c
D.
ANNA BOLEYN'S
tragisch einde
HET OUDE SLOT
Een Zoeklicht
Beschuldigd
van
hoogverraad
WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCH DAGBLAD - ZATERDAG 16 JULI - PAGINA 2
Bewogen Leven (CXXXII)
Jane
haar op v inga ter
JANE SEYMOUR
e Koning is te paard gestegen. Hij zal zich meten met de sterkste tegenstander l
Hij voelt zich jong, hij heeit een prachtig harnas van de Keizer gekregen
Maar als hij aanvalt, weet hij dat hij niet jong meer is. Wèl is het een machtig
gezicht als hij zijn paard laat steigeren, en blikken honderden schone ogen op hem neer,
wat hem nog meer aanspoort, doch bij het wenden en keren, bij het steken met de
lans, voelt hij tot zijn verwondering dat hij net even te traag is. Hoe kém dat Zo oud
is hij toch nog niet Het moet verbeelding zijn
Heftig valt hij aan, en danwat gebeurt daar De Koning is gevallen, met
paard en al. Het paard is op hem gevallen en het bloed gutst uit zijn been, waar
van een ader gesprongen is
zeer mooie stem, voor haar zong. zittend tegen haar
knieën. Welk een natuur moet een mens gehad hebben,
die, nadat ze door haar optreden, Anna byna tot waanzin
had gebracht, haar spoedig daarna ook nog durfde te
beschuldigen van een ongeoorloofde verhouding met de
zoon van een paleistimmerman: Mark Smeaton.
DE Koningin was gevallen.
ZIJ werd ziek. Het kind, de erfgenaam van het
Koninkrijk, een zoon, werd dood geboren. In de
nachten schreide Anna Boleyn. Ze was zo zwak. Héél dui
delijk voelde ze dat nu alles voorbij was.
De Koning was een egoïst, die alleen maar aan zichzelf
dacht Hij lag maar te kreunen omdat zijn been niet snel
genoeg beteren wilde.
In de stilte van de nacht zag ze zichzelf.
Door een betoverende affectie had ze eens de Koning
gewonnen. Jaren was hy haar slaaf geweest. Jaren ach
tereen had zij zijn hart ontroerd, en daarvoor een kroon
ontvangen.
Hij denkt alleen maar aan zichzelf. Haar vader is bij
haar geweest om haar te zeggen dat de Koning een
nieuwe geliefde heeft: Jane Seymour, haar hofdame, een
„bleke Bet", helemaal geen schoonheid. Haar vader heeft
haar gezegd dat de vijandelijke partij Jane Seymour in
strueert. Zij moet de rol van de Jonkvrouw spelen, die
nog nooit door een man is aangeraakt.
Haar vader heeft gezegd dat ze voortaan een andere
houding aan moet nemen. Zij moet de Koning zijn liefde
gunnen, dan zal er voor haar plaats blijven.
Doch dat kan ze niet. Nu ze voelt dat zy in het nieuwe
Bedrüf de rol van Catharina van Arragon moet spelen,
en Jane Seymour de hare, wil zU anders spelen dan
haar voorgangster heeft gedaan! Bovendien ligt de rol
van martelares haar niet. Zy is niet zichzelf als ze
zich „Koningin kan voelen in tegenspoed". Zij is de
grote intrigante, even ydel als de Koning zelf, doch veel
knapper ln het dirigeren.
Wil deze Seymour zich met haar meten soms? Ze
heeft niets om trots op te zyn! zy past beter in een
klooster dan op een troon!
DOCH de Koning verlangde naar haar, omdat ze „zün
zoete duive" was, en naarmate dit verlangen groeide,
groeide in de eenzaamheid ook zyn haat tegen
Anna Boleyn.
Tot hoeveel dingen had zy hem gedreven! Deze heks,
dié hem volkomen in haar macht had gehad!
Op een dag stond hy op, strompelde naar haar kamer,
en toen ze hem binnen zag komen, wist ze dat de dood
meegekomen was. zyn ogen waren yskoud, en zün stem
was hees. Hy was al dik, haar Koning, het viel haar op
hoe hy hygde.
