1 rouw E Clown William Olschansky vocht met wolven en de koude fc Zwijnen dresseren in drie dagen Drie doden in de „Bar des Bons Vivants" WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCH DAGBLAD - ZATERDAG 7 AUGUSTUS - PAoINA 2 I VOORM I 7" VI Eerst verguisd nu geprezen GERECHTEN VAN EN M£]l TOMATEN Het Voorlichtingsbureau van .1 Voedingsraad meldt: We kunnen het ons nauwelijks vcc.l stellen, maar er ls een tijd gentri dat de Nederlander het zonder tontel deed. eenvoudig omdat die er niet »>J Maar toen de tomaat zün mtre)l had gedaan, werd hy nog genest; omdat men de overtuiging had. tomateneten niet te zullen overleven De gedachte, dat de tomaat schaj lijk zou zyn voor de gezondheid h:: H sindsdien plaats gemaakt voor Inzicht, dat deze vrucht, die zo r» aan vitamines en voedingszoutea, termate gezond is. En daarom et Nederlander met vreugde zyn tams hetzij rauw, hetzij verwerkt, in reohten waaraan het door de frlji rode kleur meteen een fleurig tui geeft. Denkt U maar eens aan een tom tensla en aan de vele variaties th gevulde tomaten: tomaten met koirj boontjes of bloemkool, met vlee» i met vis en met eieren doen ons by fc gedachte er aan al watertanden. 0:i rauw tomatensap, eventueel op smi gemaakt met citroensap. Engelse s of aroma, is een gewaardeerde lekke, ny. We behoeven eigenlijk geen v< beelden meer op te sommen oa nieuwsgierig te maken naar onze n- cepten van gerechten van en met maten: RECEPTEN VOOR 4 PERSONEN Tomaat gevuld met haringsla. 5 tomaten, 2 zoute haring^ koude gekookte aardappdt een stuk komkommer, o: azijn, mosterd, zout. maycc- naise. De tomaten wassen. Van vier toa ten het kapje afsnijden. Het zaad 1 wijderen. De tomaten met zout strooien en enige tijd omgekeerd ten staan. Aardappelen, haring, komkom en de overgebleven tomaat in stui snijden, de peterselie zeer fijn snijia Deze ingrediënten dooreenmen-, en op smaak maken met clie. azijai desgewenst een weinig mosterd. B slaatje in de tomatenbakjes overca en op elk een kapje tomaat lera zodat een randje van het vulsel vï baar is Deze rand garneren E mayonnaise of petersellegroen. 250 gr. ddorregen varkensvh bi)v. schouderlappen. \h aardappelen, 'n kleine blo kool, 500 gr. tomaten, een lotje, 75 gr. boter of margi: ne, zout. Het vlees zouten en in stukje: den. Deze in een braadpan aar. kanten bruin bakken in de he:e ie.' of margarine. Een scheut water voegen en het geheel een kwart! stoven. Een deel van de Jus afg'.e't De aardappelen schillen en in me' kleine stukken snijden. De bloettö in roosjes verdelen. Aardappelen groenten bij het vlees voegen een weinig zout bestrooien en si: zachtjes gaar koken in ongevet: minuten. De tomaten en het- uitje schoon: ken. in stukken snijden en in de doen. Het geheel nog enige mini verwarmen tot de tomaten zacht Alle ingrediënten voorzichtig d mengen. Wordt het gerecht in een vut schotel bereid, dan kan het worden opgediend. Tomatensoep met rijst. 3/4 kg soeptomaten, ter, 2 eetlepels rijst, ul, takje verse thijm, takjes peterselie, boter of garine. zout, peper, aai meel. De tomaten wassen, in grote ken snijden en met het watei thijm en peterseliestelen aan brengen. De massa e?n kwartier jes laten trekken. De tomaten een zeef wrijven. Het sap met eer. nlg zout aan de kook brenger rijst wassen en in het tomaic gaar koken in ongeveer 20 mlnu" Een klontje boter of margarine de soep roeren cn dez? afmaken zeer fijn gesneden peterselleg-"** desgewenst een weinig peper. N.B. Wie de rjjst gelijkmatig soep verdeeld wenst, dient de te binden met een dun papje aardappelmeel en water. Broodbclcgging van gestoofde I#3 met el en spek. 250 gr. tomaten, 1 mager spek, boter of mi-1 ne, zout. desg." groene paprika. Het spek in blokjes snljdes zachtjes uithakken, zonodig een»4 boter of margarine toevoegen. P' maten ontvellen na ze in de of in heet water gehouden te hf De tomaten ln stukken