Hevige beroering in Tweede Kamer over interpellatie Gerbrandy Minister Joekes verdedigt zijn beleid «i k rr- i&t v MT f>T 7 De afvloeiing der Ambonnezen Was rechter bevoegd tot zijn uitspraak? Regering gaat waarschijnlijk in hoger beroep Verhoging kinderbijslag van vierde kind af Kerkelijk Leven RECHTZAKEN HORIZONTAAL 38-65 W+D [=m V7/ T je ie éSèii Gü mm U f G 48527+A G=M %ï'-> A*rri=d E, SL n b=m L SVA RI4 -s ÏUNj 'u +gI BXM=PDS 4-V 89ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD Vrijdag 22 December 1950 Tweede Blad No. 27185 -CVan onze parlementaire redacteur) ,.De kern der kwestie, die zo felle beroering brengt, is dat men de oud- KNIL-militairen en de hunnen in de dood wil drijven. Vindt de regering dat goed?". Zo ving gisteren in de Tweede Kamer de heer Gerbrandy (A.R.) zijn interpellatie aan over de afvloeiing der Ambonnezen van fava. De minister van Oorlog, de heer 's Jacob, was vergezeld van premier Drees en minister van Maarseveen. Op de tribunes was veel belang stelling. De oud-ministerpresident meende, dat er geen sprake is van vrijwillig heid, doch dat druk op betrokkenen wordt uitgeoefend door zinspelingen op toepassing van de krijgstucht. Ook laat men de afvloeiing beïnvloe den en zelfs bepalen door de Indonesische autoriteiten. In een vijftal vragen had professor Gerbrandy zijn bezwaren geformu leerd, waarbij hij ook twijfel uitdrukte, of betrokkenen wel voldoende omtrent hun rechten waren voorgelicht. Is het waar. dat men in Indonesië gezegd Ireeft te weigeren, de afvloeiing stop te zetten tot de uiteindelijke uitspraak in het proces? En nu het vonnis in kort geding is geveld, wil de regering dit onvoor waardelijk naleven en loyaal toepassen, zodat de ..Van Oudshoorn" nóg wordt teruggeroepen? Dat de regering gehoor geve aan het recht! Stemmen: recht? Een politiek vonnis! De heer Weiter (Nat. Kath.)„Geen politiek vonnis". Dit is recht. CATASTROFE VOORKOMEN. De minister van Oorlog, de heer s'Jacob, herinnerde er aan, dat hij nau welijks een week geleden over hetzelfde onderwerp met de Kamer van gedachten had gewisseld. Hij meer.de, dat toen een einde aan alle twijfel was gekomen. Wij doen alles om een catastrofe te voor komen. Het is zeer moeilijk, zo betoogde ik toen, om twee tegenovergestelde be langen met elkaar in overeenstemming te brengen. En nu is er grote beroering. Het vervult spr. met bitterheid, dat in Den Haag een rel rond het kort ge ding is ontstaan. Dat men het hier be ter denkt te weten dan de militaire autoriteiten in Djakarta, en dat men denkt, dat wij boze plannen koesteren. Dit bedroeft en ergert mij in hoge mate. De minister betwijfelt, of de heer Am- ponno waarlilk de Ambonnezen verte genwoordigt, zoals in het vonnis wordt gesteld. Drie uur na de voorlopige uit spraak van 16 dezer ontving spr. een telegram van de Ambonnezen op Java, dat zij zélf het beste kunnen beoordelen, hoe hun belangen liggen. Ginds wordt de vrije keuze gelaten en men was bereid naar Ambon te gaan. doch als zij telkens van hier worden op gebeld dan is het begrijpelijk, dat er aarzelingen voorkomen. Er wordt geen dwang gebruikt. Wie is bevoegd en in staat dat te beoordelen? Op Java en niet hier achter de groene schrijftafel. Ten aanzien van het regeringsstand punt jegens het kort geding, zegt de minister, dat van 1621 December de status-quo is gehandhaafd. Intussen heeft spr. zich juridisch laten voorlich ten. Volgens prof. Kranenburg moet de rechter zeker terrein eerbiedigen, wijl de regering anders niet kan handelen. En een andere professor schrijft in zijn werk, dat de burgerrechter niet het recht heeft het beleid der overheid te beoor delen. Die professor is de heer Ger brandy I (vrolijkheid) De regering zal zich over het vonnis beraden. Er zal nog geen geweld worden gebruikt, -tenzij het ergste van het erg ste geschiedt. Een vertrouwensman der Ambonne zen gaat van hier derwaarts, die de standpunten in het kort