Hy verweet haar dat ze onvoorzichtig was geweest,
waardoor zyn zoon gestorven was. zy merkte rustig op
dat die onvoorzichtigheid een gevolg was geweest van de
manier waarop men haar zyn doodsbericht had gebracht.
Hy lachte haar uit in haar gezicht. Hy zei openiyk dat
hy van haar liefde niets meer verwachtte.
Toen ze nu duideiyk voelde dat hy voor haar voorgoed
verloren was, dat ze hem nooit terug zou kunnen winnen,
toonde ze hem wie zy was. Spelend met haar leven,
welke waarde had het volgens haar opvatting nog?
sprak zy in een taal tot hem die hem inéén deed krimpen!
Uit haar ogen bliksemde de haat. Zy" zei hem dat ze
nooit van hem gehouden had, dat alles wat hy eens
gevoeld had, voor een vrouw was geweest, die haar grote
liefde al doorleefd had, vóórdat ze by hem kwam!
De Koning zag haar met bolle ogen aan, schreeuwde
daarna woedend dat zy het niet zou zyn die Engeland
een troonopvolger schenken zou, en strompelde daarna
weg, als een groot en geweldig, maar zwaar gewond
W'
DE Hertog van Norfolk ls een oom van Anna Boleyn.
Eens haar machtige vriend. Haar doodsvijand sinds
zyn dochter getrouwd is met de bastaardzoon van
de Koning. Helmeiyk hoopt hy dat Anna Boleyn geen
zoon zal krygen en dat een zoon van de Bastaard eens
Koning zal zijn.
Als de Koning bloedend neerligt, vergeet hy zyn waar
digheid en snelt naar de vertrekken van de Koningin.
Hij neemt Jane Rochford mee, haar schoonzuster en
doodsvyandin.
Wat zich in de volgende minuten ln het vertrek van
ae Koningin heeft afgespeeld, weet niemand precies. Doch
sommige van haar biografen nemen aan dat deze twee
doodsvyanden haar dit nieuws op zo'n dramatische wyze
hebben meegedeeld, dat ze geheel van streek raakte, en
kwam te vallen toen ze naar het raam wilde lopen om
uit te zien.
Vrouwen zyn vaak veel feller, veel totaler in haar stryd,
dan mannen.
Toen Jane Rochford met de Hertog van Norfolk het
Koninklyke vertrek binnenstormde, zag ze dat Anna op
de luit speelde, en dat Mark Smeaton, een zanger meteen
DE Koning had al lang zyn maatregelen genomen.
Hy wilde van haar af. Anna Boleyn was géén
Catharina van Arragon. zy was als tegenstandster
véél gevaariyker.. Om vele redenen kon hy zich niet van
haar laten scheiden. Indièn hy dat deed zou Europa zyn
ware aangezicht zien. Dan zou de ganse wereld het be-
wys hebben dat hy zyn eerste scheiding ook doorgedreven
had om de stem van de lust te kunnen volgen. Zyn offi
ciële motieven waren zo nobel geweest: gewetenswroeging
omdat hy gezondigd had tegen de Christeiyke moraal!
Anna Boleyn als ex-Koningin in Engeland !Zy' zou in
staat zijn om hem te doden, opdat de kleine Elisabeth
Koningin kon worden en zy weer tot macht kon komen!
Nog altyd had zy belangryke aanhangers en haar vin-
dingrykheid was groot!
De Koning wist het allang: zy zou moeten sterven.
Er waren machtige mensen genoeg die de vuile was
voor hem wilden doen!
T U Nederlanders hebben onze ontwikkeling en
nis. Het grootste deel van die kennis is van
tengeleerd en bestaat uit „gemeenplaatsen", j
weten dat de Nederlanders zlndeiyker zyn op hun t
dan op hun lichaam, dat Paryzenaars nachtvogels
en dat het Engelse volk een flegmatiek volks is. dat
evolutie heeft gekregen wat andere volkeren door r--
lutie kregen.
