WONDER DER NATUUR! Rijke Amerikaan keert terug naar zijn bergdorpje Lera malle gevallen WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCH DAGBLAD - ZATERDAG 25 JUNI - PAGINA 4 De jammerlijke traditie van de bruids schat brengt veel misere in Griekenland Dit is een geschiedenis uit West- Duitsland. waar het radiostation voor de Amerikaanse militairen een nieuw programma begonnen is. ge titeld „Opmars der kwartjes". Voor elk kwartje wordt een plaat gedraaid en de opbrengst komt ten bate van een goed doel. De 36ste compagnie genietroepen had binnen een ogen blik tijds 1200 gulden bij elkaar en vroeg voor de 4800 kwartjes het nummer „Shake, rattle and roll" ach ter elkaar te blijven doorspelen. De 7de afdeling artillerie bleef niet ach ter en had na 33 minuten koorts achtig collecteren 1500 gulden bij el kaar. En dit bedrag was voorlopig voldoende om de plaat van de genie het zwijgen op te leggen. Wat te zeggen van een Amerikaan, die met zijn vrouw en drie kinderen per vliegtuig twee kilometer de lucht in ging om zichzelf op het televisie- f scherm te kunnen bewonderen? Het 1 programma dat daar hoog in de 1 lucht was te zien. had als titel: Hoe ik 200 millioen gulden vond". Omdat het programma, waarin deze million- nair de hoofdrol speelde, in de Utah- Vallei waar hu woont niet te zien was door te hoge bergen, monteerde hij zijn tclevisieontvanger in een vliegtuig en ging hiermee de lucht in. De geschiedenis zelf is voor de Ame rikaanse kijkers niet zo heel bijzon der Onze held kocht enkele jaren geleden met het laatste geld. dat- hij f itoen» had en boor. Toen hij hier- i mee aan het werk ging vond hij in t een woestijn een paar stukjes erts. f De te hulp geroepen geigerteller sloeg I ver uit. Nu is hij in het bezit van een uraniummiin en een kapitaal van 200 millioen gulden. f In Rome is men op het ogenblik blij, f maar tooh ook weer teleurgesteld. t Twee marmeren leeuwen, die daar I de lieftallige leeftijd van 2000 jaren bereikten en 70 jaar netjes in een museum opgeborgen waren, zijn weer te voorschijn gehaald. Netjes schoon, gemaakt staan ze nu weer op de trappen van een groot gebouw in Rome. Eén groot gebrek hebben ze nu echter. In de 17de eeuw spoot uit de bek van de leeuwen namelijk een heerlijk wijntje en dat is nu niet meer het geval, vandaar die teleur stelling. Dit is iets over zeven daklozen in New- York. die omdat het zo koud was. in een ondergrondse trein een rustplaats zochten en voor dit vergrijp voor de rechter moesten verschijnen. Zij vroegen allen een gevangenisstraf zo lang de koudegolf zou duren. De rechter die zelf niet durfde voor spellen hoe lang dit zou zijn, liet de beantwoording van deze vraag aan de zondaars over. Hij kreeg antwoor den. die varieerden van tien tot der tig dagen Het resultaat was ten slotte, dat de zwervers overeenkom stig hun eigen voorspelling veroor deeld werden. Broer moet voor zijn zusters zorgen (Yan een bijzondere medewerker) Toen Ik in Athene aankondigde naar Monemvasia te willen gaan, keken mijn nieuwbakken Griekse vrienden verbaasd op. Waarom Monemvasia? Waarom een negen-urige scheepsreis naar dat gehucht aan de Oostkust van de Peloponnesos. dat weliswaar eens een machtig Venetiaans bolwerk was. naar de vorm een soort Gibraltar, maar dat nu zijn oude glorie volkomen had verloren? Mijn verontschul digend antwoord luidde, dat ik me bij voorkeur laat drijven op de stromingen van het toeval (die zelden parallel lopen met de toeristische heirwegen) in de hoop zo iets van de ware sfeer van het land te proeven. Daarbij zijn de ontmoetingen met boeiende mensen natuurlijk doorslaggevend en wat dit betreft bracht Monem vasia me inderdaad fortuin. Aan boord van de wrakke schuit „Elena" trof ik immers James Dikes en zijn vrouw Soleotis uit Birmingham, de snel groeiende Staalstad In de Amerikaanse staat Alabama. Zij waren met