geding kent. Spr. heeft de overtuiging, dat de re gering niet kan blijven dralen. De ter mijn van 1 April voor het terugtrek ken onzer Nederlandse troepen is be slissend. De omstandigheden kunnen tot afvloeiing dwingen: afvloeiing ter plaatse of naar elders. Met welke laat ste spr. dan verder zou gaan dan rechtsplicht is. De afvloeiing moet geschieden in over leg met de Indonesische autoriteiten, waarbij de rechten der betrokkenen na tuurlijk worden geëerbiedigd. Van „uit levering" is geen sprake. De voorlich ting van betrokkenen is daarmede in overeenstemming. Het handhaven van de status-quo van 1621 December belette niet het af vloeien uit vrijwillige keuze: die heeft voortgang gevonden. PROF. GERBRANDY NIET VOLDAAN. De heer Gerbrandy was niet voldaan door dit antwoord. Hjj hield vol, dat er druk wordt uitgeoefend. Hoe kunnen wjj ons anders op de hoogte houden van de toestand bij de Ambonnezen op Java dan door telefoontjes? De term „rel" is volkomen onjuist voor een rechterlijke uitspraak. De rechter kan wel degelijk ingrijpen bij een on rechtmatige overheidsdaad. - De heer .Oud (VVD) keurt-eveneens de toon af, waarop de minister over het kort geding heeft gesproken. De rege ring moet zich aan de rechterlijke uit spraak houden. Is zij het niet met het vonnis eens. dan kan zij in beroep of cassatie gaan. Maar als zij zich niet aan het rechtsbeginsel houdt, ondermijnt zij de hechtste pijler van de staat (applaus van de publieke tribune). Het terrein van de rechter wordt be paald door wet en gTondwet. Waar die geen uitsluitsel geven, maakt de rechter zelf uit. of hij bevoegd is. De heer v. d. Feltz (C.H.) is overtuigd van de goede wil der regering, doch zij is rèrkeerd ingelicht. Er is twijfel aan de vrijwilligheid der Ambonnezen. De regering late geen 12.000 mensen de dood indrijven. De heer v. d. Goes van Naters (Ar beid) vindt de zaak door de heer Oud overdreven. De rechter kan het rege ringsbeleid niet toetsen. Bovendien heeft een kort geding een apart karakter en geeft sleohts voorlopige beslissingen. Die kunnen grote schokken teweegbrengen en rechtsonzekerheid scheppen. Daarom keurt. sur. deze politieke rechtspraak af. De heer Romme (Kath.) noemt het regeringsantwoord over 't algemeen be vredigend. Zij zal verstandig doen, zich aan de uitspraak te houden. Maar men beoordele hier het rechterlijk vonnis niet. Dat zou voorbarig wezen. Zo be grijpt spr. niet, hoe de heer Gerbrandy de regering kon adviseren, afstand te doen van beroep. De regering betoogde echter, dat de afvloeiing vrijwillig geschiedt en dat dit haar bedoeling Is, zodat aan de normen van het vonnis wordt voldaan, aldus spr. Interpellant heeft zich te druk gemaakt. De heer Weiter (Nat. Kath.) vond het beschamend, dat de Staat hier door de rechter veroordeeld moest worden. Spr, heeft wel vertrouwen in deze minister, maar niet in diens lasthebbers op Java. Spr. wenst de [pertinente verzekering, dat ook niet indirect pressie op de Am bonnezen wordt, uitgeoefend. Ook de heer Wel ter is met de heren Oud en Romme van oordeel, dat men hier het vonnis niet moet beoordelen, doch het wel moet naleven. De heer Gortzak (Comm.) vond. dat men wel wat meer aandacht had mogen besteden aan het lot van onze Neder landse jongens op Java. MISPLAATSTE VERWIJTEN. Minister s'Jacob betoogde in tweede instantie nogmaals, dat wij het beste voor hebben met de Ambonnezen. Met wat geduld en rust zal dat ook bereikt worden. De interpellatie had misschien beter volgende week kunnen plaats hebben. Nu kwam het vonnis van heden de zaak bemoeilijken. Spr. zelf had nog geen tijd gehad, het vonnis rustig te lezen. Van de groep, die naar de Kei-eilan den wilde, is een deel gegaan. Twee dagen later dan was geregeld. Van Zaterdag jd. 11 uur tot Zondag 10 -uur heeft spr. geen verbinding met Java gehad. Juist in verband met de uitspraak van 16 dezer had spr. aan generaal Scheffelaar gelast toe te zien. dat men