Heeriyke schoolwysheld, die nooit uitkomt. Hoe r
weUjk is de tyd geweest van Hendrik vm. Zo ooit let;
de grote roman schryft over deze Tudor en zyn tijd,,
vaart hy halverwege met schrik dat hy byna al r
hoofdfiguren de geweldadlge dood moet laten sterver
Het was hoofdzakelyk kanselier Cromwell die del
ning het leeuwenaandeel van het werk, waardoor
Boleyn vernietigd zou worden, uit handen nam. Hij
bijvoorbeeld Mark Smeaton, de zanger, naar zich
liet hem op de pynbank leggen om hem zo „bekentc,
sen" te doen ontlokken over zyn verhouding mn
Koningin! Alsof Anna Boleyn zó dom geweest zon t
om zich op die wyze op dood spoor te laten zetten! i
was in die dagen immers majesteitschennis en m.
indien de zoon van een timmerman een vorstin u
raakte, en van de zyde der vorstin hoogverraad!
Cromwell meende op die wyze zyn Koning te mc^
dienen. Nó de dood van Anna zou hy zyn beloning fcj
gen: ook hy werd op Koninkiyk bevel gedood. Deschaj
zuster van Anna, die het boosaardig gerucht verspreid üj
dat Mark Smeaton de heimeiyke liefde van de Konten
was, zou ook eens hóór gang gaan: ook zy stierf tens!:
op het schavot.
De Koningin werd van vreseiyke dingen be schuier
en in de Tower geworpen.
zy wist dat zy verliezen zou. Ter dood zou worden t>
oordeeld op de onzinnige verklaringen van een murt
die reeds vóór zyn foltering het hoofd verloren had'
In de stilte van de Tower dacht zy aan het verlei
Eens was zy naar hier gevaren, in de sloep van Cathsd
van Arragon, om gekroond te worden. De lucht had
daverd van eresalvo's.
Ook nu zou men kanonnen afvuren, om de Konlnr
melden dat haar hoofd gevallen was.
Haar broer en enige vrienden werden met haar r;
oordeeld.
Als in een droom hoorde ze alles aan. Ze heeft
Koning een brief geschreven, waarin ze schreef: ,r.
hebt my eens tot markiezin en daarna tot Koniif
verheven; terwyi geen verheffing tot een hogere aati
rang voor my meer mogeiyk Is, kroont gy mjjn r
schuld met de martelaarskroon".
Zes en twintig rechters had zy, van wie haar oom,
Hertog van Norfolk, haar doodsvyand, voorzitter n
Had ook hy zyn eigen toekomst eens kunnen zien.
zou hy zyn vragen anders gesteld hebben. Maar de 1»
komst ligt Immers ln het verborgene? De cel, die ba
zou herbergen, wachtend op zyn dood, was reeds j.
bouwd.
OP de 19e Mei van het Jaar 1536 werd Anna Bote
kort na haar vrienden, onthoofd door een F.t
scherprechter, die Frans I gezonden had, -d
sympathie voor haar omdat de dood op het blokt
gruweiyker was. Zy stierf kalm en waardig, met een
tuiging van haar onschuld op de lippen.
Reeds de volgende dag trouwde de zinnelyke Kou
Jane Eeymour. Kon hy, zo zegt een harer biografen, e
duideiyker bewys van haar onschuld geven?
BU Raumer kunnen we vinden hoe het Parlementl
dit alles reageerde
„Aan het eerstvolgende parlement deelde Hendrik
dat hy, in weerwil van de treurige uitkomst zyner be
eerste echtverbintenissen, tot heil der volks eene de
vrouw genomen had. De kanselier verzekerde, dat de l
ning niet uit vleescheiyken lust of zinlyke genegenhs
maar alleen op de deemoedige bede des adels tot fles
stap overgegaan was. In zyn antwoord prees de voorzitc
(speaker) van het Lagerhuis des konings gaven der"
tuur en der genade; hy noemde hem een Salomo in*,
heid, een Simson in kracht, een Absalom in schoonhei
Door zyn toorn verblind verklaarde de koning zyn hu-r
lijk met Anna nietig (dewyi zy voor hare echtverbinta
eens er aan gedacht had. een ander te huwen!) en neer:
hy zyne dochter Elisabeth onwettig. En toch hield hij::
dat Anna zich aan echtbreuk schuldig had gemaakt'
parlement bekrachtigde slaafs deze uitspraak van ts
nieuwen Salomo en beval koningin Johanna aan weic
haar geschikten leeftyd, hare groote schoonheid en ha
reinheid van vleesch en bloed. Hare kinderen zouden ei
troon erven en ingeval zy er geene ter wereld bract
mocht de koning naar willekeur over de troonopvolp
beschikken."