vijftien grote kisten op weg naar zijn geboortedorp Lera ergens In de bergen. James Dikes, die 64 jaar geleden als Jannis Papadalkis werd geboren, bleek een van de duizend Ameri kaanse Grieken, die deze lente met twee glanzende oceaanstomers de grote vijver waren overgestoken om het vaderland weer eens terug te zien, zo hun heimwee te lessen en de familie te verrassen met goede gaven uit het gefortuneerde Amerika. Toen Jannis Papadaikls zestien Jaar was, keerde hi) zijn geboorteland de rug toe. Zoals zovele Grieken, omdat er ln dit woeste land van veelal kale bergen slechts armoe mogelijk scheen. Bovendien kwam daar nog bi], dat Jannis zes zusters had wat voor hem een financiële ramp Inhield. In Grie kenland bestond en bestaat nog het systeem van de bruidsschat. In de praktijk van het leven is het nagenoeg ondoenlijk een meisje een man te be zorgen als ze niet over een bruidsschat van enige honderden goudponden be schikt Inderdaad goudponden, want als de Grieken geldelijke zekerheid in zake een bruid, een hulsaankoop of iets anders belangrijks willen hebben, doen zij zaken in de betrouwbare, aloude Engelse munten, welke ln Athene vol op te krijgen zijn. In een centrum- straat staan daar de wisselaarskraam pjes zij aan zij en daar kan men de begeerde goudstukken kopen tegen de drachme-koers van de dag. Oud-Monemvasia verviel tot een ruïnestad waar nu hooguit twintig mensen wonen en vlak achter de land tong ontstond een prententleloos ge huchtje van één straat, dat als markt- plaatsje voor de achterliggende berg dorpen fungeert. Er zijn vijf bazarwin- keltjes, drie schoenmakers, één schoen poetser, één schoollokaal voor 80 kin deren en één onderwijzer, drie koffie huizen en er wonen daar aan de baai alles bijeen nog geen vijfhonderd men sen van wie niemand meer dan 60 drachmen (f. 7.50) per dag verdient. De helft is al mooi! Karavaan naar Lera Toen vrijwel alle Monemvasianen James en Soleotis ln het centrale kof fiehuis begroet hadden, vroeg ik mrs Dikes naar de eerste indruk bi) haai terugkeer na twintig Jaar. Zij ant woordde: ..Vroeger was hier veel meer vrolijkheid in de gezichten. Men ver wachtte naar het scheen meer van het leven. Nu zijn ze down, alsof ze bang zijn voor nieuwe ellende". Die nacht sliep ik voor f. 0.90 cent in het dorpslogement en de volgende ochtend maakte ik deel uit van de karavaan, welke zich naar het dorp Lera begaf, waar James" moeder van 104 Jaar en alle andere verwanten met spanmng de komst van de Americano's verwachtten. James" broer had ons al in Monemvasia begroet en hij organi seerde de tocht. Dat wil zeggen, dat hij twaalf ezels en paarden plus drij vers had gehuurd om het echtpaar, de vijftien kisten en mij naar Lera te brengen. Zo zat ik drie uur lang op een mager, taai paardje, dat me via steile bergpaden langs afgronden en door verrukkelijke landschappen voer de. Het houten zadel schrijnde mijn dijen met toenemend geweld, maar omdat ik een Kerel wilde zijn en bo vendien in voortdurende angst ver keerde inzake een misstap der paar- denbenen, hield ik me zo stil mogelijk. Onvindbaar dorpje In Lera bleef ik wat afzijdig, toen de Dikes' door het ineen geschrompel de moedertje en alle anderen met tra nen en kussen werden begroet, maar Antieke gewoonte bederft leven van moderne mensen Voor een eenvoudig dorpsmeisje zijn licht 125 goudponden (ong. f.6000 no dig) en daar de broers roede verant woordelijk zijn voor het bijeenbrengen van deze bruidsschat, zag de toekomst er voor Jannis Papadalkis met zijn zes zusjes wanhopig uit. Deze bruidsschat-tragedie leeft nog volop in het het Griekenland van van daag. In het KLM-kantoor in Athene ontmoette Ik een vriendelijkee Griek se employé van achter in de dertig, die al jaren verloofd Is met een aller liefste jonge vrouw. Zijn hartewens (en die van zijn verloofde) was om te trouwen en zijn salaris