Koningin Juliana's ontroerend woord
tijdens Inhuldiging:
Onvergetelijk rijtoer in
creme calèche
Jeugd bracht Kroon naar
Stadion terug
..Als een rots
temidden der woelige baren
„Wij zullen waar maken, wat in onze macht is!"
Prof. Kranenburg zeide:
Juichende mensenmassa's
alle stadsdelen
in
I
DINSDAG 7 SEPTEMBER
Prof. Kranenburg ontvangt
Grootkruis Ned. Leeuw
Een der eerste regeringsdaden van
Koningin Juliana na Haar inhuldi
ging zal zijn het verlenen van het
Grootkruis der Orde van de Neder
landse Leeuw aan prof. Kranenburg,
voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten Generaal en Voorzitter van
de gecombineerde Kamers.
Tjjdens de inhuldigingsplechtigheid in de Nieuwe Kerk heeft Koningin Ju
liana voor de eedsaflegging de navolgende rede uitgesproken:
Leden van de Staten-Generaal!
Dat ik hier op het-ogenblik in uw midden ben om de eed op de grondwet af
te leggen, vervult my met weemoed. Want het is een gevolg van het feit. dat mijn
lieve Moeder een halve eeuw lang haar krachten in dienst van het Vaderland en
het Rijk heeft gegeven in een mate, dat «ij nu eindelijk de zware last niet langer
dragen kan.
Maar het vervult mjj ook met de troost, dat ik haar mag verlichten door die
last met mijn onervaren handen, maar sterkere want jongere kracht, over te nemen
en dat ik daarmee iets voor mijn Moeder doen kan voor haar, aan wie ik samen
met de goede mens die mijn vader was, het levenslicht en alles te danken heb.
WIE BEN IK, DAT IK DIT DOEN MAG?....
Sedert eergisteren ben ik geroepen tot een taak, die zo zwaar is, dat niemand
die zich daarin ook maar een ogenblik heeft ingedacht, haar zou begeren, maar
ook zó mooi dat ik alleen maar zeggen kan: „Wie ben ik, dat ik dit doen mag?"
De mogelijkheden, die mjj hierdoor worden gegeven, om in het algemeen wel
zijn werkzaam te kunnen wezen, zijn zo groot, dat ik na veel innerlijke strijd be
reid ben deze roeping te volgen, waarop mijn ouders mij met zorg hebben voor
bereid.
Overeenkomstig de bepalingen van de grondwet ben ik tot het Koningschap
geroepen, maar de moed om deze roep te volgen vind ik in vertrouwen op God
en in de grote liefde, waarmede ons volk mij teggmoet treedt. Deze liefde heeft
mij mijn hele leven begeleid. Ik leefde in de warmte daarvan in tijden van voor
spoed en geluk, maar nooit bleek de kracht daarvan sterker, dan in tijden van
tegenspoed en vèrdriet.
Daarnaast ben ik gelukkig in mjjn man een levensgezel naast mij te hebben,
die een grote steun voor mij is en hebben wij het voorrecht zelf al onze zorgen te
mogen wijden aan onze vier kinderen.
Ik wil hier met nadruk vaststellen, dab voor een Koningin haar taak als
moeder even belangrijk ls als voor iedere andere Nederlandse vrouw.
MOEDER, GIJ WAART EEN ROTS
Lieve Moeder,
Geleld door de liefde, de wijsheid en het verstand van grootmoeder, zijt Gü
Uw zware taak begonnen met later naast U, Vaders gezegende persoonlijkheid.
Hoe moeilijk ge het hebt gehad in een wereld van conventionele vooroordelen,
waardoor speciaal de tijd, waarin Ge begon, zich kenmerkte, weet ik nog maar
alleen, en dat zeer ten dele.
Met uw scherpe visie en Uw in de grond van Uw hart zo sterke vcrbondencihd
met de medemens, hebt Gij echter1 onverstoord voor het heil der gemeenschap
gewerkt.
Ik zelf en allen hadden altijd het gevoel dat Gij er waart, als een rots.
Toen de stormen kwamen, merkte men dat pas goed. Want die rots stond
daar onwrikbaar: „saevis tranqulllus in undis", rustig te midden der woedende
golven.
Ik weet dat Ge In Uw overgrote bescheidenheid en nederigheid, na een
halve eeuw van offeren en dienen en nooit Uzelf zoeken, van onafgebroken
werken, zwoegen en scheppen, zegt: „maar ik heb toch immers niets gedaan".