REIN BROUWE!
Kijkjes in de Natuur
EEN lange zonnige weg met aan
weerskanten het onbelemmerd
uitzicht op wellanden en glooi
ende akkers en dan plotseling de
donkere koelte van een boomgroep:
de opryiaan van een kasteel, dat
grys en geweldig tussen het ge
boomte doorschemert.
Ik houd van kastelen. Ook als ze af
geleefd zyn en kenneiyk „der dagen
zat"'. Wat het precies is, weet ik niet,
maar er gaat ontegenzeggeiyk een gro
te bekoring uit van zo'n stuk zwygend
verleden, van die grauwe steenmassa,
hecht en onverzetteiyk, rustend op
grondvesten, die voor de eeuwigheid
schijnen gebouwd. Roodgrijze muren
met hoektorens en kantélen, ook al
zyn het schamele resten van een vroe
gere heeriykheid, muren, waarin de
ramen als dode ogen de bezoeker aan
staren.
Zo'n kasteel is als een fossiel, dat
slaapt sinds de onheugiyke tyd, waar
uit het stamt. Het neemt aan het mo
derne leven geen deel, het staat er bui
ten, het wil niet anders dan met rust
gelaten worden. Daarom staat het af
wijzend hooghartig, door de lange op
ryiaan gescheiden van het brutale ge
snork van de grote verkeersweg en
leeft zyn schynbestaan, teruggetrok
ken in de stilte en de schaduw van
zijn oude bomen, zyn muren en de
donkere geheimzinnigheid van zyn
grachten.
De toerist, de goede, weet dat. Hy
voelt het heel juist aan, hy respecteert
de schone slaper, zyn auto komt op
de tenen de stenen slotbrug over,
glydt geruisloos onder de monumenta
le poort door, waarna de binnenplaats,
verblindend wit van zonlicht, de wa
gen ontvangt en een plaats afstaat
tussen de reeds geparkeerde wonderen
der techniek: glimmende motordieren
met metalen huid, die het rood, grys
en bruin van de binnenhof weerspie
gelen.
De toerist stapt uit en beent wat op
en neer. Hy kykt rond, kykt omhoog,
rammelt wat met z'n contactsleuteltje
en zwygt Zoekt hy Iets? Verwacht hy
misschien een gids, die zyn kudde uit
een poortje vryiaat en het wisselt voor
een nieuw troepje kyklustigen?
Nee, dan is hy hier verkeerd aange
sloten. Dit bouwwerk slaapt. Kyk
maar om U heen. Geen prentbrief
kaarten, geen muziekje, geen suppoos
ten, geen fooien. Alleen maar stilte.
En een laaiende hitte tussen de mu
ren van het binnenplein met de zeer
rustige auto's.
enkele uren mag siyten, is zich, wel
bewust dat hy, gedurende die korte
tyd althans, geen wensen meer heeft.
Er staan kastanjebomen, waarin de
witte pracht van bloesemkaarsen nog
niet is gedoofd, naast beuken met
kleuren van brandend bruin en purper.
Reusachtige rhododendrons van res
pectabele ouderdom vullen de ruimten
tussen de bomen met grote vlakken
groen, rood, wit en lila, en waar voor
struiken en bomen geen plaats meer
ls, daar golft allerwegen het gras, be
strooid met het geel van paardebloem
van steen, van hevig licht en diepste
schaduw. Over het bomenmassief vlie
gen spelende torenkraaien. Vrolyk
klinken hun roepende stemmen, ter-
wyl ze om en om cirkelen en buitelen
in hun sierlijk spel van aanraken en
afstoten.
