. wanneer men haar met het bedrag van 60 milliard mark vergelijkt, dat West- Duiteland binnen drie jaren tijds voor zfjn herbewapening zal moeten uitgeven. Lof voor Nederland In dit verband is het prettig lof aan Nederland te horen toezwaaien. Het West-Duitse dagblad „Die Welt" zegt namelijk, dat men in Oost-Friesland een voorbeeld moest nemen aan de Ne derlandse provincie Groningen, die zoals erkend wordt, op zulk een hoge trap van ontwikkeling staat, dat zij de levensomstandigheden niet alleen in het hele Bondsland Neder-Saksen, maar zelfs in heel West-Duitsland in de scha duw stelt! In Oost-Friesland zijn 255 personen op de 1000 aan het werk, in Neder-Sak sen 318, in heel West-Duitsland 343, maar in Groningen zelfs 389. Men wijst er hier op, dat de moeras sen in Groningen al sedert drie eeuwen ln bloelende veenterreinen werden her schapen. dat de producten van de land bouw er direct ter plaatse door fabrieken worden verwerkt en dat zich daar Ook in Oost-Friesland zou een verdere ontwikkeling van het ontginningswerk hand in hand kunnen gaan met een groei van de industrie. Het Duitse blad vestigt er de aandacht op. dat men in Groningen voortreffelijke land- en wa terwegen heeft en dat die in Oost- Friesland grotendeels ontbreken. Onbereikbaar In Oost-Friesland treft men zelfs nu nog tal van boerderijen aan die 's win ters niet eens met een wagen te berei ken zijn. Behalve in Leer en in Emden beschikt men bovendien in geen enkele stad over een behoorlijke riolering. „Het afvalwater vloeit zo maar door de goten van de straat." schrijft genoemde Duit se krant. De watervoorziening is er on voldoende, er zijn te weinig scholen, ziekenhuizen en andere inrichtingen van sociale aard, in de hele streek be staat geen enkele vaste schouwburg en het aantal bioscopen is er ook betrek kelijk gering. Niemand kan verwachten, dat zon streek voor werkende mensen zeer aantrekkelijk zal zyn. Totdusver schijnt men van overheidswege, wanneer er sprake van het aanleggen was van straten en wegen, alleen maar van het standpunt te zijn uitgegaan dat de dichtstbevolkte streken er het eerst voor in aanmerking moesten komen. In Nederland daarentegen heeft men ingezien, dat moderne verkeerswegen een van de belangrijkste voorwaarden zijn voor een weldoordachte industriali sering. En per slot van rekening zou de fiscus ook profiteren als de streek econo misch tot bloei zou komen. (Van onze correspondent in West-Duitsland) De nieuwe West-Duitse Lufthansa heeft nu al. tegen alle verwachtingen In, grote moeilijkheden om aan jong personeel voor haar toestellen te komen. Toeh legt de West-Duitse jeugd wel grote belangstelling aan de dag. Op scholen en aan universiteiten wordt geregeld propaganda voor de burgerluchtvaart ge maakt. En wat de vrij hoge kosten voor de opleiding betreft, wil men vliegers- in-spe zoveel mogelijk tegemoet komen. De opleiding, die onder normale omstandigheden twee en een half jaar moet duren, kost 350 mark in de maand (daarvan krijgt de jongeman zelf 50 mark zakgeld) en men wil voor deze opleiding nu een credict van 10.000 mark verlenen. Dat geld kan naderhand geleidelijk worden terugbetaald. Jonge piloten beginnen, zodra ze klaar zijn. met een salaris van 900 mark in de maand. Die salarissen gaan al vrij snel omhoog. Een kapitein op de overzeese lijn ontvangt 1800 mark in de maand. Van de 350 jonge mensen, die zich de laatste maanden kwamen opgeven, heeft men er echter slechte 80 geschikt ge acht om nog eens voor een tweede keer getest te worden. En daarvan zullen er vermoedelijk niet veel meer dan 15 worden toegelaten tot de eerstvolgende cursus, die in December in Hamburg- Fuhlsbuttel begint. Aan de eerste cursus, die op 10 Octo ber begonnen is, nemen er zelfs maar 13 deel. Van de vroegere piloten van de voor malige Lufthansa (van voor de tweede wereldoorlog) kon de Lufthansa er niet veel in dienst nemen, omdat de mees ten te oud zijn geworden. Als het lijnennet uitgebreid wordt, zal men dan ook genoodzaakt zijn meer buitenlanders in dienst te nemen. Men vermoedt overigen, dat veel jonge Duitsers er meer yoor zullen voelen bij de nieuw op te richten West-Duitse luchtmacht dan bij de burgerluchtvaart te gaan. Het was niet alleen op de grote stille heide, dat de herders in vroeger jaren eenzaam ronddwaalden. Ook het oude Katwijk, en dan nog in het bijzonder Katwijk aan den Rijn, kende zijn schaapherders. Zij hoedden hun kudden hoofdzakelijk in het duinterrein, dat onmiddellijk ten Westen van het dorp was gelegen. Het Rijndorp was, aan het einde van de vorige eeuw, toen de hierbij afgedrukte foto werd gemaakt, nog