sni)* een paar minuten meebakken niet t fel vuur De pan gesloft den. Wanneer de tomaten gsa* het el loskloppen en onder gw ren met de tomaten vermengen- geheel nog even verwarmen en»' op smaak afmaken. By gebruJ paprika deze ln kleine stukjes den samen met de tomaten b2b6 tl: en Bijna twee maanden door Siberië Dit is het tweede artikel over de Deense clown William Olschansky, die in 1921 overleed. Zijn naam is in Nederland ternauwernood bekend, maar deze internationale circusartist kon zich in zijn glorieperiode meten met beroemdheden als een Fratellini oi een Grock. Voor zijn dood heeft hij zijn mémoires te boek gesteld. Een van zijn kleinzoons, die in Den Haag woont, heeft ons het verhaal ter beschikking gesteld. Ditmaal kan men lezen over de dressuurproeven van William Olschansky en de kommervolle tocht, die hij met zijn gezin en zijn tamme dieren ondernam door de steppen van Siberië. „IK. ZET 500 KRONEN" „Ik wil wedden, Olschansky. dat je geen kans liet om een stel zwijnen ln drie dagen te temmen. Ja ik durf genist 500 Deense kronen ln te zet ten!" De man. die deze woorden sprak, had clown en dresseur William Rl- schansky niet beter kunnen uitda gen. Deze woorden waren koren op de molen van de jonge, succesvolle artist, die zich steeds meer op de dressuur was gaan toeleggen. De uit dager waa de rijke Frederik Nielsen, die Olschansky, na een voorstelling In circus Schuman te Kopenhagen ln een café ontmoette. „Olschansky. Je kunt vele dieren dresseren, maar 22 zwijnen In drie dagen, nee, dat lukt Je niet". Zonder aarzelen ging William Ol schansky, zwaar in zijn beroepseer ge tast, op de weddenschap ln „Bezorg ze maar", ze 1 hij. Belde partijen de- emeerden 500 kronen en de reclame- ljetten maakten ln grote letters op hef van de stunt, die William Ol schansky in drie dagen zou gaan pres teren. Het gebeurde ln de tachtiger jaren, toen een dergelijke gebeurtenis thuis hoorde onder de schokkende dingen van de dag. Afgestampt zat het circus Schuman en de baas wreef ln zijn handen. Olschansky trouwens ook: hij had zyn zwijnen volledig onder appel. Twee en twintig zwijnen kwamen de piste in galop binnengestormd, draaldeD van de ene zijde naar de andere, hielden na een commando op de plaats rust. enkele dieren vormden een levende barricade en de andere dieren sprongen er zonder moeite overheen. Zoiets was ln de Deense hoofdstad nog nooit vertoond. Het publiek stond op. Juichte William toe en hief een stormachtig „bls-bls"-geloei aan. Drie maal moest het nummer worden her haald en daarna kon de heer Frederik Nielsen met zijn 22 zwijnen huis waarts keren, 500 Kronen llohter. Hij had zich zwaar op de kleine clown met zijn aarzelende, wankelende gang ver keken, zo bekende hij later. Ja, zo op het oog was Olschansky een weinig indrukwekkende figuur. „Geen wonder", zo luidt het ln de mémoires, geschreven in een onper soonlijke hij-styi. „Behalve zijn hals ls er ln zijn lichaam niet één beentje, dat hy niet heeft gebroken. Driemaal had O. het ongeluk zijn knieën te breken, driemaal zijn armen, eenmaal zijn neus". Het moet ongelooflijke in spanning hebben gekost cm met dit lichaam licht en elastisch te werken. Olschansky volbracht de salto's, de uiterst gevaarlijke gelukssprong even soepel als d? flick flock (achterwaartse salto's). Met zijn roem hield zijn gage gelijke tred Olschansky kon zijn prijs noemen, waar hij ook kwam. DOOD OP DE HIELEN Het jaar 1885 heeft William Ol- schanskv het avontuur van zijn leven gebracht en bijna een afschuwelijke dood voor hem en zyn gezin. Een Russisc.re circus-directeur in Irkutsk. Dobraschinsky, boei de populaire Eu ropese clown een zeer hog?