werkelijk vrijwillig ging. Rond 250 man zijn gegaan onder leiding van Terapoen. De minister gelooft niet tekort te zijn geschoten in respect voor de rechter. Het scherpe verwijt van de heren Gerbrandy en Oud was dan ook mis plaatst. Ten aanzien van het tijdelijk vonnis van 16 dezer, kan ik me niet positiever uitlaten dan ik heb gedaan. Over het vonnis van heden zal de heer Van Maarseveen nog een en ander zeggen. Als Minister van Oorlog kan ik slechts constateren, dat een lange procedure nieuwe gevaren schept voor de Ambon nezen. Wij kunnen beter opschieten en hen niet in gevaar brengen onder het motto: „de rechter is zich nog aan het bezinnen". Jegens de heer v. d. Peltz betoogt spr., dat hü van uit Indonesië gekomen officieren de verzending van het be wuste telegram bevestigd heeft gekre gen. Overigens betuigt spr. hem en de andere sprekers dank voor hun ver trouwen. Tot.de heer Weiter zeide de minister, dat hij van hier twee zijn meest be voegde en nuchtere medewerkers, on-i' verdachte vrienden van de Ambonne zen, naar Java had gezonden, die hem bezwoeren, dat er geen dwang wordt uitgeoefend. Ik begrijp niet, al dus spr„ hoe men kan twijfelen aan deze beide heren, die expres daarvoor naar Java zijn gestuurd. Met de heer Gortzak is de minister het eens, dat de belangen van onze Nederlandse troepen op Java er heden wel slecht zijn afgekomen. „Ik doe al les. dat K.L. en Ambonnezen elkaar niet 'behoeven te-bestrijden." DEBAT OUD—VAN MAARSEVEEN Minister Van Maarseveen behandel de daarop de staatsrechtelijke zijde der zaak. De heer Oud had bezwaren tegen de opvattingen, die spr. onder zijn ambtgenoten zou propageren. De aan leiding daartoe was, dat spr. de heer s'Jacob had gewezen op een bepaalde passage in het werk van prof. Kranen burg over het Staatsrecht. Wat is daartegen? Spr. leest die pas sage voor. Het gaat daar over de moei lijkheden, die de theorie van de schei ding der machten met zich brengt. Het is, aldus spr., een volkomen ob jectieve en wetenschappelijke weergave van het probleem. De minister leest ook nog de nota voor, die hij daarbij aan zijn ambtge noot heeft gericht. Daarin schreef spr. dat de rechterlijke macht de overheid de uitoefening van haar taak niet mag bemoeilijken of onmogelijk maken. En de overheid staat thans voor een uiterst moeilijke taak bij de afvloeiing der Ambonnezen. Daar zijn ook onze verplichtingen jegens de Nederlandse miliciens, die nog altijd op Java moe ten blijven. Men denke eens aan het voetbal-incident te Bandoeng met de vereniging „Jong-Ambon". Als de Eerste Kamer ook het wetje op het verblijf der miliclëns in Indone sië aanneemt, hebben we nog drie maanden tijd. Dooh ree-ds werd hier in de Tweede Kamer verklaard, dat het op 1 April ook definitief uit moet zijn. Wij trachten de zaak op te lossen. En het is voor een rechter niet mo gelijk, over alle onderdelen en facet ten der zaak te oordelen. Spr. trekt de bekwaamheid van de betrokken rechter niet in twijfel, doch op grond van een pleidooi kan geen rechter en niemand de moeilijkheden van de uit voerende macht doorgronden. De heer Van Maarseveen herinnert aan de conflicten-regeling onder Ko ning Willem I. toen de rechter voor de overheid in bepaalde gevallen moest wijken. Die regeling is in 1844 onder algemene instemming begraven. Doch reeds in 1848 bij de Grondwetsherzie ning werd de bepaling van art. 163 lid 2 g.w. ingelast: „De wet regelt de wijze, waarop geschillen, over de bevoegdheid tussen de administratieve en rechter lijke macht ontstaan, worden beslist." Nu, na meer dan een eeuw, is zulk een wet nog niet tot stand gekomen. Maar in art. 13a van de wet houden de algemene bepalingen staat: „De rechtsmacht van de rechter en de uit voerbaarheid van rechterlijke vonnis- sèn zijn beperkt door uitzonderingen, in het volkenrecht erkend." De heer Oud interrumpeert hier, dat men dit zo moet lezen, dat de rechter zelf zijn bevoegdheid