de VROUW MEIMAAND 1954 en de lange broek Het kostbare Miniatuur WEKELIJKS BIJVOEGSEL VAN HET LEIDSCH DAGBLAD ZATERDAG 29 MEI - PAGINA in een lange broek vertoont, doch dat is daarom nog geen reden waarom vriendin of buurvrouw zich ook in een lange broek moet laten zien. Het gaat hem niet om de pantalon, maar om de combinatie van vrouw en pantalon. En die laat helaas nog maar al to vaak veel te wensen over. Kreeft is een delicatesse, chocoladesaus een lek kernij. maar bij elkaar passen ze nu eenmaal niet. En bij elkaar passen ook lang niet iedere vrouw (al is ze nog zo aardig of nog zo mooi) en lang niet elke broek al is die nog zo vlot of nog zo modern! WAAROM DRAAGT GE EEN LANGE BROEK? Draagt ge een lange broek omdat het mode ls? Verliest die reden dan geen ogenblik uit het oog en draagt de lange broek alleen Indien dit soort kledingstuk V honderd pro cent flatteert! Een soortgelijke eis 6telt ge immers aan al uw andere modieuze kleding, jurkjes, mantels, pakjes, rokken enzovoort. Bant ge. ten behoeve van de rechte rok. de heel wijde rok niet uit uw uitzet, als ge weet dat ge er te zwaar of niet jeugdig genoeg voor bent? Handelt dan evenzo, waar het de lange broek betreft, als ge weet (en houdt U door iets dat goed en mooi en onbe rispelijk is. inplaats van door het tegenovergestelde. Dwingt liever be wondering dan verwondering af. Draagt ge de lange broek omdat die dracht modern is. kiest dan ook een modern model, inplaats van U tevreden te stellen met ien er noch modern, noch aantrekkelijk uit te zien in) een broek van vader, echtgenoot of zoon. Draagt ge een pantalon omdat Mies of Marianne er ook een draagt, durft dan tenminste eerlijk met uzelf te zijn en erkent dat dat alleen geen reden ls. Hebt ge misschien niet moeten constateren, dat de elegante voorover- hoedjes, die Mies zo goed staan, od uw lokken doodweg een mallc-Mi- netjes-effect hebben? Of dat Marian nes romantische organdi blouse, waar U verrukt van bent. helemaal niet by Uw type past? PRACT1SCUE WENKEN. Volhardt ge om welke geldige reden dan ook in het dragen van een pantalon, kiest dan altijd een zo danig model en stelt er een zodanig tenue mee samen, dat de lange broek uw kleine foutjes len geen enkele fi guur is Immers volmaakt11 niet mee dogenloos in het licht stelt. Accepteert daarom alleen de lange broek indien Spiegeltje, spiegeltje aan de ivand.... Parijs, Mei '54 Ha, zomerjurkenweer is daar! De zon heeft de koude ver jaagd en de zomergarderobe de winteruitzet! Het is definitief katoentjes- en blotebenen-weer, en een groot deel der Eva's, die er in frisse zomerjurkjes zo gezellig en vlot en aantrekkelijk kunnen uitzien, steekt zich derhalve ineen pantalon! De redenen waarom zij dat doen zijn verschillend. De modellen waaraan zij de voorkeur geven ook. En voor het figuur dat zij er mee maken, geldt al precies hetzelfde 1 Vraagt de broekendraagster eens waarom ze zich in een dergelijke al dan niet vervrouwelijkte herendracht 6teekt, dan heeft ze altijd wel een reden bi) de hand of die reden ech ter altijd steek houdt en het resultaat de reden aanvaardbaar maakt, staat weliswaar vaak nog te bezien. De meest verbreide reden is: mode hetgeen ln meer openhartige taal meestal sy noniem is met ..Mies of Marianne draagt immers ook een lange broek!" Leuk voor de slanke dochter, maar daarom nog niet automatisch geschikt voor moeder of vriendin! Deze beide pantalons, die naar moderne trant nauwe pijpen heb ben en waarvan de ene met een korte blouse, de andere met een groen fluwelen jak wordt aange vuld zijn zeker aardig en flatteus mits ze door het juiste type worden gedragen!! De ene panta is gemaakt van geruite katoe nen stof ontwerpBoussac). de andere van een wollen imprimé in wit en zwart (Hermès). Tegen de lange broek op zichzelf is niets in te brengen. En ook niet tpgen het feit dat mode mode is. Misschien zelfs kan er geen enkele geldige aan merking worden gemaakt op de om standigheid. dat Mies