1
Progressief?
Conservailef?
Gaat
vandaag
mee naar
Oost-Afrika?
Inheemse bevolking gaat gebukt
onder primitieve angstvoorstellingen
WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCII DAGBLAD - ZATERDAG 30 OCTOBER - PAGINA
BIJGELOOF VIERT ER HOOGTIJ
Tot Oost-Afrika rekenen we het gebied ten Zuiden van
Ethiopië en de Golf van Aden tot aan het Njassa Meer, resp. de
benedenloop van de Zambesi.
Het is een regenarm hoogland met eentonige grasvlakten,
het land der struisvogels, zebra's en antilopen.
BONTE. INTERESSANTE
VOLKERENMENGING.
Vanouds zijn de hier wonende Oost
Bantoe-negers hakbouwers: doera,
gerst en de later uit Amerika inge
voerde mals spelen een grote rol.
Ook planten ze tomaten, manlok.
bananen, suikerriet, bonen en erwten.
Veelal kennen ze slechts bemesting
door middel van de as van het ver
brande onkruid. Sporadisch vindt men
een uitnemend Irrigatiestelsel.
Oo6t-Afrika is het land met een
bonte, interessante volkerenmenging
Door de voortschrijdende uitdroging
van Somalüand werden de Hamletlsche
veetelers aldaar gedwongen steeds zui
delijker hun toevlucht te zoeken.
Langs de grote meren, tussen Vic
toria Nianza in het Oosten en Albert
Meer in het Westen, zijn één of meer
dere golven van veetelers Oost-Afrika
binnengevallen.
De hakbouwers werden overal ge
makkelijk onderworpen door de be
wegelijke Hamietische veetelers
meestal had een volkomen vermenging
plaats. Aan de Invloed van de Hamle-
ten is de invoering van het rund te
danken; de negers kenden oorspron
kelijk slechts geiten, kippen en scha
pen.
KUNSTIG BEWERKTE
HUIDEN ALS KLEDING.
Er zijn nog stammen ln Oost-Afrika,
zoals de Jaluo en de Wagala, waar
men volkomen naakt door het leven
gaat. Ondanks, of veeleer, dank zij
deze naaktheid staan deze stammen
op een voor negers zelden bereikt hoog
zedelijk peil. Hieruit blijkt weer. dat
kleding en moraal volkomen los van
elkaar staan.
Dikwijls draagt men een kleine
schaamgordel of een aan de hals be
vestigd geiten vel. Op deze hulden
brandt men niet zelden fraaie stip- en
streeppatronen ln. zodat ze op een
afstand gezien op tijger, en luipaar
denhuiden lijken.
Bij de Wagala eist de beleefdheid
dat een gehuwd man. die reeds vader
is. nimmer zonder geitenvet bij z'n
schoonmoeder aankomt. Zou hy dat
wagen, dan zal ze zeer beledigd zijn
en betaling van een geit verlangen!
Alle Afrikaanse schonen dragen een
taillegordel, die dikwijls uit kauri-
schelpen bestaat. Zelfs wanneer ze er
een ander kledingstuk overheen dra
gen, blijft deze gordel gehandhaafd.
Aan de kusten en langs de wegen,
die naar het binnenland voeren, kleedt
men zich veelal naar Europese mode:
de Bantoevrouwen dragen er lange
katoenen gewaden, die haar gehele
vervaardigen, die ln de oude wortels
worden bevestigd. Verder kent men het
doorboren van oren en neus: allerlei
voorwerpen worden ln de doorboorde
en dikwijls niet weinig vergrote oorlel
len aangebracht, tot zeer grote houten
cylinders toel
Voor bijzonder fraai geldt bij de
Sara-stammen de lippenverfraaiing der
dames. Deze laten zich de lippen door
boren en verwijden die door het telkens
invoegen van steeds grotere houten
schijven zodanig, dat haar met deze
sieraden uitgedoste lippen tenslotte als
een snavel naar voren steken.
Het behoeft geen betoog, dat men
daarvan bij het eten. drinken en
spreken grote hinder ondervindt.
In het Noordelllk deel van Oost-
Afrika zijn vooral de versieringen
merkwaardig, n.l. de zware manchet
ten van ijzer-, koper of messingdraad,
die men aan de polsen draagt, bene
vens andere niet vele bredere ringen,
bevestigd om de hals en soms ook om
het middel.