was daar ruimschoots toereikend voor, maar van een huwelijk kon voorlopig geen spra ke zijn, omdat hU eerst moest sparen voor een bruidsschat voor zijn drie zusters, die nog steeds niet „aan de man" waren. Het leven van deze mo derne, In de wereldstad Athene wer kende man wordt voor een groot deel bedorven door een verouderde gewoon te, gecombineerd met de omstandig heid, dat de familiebanden in Grieken land opvallend sterk zijn. Er zijn momenteel felle acties gaan de tegen deze „prica"-traditie, welke vooral in de dorpen nog samengaat met de Oosterse methode, dat de we derzijdse ouders op zakelijke basis tot huwelijksafspraken komen. Het kwaad van de bruidsschat is echter zo diep geworteld, dat het nog Jaren zal duren voordat een normaal uitziend meisje zonder-goudponden tot een huwelijk kan komen (voor een uitgesproken schoonheid is er in de stad natuurlijk altijd wel een kansje). Vervallen grootheid Jannis Papadaikls bleek indertijd niet van plan in de situatie te berus ten en een boerenleven van armoe ln het dorp Lera te gemoet te gaan. Hij vertrok naar Amerika, noemde zich vanwege het gemak James Dikes, ging bordenwassen, kranten verkopen, en fin kent zulke carrières en opende tenslotte een Grieks restaurant ln de industriestad Birmingham in Alabama In 1936 kwam hij zijn vrouw ln Mo nemvasia afhalen en slndszien zagen zl) Griekenland niet meer terug. De Dikes en ik werden met roeiboot jes van de „Elena" naar de wal ge bracht. want het Monemvasia van nu heeft geen haven meer. Vroeger was het een stad vol gezag, een stad van burchten, befaamde kerken en rijke hulzen, een welhaast onneembare ves ting, gebouwd op een stelle rots, welke evenals die van Gibraltar slechts vla een smalle landtong met de vaste wal verbonden is. Ze hebben al duizend maal de Enkhuizer Almanak verslonden en hopen er "t beste van. Zonder iets van die „Enkhui zer" te willen zeggen: ,,"t komt niet Altijd uit!" En ook De Bilt heeft 't, met alle respect, soms mis Daarom blijft 't mogelijk, dat 1955 voor U nog de schitterend ste dagen van Uw kortstondig leven in petto heeft! Laat ik "t déar op houden, nu de dagen al korten gaan FANTASIO De kisten worden het huisje van zijn 104-jarige James Dikes en zijn vrouw zijn aangekomen in Lera. moeder binnengedragen. James riep me al gauw binnen om Turkse koffie, ouzo (anisette) en een lepel jam te gebruiken. En waarschijn lijk vonden hij en zijn vrouw het zelf wel gemakkelijk, dat ze mij als ge- spreksmotief konden gebruiken. De jaren in Birmingham hadden James en Soleotis te zeer veramerikaniseerd om zich weer binnen enkele minuten thuis te kunnen voelen in een Grieks bergdorp. Ik geloof zelfs, dat ze er wat tegen op zagen om er een week te blij ven. Lera is een dorp uit vele. Het Is alleen langs vrijwel onvindbare ezelpa den te bereiken, het ligt 500 meter hoog in de bergen, heeft 60 huizen en de bewoners lijden zonder twijfel een armoedig bestaan. Een bed is er een zeker symptoom van luxe, de gezichten zijn vaak inge vallen, de vrouwen dragen grauwe hoofddoeken en ik miste er de vrolijk heid, waartoe het berglandschap rond om en de bijna altijd schijnende zon toch eigenlijk stimuleren. Ondanks de armoede zagen de meeste huizen er van binnen met hun witgekalkte mu ren helder uit en de ganse familie Papadaikls toonde zo veel innerlijke beschaving, dat zij geen enkel blijk van nieuwsgierigheid toonde inzake de inhoud van de kisten met hun luister rijke collectie Amerikaanse cadeaux. Toen ik uren later terugkeerde naar Monemvasia waren de kisten nog dicht. Terug naar de States James en Soleotis gaan deze zomer terug naar de States. Zij hebben voor het comfort van Amerika gekozen, al zal hij vooral een vage heimwee naar zijn bergdorp nooit helemaal kw(jt raken. Maar er zijn ook Americano's, die blijvend naar Griekenland terug keren, die de mensen en de sfeer van