Koningin Juliana's ontroerend woord tijdens Inhuldiging: Onvergetelijk rijtoer in creme calèche Jeugd bracht Kroon naar Stadion terug ..Als een rots temidden der woelige baren „Wij zullen waar maken, wat in onze macht is!" Prof. Kranenburg zeide: Juichende mensenmassa's alle stadsdelen in I DINSDAG 7 SEPTEMBER Prof. Kranenburg ontvangt Grootkruis Ned. Leeuw Een der eerste regeringsdaden van Koningin Juliana na Haar inhuldi ging zal zijn het verlenen van het Grootkruis der Orde van de Neder landse Leeuw aan prof. Kranenburg, voorzitter van de Eerste Kamer der Staten Generaal en Voorzitter van de gecombineerde Kamers. Tjjdens de inhuldigingsplechtigheid in de Nieuwe Kerk heeft Koningin Ju liana voor de eedsaflegging de navolgende rede uitgesproken: Leden van de Staten-Generaal! Dat ik hier op het-ogenblik in uw midden ben om de eed op de grondwet af te leggen, vervult my met weemoed. Want het is een gevolg van het feit. dat mijn lieve Moeder een halve eeuw lang haar krachten in dienst van het Vaderland en het Rijk heeft gegeven in een mate, dat «ij nu eindelijk de zware last niet langer dragen kan. Maar het vervult mjj ook met de troost, dat ik haar mag verlichten door die last met mijn onervaren handen, maar sterkere want jongere kracht, over te nemen en dat ik daarmee iets voor mijn Moeder doen kan voor haar, aan wie ik samen met de goede mens die mijn vader was, het levenslicht en alles te danken heb. WIE BEN IK, DAT IK DIT DOEN MAG?.... Sedert eergisteren ben ik geroepen tot een taak, die zo zwaar is, dat niemand die zich daarin ook maar een ogenblik heeft ingedacht, haar zou begeren, maar ook zó mooi dat ik alleen maar zeggen kan: „Wie ben ik, dat ik dit doen mag?" De mogelijkheden, die mjj hierdoor worden gegeven, om in het algemeen wel zijn werkzaam te kunnen wezen, zijn zo groot, dat ik na veel innerlijke strijd be reid ben deze roeping te volgen, waarop mijn ouders mij met zorg hebben voor bereid. Overeenkomstig de bepalingen van de grondwet ben ik tot het Koningschap geroepen, maar de moed om deze roep te volgen vind ik in vertrouwen op God en in de grote liefde, waarmede ons volk mij teggmoet treedt. Deze liefde heeft mij mijn hele leven begeleid. Ik leefde in de warmte daarvan in tijden van voor spoed en geluk, maar nooit bleek de kracht daarvan sterker, dan in tijden van tegenspoed en vèrdriet. Daarnaast ben ik gelukkig in mjjn man een levensgezel naast mij te hebben, die een grote steun voor mij is en hebben wij het voorrecht zelf al onze zorgen te mogen wijden aan onze vier kinderen. Ik wil hier met nadruk vaststellen, dab voor een Koningin haar taak als moeder even belangrijk ls als voor iedere andere Nederlandse vrouw. MOEDER, GIJ WAART EEN ROTS Lieve Moeder, Geleld door de liefde, de wijsheid en het verstand van grootmoeder, zijt Gü Uw zware taak begonnen met later naast U, Vaders gezegende persoonlijkheid. Hoe moeilijk ge het hebt gehad in een wereld van conventionele vooroordelen, waardoor speciaal de tijd, waarin Ge begon, zich kenmerkte, weet ik nog maar alleen, en dat zeer ten dele. Met uw scherpe visie en Uw in de grond van Uw hart zo sterke vcrbondencihd met de medemens, hebt Gij echter1 onverstoord voor het heil der gemeenschap gewerkt. Ik zelf en allen hadden altijd het gevoel dat Gij er waart, als een rots. Toen de stormen kwamen, merkte men dat pas goed. Want die rots stond daar onwrikbaar: „saevis tranqulllus in undis", rustig te midden der woedende golven. Ik weet dat Ge In Uw overgrote bescheidenheid en nederigheid, na een halve eeuw van offeren en dienen en nooit Uzelf zoeken, van onafgebroken werken, zwoegen en scheppen, zegt: „maar ik heb toch immers niets gedaan". Waarvoor dan al deze dank? Nederland en de Rijksdelen over zee