Waarvoor dan al deze dank?
Nederland en de Rijksdelen over zee hebben U een halve eeuw als „de Ko
ningin" gekend en zelfs reeds acht moeilijke Jeugdjaren daarvoor.
Nu hoopt Ge op een welverdiende rust, het geven van eigen zinvolle vorm aan
Uw levensavond.
HOGE ONDERSCHEIDING VOOR PRINSES WILHELMINA.
Een uiterlijk zinnebeeld, hoe ontoereikend ook, moge U nog sterker gevoel
van verbondenheid geven met de besten Uwer wapenbroeders in de grote strijd.
In de hoop dat Uw bescheidenheid U niet zal beletten het te aanvaarden,
worde U thans als symbool van het hoogtepunt van Uw regering, Uw leiderschap
in de zwarte tijd van oorlog, en onderbreking, het Ridderkruis der Militaire Wil
lemsorde, Eerste Klas, aangeboden.
Het tekenen van dit besluit was mijn eerste regeringsdaad als Koningin.
EENDRACHT EN NÓG EENS EENDRACHT
Leden van de Staten-Generaal,
Wij bevinden ons op dit ogenblik van de wereldgeschiedenis in een toestand,
waarin alles aankomt op onze houding tegen het onheil van het jongste verleden
en tegen de dreiging van nieuwe onheilen. Nederland moet niet alleen drijvende
blijven op de wilde golven van Bet wereldgebeuren. Het moet zelf zijn koers be
palen, en bovendien trachten met de andere volken samen de koers uit te zetten
van de ganse wereldvioot. Wij moeten er niet op zien of dat offers kost. Als het
nodig blijkt, moeten wij bereid zijn ballast uit te werpen. Alle hens aan tlekï „Een
dracht en nog eens eendracht", heeft Koningin Wilhclmina ons op het hart ge
bonden.
Veel goede voornemens worden geuit, veel plannen worden gemaakt. Zullen
wij ze ook waar maken:
Bij het nastreven van sociale rechtvaardigheid, culturele ontwikkeling en
economische welvaart in ons kleine land met zijn grote bevolking, in het rege
len op voet van vrijheid, zelfstandigheid en gelijkwaardigheid van onze ver
houding tot de volkeren van Indonesië, Suriname en de Nederlandse Antillen
in het vervullen van onze taak tussen de volken, in de w\jde ruimte der wereld
verhoudingen?
Ja„ wij kunnen en zullen waar maken, wij kunnen en zullen verwezen
lijken, wat in onze macht is om te bereiken, God helpt hen die zich zelf helpen,
Doen wij dit niet en zien wij te veel op de offers, die het ons kosten zal,,
dan lopen wü het gevaar in de golven onder te gaan.
MOGE GOD ONZE ARBEID EEGENEN
In de laatste twintig jaren hebben in de wereldgemeenschap misdaden plaats
gegrepen zó groot, dat men zich die niet te Voren had kunnen voorstellen. Als
een kwaadaardige besmetting heeft deze misdadigheid om zich heen gegrepen
en een verwildering der geesten ten gevolge gehad, die ook ons volk ondanks
een heldhaftig verweer, niet geheel onaangetast heeft gelaten.
Geen betere wijze om dit kwaad te bestrijden dan het opvoeden van onze
jeugd tot vrije mensen met een geestelijk fundament, met een sterk verantwoor
delijkheidsgevoel voor de medemens, met eerbied voor alles wat leeft en groeit
en voor eens anders diepste overtuiging.
Ons volk is zeer onderscheiden naar godsdienst en wereldbeschouwing. Dc
Staten-Generaal geven daarvan een weerspiegeling en kennen om met Willem
van Oranje te spreken: „Die gelegenheyt de lands ende' de humeuren van de
ingesetenen het best."
Het is daarom 'aan hen te verwezenlijken die eenheid in verscheidenheid, liet
in eendracht behartigen van 's lands belang.
Zo dadelijk zal ik mijn eed afleggen in honderd jaar oude bewoordingen. Daar
bij zal mjj voor ogen staan het zinnebeeld, waarmede ik de regering van myn
Moeder kenmerkte, en dat voor mij het wezen van het Nederlandse Koningschap
weergeeft:
„De rots temidden der woelige baren."
Leden der Staten-Generaal, tezamen zullen wy werken voor het heil van
Nederland en het Rijk.