De eerst open gegoten messingrin-
gen worden pas aan het lichaam ge
sloten.
Ter vervanging van ons hoofdkus
sen bezigt men ln geheel Oost-Afrika
het hoofdbankje, dat ook de oude
Egyptenaren reeds gebruikten. Het is
een halve maanvormig uitgehold nek-
steunsel, dat dikwijls zeer kunstig
versierd wordt.
U vraagt misschien of dit negers zijn. die op hun wijs hartelijk
lachen? Neen. het zijn vrouwen van een negerstam in de buurt van
Mombasa, die - volgens de aldaar geldende mode - haar schoon
heid pogen te verhogen door de lippen tot een bijna onbegrijpelijke
omvang uit te rekken. Reeds in haar jeugd wordt zowel de boven-
als de onderlip doorboord en in de wonde een houten schijfje ge
plaatst. dat voortdurend vervangen wordt door een groter exemplaar.
Op huwbare leeftijd heeft de onderlip dan vaak de omvang van
een soepbord! Dat deze vrouwen alleen maar ongearticuleerde
klanken kunnen voortbrengen en niet dan heel moeilijk kunnen
eten. weegt niet op tegen de voldoening over de bewonderende
blikken van haar mannelijke en vrouwelijke stamgenoten.
Een Wandorobbo-man uit Oost-Afrika met grcle
houten cylinders in de oren.
MERKWAARDIGE
LICHAAMSVERVORMING.
Het lichaam ..verfraait" men dikwijls
door het met littekens te bedekken.
Ook beschildert men zich wel met
oker of witte leem. terwijl men zich
tevens voor dans en strijd verft en er
daarbij naar streeft zoveel mogelijk,
wat kleuren betreft, op een bepaald
dier te gelijken. Dit hoopt men dan
gemakkelijker te kunnen besluipen.
Ook kent men het slijpen en uit
slaan der tanden; breken de gemuti
leerde tanden af. dan weet men uit de
beenderen van dieren kunsttanden te
In Oost-Afrika kwam het hand
werk tot enige bloei. Vooral de ijzer-
techniek moet vermeld worden, zowel
wat betreft de winning als de ver
werking van de grondstof.
De hoogovens, dienende om het ijzer
te smelten en de uitstekende blaas
balgen. welke men heeft uitgevonden,
verdienen onze oprechte bewondering.
Deze uit leem opgetrokken ovens zijn
dikwijls enige meters hoog: men voor
ziet ze afwisselend van een laag houts
kool en een laag ijzererts.
Vroeger werkte de smid met hamer
en aambeeld van steen, doch thans zijn
overal Europese werktuigen in gebruik.
Deze jongeman van de Sara-stam bezocht met boven
staand resultaat het plaatselijke schoonheidsinstituutl
Op hun manier zijn de Afrikaners
allen vrij muzikaalmen moet hun mu
ziek echter eer rhythmisch dan har
monisch noemen.
Het Uevelingsinstrument. dat bij
geen enkele stam mag ontbreken, is de
trom. Dit is een uit een uitgeholde
boomstam gevormde cylinder, welke
met een vel. veelal een geitenvel, of
met de huid van een hagedis, is over
trokken.
Men kent deze trom in allerlei af
metingen en bij elke ceremonie speelt
ze een grote rol. In oorlog en in vre
destijd. om regen op te wekken, om de
mannen te wapen te roepen, maar ook
als werktuig voor het seinen, vindt ze
haar toepassing.
Een geliefd muziekinstrument vormt
ook de muziekboog: een boog, voorzien
van een strak gespannen snaar, waar
aan door tokkelen geluiden worden
ontlokt.
Ook voor volksspelen heeft de neger
grote belangstelling. De „berijder" van
een stokpaard gedraagt zich onder
grote hilariteit als een echte ruiter.
ZUn paard bestaat uit een door doeken
bedekte bamboe stelling.
Het marlonnettenspel vindt ook veel
waardering. Hierbij toont een onder
een doek verborgen persoon de toe
schouwers allerlei poppen in de trant
van onze poppenkastvertoning.
VREES VOOR TOVERIJ.