hebben U een halve eeuw als „de Ko ningin" gekend en zelfs reeds acht moeilijke Jeugdjaren daarvoor. Nu hoopt Ge op een welverdiende rust, het geven van eigen zinvolle vorm aan Uw levensavond. HOGE ONDERSCHEIDING VOOR PRINSES WILHELMINA. Een uiterlijk zinnebeeld, hoe ontoereikend ook, moge U nog sterker gevoel van verbondenheid geven met de besten Uwer wapenbroeders in de grote strijd. In de hoop dat Uw bescheidenheid U niet zal beletten het te aanvaarden, worde U thans als symbool van het hoogtepunt van Uw regering, Uw leiderschap in de zwarte tijd van oorlog, en onderbreking, het Ridderkruis der Militaire Wil lemsorde, Eerste Klas, aangeboden. Het tekenen van dit besluit was mijn eerste regeringsdaad als Koningin. EENDRACHT EN NÓG EENS EENDRACHT Leden van de Staten-Generaal, Wij bevinden ons op dit ogenblik van de wereldgeschiedenis in een toestand, waarin alles aankomt op onze houding tegen het onheil van het jongste verleden en tegen de dreiging van nieuwe onheilen. Nederland moet niet alleen drijvende blijven op de wilde golven van Bet wereldgebeuren. Het moet zelf zijn koers be palen, en bovendien trachten met de andere volken samen de koers uit te zetten van de ganse wereldvioot. Wij moeten er niet op zien of dat offers kost. Als het nodig blijkt, moeten wij bereid zijn ballast uit te werpen. Alle hens aan tlekï „Een dracht en nog eens eendracht", heeft Koningin Wilhclmina ons op het hart ge bonden. Veel goede voornemens worden geuit, veel plannen worden gemaakt. Zullen wij ze ook waar maken: Bij het nastreven van sociale rechtvaardigheid, culturele ontwikkeling en economische welvaart in ons kleine land met zijn grote bevolking, in het rege len op voet van vrijheid, zelfstandigheid en gelijkwaardigheid van onze ver houding tot de volkeren van Indonesië, Suriname en de Nederlandse Antillen in het vervullen van onze taak tussen de volken, in de w\jde ruimte der wereld verhoudingen? Ja„ wij kunnen en zullen waar maken, wij kunnen en zullen verwezen lijken, wat in onze macht is om te bereiken, God helpt hen die zich zelf helpen, Doen wij dit niet en zien wij te veel op de offers, die het ons kosten zal,, dan lopen wü het gevaar in de golven onder te gaan. MOGE GOD ONZE ARBEID EEGENEN In de laatste twintig jaren hebben in de wereldgemeenschap misdaden plaats gegrepen zó groot, dat men zich die niet te Voren had kunnen voorstellen. Als een kwaadaardige besmetting heeft deze misdadigheid om zich heen gegrepen en een verwildering der geesten ten gevolge gehad, die ook ons volk ondanks een heldhaftig verweer, niet geheel onaangetast heeft gelaten. Geen betere wijze om dit kwaad te bestrijden dan het opvoeden van onze jeugd tot vrije mensen met een geestelijk fundament, met een sterk verantwoor delijkheidsgevoel voor de medemens, met eerbied voor alles wat leeft en groeit en voor eens anders diepste overtuiging. Ons volk is zeer onderscheiden naar godsdienst en wereldbeschouwing. Dc Staten-Generaal geven daarvan een weerspiegeling en kennen om met Willem van Oranje te spreken: „Die gelegenheyt de lands ende' de humeuren van de ingesetenen het best." Het is daarom 'aan hen te verwezenlijken die eenheid in verscheidenheid, liet in eendracht behartigen van 's lands belang. Zo dadelijk zal ik mijn eed afleggen in honderd jaar oude bewoordingen. Daar bij zal mjj voor ogen staan het zinnebeeld, waarmede ik de regering van myn Moeder kenmerkte, en dat voor mij het wezen van het Nederlandse Koningschap weergeeft: „De rots temidden der woelige baren." Leden der Staten-Generaal, tezamen zullen wy werken voor het heil van Nederland en het Rijk. Moge God onze arbeid zegenen! „Oranje's Geestelijke Vrijheid geesteskenmerk van Nederlandse Volk" „Oranje's geestelijke vryheid