Moge God onze arbeid zegenen!
„Oranje's Geestelijke Vrijheid
geesteskenmerk van Nederlandse Volk"
„Oranje's geestelijke vryheid geesteskenmerk van Nederlandse volk".
Na de plechtige eedsaflegging van Koningin Juliana sprak de voorzitter der
Verenigde Vergadering der beide Kamers van de Statcn-GèWefcaal, prof. mr R»
Kranenburg als volgt:
Majesteit.
De Verenigde Vergadering der Staten-Generaal Is in dït plechtige uur bijeen
gekomen krachtens het voorschrift onzer grondwet, ter inhuldiging van ónze Ko
ningin. Het Nederlandse volk, dat wü vertegenwoordigen, beleeft dit nur mét diepe
ontroering. Een regeringsperiode van 50 jaren is thans beëindigd.
Vijftig jaren, een halve eeuw. en welke jaren!
Jaren van voorspoed, van een ongekende ontwikkeling op welhaast elk gebied
jaren Van die bezorgdheid voor een toekomst vol donkere dreiging; jaren Van harde
en wrede onderdrukking, vol van zwaar leed en diepe ellende; jaren eindelijk van
moeitevollé arbeid en inspanning ter verheffing Uit diepten van nood en ver
nedering.
Is er wel ooït na de wording en bevestiging van onze staat een tydperk ge
weest van zo sterke wisseling, van zo grote verandering, van zo snelle ontwikkeling?
Wel zwaar is de last der regering geweest in deze halve eeuw vol lotswisselingen
en grote, vérstrekkende gebeurtenissen, en eerbiedig buigen wü, Nederlanders,
thans het hoofd, het gemoed vervuld van een diepe dankbaarheid voor de draag
ster der Kroon, die 50 jaren geleden de zware last der regering op haar schouders
nam, en deze heeft gedragen al die jaren door met onbezweken moed, met hoog
plichtsbesef en waardigheid, met een onwrikbaar geloof, met vast vertrouwen, ook
in de donkerste uren, in de kracht van haar volk, en in de toekomst van onze staat.
Nooit was rust meer verdiend!
Moge God haar levensavond zegenen!
Een tydperk is afgesloten, een nieuw tijdperk is aangevangen.
Het Nederlandse volk treedt Uwe Majesteit tegemoet, vol vertrouwen en met
warme genegenheid.
Wy weten, dat het leven van ons volk in al Zyn vertakkingen uw volle be
langstelling heeft, dat zyn welzijn Uwe Majesteit na aan het hart ligt. Wy zyn
overtuigd, dat onze staatsinstellingen in Uwer MajèsteitS handen veilig zyn. Wy
weten, dat de vrijheid U dierbaar is, en wy weten óns daarin één.
De grote en edele traditie van geestelyke vrijheid van Oranje is ook het
geestesmerk van het Nederlandse volk.
Zo staat dit volk thans eensgezind om Uwe troon, vervuld van liefde voor
Uw persoon, voor Uw gezin en Uw geslacht, met in het hart de innige bede, dat
Gods zegen op Uwer Majcstcits regering moge rusten, en dat het U gégevert moge
zyn Uw volk weer in voorspoed te zien gedijen, het tdt hogere ontwikkeling van
zijn recht en zyn cultuur, tot waardevolle ontplooiing van zyn gavèh te zien komen.
Zo mogen dan de Staten-Generaal thans overgaan tot de huldiging In naam
van het Nederlandse volk, in art. 54 der Grondwet Voorgeschreven.
In de namiddag van de inhuldiging maakte de voltallige Koninklijke Familie een rit in 0e beroemde^ROUden koets.
Langs de ong. 6 km lange route genoten honderdduizenden dik opeengepakt van dit buttcngewone»schouwspei
Alle records gebroken!
Nimmer in de historie y&n het
C.3. te Amsterdam la de stroom
van onafgebroken reizigers zo
groot geweest als gisteren. Het
aantal aankomenden bedroeg
178.000, maar, het aantal vertrek-
kenden was eens zo groot!
De enorme drukte na de plech
tigheden in de Nieuwe Kerk en
de tocht met de Gouden Koets
was zó geweldig, dat stagnatie by
de treinen onvermijdelijk was.
Ongelukken deden zich echter
niet voor.
Kerkgang
der Koninklijke familie
DS KONINGSBERGER SPRAK
ZEGEBEDE UIT.