of Marianne zich zelf toch niet voor de gek!) dat ge er niet het figuur of niet de allure voor hebt! Draagt ge een lange broek omdat hij „zo praotisch" is? Gebruikt hem dan ook uitsluitend daar en dan. wan neer zijn doelmatigheid bil uw bezig heden onmisbaar is! In de schouw burg hebt ge heus geen panta nodig om er mee over stoelen te klimmen. En de noodzaak van een pantalon tenue achter de kinderwagen is nog lang niet bewezen. Draagt ge een pantalon omdat ge sportief bent. weest dan ook sportlef genoeg om er U alleen daarmee te vertonen, waar sportieve dracht geto lereerd en in harmonie met de omge ving is. Voor museunibezoek hebt ge geen strandbroek nodig. Hult ge U in een lange broek omdat ge vlot wilt zijn of lijken, of misschien wel coquet? Weest er dan zodanig verzorgd mee dat ge er heel. heel zeke van kunt zijn. dat ge het gewenste resultaat ook metterdaad bereikt hebt. Bent ge dat niet. verwisselt hem dar. ijlings voor een rok! Draagt ge de panta omdat ge op wilt vallen (er zijn nu eenmaal men sen die op willen vallen door te doen wat anderen ook doen!), valt dan op Kijkjes in de Natuur Mei spreidt zijn bloesem ti'eer Over veld en bomen. Zonnestralen, lentegeur Zijn opnieuw gekomen.... ACH JA. en we hebben de kachel vanavond maar weer aangemaakt. om tenminste ergens één plekje te hebben, waar het warm is. behaaglijk en veilig. „Mei spreidt z'n bloesem weer' het is nog waar ook. Maar wat kunnen dè bloesems beginnen als er geen water is en er dag aan dag een schrale droge wind blaast door de opgedroogde tui nen? Ze kunnen alleen maar verdorren en voor hun tijd afvallen. Zo is het segaan met ons morellenboompje. met de prachtige rose rijkdom van onze prunus, met de bloedrode overdaad van de bloeiende malus. Zo zal het ook gaan met de azalea mollis, dat juweel der lentetulnen. Onze rhododendron, die op het Noor den staat en daardoor toch altijd al een harde dobber heeft in z'n concur rentiestrijd met de gelukkiger planten en heesters uit de zonnige achtertuin, deze schitterende voorjaarsheester met z'n als dubbele rozen openbrekende bloembouquetten vecht ook al wanho pig tegen het watergebrek en tegen de koude Noordenwind, die ons nu al dagen lang dwars zit. Alleen in oude tuinen en in parken, waar de koninklijke struiken in de loop der jaren zijn uitgedijd tot ware bos sen met stammen als armen en takken als taaie touwen, weten ze zich nog te handhaven, evenals de zwaar bloese- mende kastanjebomen, wie droogte en koude blijkbaar niet deren, diep uit de grond als zij hun water weten op te trekken. Maar voor de rest heeft de bloese- mende Mei het verloren tegen de on gunst van ons klimaat. Ook buiten langs de wegen is de verschroeide invloed van dat klimaat duidelijk merkbaar. De sloten staan nagenoeg droog, de plantengroei is op vele plaatsen heel povertjes, het gras in de weiden groeit onvoldoende, zodat het vee in arren moede maar weer naar stal wordt gehaald. Het nachtegaalskruid echter heeft blijkbaar niet veel last van de droogte. Het heft z'n kalkwitte schermen ten minste omhoog en handhaaft zich. De paardenstaarten, dat onuitroeibare onkruid, hebben 't evenzeer goed naar hun zin. Op de uitgedroogde greppel bodem en op de wallekanten der sloten staan ze bij tien bij honderdtallen, hele legers van stijve lichtgroene sten gels, zonder bloemen, zonder kraak of smaak. Ze groeien tegen de verdruk king in! ..Zonnestralen, lentegeur zijn op nieuw gekomen!" Het eerste is ronduit een leugen vandaag (dat is de 17e Mei 1954i en gisteren begon de dag grauw en koud. hetgeen nog zou duren tot een uur of tien. toen de eerste schaarse zonnestralen eindelijk door het wol kendek wisten te breken. Maar we zeiden: „Toe maar. laat 't maar bewolkt zijn. des te eerder komt de regen". De regen voor het gras, voor de pas geplante slaplantjes, de regen voor de vers gezaaide zonnepitten. Wat er echter komt, géén regen! Maar de sering geurt als van ouds en onze lelletjes van dalen weten