Festival van Salzburg Winterhoeden luidden de zomer in Zangers en zangeressen redden WEKELIJKS BIJVOEGSEL van het LEIDSCll DAGBLAD - ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1953 - Pagina 3 Foto: Will Eiselin, Rijswijk. extra over een plaatje als dit, waarop ge ziet, hoe een dame uit Voorschoten haar liefde voor het dier zo duidelijk demonstreert: een lekker hapje voor paard, hond en poes, die nauwelijks van haar af zijn te slaan! Ook hier lijken „hond en kat" de beste vriendjes met elkaar: al weer een bewijs, hoe dikwijls we de dierenmcntaliteit volkomen mis verstaan. Zorg er dus voor en met een beetje goede wil en vooral geduld, lukt dat bést! een vriend der dieren te zijn enhet dier zal onherroepelijk Uw vriend zijn! FANTASIO. tafreel waardoor deze zegswijze volkomen geloochenstraft werd. Wie daar de grote, trouwe en ruige Max en dat felle, zwarle springer tje Hompic-Dompie samen in alle vriendschap zag liggen aaiend, kwispelend, af en toe de poten of pootjes aanminnig om elkaar heen gestrengeld! begrijpt dat de mening „honden en katten vech ten" op een kapitale vergissing be rust. Ja: misschien als men hen ophitst of om onverklaarbare redenen meestal alléén voor eigen genoe gen! tegen elkaar in het harnas jaagt. Dan wordt 't een andere kwestie! gezellig kunnen uitdrukken, een kat onder de niet-vleesetende die ren rangschikken of een leeuw een „schal" noemen. Nee: maar ik geloof wel. dat als een mens een dier goed behandelt, dat wil zeggen met warmte, sym pathie en begrip voor de psyche, elk dier voor hem een levenskame raad in de beste zin van het woord kan worden, uitgezonderd de roof dieren. die nu eenmaal met moord lust geboren zijn. wat ze intussen ook alweer niet kunnen helpen. LS U bijv. eens een praatje gaat maken met mevr. Louwman. U weet wel, van het dierenpark Twijfel aan onvervangbaarheid... Kan leiding zó blijven voortgaan? (Van onze correspondent te Wenen) DE voortreffelijke uitvoering van twee opera's heeft het Salzburgse Festival van dit jaar inderdaad gered, namelijk op de eerste plaats de Rosenkavaliervan Richard Strauss en dan vooral de meest Italiaanse en luchtigste en toch zo uiterst muzikale opera var, Mozart „Cosi fan tutte". Er hangt over dit Festival een eigenaardige stemming, een gevoel van onzekerheid bij de leiding en daarnaast een zekere geprikkeldheid bij een deel van het critische publiek. Zelfs vreemdelingen, die niet op de hoogte zijn van de eigenaardige .cultuur" politiek in dit allerkostelijkste stadje, bemerken dat er iets hapert. Er wordt veel te veel gesproken over protectie, over eerbiedwaardige persoonlijkheden, die men moet ontzien, over groepjes en cliques, waarmee rekening dient te worden gehouden en het gevolg is dan ook een vreemd soortig programma, dat nog al hoorbaar rammelt, omdat persoonlijke factoren bij de samenstelling daarvan ontegenzeglijk hebben mee gewerkt. EEN Festival kan niet worden goed gemaakt door een enkel concert van Yehudi Menuhln of door een piano-avond van W. Backhaus. Het Salzburgse Festival staat of valt met de opgevoerde opera's en terecht heeft men ook dit keer opnieuw de voorrang gegeven aan Mozart, van wie „Don Giovanni", „Cosi fan tutte" en „Hoch- zelt des Figaro" worden opgevoerd Daarnaast hebben dan „Rosenkavalier van Richard Strauss en „Der Prozess van G. von Elnem ook nog een plaats gekregen. De geestelijke erfenis van Mozait blijkt in Salzburg nog altijd zo groot te zijn, dat dit stadje ook dit jaar weer de Ideale plek ls voor de meest authentieke Mozart-interpretatie en dat nog wel ondanks het langzame tempo van Furtwangler. Wij zouden op dit punt niet heb ben gewezen, wanneer het niet te vens een duidelijk licht wierp op de kracht van dit ideale vijftal dat zijn Mozart kent. dat hem zingt en speelt op een onovertroffen, echt Oosten rijkse opvoering wel een daad van piëteit, maar iedereen wist reeds na de wereld première. dat het noch een echte, on vervalste Strauss, noch een echt Festi val-stuk was. Het is eigenlijk een mislukking ge