Koningin Juliana, Prins Bernhard en
Prinses Wilhelmina woonden Zondag
morgen de dankdienst bü in de
stampvolle Oranje Kerk te Amster
dam, waar de Ned. Herv. oud-leger-
predikant in Indonesië ds J. C.
Koningsberger voorging.
De Koninklijke kerkgangers arriveer
den in twee hofauto's. De dienst werd
geopend met het gezang: „God is te
genwoordig". Na de belijdenis zong de
gemeente: „Eere zij God den vader".
Ds Koningsberger las een aantal ver
zen uit Ps. 68 voor, waaraan hij ook
zyn tekstwoord ontleende: „Gelooid zij
de Heere. Dag bij dag overlaadt hü ons.
Die God is onze Zaligheid".
Na voorlezing van de brief der Her
vormde kerk zong het Oranje kerkkoor:
„O Heer, die daer des Hemels tente
spreyt". In zyn preek verwerkte ds
Koningsberger een zegebede voor de
jonge Koningin. Na het „Onze Vader"
zong de gemeente staande het Konink
lijk gezin toe: „Wat de toekomst bren
gen mag, my geleid' des Heeren hand".
In talrijke buitenlandse kerken en in
alle Nederlandse kerken van elke ge
loofsrichting zijn Zondagmorgen plech
tige herdenkingsdiensten gehouden ter
gelegenheid van. de troonsbestijging van
Koningin Juliana.
Zaterdagmiddag om precies vier uur is Koningin Juliana met Haar gezin uit-
gereden voor het maken van Haar eerste rytoer door Amsterdam. De stoet,
waarin de crème calèche in 1898 door Koningin Emma aan de jonge
Koningin Wilhelmina. geschonken, was opgenomen, was zonder twyfel de mooi
ste ruiterstoet, die Nederland sinds dc 'inhuldiging van Koningin Wilhelmina
to aanschouwen heeft gekregen.
Overal werd Koningin Juliana enthousiast en bewogen toegejuicht!
Op het Damrak, zoals overal waar de Stoet passeerde, stonden de mensen
rijen dik en werd de tocht een rit tussen juichende mensen, zwaaiend met
duizenden Oranje en rood-wit-blauwe vlaggetjes.
Het is onmogelijk een gedetailleerd
overzicht te geven van het ganse ver
loop van deze onvergetelijke jubel-tocht.
Wü releveren enkele wel zéér glans-»
rijke hoofdmomenten:
Bij het Kattenburgerplein hadden de
Eilanders een grote ereboog opgericht.
Alle scholieren van de scholen der
Eilanden hadden zich daar opgesteld. Zü
vaardigden de 10-jarige Elsje Jansen
af om Koningin Juliana namens hen
allen een bos van 40 rose anjers, büeen-
gehouden door een groot Oranjelint,
waarop de woorden „De schoolkinderen
der Christelüke, Openbare en RK.
scholen der eilanden", aan te bieden.
Aan het einde van de Oostenburger
gracht werd Koningin Juliana door de
heer Jac. de Graaf toegesproken. De
81-jarige C. H. Hemminga bood Ko
ningin Juliana tot slot een bos Beatrlx-
anjers aan.
Vele oudjes konden hun tranen niet
bedwingen.
Onder de erepoort bij de Dageraads-
brug en langs de gepavoiseerde molen
.,De Gooyer" verliet H.M. de Eilanden
en zette zij haar tocht voort langs de
Sarphatistraat. Bij het Amstelhotel was
een speciale tribune gebouwd, waar o.a.
de graaf en gravin van Athlone, en erf-
groothertog Jan van Luxemburg een
plaatsje hadden gevonden om de pas
serende stoet gade te slaan. Via de We
teringschans en het Leidseplein, waar
ovatie na ovatie opklonk, ging het langs
Marnixstraat naar de Jordaan.
Dit stadsdeel had eveneens de Ko
ningin een hartelijke ontvangst be
reid. Overal zaten mensen op klap
stoeltjes en banken, op trapjes of hin
gen uit de ramen of stonden op de
daken.
Orkanen van jubeltonen schalden op!
Voor het „Heil des Volks" stopte de
stoet Tante Anna, de 87-jarige mevr.
Garskamp zat daar in haar mooiste
en witste blouse, met de jubileum-
speld goed ziohtbaar opgestoken!
Voor haar, die 87 Jaar de Willem-
straat bewoonde, stopte de calèche.
