"DE DUISTERNIS VAN DE MACHT f Een Zoeklicht loedbad teisterde arm Frankrijk., D' M H Zaterdag 30 October 1954 oaen Leven XCVI O- ie droeg nog het licht van menselijke liefde? In het volk leeft de macht der duisternis, in de leiders de duisternis van de macht Woorden van Tolstoï, doch zij gelden voor alle tijden In alle tijden is het volk van iede wil geweest, was het de drager van hoge waarden, doch het wordt, daar het beschikt over voldoende inzicht, gemakkelijk misleid. Als daar een bewogen stem komt, die het oproept tot de daad, „in naam des iningsofin naam van God", dan gordt het zich aan, zonder te onderzoeken die stem wérkelijk van de Koning is of van God Zonder zich te realiseren dat die ning, die Grote, ook maar een mens is, behep» dus met vele gebreken. DE voorpagina van een dagblad wordt over het alge meen ..groot" nieuws afge drukt. De ..koppen" boven de ko lommen vermelden met forse letters de politieke toestand van de we reld. Een hevige brand, een tragisch verkeersongeluk. een bijzondere sportdemonstratle worden op de zelfde manier onder de ogen van de lezers gebracht. En terecht. Alie nieuws is nu eenmaal geen ..groot" nieuws Belangrijke berichten mo gen door een bijzondere ..opmaak in het oog vallen. Gebeurtenissen, die binnen de aandacht van een beperkte kring thuis behoren, wor den in den regel niet op de voor- WOORD VAN BEZINNING dergelijke feiten kunnen ln een be paald gezin, soms ln één leven, alle andere gebeurtenissen, die in lange kolommen, voorzien van ..vette kop pen" beschreven worden. In de schaduw zetten. Je bent zo vervuld van eigen vreugde of eigen leed, dat al het overige in de wereld Je niet meer interesseert. In dit geval is het binnenblad, viduele spanning, gemoedsstem ming". kom je tot de ontdekking, hoe nauw Innerlijk en uiterlijk van het leven bijeen behoren. Grote, opvallende daden en fei ten actie om de onbeschrijfelijke en ons aanklagende nood van de vluchtelingen uit de wereld te hel pen. het verrassende en bescha mende voorbeeld van Florence Nightingale die alleen door radi cale navolging gehuldigd kan worden, de herdenking van een we reldhistorische figuur als August 1- nus en wie en wat al niet meer vinden bil nadere beschouwing hun oorsprong in de binnenzijde van mensenlevens. pagina vermeld. Zij ontvangen een plaats, onder streeknieuws of een andere rubriek, op een binnenblad van de krant. DIT WIL echter niet zeggen.dat dit soort nieuws minder be langrijk zou zijn. Het leven bestaat uit vele kleine, onopvallende dingen. Voor de be trokkenen en voor de naaste om geving hebben deze vaak meer be tekenis dan het meest schokkende wereldnieuws. Een kind. dat gered wordt: een examinandus, die ge slaagd Is; een overlijdensbericht; nu figuurlijk op te vatten in de zin van Je persoonliike. intieme leven" frontpagina geworden. De binnen kant is hoofdzaak. Wat bil anderen de meeste belangstelling trekt en door de redactie en de drukker van het blad zo opvallend mogelijk wordt geplaatst, is voor jezelf bij zaak. VERDER peinzende over front pagina in de betekenis „bui tenkant van de wereld, alge meen nieuws" en binnenblad, ge zien als „persoonlijk interesse, indi- GETÜIGT de frontpagina, de ulterlüke kant van mijn christen zijn. op onweerspre kelijke wyze. van een regelrechte verbinding met de onzichtbare. Innerlijke zijde: Jezus' Evangelie, dat immer actuele en hoogst waar devolle binnenblad? P. L. SCHOONHEIM, Hervormd predikant voor het buitenkerkelijk werk. ►loge Rijndijk 14a. ER is geen verhevener zang dan klokkengelui! Iedereen die het hoort op een ongewoon uur. weet dat er een Prins geboren is of dat een ramp het vaderland heeft getroffen. Om drie uur In de nacht begint de bourdon van St. Germain te luiden. Zwaar galmen de tonen door de lauwe nacht en dringen in de huizen. In de zo pas nog zo stille straten kletteren opeens de wapens en hese stemmen schreeuwen: „de Koning wil het, de Koning beveelt het!" Rinkelende ruiten, krakende deuren, gillende vrou wenstemmen die