worden, waarover men maar liever niet meer spreekt. Zo gezien was de „Rosenkavalier" van dit Jaar eigenlijk een soort rehabilitatie, een bewijs dat een échte Richard Strauss de toehoor ders ondanks alle critiek nog al tijd weet te boeien door zijn impres sionistische klank, grillig en fuoresce- rend als een modern mozaïek. De „Rosenkavalier" heeft in alle ge val zijn eigen charme en de Salzburgse opvoering heeft er Iets goeds van we ten te maken, ook al zal men moeten toegeven dat de stijl van de Weense opvoeringen doorgaans beter en be schaafder is. Misplaatst is b.v. het stre ven in Salzburg om ieder spoor van humor met geweld om te buigen in het kluchtige: dat was niet alleen bij de „Rosenkavalier" het geval, maar jammer genoeg ook bij Mozart's Figa ro. Ook hier bleek het ensemble ster ker dan de leiding. Maar dat was dan het enige nadeel van het ensemble, want voor 't overige hebben de uit stekende zangers en zangeressen het Festival eigenlijk gered. ■AAR een volslagen mislukking vas de plompe quasi modern-ba rokke decoratie, die tot schrik van allen \ooral het laatste bedrijf van „Figaro" verknoeid heeft tot een wansmakelijk Amerikaans revue-to neel. Alle graciliteit en fijnheid van Mozart werd hier doodgeslagen door wanstaltige zuilen van papier maché, waaruit grillige gipsen lappen uitpuil den als gedrochtelijke ectoplasma's, eerder passend in een poenige spiritis tische seance dan in een elegante Mozart-opera. Inplaats daarvan was „Don Giovanni" wel veel beter, maar 't beste was en bleef „Cosi fan tutte", dat meesterstukje van Mozart's geest, opgevoerd op de binnenplaats van het Blik op Salzburg's pracht „culturele" toestanden in Salzburg. De critiek op het bijna berucht ge worden langzame tempo van Furt wangler was ook dit Jaar weer zo sterk, dat de Duitse dirigent met een plotseling vertrek dreigde. Alsof dus de directie, die toch al zo sterk naar zijn pupen danst, in staat zou zijn de critiek cn de pers te beïnvloeden. Ook is het geen geheim dat Furt wangler het optreden van de diri gent Herbert von Karajan in Salz burg heeft tegengewerkt. Nu is men misschien geneigd rekening te hou den met de hoge leeftijd cn de zwak ke gezondheidstoestand van deze grootmeester, maar als buitenstaan der vraagt men zich toch af wie hier nu eigenlijk de leiding heeft. Toch is b.v. de „Figaro" onder Furt wangler een succes geworden, maar dat was alleen te danken aan het prachtige ensemble van de solisten: Hilde Güdcn. Elisabeth Schwartzkopf. Irmgard Seefrled, P. Schöffler en E. Kunz. Zelfs de slechtste dirigent is niet opgewassen tegen de doorzettings- Spiegeltje, spiegeltje aan de wand. Residentie-paleis, alleen op een een voudig podium, met geen ander décor dan drie grote architectuurbogen en daarvoor een paar wit gelakte stoeltjes en tafeltjes enverder niets. En ook hier weer een ideaal ensembleIrmgard Seefried. Lisa Otlo. A. Dermota. E. Kunz en P. Schöffler, onder de con geniale leiding van Karl Bohm. Dat was nog Salzburg op zun best, een opvoering waarover de regisseur Max Reinhardt volop tevreden zou zyn geweest en men vraagt zich af hoe het berooide Oostenrük tóch nog altud zulke uitstekende vertolkers voor zijn Festivals weet te winnen, ideale be zettingen. die echter niet In de eerste plaats" aan Salzburg zUn te danken, doch aan Wenen, waar ze eigenlijk thuis horen. TOEN men verleden jaar de nog nooit opgevoerde opera van Ri chard Strauss „Die Liebe der Da- nae" na jarenlange rust weer eens voor de dag had gehaald, was deze Zal Nederland Waterkrachtinstallaties krijgen? S'jdwynjT-pn Pléó':fn*èèr<cVjfi\5D!in B'erxJenburg s'uwengfhBUAi K jnn#o«xden voor etc- fniche centrales Snelstromende rivieren, watervallen etc zijn in staat om door middel van waterkrachtcentrales belangrijke hoe veelheden energie te leveren, waar mede men dan electriciteit kan op wekken. Het is zelfs zo. dat van alle energiebron nen. die de wereld rijk is. de water kracht wel de goedkoopste is Landen als Zwitserland. Noorwegen. Frankrijk en Italië tonen aan hoe belangrijk