Tante Anna bood de Koningin een
bouquet rose anjers aan, waarvoor
Koningin Juliana ontroerd dankte.
Teruggekomen bü het Paleis nam
Koningin Juliana, rechtopstaand in
de calèche, de ovaties van het
publiek in ontvangst, terwül de Prins
en de kleine Prinsesjes het Paleis bin
nengingen.
Het talrijke publiek bleef juichen tot
de deur naar het balcon open ging en
de Vorstin en de haren op het balcon
verschenen. Men zong het volkslied
uit en liet het volgen door het ..Lang
zal ze leven", toen het Koninklijk ge
zin het balcon reeds had verlaten. Op
nieuw trad de Koningin toen, met op
baar arm het iongste Drinsesle en
achter haar de Prins met de drie ztis-
ies van Mariike naar bulten. De ova
ties overtroffen toen zo mogelijk de
voorgaande!
Om kwart over vyf sloot Prins
Bernhard, na nog een laatste arm
zwaai, de balcondeuren.
Telegrammen
der strijdkrachten aan
Koningin Juliana
en Prinses Wilhelmina
De Minister van oorlog en van Ma
rine ad int., mr W. P. Schokking, heeft
de volgende telegrammen verzonden
aan H.M. Koningin Juliana:
„De strijdkrachten van het Konink
rijk zeggen Uwe Majesteit eerbiedig
dank voor de woorden, bü de aanvaar
ding der regering tot hen gericht. Zü
voelen diep de grote verplichting, die
het door U in hen gestelde vertrouwen
oplegt en zullen met Gods onmisbare
hulp alles doen wat in hun vermogen
is om zich dit vertrouwen waardig te
tonen.
Zij betuigen Uwe Majesteit hunne
gevoelens van onwankelbare verknocht
heid en trouw".
Het telegram aan H.K.H.' Prinses
Wilhelmina luidde als volgt:
„De strijdkrachten ter zee, te land
en in de lucht hebben in diepe bewo
genheid kennis genomen van de af-
scheiswoorden tot hen gericht. In de
30 jaren, waarin Uwe Koninklüke H003-
neid het oppergezag over hen voerde,
waart Gy hen tot lichtend voorbeeld
cn voortdurende bron van bezieling.
De strijdkrachten zeggen U hiervoor
eerbiedig dank, betuigen U hunne on-
veranderlyke liefde en wensen U Gods
zegen op Uw verder levenspad",
Canadse hulde aan ons
Koningshuis
„JULIANA WAS EEN VAN ONS".
Uit naam van de regering en het volk
van Canada heeft de Canadese minister
van Bult. Zaken, een speciale radio
boodschap tot het Nederlandse volk
gericht. Hij zelde. dat Koningin Juliana,
toen zy de gaste van Canada was, de
harten der Canadezen heeft gewonnen
door haar onwrikbare meed, haar vast
vertrouwen in haar lijdend volk en haar
natuurlijke menselyke eigenschappen,
„die haar snel tot een van ons maak
ten".
„Onder do leiding van Koningin
Juliana", aldus de minister „zallen
dezelfde kwaliteiten van rechtvaar-
dieheid en verdraagzaamheid, die de
regering van haar Moeder hebben'ge
kenmerkt. het respect van alle volken
afdwingen. De krichtigé en actieve
rol, die het Nederlandse volk reeds
speelt in het tegénwoordlge strcvën
naar wereldvrede, zal in Koningin
Juliana efeh sterko leidster vinden".
Ook de huldebetuigingen uit Amerika,
Engeland, Züid-Afrika en andere lan
den zijn vele geweest. Door middel
van feestvieringen en toespraken en
artikelen in de couranten, stond het
inhuldigingsfeest schier overal in het
centrum van grote belangstelling.
Prinses Margaret Rose
ontvangt Grootkruis van de
Ned. Leeuw
Na afloop van de lunch, waaraan
gistermidag na de inhuldigings plech
tigheid o.m. Koningin Juliana aantat,
heeft onze Jonge Vorstin de 18-jarige
Prinses Margaret Rose van Engeland
de hoge onderscheiding verleend van
het Grootkruis vah de Nèd. Leeuw.