van geen ophouden. OVER de vogels kun je je echt ver bazen. Het is. of hun die hele koudegolf geen zier kan schelen en of ze zich niets aantrekken van droogte en schraalheid. Toch moeten zU, beter dan welke andere dieren, terdege aan de weet komen, dat deze situatie, en met name hun voedsel positie. ernstig kan worden. Maar daar moet Je nu net een vogel voor wezen. Wat bekommert zich een kwikstaart om een droge lentemaand! Hy heeft immers de wegen, waar de paarden- mest is te vinden met de zoemende insecten en hun aanhang, allemaal begeerlijke dingen voor zo'n kwikkend- wikkend watervlug ding! En de zwaluwen op de telefoondra den. Ze zitten zich in de vroege och tend te pluizen, ze vliegen laag over de landen, vangen er hun vliegen en muggen en glippen geruisloos door het open raampje van de boerdery, waar op een zware zolderbalk het kroost ligt te vragen of waar het broedend wyfje zit te wachten. Overal langs de wegen klinken de stemmen van de pas" teruggekeerde zangertjes. Het is prettig, in deze nieuwe voorjaarszang de bekenden van vorige jaren weer te herkennen, het is een gezellige bezigheid, dót hernieuwde kennismaken. Kijk. daar zit de geelgors al weer. en hè. dat moet de wielewaal zyn! Zo zo. boorpleper, ben Jij er ook? De fitis zingt al bijna een maand, de koekoek roept als vanouds, de geitenmelker is begin Mei reeds gesignaleerd, kortom, wie oren heeft en ogen en daarbij nog een goed boekje gebruikt, hü kan dit nieuwe seizoen z'n hart weer De beek, waar we ieder stekeltjes voor het aquarium ten. is teruggedrongen naar het den van zijn modder-zandige Hebben we hier. in dat smalle, diepe watertje, onze stekelvisjes vangen? De vogelkers staat op 't punt uitlopen, de berken met hun groen, zijn doorzichtig en maar de wortels van de oude wilgen, watermlnnaars als zt staan als droge knoedels ineengeé gen boven de waterspiegel. Het water vloeit traag. Het is In en kabbelt en krinkelt om en lang stenen en oude boomstobben. 0' is gefladder in de struiken, on leven en beweging van klein doe. Een winterkoning slaat en en rolt haast van z'n tak van zan De wielewaal, die gele prachtvo dichterbygekomen, nu ik stil tee boom zitte huiveren san lenteweelde. Hij scharrelt nu boven m'n hoofd in de toppen paar hoge populieren. Hij roept er, en geeft antwoord op de uitdaging j twee, drie andere wielewanimar ook in de bomen langs de beek. Een heggemus snort voorbij mei snavel vol voer en duikt weg in bocht. Twee fitisjes. grijsgroene v tjes, licht als veertjes zitten elkaar! met zachte loktoontjes. Bijna de hele vogelstand is a: vertegenwoordigd. Ondanks cie re? die niet wil komen, ondanks ce Want koud is het er. daar boven die beek. koud en ongenoegli.ik. Zo onplezierig, dat ik m'n ven- onderdanen maar weer strek cn beek de beek laat. een beetje uil i hum, napiekerend over een zoel t derliedje, dat nodig moest werf herzien en aangepast aan onze wint se Meimaand. S. VAN DER ZB hij van goede snit is. Begaat niet de fout bij dergelijke sportieve dracht hooggehakte schoenen of schoeisel met driekwart hak te dragen en comple teert de broek niet met een lange man tel (maar integendeel met een vlot toppertje of een gezellig jak', noch met een geklede blouse. Draagt geen kniebroek als ge korte benen hebt of te zware kuiten, doe afstand van de moderne nauwpijpige pantalon als ge groot en te mager bent of te klein en te zwaar. Vult de lange broek al leen dan met een korte blouse aan, in dien ge uitstekend geproportionneerd bent, verbergt het euvel van te zware of lelijke heupen onder een lange blouse of een lang Jak. En vindt ge de moderne felle kleuren, de bonte zo- merimprimé's. de ruiten en de strepen en de gedekte tweelüeurenpatroontjes verleideliik. bedenkt dan. voordat de verleiding te sterk wordt, dat wat Vrouw Mode haar discipelen voorzet geen wet. maar een voorstel is. dat dat wat uw buurmeisje of uw dochter staat, daarom nog niet voor U geschikt is. dat dat wat aan het strand