bepaalt. De minister: „Dan bent u toch slecht geïnformeerd." De heer Oud herhaalt zijn stelling. De minister: „Als u nu toch even nadenkt, zult u erkennen, dat ik gelijk heb." De heer Gerbrandy krijgt voor de derde maal het woord en- vraagt de regering, de moeilijke toestand niet te bestendigen door in hoger beroep te gaan. Het zwakke punt blijft: „Wan neer is er vrijwillige toestemming?" Spr. ziet af van een motie. Minister s'Jacob heeft niets meer aan hetgeen gezegd is, toe te voegen. „Het is zeer onwaarschijnlijk, dat ik niet in beroep zal gaan," zo zeide hy. De beraadslagingen werden hiermede gesloten. (Ingez. Med.-adT.) (Van onze Parlementaire Redacteur). De minister van Sociale Zaken de heer Joekes verdedigde gisteravond in de Tweede Kamer zijn beleid. Hü gaf een uiteenzetting van de economische en financiële moeilijkhe- den, waaruit alleen productieverho- ging ons kan helpen. Zolang er loon- en prijsbeheersing is, kan de taak van het College van Rjjksbemiddclaars niet aan de Sociaal Economische Raad worden voorgedragen. D© S.E.R. is een geheel autonoom lichaam, doch de loon- en prijsbeheersing is een zaak van regeringsbeleid. De minister wijst dan de klachten af, als zou zijn algemeen sociaal be leid zwak en weifelend zijn. Hij legt uit, waaraan de vertraging is te wij ten met de wetsontwerpen op de wachtgeld- en werkloosheidsverzeke ring en de ouderdomsverzekering. Ook geeft spr. een opsomming van de wet ten, onder zijn signatuur tot stand gebracht, cn van de liefst 16 wets ontwerpen. die aanhangig zijn. De heer Cornelissen (WD) had dan ook gevraagd, die arbeid wat te mati gen. De grondslag onzer sociale voor zieningen is echter solide. Wij moeten met vastberadenheid daarmede voórt- gaan. Het rapport over de indeling der ge meenteklassen kan in Februari a.s. te gemoet worden gezien. Wat betreft de hulp aan de blinden, had de betrokken commissie een „blin- den-rente" voorgesteld, die rond 1.25 millioen jaarlijks zou kosten. Daaraan is in deze benarde tijden niet te denken. Te meer omdat dit ook een precedent zou scheppen voor andere lichamelijk en geestelijk invaliden. Wel heeft spr. besloten tot uittrekking van f. 2500 voor een psycholoog en van f35000 ter sti mulering van het maatschappelijk werk voor blinden. Inzake de huurcompensatie zet spr. nog eens uiteen, wat premier Drees op 17 November jL daaromtrent heeft ver klaard. Totaal armlastigen zullen zich tot de gemeentebesturen moeten wenden. Grote gezinnen met meer dan 4 kin deren krijgen echter niet voldoende compensatie. Daarom is besloten tot verhoging van de kindertoeslag van het vierde kind af. Hierover is nog overleg gaande tussen de loon- en prijzeiicommissie en de Stichting van de Arbeid. De vacantleregeling voor jeugdige ar beiders is van zeer groot belang. Daar over is ieder het eens. Doch men be raadt zich nog of een bevredigende re geling is te bereiken door wat men be- driifstakgewijze wil doen. Inzake de wensen naai- een gezinsraad is in over weging de stichting van een Nationaal Comité als afdeling van de Union in ternationale des organismes familiaux" De minister wil thans niet ingaan op de emigratie-organisatie. Daarover kan straks worden gesproken bij het betref fende wetsontwerp. Waar het de alge mene aspecten der emigratie betreft, bestrijdt spr. de mening van de heer Weiter, dat er door de overheid enige dwang zou worden uitgeoefend. Er wordt alleen geen subsidie verleend aan de emigratie van arbeidskrachten, die moeilijk in ons economisch bestel te PREDIKBEURTEN VOOR HEDENAVOND. Rynsburg (Vllethof)7.30 uur ds L. Trouwborst, Ned. Herv. pred. te Monster. Ned. Herv. Kerk Beroepen: te St. Laurens, W. A. Kalkman, cand. te Amster dam; te Amelde en Tienhoven G. H. v. Kooten te Brandwijk. Bedankt: voor Westbroek. R. W. Steur te Ouddorp; voor Kampen (vac.-H. Hlensch) J. W. v. d. Linden te Kamerlk. Geref. Kerken Tweetal te Rotterdam -Zuid (vac.