BOZE BLIK EN HEKSEN.
Afgezien van de stammen waar de
Islam of het Christendom reeds ingang
vond. zijn de volkeren van Oost-Afrika
veelal animistisch. Hier en daar ge
looft men aan een God. een Hoogste
Wezen of een almachtige geest.
Gewoonlijk echter maken ze zich
weinig zorgen om eventuele goden: al
leen in tijden van gevaar, zoals b.v. bij
droogte of hongersnood, alsmede bij
het binnendringen van een vijand of
wel bij het optreden van een epidemie,
zoeken ze door offer en gebed tot hen
hun toevlucht.
Om dergelijke redenen beklimmen bij
de Kikoejoes de priesters een heilige
berg, ofwel ze betreden een heilig woud
en offeren daar een schaap. Het vlees
van dit dier koken en eten ze; ln het
vet dompelen ze twijgen en bestrijken
daarmee omringende bomen. Dez*:
lige wouden komen in het Kikoejoti
veel voor; ze tekenen zich op t.».-
boven de veelal boomloze vlakte:
Niemand mag ln zo'n woud een i
hakken: ziekte en tegenspoed mie
het gevolg van zijn!
De meeste stammen brengen de f.
ten. resp. de voorvaderen offers
wfjls aan de graven van de laats":
aan de verblijfplaatsen van de eerr
die men denkt te vinden bij gr;v
opvallende bomen, bij dikke, gra
nen etc.
Geloof aan toverij is naui
godsdienst van de Oost-Afnhj
stammen verbonden. Door tover,' i
de ene mens de ander ongeluk,
ja zelfs de dood bezorgen!
Daarom draagt welhaast e
minstens één amulet of talisman
zich om daardoor. hetzU een heaB
dreigende toverij af te wenden, i'
voor zichzelf een voordeel af te c;
gen. Gaan b.v. de Masalvrouwen
naburige dorpen naar de markt, t
beschermen ze zich tegen toverij
haar voorhoofd en wangen met n
dermest te bestrijken.
Algemeen verbreid is ook het st
aan de boze blik. welke zowel de a
als het vee ziek kan maken. Wie:
deze gave behept wordt geacht.
zich bij de Masai niet in de buur:
een kraal laten zien. doch moe:
zijn gezin afgezonderd in een spe
kraal leven. Mocht hit het toch n
een vreemde kraal te betreden,
kan hij er zeker van zijn te
doodgeranseld.
Worden mensen of dieren plot
ziek. zonder dat dit door natu'
oorzaken als in de strijd opc-
verwondingen e.d. kan worden
klaard. dan wijt men dit aan hei-
boosaardige mensen.
Immers heksen eten lijken es
er daarom alleen al belang bij de:
te veroorzaken.
Algemeen bekend is in Oost-Ai
ook de medicijnman. Hu voos;
vooral de toekomst, geneest zieir.
wordt in zeer moeililke omstana.:
den geraadpleegd. Met de oudsten
nen heeft hij de leiding van de
oudercultus.
Na taboe-overtredingen, waai
men zich verontreinigt, rust op
de plicht voor de reiniging te rt
J. H. VAN DEN BRK
DE strijd tussen conservatis
me en progressiviteit brengt
iedere dag werelden ln be
weging, liever in beroering. In de
politiek, de wetenschap, de
kunst. Ja. op leder gebied.
Een spreekwoord zegt wel:
„De uitersten raken elkaar",
maar hier gaat dat toch niet op.
Wie het bijv. ln z'n hersens
zou halen, om te denken dat
Pieter Sjoerds Gerbrandy en
Gerben Wagenaar elkaar ooit
een broederlijke stomp ln de rug
zouden toedienen, beziet de za
ken ietwat te Idealistisch.
En wanneer ge ln de kringen
der kunstbroeders uw oor te
luisteren legt, dan hoort ge. hoe
een Beethoven- of Mozart-en-
thousiast altijd nog maar niet
begrijpt, dat een 20ste eeuwer
niet meer zo componeren kin
als de 18e eeuwer. Zonder
te beseffen, dat de ene eeuw to
taal andere emoties ln zich
draagt als een voorgaande.