fleurig en kleurig is in de stad schreeuwend en smakeloos kan zijn, dat avant-garde modellen alleen voor avant-garde ty pes zijn en dat de mooiste plaatjes uit het modeboek nog geen toegepaste mode zijn! J. V. Ons kort verhaal door Peter Stafford Een brandend-hete zon stond aan een wolkenloze hemel boven Budapest en in de grote veilingzaal, waar een oude. beroemde prlvé-collectie verkocht werd. was 't byna niet om uit te hou den. De felle strijd om een miniatuur van een Frans schilder een portret van een vrouw, rag-fyn gepenseeld op Ivoor en gevat in een gouden lijst deed de ondraaglijke temperatuur nóg meer stygen. Drie mannen namen aan het ge vecht deel: een robuste Amerikaan, een Franse kunsthandelaar met een Napoleon III-baardje en de bekende Hongaarse antiquair Alexander Barna Tachtig duizend, schreeuwde de Amerikaan. Tachtig duizendeenmaal. andermaalDe hamer ging reeds de lucht ln. maar toen riep de Fransman met overslaande stem: Eén en tachtig duizend! Eén en tachtig duizend geboden, herhaalde de veilingmeester. Nie mand meer? Eén en tachtig duizend., eenmaalandermaalver.... Twee en tachtig duizend! Het was Barna. Twee paar ogen richtten zich op hem, twee dodelyke blikken, maar Barna had geen last van zyn zenu wen; hij glimlachte. vyf en tachtig duizend, brulde de Amerikaan woedend. Zes en tachtig duizend, riep de Fransman schril. Zeven en tachtig duizend, zei Barna kalm. De Amerikaan veegde de transpira tie van z'n voorhoofd; de Fransman vloekte zachtjes. Barna was omringd door collega's en vrienden, die hem smeekten er mee op te houden. Géén miniatuur kon zóveel waard zijn Acht en tachtig duizend, bood de Amerikaan opgewonden. Negen en tachtig duizend! De Fransman gaf nog geen krimp. Negentig duizend, pareerde Barna Het leek er op alsof de ogen van de Amerikaan uit de kassen zouden rol len; de Fransman worstelde hijsend om z'n adem enigszins ln bedwang te houden. Negentig duizend.eenmaal andermaal, de veilingmeester zweeg even .doch niemand durfde meer een bod te doen. Negentig duizend verkocht! En met een luide klap kwam de hamer neer. Barna had de overwinning behaald! En toen begrepen zyn collega's Barna's vasthoudendheid: hi) moest het mi niatuur wel in commissie gekocht heb ben Barna liet echter niets biyken, betaalde met een cheque en verliet met het miniatuur de veilingzaal. Een klein half uur later kreeg Olga. een van Barna's assistenten, opdracht naar Zwitserland te gaan, naar St. Moritz. om het miniatuur aan een Jonge Engelsman. Reynolds genaamd, ter hand te stellen, en daar hij in een uitstekend humeur was waarschijn- lyk omdat hij een précht commissie zou ontvangen vond hij 't goed dat Olga. nadat ze zich van haar taak gekweten zou hebben, twee Feken vaeantie nam. De volgende dag stond Olga met een spiksplinternieuwe koffer op het zevende perron van het Centraal Sta tion Oost. Ze installeerde zich ln een dames compartiment dat leek haar veiliger met 't oog op het miniatuur en korte tyd later vertrok de expresse, precies op tyd. Olga was al gauw zó in een boek verdiept, dat ze niet merkte dat in de gang een jonge man stond, die net besluit had genomen met haar op de een of andere manier in contact te komen. Maar hoe dient men dit aan te leggen als de vrouw ln kwestie ln een dames-compartiment reist? De jonge man pijnigde zyn hersens af. maar hy vond geen oplossing voor het pro bleem. Op dat moment luidde de bel voo de lunch en in het einde van de smalle gang verscheen de wit-gejaste bedien de. De jonge man keek hem even aa- en hèt idee was er! Snel liep hy op hem toe, fluister enkele woorden en verdween toen me' hem in een eerste klasse coupé. En kele ogenblikken later kwam hy terug, gekleed in het witte Jasje en met de Wagon Lits pet op 't hoofd. Zo uitge rust stapte hy by Olga naar binnen. Hij bood haar een plaats aan in het restauratierytuigmet de prijzens waardige bedoeling echter dat hy aan 't zelfde tafeltje zou komen te zitten. Olga wilde