boven het rumoer uitklinken en God aanroepen. De grootste moord aller tijden is begonnen! Mannen worden ln hun bedden vermoord, vrouwen, kin deren. De dorst naar bloed Is opeens In duizenden ge varen. Overal zoekt men naar huizen zonder kruis. Tot in het paleis van de Koning stroomt het bloed. Een ge wonde Hugenoot vlucht door de gangen van het Louvre, barst door de deur die toegang geeft tot de kamer van Margaretha van Valois. Hij loopt de verschrikte bruid zo in de armen en rolt met haar ondersteboven. Het bloed dringt in haar kleed. Zjj verbergt de stakker in haar kamer, één van de weinige overlevenden van dit bloedbad. Buiten neemt de razernij voortdurend toe. De mensen worden bezeten en de Koning, over wie ineens de bloed dorst is gekomen, staat aan een open venster, en schiet en schiet. „Doden! Allemaal doden!" brult hij. Mensen zijn géén mensen meer. Coligny in het gezicht getrapt, doch toen hij het deed was het hem of de tijd heel even bleef stilstaan en hem aanklaagde voor alle eeuwen. Een koude rilling liep langs zijn rug. De hand van de dood was opeens op hem. Voelde hjj op dat ogenblik dat eens hetzelfde aan hem zou wor den voltrokken? Dat eens de man. met wie hy nu deze gruwelijke massacre leidde, hem op dezelfde wijze doden zou? Hij veegde het koude zweet van het gelaat en on middellijk daarna gaf hy bevel de Collgny het hoofd af te slaan. De bezetenheid vond haar hoogtepunt. Al wat geen witte band om de arm droeg en geen wit kruis om de hoed. en zich op straat vertoonde, werd neergeslagen. En toen die vreemde koorts het hoogtepunt bereikt had. rekende men met zijn persoonlijke vijanden af. Aan de Katholieke Sorbonne vermoordde een hoogleraar de beroemde geleerde Ramus, omdat hij met deze ln een polemiek gewikkeld was. hcht •\E duisternis daalde neer op dit arme land. Ook op de Eeuwige Stad Rome. ondanks het feit dat zij tengevolge van deze mlsdnad schitterend werd verlicht. De gezamenlijke kardinalen hoorden het Te Deum aanter ere van deze overwinning. .En Paus Gregorius XIII liet de bloednacht jubelend vieren". Als dan dusdanig de Hoge dienaren van Christus han delden. ln volslagen duisternis, wie droeg dan nog het i menselijke liefde en menselijke rechtvaardig- Itiurina de Medici weer naar haar palels, het terugkeerde, was zij aan hevige angsten ten Coligny zou niet sterven, hy zou blijven on wel raden wat hij de Koning had gezegd, K hem alleen was „Sire, Ik smeek U na ijlt. houdt üw moeder bulten de regering, lchts kwade raad geven die, indien gij er naar V *eg zal vagen. Sire, regeer alleen!" ■gesproken hebben, deze „tweede-rangs" edel- *"n ziekbed zal hij zijn plannen smeden om wen. Hij heeft zijn mensen daar wel voor. ps geruchten de ronde dat zij de aanslag ïid. En ze heeft er part noch deel aan! slimmer zijn! zij zal het winnen! Ook zij ""•n smeden tot redding van haar zelf en t haar getrouwen ln het kabinet des Zij is héél rustig als ze te midden van haar f*n is. Ieder maakt ze duidelijk dat de dood i aangeklopt. Weldra zal de Koning optreden ieü van de Coligny. De Koning zal hen n dodenbehalve zijn eigen moeder. Die Bartholomeusnacht in Parijs ENDRK DE GUISE wilde persoonlijk de Collgny zijn rekening nemien. Toen hij er heen trok r bende, luidden alle klokken al, als om hem zijn ET koortsachtige haast begon men te werken. De avond daalde. Het u-as snikheet ln Parijs. Er moesten legers worden gevormd, er moest angst vallig voor worden gewaakt dat niemand van de tegen partij ook maar een vermoeden kreeg. Met de nacht kwam de duisternis en in de duisternis tekende men een wit kruis op de huizen der Katholieken. De Hugenoten, die nog in Parijs waren tengevolge van de Koninklijke bruiloft, en gastvriendschap van de Ko ning genoten, dachten niet aan de dood, die reeds aan hun sponde stond. Wel dachten zij aan Gaspard de Coligny. Wel hadden ze er in de middag over gedacht, gedreven door hun grote nood. het Louvre te bestormen. Doch het is altijd zo moeilijk het juiste besluit te nemen in