„Koningin Julianafonds,>
gesticht
„VOLKSHERSTEL" SCHENKT
r. 500.000,—%
Het bestuur Van de Ned. Ver. voor
MmUschappelyk Werk zendt ons het
volgende communiqué l
Nu Prinses Juliana, die zich met zo
veel toewüding placht te geven aan de
leniging van sociale noden» de konink
lijke waardigheid heeft aanvaard, heeft
het bestuur van de Ned. Ver. voor
Maatschappelük Werk, wetend in Haar
geest te handelen, het initiatief geno
men tot de oprichting van een fonds
tot steun van instellingen Voof maat
schappelük werk in Nederland, in het
büzónder ter leniging van door de
oorlog onstane noden.
Aan dit fonds, waarvan dc Stichting
acte te 's-Gravenhage is verleden,
mocht, met instemming van II,M. do
naam van „Koningin Julianafonds"
worden gegeven. Het Is te verwach
ten, dat in deze dagen velen zich ge
drongen Kullen gevoelen daadwerke
lijk uiting te geven aan hun gevoe
lens van dankbaarheid en aanhanke-
lijkheid. Door dit te doen met een
gift aan het „Koningin Julianafonds",
handelt men zeker ttt de geest van
H.M.
Het. fonds mocht van de raad van
beheer van Ned. Volksherstel (in liqui
datie) een gift van f. 600.000 ontvan
gen, terwül hieraan tevens de Verdere
opbrengst de zg. Volksherstel sigaret
ten ten goede «al komen.
Het aarés van het fonds, dat, gelijk
uit het bovenstaande blükt, geen indivi
duele steun verleent, ls: Stadhouders
laan 46. 's-Gravenhage, gironummer
433.
Laaiend feest na glorierijke dag
Om zes uur gisteravond verliet de
Kroon zyn ereplaats op het Dam-
plantsoen. Gedragen door leden der
verschillende jeugdorganisaties is het
symbool der souvercinitcit in de glans
van de ondergaande zon, onder enor
me belangstelling, plechtig naar het
Olympisch Stadion teruggebracht.
In het Stadion zelf waren 50.000 toe
schouwers byeen, die daar wachtten op
het grote moment, dat Koningin Jüllana
Haar intrede zou doên.
Inmiddels arriveerden onder luid ge
juich de buitenlandse gasten.
Even later kwam de elegante Cadillac,
pens opende het spel. Daarna betraden
wederom de Limburgse vendelzwaaiers
de grasmat, die weer met bloemen, plan
ten en fonteinen in een lusttuin was her
schapen. Een opocht van fakkels vormde
de entree voor de kapel en de trommel
slagers van het garderegiment grena
diers. die hierna, gevolgd door een de
tachement matrozen van H.M. „Karei
Doorman", het garderegiment jagers en
de gardetroepen van het regiment Irene,
hun entree maakten. De kapel stelde
zich op voor de Koninklyke loge en
thans ontrolde zich een militair schouw
spel in dezelfde kleur en pracht als de
T, t 11 *7VH Drino1 garde van de Koninklüke stoet, die
waarin Koningin JuUana., Prins mlddags door de Amsterdamse straten
Bernhard en H.D.H. Prinses Armgard detf k
rit naar het Stadion maakten. Twaalf'
volgauto's brachten talryke andere gas
ten" Behalve deze waren reeds de burge
meester van Amsterdam, enkele minis
ters, o.a. de minister-president en ver
schillende buitenlandse hoogwaardig
heidsbekleders aangekomen.
Nadat het Wilhelmus was gespeeld,
meegezongen door het gehele Stadion,
nam het huldigingsspel een aanvang.
Reeds in de eerste strofen van de door
Claudine Witsen Ellas gesproken tekst
werd de inhoud van dit feest gezegd:
„Nu de avond van een glorierijke dag go-
vallen is, laait het feest op".
Een vlaggenparade, gevolgd dooi een
wapenschouw van de diverse stadswa-
Hicrna droegen verpleegsters van
het Rode Kruis als hulde aan haar
oüd-voorzitstcr de Kroon, die door de
jeugd naar het Stadion was gebracht,
binnen en brachten Oost en West hun
groet van eerbied en hulde aan dc
Jonge Vorstin.
Een groot feest, ingeleid door een
vuurwerk, besloot dit spel, dat een
waar symbool was vau encrzljd-s rit
ernst en anderzijds de vreugde, waar
mede de nieuwe Volutin der Nederlan
den door Haar volk is ontvangen. Kort
voor het einde had Koningin Juliana
löet Haar gasten, het Stadion onder
luid gejuich verlaten.