er echter niet van horen. Het speet haar erg, maar ze wilde haar coupé liever niet verlaten. Tenslotte vond ze het goed dat de lunch haar gebracht zou worden. De Jonge man vertrok, ging de eerste klasse coupé weer binnen en korte tyd later, toen de echte bediende de lunch gehaald had. verscheen hy weer. En zo gebeurde het dat Richard Reynolds, jongste directeur van John Reynolds cY.. scheepsbouwers, zich verwaardigde een onbekende jonge vrouw, die haar coupé niet wilde ver laten. de lunch te serveren. En Rey nolds Jr., enige zoon van Engelands meest bekende scheepsbouwer, die reeds zo vele kruisers en torpedojagers voor „Her Majesty's Navy" had ge bouwd. deed z'n werk zó voortreffelijk, dat Olga tot een praatje te verleiden was. Reynolds had z'n doel bereikt. Z'n secretaris, een al wat oudere man met een grijzende haardos, had hem wel gezegd dat hy 't niet passend vond dat z'n werkgever zich zo dwaas aan stelde. alleen maar omdat hij in de dames-coupé een aardig meisje had gezien, maar Reynolds had geant woord dat het bouwen van kruisers een uitermate saaie bezigheid was en dat hy zich in z'n vaeantie nu eens van niets en niemand iets zou aan trekken. Toen de lunch afgelopen was. wist Reynolds al heel veel over Olga. Niet dat zy nu alles met zoveel woorden verteld had. maar voor een goed ver staander Een goedkoop hotel had ze gevraagd. Ja. daar zou hij wel voor kunnen zor- den. Dit was z'n laatste reis. In St. Moritz had hij een betrekking gekre gen in het Grand Hotel, zodat hy haar wel zou helpen. Toen ze in St Moritz aankwamen begeleidde Richard haar naar het Grand Hotel. HU zei dat hy niet door de hooidinzang naar binnen mocht, maar dat hU op haar zou wachten tn 't café'tje aan de overkant, als hij met de manager had gesproken. bU wie hy zich moest melden. Olga werd naar de suite 117120 begeleid, waar een heer met grijze haardos haar ontving. HU stelde zich voor als de secretaris van mijnheer Reynolds en betuigde zUn spijt dat de heer Reynolds pas over veertien dagen zou arriveren. Zaken hadden hem op gehouden. Olga was een en al wanhoop! maar daar wilde Olga niets van horen. De secretaris zei wel dat hU het miniatuur in ontvangst kon nemen. Ze voelde zich helemaal niet op haar gemak, dat ze nu veertien dagen lang het kostbare kleinood onder zich moest houden. Van alle vacantieplannen zou wel niets terechtkomen! Een uurtje later vertelde ze Richard, dat de mynheer, die ze iets moest overhandigen, pas over twee weken zou komen. Ze moest dus wel in St. Moritz blijven omdat ze 't moeiiyk steeds met zich mee kon nemen. Weg vaeantie! Richard had echter een pracht idee! Waarom dat pakje niet opgeborgen in éen van de hotel-safe's? En zo ge schiedde. Daarna vertelde Richard, dat hy pas over twee weken in dienst moest treden. Ze hadden dus ruim schoots de tijd om iets van Zwitser land te gaan zien Olga vond alles goed: de jonge man was vriendelyk en voorkomend en ze ging zijn gezelschap steeds meer op pry's stellen. Samen zouden ze dus veertien dagen vaeantie houden, maarieder zou voor zichzelf betalen. Daar stond Olga op. want niet alleen was zy vry slecht by kas. ook Richard kon zich vast en zeker niet al te veel veroor lovenGelukkig stelde hy haar op dit punt enigszins gerust. Zwitserland was een fantastisch goedkoop land en hy had door z'n beroep van kellner overal uitstekende relaties. De volgende dag verlieten ze als twee goede kameraden St. Moritz. Oiga had nooit kunnen dromen dat Zwitserland zó goekoop was! Alles kostte slechts enkele francs.... zelfs omgerekend in haar slechte Hongaarse geld! Ze logeerde steeds in prachtige hotels met een eigen badkamer en ze behoefde slechts enkele francs te betalen. Letteriyk èlles was goed koop: maaltyden kostten niet meer dan een croquet uit een goedkoop cafétaria in Budapest en de mensen bedienden haar alsof zy een millio naire was! Natuuriyk, ze had er geen notie van dat Richard achter haar rug steeds duchtig bypaste. en ze