een tijd van tra giek. Deze daad zou onherroepelijk een nieuwe gods dienstoorlog ontketend hebben. Zij zullen voorlopig afwachten. Zij zijn met te weinigen. De slaap komt over hen. na deze veel bewogen dag. schuwen. Doch hij luisterde niet. Toen hi) by het huls van de Admiraal kwam, liet hy de weerloze portier op staande voet doden, en zond daarna zyn bende naar boven, terwyi hy zelf beneden bleef. De Admiraal, die begreep wat hem te wachten stond, richtte zich op in bed en beval al zijn dienaren te vluch ten. Eén, zijn trouwe Nicolaas Musz. bleef bij hem. „Vlucht, ik beveel myn ziel aan God!", riep de Admiraal nogmaals. De dienaar schudde zijn hoofd en stelde zich op naast het bed. Toen werd de deur ingetrapt, en de eerste die binnen stormde. een zekere Besme, schreeuwde: „Zyt gij de Ad miraal?" „Doe wat men U bevolen heeft", antwoordde de grote Hugenoot rustig. Daarna stak Besme hem het zwaard in de borst, en zy die hem volgden hun degens. Hendrik de Guise riep naar boven: „Klaar?" Ja", antwoordde Besme. en direct daarop gooide men, op de Guise's bevel, het lyk naar beneden. Hy heeft de ?id? Schrik niet, de beulen! Die beulen in de provincie, die weigerden 's Konings bevelen tot verdere moorden uit te voeren. ZU executeerden alleen nadat een vonnis was geveld, zo zelden zü, omdat zü dienaren waren van het gerecht en geen sluipmoordenaars. Deze grauwen, waar haalden zy de moed vandaan? ACHT dagen na deze vreselyke nacht, liet de Koning midden ln de nacht zyn zwager .Hendrik van Navare roepen. En toen deze voor hem stond en zyn ogen op hem richtte, fluisterde hy als een angstig kind: „Hoort gy niets? Hoort gy geen kermen en geen gillen?" In de doodse stilte hoorden ze beiden duidelijk gesnik, gekerm, rumoer. Doch toen zy mannen uitzonden om dit alles te onderzoekenwas er niets. De schattingen over het aantal doden lopen zeer uiteen. De een spreekt van twintig, de ander van zeventigduizend doden in gans Frankryk. Hoe vaak is het bloedbad der duisternis daarna nog teruggekeerd? Pas als de mens in zichzelf de grenzen van landen, volkeren en kerken overwonnen heeft, Is er kans op een betere wereld! REIN BROUWER. zÜJhaar getrouwen niet verlaten. Inte- IW weS wijzen uit deze vreselijke moei- «Ui oe Koningin-Moeder, is er wel van over- üuVMSe"jke din?en te wachten staan. Zij i n.?6, terwyi hy zwaargewond te bed «Un volgelingen op hun spoor zetten. machtsrover voor zyn. Is de aanslag hi, van plan ls- ool£ Been aanslag op de alen6 macht? tri hP KoninS binnen komen. Dan is het voor FUa gen-orden op leven en dood! Zy heeft al verzameld dat het leven van de Koning ■nni moe,en ze straks de Koning overtui- wnnin; moet terugslaan, ztf niet. De Koning Cn»"iIljn s,erk- En dat moeten ze zijn willen «ie o„ iUnne!1 Iosscbeuren van de macht van °P bun bloed is belust. ii r-.r. 'i gezelschap hartstochteiyker comedte T h.„ toen de Koning binnenkwam, oan t*ee uur duurde de vertoning Kii,LafIe?arteWe en zwakke vorst eindelijk 'erne te overtuigd van het bestaan van ft Fas Sn uZIJn -even. waarvan de Coligny _T llde hij het bevel tot de moord niet ^BKonlnEtn1mJ?". het nlet Raan kan Toen eilhrm er ln een hevige huilbui uit- m H,°er dal voor altyd naar Italië voet ln een blooster te gaan. Indien Ib'at zii nverSpn m|sdadigers vergolden |oè Frankryk hadden gebracht", gaf «n verliet het vertrek. nuffi" dat a,Ien gedood zouden worden in Betje Wolff. „Letterlust of Kipperust". Kosmos Amster dam 1954. Na het artikel, dat in September van dit jaar op deze plaats is afgedrukt, naar aanleiding van het feit. dal er na de dood van Wolff en Deken 150 jaar verstreken zyn, zal Ik niet meer uitweiden over deze gebeurtenis. Het is verheugend geweest te zien en te horen, dat men allerwege deze Moe ders van de Nederlandse zedenroman herdacht heeft, ofschoon er nog onder de veel verspreide weekbladen enkele zijn, die dit belangryke feit de moeite niet waard gevonden heb ben. Dit toch moet men de redacties niet alleen kwalyk nemen. Men moet het ook de lezer