PLOTSELING is het strakke water
van de slotgracht in beweging ge
komen en volgeschoten met flit
sen en glansen. Want in het zog van
hun moeder verschynt daar een flot
tielje van zwartgele eendjes, vlugge
duveltjes, die, jagend en snappend
naar waterinsecten, her en der uit
schieten, waardoor de gesloten forma
tie telkens wordt verbroken. By het
stenen bruggetje herstelt zich echter
de orde en passeert het grappige con-
vooi de grote eend met zorgzaam, bin
nensmonds gemompel, de kleine dons
jes braaf achter haar aan koersend.
Alle gastenhoofden draalen mee,
alles en iedereen is glimlach. De kell-
ner sluipt behoedzaam rond, neemt
„sotto voce" zyn bestelling op en gaat
onhoorbaar weg. De stilte hangt wel
dadig op het terrasje rondom de keu
rige mensen, onder de vervaarlijke bo
men. waar geuren aandryven van zo
merse kruiden, van oude bemoste mu
ren en stilstaand groenig water.
Er is een verre koekoekroep, jonge
spreeuwen sjirpen in een uitgebloeide
boomgaard, boven op een windvaan
zingt en merel. En om alles heen ruist
als een omlysting van onafgebroken
geluld, de stem van stromend water:
de witbruisende cascade uit het kas
teelpark, dat ondanks kennelyke ver
waarlozing toch iets van zyn vroegere
voornaamheid heeft behouden.
Naarmate de tyd verstrijkt, verlaten
de gasten deze hof van Eden. Hun
auto's springen verheugd weer terug
in het leven, ze suizen de poort uit en
laten tussen de muren een stank na
van olie en benzine.
De ober ontfermt zich zwygend over
de verlaten tafeltjes.
Dan gaan ook wy. Onder de poort
en in de opryiaan kyken we om, en
nog eens en weer!
Want het heeft voorgoed ons hart
gestolen, dat oude versleten kasteel.
Dan storten we ons moedig in het
i'an de lange, kale weg.
SJOUKE VAN DER ZEE.
V OP DE BOEKENMARKT
O Ja, er ls toch ook nog een kopje
thee, daar ginds op het grasveld onder
de kastanjereuzen Nou ja, een kopje
thee voor heel rustige mensen, die
voor 't merendeel zwygend zitten te
genieten. Van een wereld, die blük-
baar schaars is geworden in hun be
staan. Een wereld van stilte, warmte
en harmonie.
Wie hier, in dit onvolprezen oord.
en boterbloem en het wit van pas ont
vouwen margrieten.
Over het zwarte grachtenwater vlak
by ons spant een brug zyn roodstenen
verweerde boog. Op die brug trippelt
een duif, llchtbeglansd op hals en
vleugels. In de donkere holen van een
hoge muur koert en buigt en pronkt
nog ander duivenvolk, vreemde ranke
figuurtjes temidden van die baaierd
Ernst Wiechert. „Missa sine
nomine".
Zuid-Hollandse Uitgeversmy
Den Haag. z.j.
Ernst Wiechert, de nog niet lang ge
leden gestorven Duitse romancier,
die de afgewendheid van de wereld als
thema heeft gekozen voor zyn romans,
heeft ook in deze roman, de mis zon
der naam, een poging gedaan om in
een soort natuurmystiek genezing te
zoeken voor de zeer kwaiyke kwalen
van Nazi-Duitsland. Drie broeders, die
ieder op hun eigen houtje uit een con
centratiekamp terug zyn gekeerd naar
hun voorvaderiyk slot, vinden dit
kasteel door de Amerikanen bewoond
en nemen hun intrek in de schaaps
kooi. In het verlaten heuvel- en ven-
nengebied heeft de tyd zozeer stilge
staan. dat men er nog van ..mijnheer
de baron" spreekt. Het ergst is Ama-
deus er aan toe. Zyn broers begrijpen
dat zyn „ziel van een wolf" alleen te
genezen is in eenzaamheid en zy la
ten hem de schaapskooi, opdat hy
daar ln innige aanraking met de na
tuur weer tot zichzelf zal kunnen ko
men.