het bezit van waterkracht voor een land is. Ons land is door de natuur echter minder rijk gezegend met de mogelijk heden voor waterkrachtcentrales. Toch zijn er wel plannen voor het bouwen van waterkrachtcentrales. En wel in onze provincie Limburg Reeds Jaren lang heeft men de mogelijkheid over wogen van het bouwen van water krachtcentrales in de Maas en het Ju- lianakanaal In deze centrales zou men dan electriciteit opwekken Thans verwacht men binnenkort de instelling van een Regeringscommissie, die een studi» zal maken van de mo gelijkheden. die deze waterkracht voor onze energievoorziening kan hebben De plannen omvatten totaal 7 centrales (zie kaart), die een capaciteit van 100 BU een uitvoering van de plannen schat men de kolenbesparing. die hier door verkregen wordt, op circa 50.000 ton per jaar. De directeur van de Prov. Limburgse Electr, Mij. prof. ir Gellssen, zal van deze regeringscommissie deel uitmaken. Zijn er nu buiten de ontworpen cen trales in Limburg nog andere plaatsen In Nederland, waar wij centrales kun nen bouwen? De lr Brandenburg meent van wel en in een door hem ontworpen plan, geef: hij verschillende punten aan, warr men z.i. stuwen kan bouwen. Volgens dit plan kunnen wij ook ln De Wari. Naderrijn en De IJssel stuwen bouwen, waarvan de ontworpen stuw bij Pan- nerden uit een dubbele zou bestaan Westelijker dan Culemborg schijnt het aanleggen van stuwen, volgens -r Brandenburg, niet mogelijk door de et en vloedwerking van de zee. die dan merkbaar wordt Hoewel het mogelik schijnt om ook bU Deventer een stuw te bouwen, acht lr Brandenburg dit economisch niet verantwoord. OF men ook In de toekomst op deze weg kan voortgaan? Na tuurlijk niet en de directie dlcnc vooral te bedenken, dat een aanzienlijk gedeelte van het publiek langzamerhand begint te twijfelen aan de zogenaamde eisen en onver vangbare plaats van het Salzburgs, Festival. Want al zal het Festival in het naburige Miinchen voorlopig nog wel geen gevaar opleveren. Bay- reuth doet dit zeker wel, ook Edin burgh dreigt op de voorgrond te ko men, en wanneer zoals te ver wachten valt Wenen geheel zal worden losgemaakt uit het politieke enclave, dan zal men vanuit het buitenland In nog groter aantal naar de Oostenrijkse hoofdstad komen, omdat daar de Festivals zorgvuldiger en vakkundiger worden voorbereid. Het beste bewijs voor de zorgeloos heid in Salzburg is de opvoering van Shakespeare's „JUllus Caesar", waar van ook de „ingewijden" weten dat de hoofdrollen slecht zijn verdeeld, zó slecht dat zelfs de eigen Salzbrugse critiek er geen raad meer mee weet en haar toevlucht moet nemen tot een soort „nieuwe interpretatie". Maar de buitenlandse critiek laat zich door zulke grapjes niet beet nemen, want het internationale publiek vooral uit Engeland heeft wel een andere en betere Antonlus gezien dan de zwakke Ernst Deutsch of een overtui- gendender Brutus dan de eeuwig de clamerende E. Balser. MET Mozart en een goed opera ensemble als voortrekkers kan men het Salzburg Festival op den duur niet meer tot een grote in ternationale gebeurtenis maken. Het beroep op de erfenis van Reinhardt ls niet meer voldoende en nog minder de gedachte dat Salzburg onvervang baar zou zijn. Het optreden van het Parljse ballet op het allerlaatste einde kan men hoogstens beschouwen als een toegift, het Festival zelf staat of valt met het programma en vooral met de leiding, die op grond van al te grote interne tegenstellingen en uit vrees voor radicale beslissingen geen echte „leiding" kan geven. Salzburg heeft van ouds de kunst verstaan om propaganda voor zich te maken en ook nu weer heeft men als 't ware alles in het werk gesteld om de internationale belangstelling te wekken voor de wereldpremlere van Gottfried van Einem's nieuwe opera „Der Prozess". waarmee de tweede helft van dit Festival zal worden ingeluid. Ieder ook maar heel even uitgesproken woord van critiek op welk onderdeel dan ook wordt hier dadelijk afgesneden door te verwijzen naar deze nieuwe opera van de jonge von Eincm, die