verwijten, die er zijn week- of maandblad niet op attent maakt, dat een dergelijke omissie hem niet bevalt en deze laatste zo doende in de waan laat. dat hy alleen belangstelling zou hebben voor sport- plaatjes, vertaalde verhaaltjes en breipatronen. De Nederlandse lezer kon in het algemeen weieens wat meer metterdaad deelnemen aan het leiterkundige leven en niet alleen slikken wat hij voorcezet krygt. maar ziin wensen duidelyk kenbaar maken. Byzonder gelukkig is het ln dit ver- and te noemen, dat de uitgeverij Kosmos" in Amsterdam op de gedach- - is gekomen als herinnering aan het terfjaar van Wolff en Deken een kleine bloemlezing uit het korte werk l OP DE BOEKENMARKT Beemster, Betuwe en Veluwe van Betje Wolff te laten verschijnen, samengesteld door een schryver, die voor een zeer uitgebreid publiek geen vreemde is. Jan Mens. dezelfde die het vorige jaar zijn roman over Betje Wolff „Elisabeth", heeft gepubliceerd Zyn keuze ls een goede en verstandige. Aangezien dit boekje bedoeld ls voor de lezer in de ruimste zin van het woord, is het goed dat hy zyn keuze heeft bepaald tot die gedichten en brieven, die herhaaldelijk geciteerd worden, doch die aan weinigen in hun geheel bekend zijn. Het is een plezier hier o.a. De Menuet en de Dominees Pruik enerzijds aan te treffen en an derzijds de verhelderende brief aan dr Maarten Houttuyn. De voorrede getuigt van goed begrip, hoewel ik het niet »ens kan zyn met Jan Mens' vragen- lerwyze opgeworpen stelling, dat ketjes kunstenaarschap voortgekomen •ou zUn uit een vlucht uit het huwelijk, lit een dergelijke oorzaak ls van zijn levensdagen nog nooit een talent voortgekomen en er is ook geen reden om Betjes boutade over dit onderwerp in de genoemde brief al te ernstig op te vatten. Ook ben ik het niet eens met Mens' opvatting van Aagje Deken. Ik heb dit ln myn vorige artikel gezegd Doch .k moet er nu nadrukkelyk by zeggen, dat myn opvatting totaal niets ie maken heeft met de kwestie van „j .and". doch alleen met kwesties van geaardheid en getalenteerdheid. „De Gelderse Bloem". Van Loghum Slaterus. Arnhem '54 De Provinciale Staten van Gelder land hebben een Stichting ln het leven geroepen, die o.a. tot doel heeft de uitgave van een reeks geschriften, be trekking hebbend op het culturele leven ln Gelderland in de ruimste zin Deze „bibliotheek" staat onder redactie van Barend de Goede. Bernard Ver hoeven en Johan van der Woude en draagt de titel „De Gelderse Bloem" Aldus vermeldt de omslag van dit boek. Wanneer deze bibliotheek zich blijft bewegen op het peil van deze eerste uitgave, dan zou dat een reden zyn voor de auteurs van de tien andere provincies van Nederland om zich in Gelderland te vestigen, want daar is men biykbaar ln voortreffehjk gezel schap en ln een inspirerende streek. Het gaat met het oog op de ruimte niet aan al het in dit boek opgenomen werk apart te bespreken en ik moet dan ook volstaan met dg verklaring, dat iedere bydrage van uitnemende kwaliteit is en dat zonder uitzondering. Uitstekende beschouwingen over Gel derse schilders, beeldhouwers en musici die overigens ook buiten de provincie hun bekendheid verworven hebben, worden afgewisseld door een reeks fraaie en amusante Bruyns. Van der Graft gedichten, waarbij het my alleen verbaast dat De Goede in het vers van Bastiaanse een overeen komst ziet met Bloem en dat het vers „Doorwerth" van Jan Engelman niet aanwezig ls. ook al laat deze de sche pen van Doorwerth naar Arnhem ..stroomopwaarts" varen. Dat ik van het schéppende proza alleen het prachtige verhaal van Maria Dermout by de tekeningen van Qulrün Ver Huell en Johan van der Wouden, Het Veer. waarvan wy al een voor proef hebben gehad lr de Schrijvers almanak 1954, noem, betekent niet meer dan een schoolmeesterlyk plus by de lof voor de anderen. Afgezien van het literaire belang, geloof lk niet dat een provincie een betere visitekaart kan presenteren dan dit boek. CLARA EGGINK.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1954 | | pagina 11