Duidelyk geformuleerd komt de pro
blematiek van Wiechert neer pp het
eenzaamheidsbegrip en wel de een
zaamheid als enig overbiyfsel, zowel
voor de moordenaars als voor de
slachtoffers. De oude contacten zyn
komen te vervallen en de nieuwe zyn
nog niet gevonden. Ongetwyfeld is dit
een interessant probleem, doch het
ïykt my dat de oplossing, geleld langs
vele zonsondergangen, vogelkreten en
simpele gesprekken met koetsier en
dominee, die er op neer komt dat de
zin van het leven ligt in de onvergan-
keiykheid ervan, niet bepaald bevredi
gend ls.
Toonder Senior. „Klei en
Zoutwater". Uitgeverij v.h.
C. de Boer. Amsterdam 1954.
De vaders van schryvenden doen te
genwoordig opgeld. De vader van de
romanschrijfster Hella Haasse heeft
zich ontpopt als de detect ive-schryver
Van Eemlandt. Thans ligt hier voor
ons een Ujvig boek van Toonder Se
nior, de vader van Maarten Toonder,
de tekenaar, en Jan Gerhard Toonder,
de schryver.
„Klei en Zoutwater" bevat het re
laas van een jongen, de jongen kan
men wel zeggen, die aan het eind van
de vorige eeuw met niet anders dan
ondernemingsgeest de wyde wereld
trekt om te gaan varen. Op ei^
kracht vindt hy in Rotterdam
schip, op eigen kracht weerstaat
het ruwe leven en ziet kans te ge'
studeren aan de zeevaartschool. 2
wordt stuurman en later kapitein.'
hebben dit al vele malen gehor
maar wanneer dit traditionele verfc
ons verteld wordt met zoveel trod
hartigheid en eerlijkheid, dan ne=j
het hen, die een voorliefde hefce
voor zeeverhalen, toch altyd weer es
Byzonder aardig is het nasclra
waarin de vader op even lakonieke^
gevoelige wyze tot de erkenning kc
dat ouders niet altyd de wysheld:
pacht hebben.
F. Goddemaer. „Nola".
Manteau. Brussel z.J.
De Congo is een byzonder tater
sant land. dat in het middelpunt ra
de belangstelling staat. Weinig isf
eigeniyk over deze Belgische kol®
bekend, die omgeven is door een
van geheimzinnigheid, doch die e-
danks dat een grote plaats is gaan:,
nemen in de wereldeconomie.
Verheugend zou het dus zyn uk:
schry vers hun aandacht aan dit tq
meteiyke tropische gebied gingen v,
den en de voetstappen gingen druBE
van Joseph Conrad en Henri van K-
ven. Maar helaas - de poging van'-1
heer Goddemaer moet men teleur?"
steld terzyde leggen.
Op een naïeve traktaatjestoon
ons in dit boek uiteengezet wat C
provinciale blanke meent dat
neger uit het oerwoud denkt. S»
wyzig heeft deze persoon zyn rrfl
te zeggen over de corruptie, die i
meent te bespeuren bU het tol*
ras zodra het uit zün eigen 0®,"
ving komt en de blanken dient'
over de onmenselyke prim.*"
wreedheid in de negerdorpen.
nog niet door de blanke beschaB
gezegend zün. Van achter- of on*
gronden geen spoor. Dit werk W
blük van een onwetendheid en 11
een bekrompenheid, waar het «e
ste het beste verslaggeversj«f
maatje zich voor schamen zou.
De roman verbeeldt een autoWoP
fie van een neger, genaamd Mp®-\
zün, maar de mentaliteit is volicc--
Europees-provinciaals. Bepaald lk
wekkend is het dat deze Mpezo rictj
onvervalst Vlaams uitdrukt en Jgjg
van een „hippopotaam", een „p«**
en van „luister eens hier, drolligel'
rel".
CLARA EGGE®