-J C. Gilhuis), J. van Buuren te IJmulden-Oost en L*. W. Muns te Berllkum. Beroepen: te Herwijnen J. D. Kruithof, cand. te Kampen. Chr. Geref, Kerken Aangenomen: de benoeming tot lrulppred. te Harlingen, ds C v. d. Zaaal. lid der Tweede Kamer en hulppred. te Ulrum. Geref, Kerken onderh. art. 31 K. O. Tweetal te Groningen (7de pred.pl.) A. Jagersma te IJmuiden en G. Viseo te Kampen, Prot. Interkerkelijk Thuisfront Door de ontwikkeling der zaken ook in Indonesië ls het Prot. Chr. Thuisfront dat zich het lot van de Prot. militairen aantrekt en waarin vrijwel alle Prot. kerkformatles ln Nederland samenwerken, gereorganiseerd. Het curatorium en het werkcomité zijn opgeheven en daarvoor in de plaats zijn gekomen een bestuur en een contactraad. In de contactraad heb ben zitting de vertegenwoordigers der sa menwerkende kerken en organisaties, terwijl het bestuur wordt samengesteld uit twee vertegenwoordigers van de or ganisaties, die ten behoeve van de mili tairen werkzaam zijn (Ned. MIL Bond voor Oost en West), twee uit de mili taire organisaties (Officieren en onder officieren) plus twee personen, die bul ten deze groepen staan en dus geheel uit de burgerkringen komen. Daarnaast heb ben ln het bestuur ook zitting de hoofd leger- en de hoofdvlootpredlkant. Gisteren heeft In een der zalen van de Nieuwe Kerk te Amsterdam de installa tie-vergadering van de Cntactraad plaats gevondën. De vergadering koos tot voor zitter van de Contactraad dr Harrensteln. De werkgroep „Kerk en Strijdkrachten" ln de Ned. Herv. Kerk zal de secretaris- plaats bezetten. Aan het PIT-comlté, to Amsterdam. Apeldoorn en Breda zal ver zocht worden eveneens een lid voor de Contactraad aan te wijzen. Het I.C.C. zal ln zijn vergadering van 2 Jan. a.s. twee bestuursleden lciezên, die het burger-ele ment zullen representeren. Op verzoek heeft de Contactraad daar toe een voordracht gemaakt van vier personen en daarop geplaatst de heren dr W. G. Harrensteln em.-pred. te Am sterdam der Geref. Kerken, dr. R. Mlc- dema, Rem. Geref. predikant te Amers foort. G. Moll, penningmeester van het C.N.V. te Utrecht en W. C. F. Scheps, Journalist te 's-Gravenhage. HAAGSE RECHTBANK. De aanslag op tramlün LeldenDen Haag. De Haagse Rechtbank veroor deelde gisteren een inwoner van Was senaar tot 10 maanden gevangenisstraf met aftrek, voorwaardelijke terbeschik kingstelling van de regering en onder toezichtstelling van de Rekkense inrich tingen. De veroordeelde had op 20 Mei j.l. een staaf ijzer van een meter lengte neergelegd op de tramlijn LeidenDen Haag. Gelukkig ontstonden hierdoor geen ongelukken. Ter zitting had ver dachte verklaard onder communistische invloeden tot zijn daad te zijn gekomen* missen zijn. 2*>r. verdedigt de aanstel ling aan ziin Dep. van een commissaris van de emigratie. Dit loopt echter niet vooruit op de tot stand te brengen or ganisatie. De minister ontkent, dat de particu liere beroepskeuze recht heeft op een zelfde geldeliike steun van de overheid als de openbare beroepskeuze geniet- Er is bil deze laatste trouwens een ta rief ingesteld, opdat zij niet kan onder- bieden. De schoolsgewüze onderzoekin- een geschieden uitsluitend op verzoek. Wel heeft spr subsidies verstrekt aan de particuliere bureaux, als blijk van waardering voor hun arbeid, en omdat er mensen ziin. die niet van openbare instellingen op dit gebied willen ge bruik maken. De heer Suurhoff (Arbeid)' wilde lie ver overleg in deze aangelegenheid, dan dat er een motie (van de heren Stapel kamp A.R. en de Kort Kath.) zou ko men. Ook de minister voelt veel voor overleg, om de moeilijkheden met de voorstanders van particuliere beroeps keuze uit de weg te ruimen. Daarna gaf Staatssecretaris Van Rhiin nog enige aanvullende beschou wingen op onderdelen van aanhangige wetsontwerpen. /-v4 ''"9 N -k «Is* T 68. ■p, oy D jr MA 83meter +k t rrn cm ioo O O jr De=al 68

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1950 | | pagina 5