Progressieve naturen zijn no
dig. omdat anders de wereld stil
zou staan. Progressieve naturen
zijn de stuwende krachten ln
een maatschappij, die maar al
te zeer geneigd is in te domme
len. omdat het zalige dommelen
zo gemakkelijk en zo heerlijk is
en omdat niemand er kleer
scheuren bij oploopt.
Daarom wil de „gemiddelde"
mens het liefst niets van progres
siviteit. die maar onrust, dik
wijls onbehagelijke cnrust ver
oorzaakt, weten.
OOK deoverwegingen van de
conservatief zijn lang met
mis.
Conservatisme betekent even
wicht, zekerheid, rust. geen on
verwachte schokken, die de uit
gestippelde levensbaan plotseling
van richting doen veranderen.
Conservatisme is het cement
tussen de dikwijls wankele ste
nen van het hoogopgetrokken
maatschappelijke gebouw, dat
o! zo gauw op instorten staat,
omdat het al vele. vele eeuwen
achter de rug heeft.
Conservatisme behoedt voor 41
te grote spoed in voor- of ach
teruitgang, zorgt voor het fun
dament. waarzonder leder bouw
werk tot ondergang gedoemd is.
Ze kunnen wel eens vervelend
zijn, die conservatieven met hun
eeuwige bezwaren en voortdu
rende „maar-alsen", maar de
trappelende, hijgende en hol
lende progressieve paardjes zou
den hen. als 't er op A4n komt.
toch niet kunnen missen, om
dat een gewaarschuwde pro-
gressieveling altyd nog voor twee
geldt.
T AAR zouden we heen
moeten zonder de zieners
in de toekomst?
Een Huxley, een Orwell, een
Toynbee: dAt zijn de mannen,
die ons de weg naar het Jaar
2000 wijzen en van wie wi)
gewone, middelmatige mensjes
heus wel het een en ander
kunnen opsteken.
De progressieve naturen waar
schuwen óók en daarom zou de
wereld hen evenmin kunnen
missen.
Zo zwalkt de wereld constant
tussen twee polen.
Nu eens schiet zij naar links,
dan weer naar rechts.
Het is voor ons. de millioenen
mensenkinderen, gaande dage
lijks onze gang, de kunst om als
goede acrobaten op het koord
van deze deinende wereld te ba
lanceren en te zorgen er niet af
te vallen.
Dat vereist grote levenskunst!
Dat vereist: enerzijds Je niet
mee laten slepen door al te ver
lichte voortrekkers, anderzijds
Je niet bij de benen laten grij
pen door hen. die ..op de plaats
rust" commanderen of zelfs
rechtsomkeert willen tippelen.
NAAR mijn idee hebben de
Engelsen wel iets van deze
levenskunst de kunst
van het midden in hart en
nieren.
Of dat nu de enig Juiste le-
enskunst is, betwijfel ik.
Maar het is zéker een kunst,
die dikwijls succes Inhoudt.
De Engelsen hebben hun ogen
niet in de zak.
Ze weten drommels goed waar
Abraham de mosterd haalt
al sinds eeuw en dag en met.
tot nu toe, goede resultaten
waartegenover staat, dat ze de
traditie in ere houden, niet al
leen met houtvuren. Kerstkaar
ten. plumpuddingen en zo, maar
ook wanneer ze op Jacht gaan.
Zou er veel verschil zijn tus
sen een voorgaande eeuw en de
huidige, wanneer ge in een ty
pisch oud-Engels dorpje de Ja
gersstoet met de meute er op uit
ziet trekken?
Ge denkt nog in de tijd van
Dickens te leven als ge de rode
jagers en de gevlekte honden
met hun lange flaporen naar
buiten ziet trekken, om de no
dige hazen te verschalken.
In dót opzicht is in Engeland
niets veranderd: wereld-revolu
ties ten spijt.
DE hemel mag weten hoe het
komt: ze hebben er altijd
nog tijd engeld voor,
om zich aan die éne. alleszalig-
makende sport over te geven.
Straks verorberen ze bfj kaars
licht en ln smoking hun haasje,
terwijl de wereld morgen in
brand kan staan.
Welaan: dót merken ze over
morgen wel
En dan zijn ze heus zo gek
niet, om gèèn maatregelen te
nemen.
Daar zijn ze weer progressief
genoeg voor!