_ gage en g3f hem een voorschot van 5000 Roe bel met het verzoek zo snel mogelijk uit Nisjnl Ncwgorod. waarheen Ol schansky met zijn gezin was gereed, naar Irkutsk te vertrekken, dwars door de Siberische steppen. In No vember vertrok de clown met zijn vrouw, die ln verwachting was en zijn oudste dochtertje, drie jaar oud. per slee uit Nisjnl Nowgorod 0111 met de postpaarden de grimmige tocht door het ijzig koude Siberië te ondernemen. Tot Tomsk ging alles goed. maar daarna ls de reis een ononderbroken reeks van ontberingen en gevaren ge weest De slede raasde over de sneeuw velden bij een temperatuur van 42 graden vorst. Een van d? tamme gan zen bezweek en moest achtergelaten worden. Maar een groter vijand dan de felle koude waren de uitgehongerde wolven ciï zich steeds dichterbij waagden. Nn Tomsk nam de sneeuwstorm in heftigheid toe. De paarden, bijna uitgeput, worstelden tegen de gieren de wind in. Tegen de avond liet zich het langgerekte, klagende gehuil van de steppenwolven achter de sle de horen. Nu begon de strijd op le ven en dood. De paarden steigerden en spanden iedere zenuw cn iedere spier voor de wedloop met de aan stormende dood. De angst gaf de vermoeide dieren dubbele kracht, maar een der wolven wilde zijn prooi al bespringen. Obchansky slaakte een kreet, een revolverschot klonk en de wolf rolde levenloos ln de sneeuw. De rest van de meute stortte zich op het dode dier en ter wijl de slede voortraasde, openden William en zijn vrouw het vuur op de krioelende massa. Verschillende wolven werden dode^jk getroffen en daardoor kon de slee een veilige voorsprong verkrijgen. Het echtpaar Olschansky in 1889 te Kopenhagen, enkele jaren na de gevaarlijke tocht door Siberië, met de kinderen Lonny en Billn Enige dagen later moest er opnieuw strijd worden geleverd. De weg tussen Grasnojarsk en Nlsjneudinsk ging over bergen en langs afgronden en telkens sloeg de slede om en kwam de familie ln de sneeuw terecht. Op een gegeven ogenblik bleek het dochtertje verdwenen te zijn Terwijl vader en moeder zochten, werd het gehuil der wolven weer hoorbaar. Een der dieren naderde het echtpaar tot op enkele passen en stak toen zijn kop ln de sneeuw. „Daar ligt de kleine" gilde de moeder en onmiddellijk richtte zij laar revolver en schoot het dier neer. Intussen worstelde Olschansky Zelf net een wolf, die hem aanviel. Hy ineep het dier de keel dicht en smeet hem met alle kracht van zyn getrain de armen tegen een rots. ten prooi aan de andere wolven. Mevrouw O. had zich niet vergist. Onder de doodge schoten wolf lag de kleine Lonny, he vig geschrokken en totaal beduusd. TRIOMFEN IN IRKUTSK De tocht ging verder en ook de iy- dansweg was nog niet ten einde. Tussen Grasnojarsk en Kamarofka hield de slede stil by een poststation om van paarden te wisselen. De fami lie trad het houten gebouwtje binnen en verheugde zich na alle kou en el lende op de warme, verkwikkende thee. dl? hier zeker voor hen klaar zou staan. Nauweiyks waren zij echter binnen of de jonge vrouw stiet een schreeuw uit en hief haar bebloede hand op. De muren en meubelen ble ken geheel met bloed bedekt te zyn. Het was een vreselijke ontdekking: de dag tevoren was het station door bandieten overvallen en vyf personen werden daarby vermoord. Aan wisse len van paarden viel niet meer te denken „Gauw, gauw", riep Olschans ky en spoedig daarop snelden de paar den weer door de steppen. Een prentbriefkaart van William Olschansky met zijn paard ..Dodges Deze kaarten werden tijdens de voorstellingen verkocht. V 57 DAGEN OP REIS DOOR DE STEPPE. Weldra kwam nu het einde van de tocht ln zicht en hield de slede stil voor het circus Dobra in Irkutsk. De directeur zette grote ogen op, toen hy Olschansky zag binnentreden. Hy had de clownsfamilie reeds afge schreven: 1 maand en 27 dagen wa ren er nodig geweest om de tocht door de steppen te volbrengen. „Men kan zich de triomfen van O. voorstellen", zo schryft de clown zelf in zyn memoires. „Irkutsk had nog nooit zo'n groot kunstenaar gezien en het nummer met de gedresseerde gan zen was iets ongehoords". Vele steden bezocht Olschansky en