verbaas de zich dus keer op keer. In Genéve huurde Richard zelfs een compleet Jacht met een heuse kapitein en een bemanning van zes koppen voor ongeveer tien franc! Alles scheen rozengeur en mane schijn, totdat Op een zon-overgoten middag liepen ze door een drukke winkelstraat. In één van de étalages zag Olga een sjaal, die ze graag zou willen hebben. Als ze maar wist hoe duur 't ding zou zyn. Vast niet meer dan vijf franc, zei Richard. De sjaal wérd gekocht, doch later op de dag wilde ze de sjaal toch maar liever ruilen voor een andere. Ze ging dus alleen naar de winkel terug en toen begon haar iets duideiyk te wor den: de sjaal had niet vyf franc ge kost. maar vyf tig! Alles was trouwens verdacht goed koop geweest! En toen begreep Olga het Richard moest op een of andere manier ont dekt hebben dat ze in de hotel-safé een kostbaar miniatuur had opgebor gen en hy was er nu vast en zeker op uit zich meester te maken van het sleuteltje, dat ze steeds by zich droeg. Hy was een diefeen avonturier een Juist toen ze hierover Richard eens wilde ondervragen, kwam een ge distingeerde heer op hem toelopen en zei: Allemachtig! Kapiteinik wist niet dat U hier was! Richard, die inderdééd kapitein was. verbleekte. Hy stond direct op en praatte even op gedempte toon met de onbekende. Deze vertrok daarop. Toen Richard weer ging zitten, borstte Olga los: Ik wéét wat Je benteen diefeen oplichterJe bent al leen maar met me mee gegaan omdat Je wist dat ik iets kostbaars by me hebJe wilt het stelenJe wilt me voor m'n hele leven ongelukkig makenIk zou Je kunnen aangeven by de politie.maar dat doe lk nieten maak nu dat je wegkomt. Richard glimlachte. Er kon géén duidelijker liefdesverklaring bestaan.. Maar toen hy alles wilde gaan uit leggen. sprong Olga op en rende naar haar kamer. Ze moest direct terug naar St. Moritz: met de bus zou 't wel 't goedkoopste zlln. Richard bleek echter alle plaatsen in de bus opgekocht te hebben, zodat ze alléén met hem zou moeten reizen. Dat nooit. Op 't laatste nippertje sprong ze de bus uit en rende naar 't station Toen Olga het Grand Hotel binnen kwam vertelde de manager dat myn heer Reynolds was gearriveerd. HU verwachtte haar in zijn suiie. Ze echter nog geen twee stappen kamer gezet, of haar hart ston angst bijna stil. Richard ontving haar en h notabene: Komt U van mijuheer Barna, ij frouw? Waar is het miniatuur? Olga kon geen woord uitbrengen, Nu, waar is het miniatuur? 'tl U toch niet ontstolen? Dèt was voor Olga echter te veel. schreeuwde: Richard, ga er vandoor i de politie komt! Waarom bent U zo bezorgd mij?, vroeg hy echter lachend - ben maar een diefen oplichter Gé toch alsjeblieft! Munt Reynolds kan leder ogenblit komen.... De manager vertelde! dat hy in 't hotel is.... schiet tij op.... Ik ga niet zonder Jou! En zeker ook niet zonder miniatuur? Richard lachte. Je zult me 't miniatuur tóch te.i geven. Ik ben toevallig RW Reynolds! Ik ken Je trucjes nu wel zal daar niet nóg een keer intrappe Richard belde hierop, zyn secret! kwam binnen. Wilt U de juffrouw even vertell wie lk ben? De secretaris keek naar 't meis|e]| herinnerde zich toen z'n opdrach' hij in de trein had gekregen: geen voorwaarde my herkennen - UI in gezelschap van dit meisje ben- antwoordde dan ook: Daar heb ik geen idee van! 't zUn dat ik U eens in een restaura» wagen heb gezien. Zie je nu wel, riep Olga tri fanteiyk uit. Richard werd echter woedenc greep de telefoon en belde dc pol»le j Korte tijd later arriveerde een specteur, die al heel gauw aan dc liJ van Richards paspoort had vastgest dat hij inderdééd Richard RW" was En ben ik nu nog steeds een vroeg Richard het volkomen onto? meisje. Ja. antwoordde ze koppig Goen dan. zoals je wilt. Richard lachend, Ik ben t boete te doen voor m'n zonden levenslang. J En toen ontdekte Olga dat ze n.* meer zeggen kón. 't was beter nu« zwygend in z'n armen te liggen..

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1954 | | pagina 12