aan de voet van de duinen gelegen. Zo bevond er zich een duinenrij vanaf de Koestal tot aan de plaats waar thans de R.K. kerk is gebouwd, die het ..Groot Duin" werd genoemd. Zelfs midden in het tegenwoordige dorp, namelijk even westelijk van de oude Otto Baron van Wassenaer van Catwijckschool aan de Comman deurslaan, lag ook nog een duin, dat „Paasduin" heette. Door afzandlng zijn deze duinterreinen thans echter geheel verdwenen. De herder, die met zijn schapen en hond op onze foto staat afgebeeld, bevond zich in het „Groot Duin". Hij heette Gerardus Aanhane en maakte deel uit van een hele familie van schaapherders. Hij was een zoon van Willem Gerrits Aanhane, die zich omstreeks 1830 in Katwijk aan den Rijn als schaapherder vestigde. Willem Gerrits had zijn bedrijf aan de tegenwoordige Nieuwsteeg. Op de plaats waar thans de schuur van de heer Fennes staat bevond ziöh zijn schaapskooi, aan de overzijde daarvan woonde hij. Dikwijls hoort men dan ook nog heden ten dage, en vooral door oudere mensen, de Nieuwstraat aanduiden als Schapensteeg. Behalve Gerardus had Willem Gerrits nog drie zoons, die het beroep van schaapherder te Katwijk aan den Rijn uitoefenden, namelijk Hendrik (die door een fout van de ambtenaar van de burgerlijke stand de achter naam Aanhaanen kreeg), Johannes en Theodorus. Hendrik nam na de dood van zijn vader in 1861 het bedrijf aan de Schapensteeg over. Gerardus woonde in een van de huizen van het woninggroepje „Callao", dat aan het begin van de Zeeweg stond, ongeveer op de plaats waar zich nu de R.K. kerk bevindt. Buiten de Aanhanes waren er echter nog meer schaapherders in Katwijk aan den Rijn. Bekende figuren waren ook Jan Maatje, die in de oude hoeve „Het Konijnshol" woonde en Teun Arends, die eveneens in een van de huisjes Callao leefde. De kudden waren niet zo ge weldig omvangrijk en bevatten meestal niet meer dan ongeveer 50 dieren, hoewel er ook wel eens kudden van 70 dieren zijn voorgekomen. Door verschillende oorzaken verdween langzamerhand de schapenhouderij in Katwijk aan den Rijn en Gerardus Aanhane is de laatste herder geweest, die men met zijn schapen in de Katwljkse duinen heeft kunnen aantreffen. (Opname uit de beelddoeumentatle der gemeente Katwijk.) (Ingez. Med.-Adv.) siiirt aUt sliaff af l Geen wonder! Shag- retta is zo rijp - dank zij de naluurgefer- menteerde tabak, die bij het Clark Procédé EQ 7 wordt verwerkt. Koop en rook een pakje Shagretta en vergelijk het met shag! Smaakt ook beier in do pijp b Kerkelijk Leven JUBILEUM Ds J. H. A. BOSCH. Stond o.a. ook te Alpben a. d. Rijn. Maandag viert ds J. H. A. Bosch, Ge- ref. predikant te Daarle (O.) zijn veer tigjarig ambtsjubileum. Hij werd 23 April 1890 te Andijk geboren en stond achtereenvolgens te Andel (N.-Br), Nijverdal, Alphen a. d. Rijn en Daarle. BESTUURSVORM THEOLOGISCHE HOGESCHOOL. De generale synode van de Geref. Kerken (artikel 31) heeft in haar Den- derdag te Enschede gehouden openbare zitting zich opnieuw bezig gehouden met de zaken van de bestuursvorm van de Theologische Hogeschool te Kampen. De commissie, die hierover rappor teerde. stelde voor. de stichting te laten voortbestaan met een beperkte wer kingssfeer en tot het verrichten van die handelingen, waarbij rechtspersoonlijk heid wordt vereist. Na de curatoren komt een deputaatschap, niet deputa- ten-financieel, zoals aanvankelijk de be doeling was. maar tot behartiging van de financiële en materiële belangen van de Theologische Hogeschool. Dit afzon derlijk deputaatschap zou bestaan uit vijf primi en drie secundi. Het kan ook het stichtingsbestuur vormen en zorg dragen voor alle finan ciële en materiële belangen. Deputa- ten-curatoren zullen daarbij de super visie hebben. Dit afzonderlijk deputaat schap zal in alles afhankelijk zijn van deputaten-curatoren. Een verhouding dus als men kent in de kerkeraad en de commissie van beheer. De synode verenigde zich met deze commissievoorstellen met drie en twin tig tegen vtjf stemmen en twee ont houdingen. Hierna kwamen de verschillende in structies, betrekking hebbend op het afzonderlijk deputaatschap, curatoren, het reglement en de stichting ln be handeling De discussie moest worden afgebroken. NED. HERV. KERK Beroepen te Rekken (toez.) H. v. Arkel (zendlngs-prcd. met verlof) te Oogstgeeit. Aangenomen naar Hulssen (Old.) (toez.) L. L. Blok te St. Maardensbrug (N.H.). GEREF. KERKEN Beroepen te Heeg L. G. Rozendal te Wilsum (classis Benthelmi (Dld.i Te Hil versum (vac. N. B. Knoppers) J R. Hommes te Groningen. CHR. GEREF. KERKEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1955 | | pagina 13