even eens deel uitmaakt van de directie van het Festival. We zullen rustig afwachten en daarover even zakelijk en critisch berichten ln een volgend artikel. Dier en vriend schap HET is met de dieren als met de mensen: maak hen tot Uw echte vrienden en er komen eigenschappen voor de dag. die ge eerst nauwelijks bij hen vermoed hebt: goede ennu ja misschien ook wel minder goede, maar die neemt ge op de koop toe! Ik weet niet. wie het gezegde: „vechten als kat en hond" heeft uitgevonden, maar die man heeft t toen beslist mis gehad. Laatst zag ik bijv b;' een miinei r NU is het op gevaar af. dat ik van de Ver. voor Dieren bescherming nooit een propa- ganda-modaille zal krijgen niet zó. dat ik door alles heen een dierenliefhebber ben. Want als er een hond achter m'n brommer blaft en hapt. of wanneer ik zo'n „lief poesje" naar een vogel zie grijpen, dan wel lees hoe een schone dierentemster een arm wordt afgebeten, dan kan ik onmo gelijk alle honden een snoes vin nen zoals dametjes dat o Wassenaar, zoudt U daar zijn we zeker van: heel wat staaltjes kunnen horen over wat dieren aan vriendelijks de mensen bewijzen ofbewijzen willen! Mits ge met zachtheid te werk gaat Daarom verbaas ik me nog altijd over alle wreedheid, die het dier van ons mensen ondervindt en waarover ge de verschrikkelijkste staaltjes voor de rechtbank be luisteren kunt. Maar daaror verhei ik me Harmonisch twee-kleurenspel is voornaamste kenmerk LIEVE LEZERESSEN, Parijs is nog steeds een gekkenhuis, meer nog dan verleden week. En waar de stakingstoekomst nog volkomen onzeker is, schrijven we op deze dertiende Augustusdag maar vast het praatje dat voor negen dagen later bestemd is. Je weet immers niet of en hoe je het wegkrijgt, of het de plaats van bestemming bereikt en wanneer! Het is al heel mooi als je hoort dat verschil lende van de artikelen gestrand zijn en dank zij een plotselinge stakingsuitbreiding ergens op een Frans vliegveld liggen op het ogenblik dat de Hollandse drukker er zich over had moeten ontfermen. Het wordt al moeilijker post aan reizigers mee te geven, want niemand loopt graag de kans als saboteur aangemerkt of opge pakt te worden - saboteur is de titel van ieder die dienstwillig een ander uit de nood helpt door beladen met post de grenzen van het land en die der stakerssolidariteit te overschrijden Parijs, 13 Augustus. Maar laten we niet verder uitweiden de kleine en gTOte dingen die jj'ïr gebeuren, of niet gebeuren, over °e gevangenen, die onder politletoe- j^pt het huisvuil ophalen en de meest '°"ge, de meest enthousiaste werklui van deze en andere dagen zijn, over a- negenhonderd vrachtwagens die ^"isdiensten" verrichten en de onee- joon levendige Esplanade des Invali ds wanneer ze vertrekken, over de «nversaties In de stad en op terras- ■fn. over de stemming, de welhaast oprende spanning die hier heerst Dit hoekje van uw dagblad ls Im- ?ers het modehoekje, waarin Juist In w Augustusmaand splinternieuw Pa rijs modenieuws behoort te staan. En bovendien moeten we nog steeds een schuld inlossen: we hebben nog niets over de nieuwe winterhoeden verteld, die al ln Juli werden getoond, voordat de grote modevorsten hun geheimen prijsgaven en Dior met zijn verplette rend bommetje kwam. WISSELING DER JAAR GETIJDEN.... Toen de zomer eindelijk uitbrak, brak in de mode de herfst aan en de winterhoeden waren de eerste herauten van een zomer die door herfstbruine kastanjes op deze aar de welkom werd geheten. Herfst- bruin cn andere najaarstinten zijn Svend: cloche van wit en grijs ge streept vilt, lint van groene jersey, waarop een strassdiamant. overigens ook de kleuren waardoor de nieuwste hoeden zich aan het ko mende jaargetijde aanpassen. Warm en fraai zijn de tinten en mooi is de harmonie van de kleuren die paars gewijs een der kenmerken van de jongste hoedenmode zijn. Zo werden en meer mogelijkhe den zijn werkelijkheid! groen en ander groen gekoppeld, en anthraclet- grljs en havanabruin, het fluwelen zwartblauw van een late najaarshemel werd gepaard