tegeri het einde van 1886 begon hy e?n eigen klein va riété ln Aziatisch Rusland. Maar zyn rusteloze natuur dreef hem verder, naar Port Arthur en ver volgens naar China. In Peking trof hem de slag van zyn leven. Daar over leed het dochtertje, dat mevrouw O. in Irkutsk na de barre tocht door Si berië het leven had geschonken. Maar hoe groot ook zyn verdriet tylgenoten vertellen van William, dat hy daar nooit over heen gekomen ls het leven van een artist kent geen stilstand. Verder ging de reis. naar Japan, Voor- en Achter-Indië, Austra lië, Amerika, waar hy ln vroeger jaren al grote roem had vergaard. Daarna terug naar Scandinavië en naar Duits land, waar hij ln Hamburg voor de Deense konmkiyke familie optrad, een voorstelling die Koning Christiaan IX met waardevolle geschenken honoreer de. In datzelfde Jaar werden ln Wies- baden al zyn kostbaarheden uit de garderobe van het circus gestolen, ter waarde van 10.000 DM. Van deze schatten, waaronder vele persooniyke herinneringen aan een rijk artisten- leven, ls nooit iets teruggevonden. Twee Jaar later was hij verbonden aan het circa Polltlamo te Rome. Ter ere van zyn eerste optreden in de Eeuwige Stad woonde de koninklyke familie de voorstelling by en Umberto II overhandigde de wereldberoemde clown en dresseur na afloop een gou den medaille van verdienste, waarop de woorden „Al Merlto" voorkwamen. HU stond op het hoogtepunt van een fantastische loopbaan, dat wist William Olschansky. Ook wist hy, dat hU telkens opnieuw zijn publiek met stomheid zou moeten slaan, wil de hy zyn eenzame hoogte handha ven. Zo kwam h|| er toe zich te wij den aan de dressuur van dieren, die tot die tyd voor ontembaar wa ren gehouden: ratten en katten, ha nen en duiven. V. Van een bijzondere medewerker) Met een nog jonge weemoed in mijn hart naar de donkere stieren en de rose flamingo's van de Camargue, naar de deso late schoonheid van deze Rhóne-delta, welke nu zestig kilometer achter me in het Westen lag, reed ik een gore buitenwijk van Marseille binnen. Mijn scooter sprong als een onbezorgd kalf over de hobbelkeien van de Rue de Lyon.m aar ik beschouwde het op dit vroege Zondagmiddaguur als een last om onder te moeten duiken in het vuil bruisende leven van deze haven. Mijn hart houdt nu eenmaal meer van de campagne dan van de grauwe stad. Enkele tientallen meters vóór no. 432 Rue de Lyon schrok ik onverhoeds wakker uit mijn melancholiek gesuf. Plotseling zag ik vlakbij een tafereel van schrik. Mannen storm den gespannen een klein volkscafé binnen, uit de deuren van de aangrenzende huizen kwamen steeds meer mensen en op de hoogste verdiepingen bogen morsige vrouwen zich ver naar buiten. Toen ik stil hield voor de „Bar des Bons Vivants", no. 432 Rue de Lyon, snelden twee agenten, in korte capes, toe. Enkele kleine kinderen met vieze neuzen gingen hullend aan de haal. Dat was het eerste commentaar, dat ik hoorde, maar toen lk over de hoofden van de verschrikt zwijgende buurtbe woners heen het kleine kroeglokaal binnenkeek, wist ik, dat mijn onder dompeling ln Marseillaanse sfeer met een raak was. Op de houten vloer lagen drie mannen. Bloed was er niet te zien, maar de vertrokken gezichten en de krampachtige houdingen lieten geen twyfel. Slechts eén van hen maakte nog vage bewegingen. Opzy stond een jongeman, die met zachte hese stem tegen een slager praatte. De jongen had een nerveus, zwaar gegroefd ge zicht met vriendelijke ogen. Achter hem op de schenkbank lagen twee pistolen Enkele minuten lang kon ik dit sinistere tafereel in de „Bar des Bons Vivants" aanschouwen, tot enige doortastende lieden van de „Sureté National" arriveerden, die deden wat de twee stadsagenten nog niet hadden gedaan: de kroeg werd ontruimd. En ik begaf me op straat van het ene kringetje naar het andere om van de elndeiyk losgekomen tongen het hoe en waarom van dat schrikbeeld te horen. .xet