hun land niet kunnen missen. De eigenaar van de grootste bazar van Monemvasia is zo iemand. Een kleine rustige man van tegen de zestig, die viermaal voor een tijdje naar de Ver. Staten ging om daar als kellner dol lars te incasseren, maar die telkens met zijn spaargeld terugkwam naar zijn vrouw en zoon in Monemvasia. Sinds 1950 is hij definitief terug. Hij kon in Amerika veel meer verdienen dan in zijn winkel-van-nu, maar hü gaat van het verstandige standpunt uit: you can't take it with you je kunt de dollars toch niet meenemen als je tijd gekomen is. En hij prefe reert Monemvasia met zijn olielamp jes. zijn ene straat, zijn stille baai en een paar honderd trage mensen, bo ven het zenuwslopende gewoel van New York of Chicago. Waarschijnlijk heeft hij het bU het rechte eind. Als het tenminste rustig blijft in Grieken land. H. A. HET is dit jaar zó'n wanho pige zomer, dat ik eigen lijk niet meer weet of de zon al geschenen heeft, of de vruchtbomen bloeiden, of ik ge zwommen heb en of ik al écht eens „bakken" kon onder een stralende hemel. Ze moeten er geweest zyn, die heerlijke dagen, maar ik ben 't vergeten Ik weet alleen, dat iedereen aan het nageslacht vertellen kan, dat de zomer 1955 tot aan de langste dag van het jaar één aaneenschakeling van natte, koude, gure dagen leek en dat we met dikke truien en overjas sen rondliepen, huiverend van kou en zonder bijna ooit tegen elkaar te kunnen zeggen „lek ker weertje vandaag". IEDEREEN heeft met zijn kolenvoorraad gewoekerd tot er geen kruimel anthraciet ol sokes meer over was. We zijn door wind- en storm vlagen getornd en zeiden tot vèr ln Juni: „Het lijkt hartje winter". Heel wat brave, beste burgers verloren er hun goede humeur onder. werden bepaald on vriendelijk en kortaf onder de eeuwigdurende kou. die, aange blazen door atoomproeven ot niet. ons het leven verzuurde, tot we bibberend onder de wol kropen Zij. die met vacantie gingen, kregen dikwijls óók al de kous op de kop. Briefkaarten uit het buiten land spraken van sneeuw, waai anders duizenden bloemen bloei en. We hadden, met onze eigen vacantie nog voor de boeg, me delijden met die „vroeg-er-op- uit"-trekkers. Ze wilden graag meedoen aan „vacantie-spreiding" en werden nu zo rampzalig voor htm deugd beloond. Wét bitterheid in een hotel of pension te moeten zitten -2 weken op een jaar! - en dan de regen te horen gutsen of de thermometer naar het nulpunt te zien zakken, zodat je geen bergtop meer zien kunt Dat is om er tureluurs van te worden en nooit meer op reis te gaan „Verloren tijd, verkwiste tijd" en het ergste was, dat niemand 't meer ongedaan kon maken. En een Jaar wachten valt niet mee KOU, kou, kou Dit was ons deel! Daarom is 't te verwonder lijker. dat de natuur haar gang ging. Wat langzamer dan ander: wèlbegrepen, maar tóch: zij liet de mensen niet ln de steek, wrong zich door alles heer- Zelfs de bloesems, die bevro ren Irken kwamen tóch op on naspeurlijke manier tot bloei zodat ge plotseling als bij ver rassing stokstijf voor een won der bleef stil staan en vroeg „Hoe hebben ze 'm dét gele verd?". Kijk góed rond en ge ziet af en toe zulk een verrukking zo als hier bij de Haven en ge verzoent U dan voor één ogen blik met alle leed. dat Uw deel was in dit merkwaardige jaar 1955. een prachtig jaar voor re- genjassenverkopers of parapluie handelaren, maar voor alle an deren een jaar - althans tot nu toe - van veel deceptie's en van veel misère, dat zelfs de koeien in de drassige wei mistroostig stemde en rheumatische aanval len bezorgde. WIE weet komt er nu beter weer in zicht. Wie weet kan iedereen nog inhalen wat hij miste. Ik hoop 't voor allen die er nog op uit zullen trekken, met angstige hoop iedere dag de ba rometer beklopjien en hun va- cantie-dagen aftellen. (Foto L. Boom, Leiden)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1955 | | pagina 14