aan het rood van de rUpe tomaat, en het diepe, toch on doorgrondelijke groen van het berg meer aan rokerig vloeipaplerroze. TWEEKLEl'RENSPEL. Vaak brengt bij de modistes al thans. de Parljse couturiers stellen via hun hoedenateller soms geheel axfdere mogelijkheden voor! vaak brengt het tweekleurenspel de combinatie van tweeërlei materiaal met zich mee: zo verstaan zich dit Jaar vilt en Jersey, taupé en mousseline, melusine en flu weel, die beide tegelijkertijd grondstof zijn. Als garnering word doorgaans an der materiaal gebruikt: een enkele fa- santenveer, minochcs of wieken ln zeer bescheiden mate. strassbriljanten, al leen of in een grenstrekkenrie rij. een boordsel van ribslint, dat afwerking cn garnering is, franje, kleine ornament jes die van de tallleurrevers naar de hoed zijn verhuisd en „lukraak" in een deuk. een plooi, op een lint of waar dan ook worden aangebracht, getweeën of alleenJuwelen en bro derie zyn de garnering van geklede modellen: de flatteuze voile ontbreekt vrijwel geheel en al. GECOMPLICEERDE EENVOUD.. De moderne hoeden zyn over het algemeen eenvoudig ofschoon er vele desniettemin toch nog te gecompli ceerd zijn om er een duldelUke be schrijving van te kunnen geven. Zelfs de klassieke modellen, die als tamboe rijn of pillbox, als tri- en bicornes en als cloches worden aangeduid, bezit ten altyd wel dat vleugje onverwacht heid, dat ze van de puur klassieke mo dellen onderscheidt. Er zijn in de win termode puntmutsen, maar denkt u niet dat u ze ln gedachten ziet als u alleen maar de naam hoort: ze zUn namelijk zeer gevarieerd van model en van hoogte enze zijn geen muts Rose Valois: van deze geklede fluwe- 'en hoed werden de teruggeslagen randen met vogelwieken gegarneerd. Marie-Christiane: vilt tamboerijn met rand van gedrapeerde jersey in de moderne kleur .gedroogde abri kozen", en gegarneerd met een fazantenveerMaud et Nano: klein hoedje dat geheel met zwarte tres bewerkt is en een zwarte veer recht op) in top draagt. maar hoed! Ontelbaar zijn voorts de fantasiemodellen die een kruising van twee of drie klassieke vormen zijn. Met uitzondering van enkele grote ge- lesenheidshoeden en enkele kleinere ge klede randhoeden, hebben de meeste hoofddeksels geen rand. En ofschoon niet weinig modellen het achterhoofd of het gehele hoofd omsluiten (Svend bracht hoeden als badmutsen, kinband incluis!), toch worden de meeste bo ven op het hoofd gedragen; soms 1U- ken ze naar rechts te hellen of tot ver op het voorhoofd hetgeen door gaans te danken Is aan een assym- metrlsche vorm van de hoed, die zelf volkomen horizontaal wordt opgezet. Ge kunt deze winter modern zijn met een cloche, die niets van uw pruik laat zien. of met een kleine tamboerijn, die tweederde van uw haren aan de openbaarheid prijsgeeft. Deze en an dere modellen zullen zijn uitgevoerd in vilt, dat effen ls of gestreept als hondenvacht (in wit en donkergrUs), in taupé dat eenkleurig is of gestreept, ln fluweel, zljdesoorten of Jersey, ln melusine of cachemlrwollig vilt, in vlltvarianten die langzaam van licht naar donker nuanceren, of een dessin bezitten dat op de huid van de panter is geïnspireerd. Ze ontlenen hun kleur aan honing, champagne, geconfijte kastanjes en nieuw dit jaarl ge droogde abrikozen, aan whisky (zon der soda) en vermouth (met citroen schilletje en Ijs), aan rode sherry, aan tomaat en paprika, aan groene peper, crème de menthe en anisette, terwijl het moderne blauw geleend werd van de sapphier. van petroleum en de ster- bezaaide winterhemel, en grijs het grijs van de mol is. zwart de tint van an- thraciet of die van git aanneemt J.V. Svend: baretvormige hoed die in een ount op het voorhoofd is uitge bouwd, gemaakt van taupé in nacht blauw en tomaatrood, welke beide kleuren gescheiden zi/n door een rand strassbriljanties; Rose Valois: een kruising van baret en driepuntige steek, gemaakt van groen vilt en afgewerkt met zwarte bolletjestres. OOK VOOR ONS „WITTE STEENKOOL"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1953 | | pagina 7