verhaal kwam hieiop neer: twintig, dertig, veertig procent wie zal het zeggen? van de Marseillaan se café's en soortgeiyke etablissemen ten staat onder terreur van de gang sters. Deze racketeers eisen naar Ame rikaans voorbeeld, geld. maand na maand. Een criminele belasting, welke de persoonlijke en materiële veiligheid van de patroon heet te waarborgen. En vrijwel niemand durft zich te ver zetten tegen dit afpersingsysteem. Wanneer immers de politie machteloos heet te staan, wanneer zowel de mis dadigers als hun „bestrijders" Corsi- caans bloed ln de aderen hebben, wan neer de corruptie onbeperkt woedt, hoe kan dan een willekeurig individu zich tegen deze meedogenloze benden ver zetten Leon Panizzi. de 24-jarlge zoon van de patroon van de „Bar des Bons Vivants" liet de Marselllanen zien hoe het kan op deze Zondagmiddag in de lente, juist vyf minuten voordat ik Marseille binnenreed. „Mathieu de Corslcaan" en twee even lugubere handlangers waren al tweemaal by zyn vader geweest om geld te eisen. 50.000 Frs (ruim f500). Panizzi senior had geweigerd en de drie gangsters hadden gedreigd. Deze Zondagmiddag kwamen zU weer naar de bar ln de grauwe fnbriekswyk, vast besloten het geld te bemachtigen. Leon Panizzi. alleen thuis, stond achter de schenkbank. Verder was de kroeg op dat moment leeg. Mathieu speelde met zyn pistool en Leon zei het bedrag uit de keuken te zullen halen. Hy pakte daar geen bankbiljetten, maar een wapen, keerde terug en schoot zonder aarzeling inderdaad de enige kans tegenover deze gangsters „Mathieu de Corslcaan" neer. Leon sprong naar de stervende man, greep ook diens pistool en richtte een salvo op de an dere twee. Het resultaat zag ik enkele minuten later. Dit was myn entrée In Marseille, myn vuurdoop in de gangstersfeer. Om weer wat op verhaal te komen, heb ik me die avond en de volgende dag gedragen als een normaal toerist. Ik wist, dat Marseille de reputatie heeft een van de gevaarlijkste, een van de moreel smerigste havensteden ter wereld te zyn en gedurende die ander halve dag van toeristisch gedrag meen de ik, dat hei wel meeviel. De vuile wijk aan de Westkant van de oude haven, een kasbah gelijk, en een vei lige wykplaats voor honderden misda digers, hadden de Duitsers immers destyds gesloopt? En op de Canebière. de roemruchte flaneerboulevard, zag ik lieve fleurige meisjes, die hand in hand met hun verloofden liepen. Ik dacht: het valt wel mee. toen lk vry- wel niets bemerkte van de ina de oorlog» verboden openbare prostitutie, toen geen afzichtelijke lieden met vieze boekjes me aanklampten, toen ik ln een gezellig cafeetje heerlyke bouilla baisse, de vissoep van de kust. at voor heus niet veel geld en toen ik des avonds om tien uur noch van fatsoen- lUk noch van ontuchtig nachtleven een spoor kon ontdekken in het cen trum van die toch zo beruchte stad. Anderhalve dag lang dacht ik: het valt wel mee en lk begon het drama in de „Bar des Bons Vivants" als een zeld zaam Incident te beschouwen, waar lk wonder boven wonder juist tegen aan gelopen was. Maar toen sloeg ik mijn tweede avond In Marseille een krant op en ik las, rïat er tijdens het weekeinde nog meer moordende schoten in de stad gelost waren: de bendeleider Joserh Lecca werd door een con- currint en een taxichauffeur door een onbekend pasvagier geliquideerd. Ik was weer wakker en toerlst-af. Journalistieke collega's vertelden me daarna over de drie broers Guérinl. in de kroegen rond de opera proefde ik cognac en ook het „gevaar" en in de bar aan de Rue de Lyon 432 de den de inmiddels vrUgelaten Leon Panizzi en zyn buurtgenoten me be grijpen, dat je In Marseille voorzich tig moet zyn met je woorden wil je contact met het „milieu" cn daar mee persooniyk onheil voorkomen. Maar daarover volgend maal meer. H. A. MARSEILLE, EEN GEVAARLIJKE STAD

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1954 | | pagina 6