geesteskenmerk van Nederlandse volk". Na de plechtige eedsaflegging van Koningin Juliana sprak de voorzitter der Verenigde Vergadering der beide Kamers van de Statcn-GèWefcaal, prof. mr R» Kranenburg als volgt: Majesteit. De Verenigde Vergadering der Staten-Generaal Is in dït plechtige uur bijeen gekomen krachtens het voorschrift onzer grondwet, ter inhuldiging van ónze Ko ningin. Het Nederlandse volk, dat wü vertegenwoordigen, beleeft dit nur mét diepe ontroering. Een regeringsperiode van 50 jaren is thans beëindigd. Vijftig jaren, een halve eeuw. en welke jaren! Jaren van voorspoed, van een ongekende ontwikkeling op welhaast elk gebied jaren Van die bezorgdheid voor een toekomst vol donkere dreiging; jaren Van harde en wrede onderdrukking, vol van zwaar leed en diepe ellende; jaren eindelijk van moeitevollé arbeid en inspanning ter verheffing Uit diepten van nood en ver nedering. Is er wel ooït na de wording en bevestiging van onze staat een tydperk ge weest van zo sterke wisseling, van zo grote verandering, van zo snelle ontwikkeling? Wel zwaar is de last der regering geweest in deze halve eeuw vol lotswisselingen en grote, vérstrekkende gebeurtenissen, en eerbiedig buigen wü, Nederlanders, thans het hoofd, het gemoed vervuld van een diepe dankbaarheid voor de draag ster der Kroon, die 50 jaren geleden de zware last der regering op haar schouders nam, en deze heeft gedragen al die jaren door met onbezweken moed, met hoog plichtsbesef en waardigheid, met een onwrikbaar geloof, met vast vertrouwen, ook in de donkerste uren, in de kracht van haar volk, en in de toekomst van onze staat. Nooit was rust meer verdiend! Moge God haar levensavond zegenen! Een tydperk is afgesloten, een nieuw tijdperk is aangevangen. Het Nederlandse volk treedt Uwe Majesteit tegemoet, vol vertrouwen en met warme genegenheid. Wy weten, dat het leven van ons volk in al Zyn vertakkingen uw volle be langstelling heeft, dat zyn welzijn Uwe Majesteit na aan het hart ligt. Wy zyn overtuigd, dat onze staatsinstellingen in Uwer MajèsteitS handen veilig zyn. Wy weten, dat de vrijheid U dierbaar is, en wy weten óns daarin één. De grote en edele traditie van geestelyke vrijheid van Oranje is ook het geestesmerk van het Nederlandse volk. Zo staat dit volk thans eensgezind om Uwe troon, vervuld van liefde voor Uw persoon, voor Uw gezin en Uw geslacht, met in het hart de innige bede, dat Gods zegen op Uwer Majcstcits regering moge rusten, en dat het U gégevert moge zyn Uw volk weer in voorspoed te zien gedijen, het tdt hogere ontwikkeling van zijn recht en zyn cultuur, tot waardevolle ontplooiing van zyn gavèh te zien komen. Zo mogen dan de Staten-Generaal thans overgaan tot de huldiging In naam van het Nederlandse volk, in art. 54 der Grondwet Voorgeschreven. In de namiddag van de inhuldiging maakte de voltallige Koninklijke Familie een rit in 0e beroemde^ROUden koets. Langs de ong. 6 km lange route genoten honderdduizenden dik opeengepakt van dit buttcngewone»schouwspei Alle records gebroken! Nimmer in de historie y&n het C.3. te Amsterdam la de stroom van onafgebroken reizigers zo groot geweest als gisteren. Het aantal aankomenden bedroeg 178.000, maar, het aantal vertrek- kenden was eens zo groot! De enorme drukte na de plech tigheden in de Nieuwe Kerk en de tocht met de Gouden Koets was zó geweldig, dat stagnatie by de treinen onvermijdelijk was. Ongelukken deden zich echter niet voor. Kerkgang der Koninklijke familie DS KONINGSBERGER SPRAK ZEGEBEDE UIT. Koningin Juliana, Prins Bernhard en Prinses Wilhelmina woonden Zondag morgen de dankdienst bü in de stampvolle Oranje Kerk te Amster dam, waar de Ned. Herv. oud-leger- predikant in Indonesië ds J. C. Koningsberger voorging. De Koninklijke kerkgangers arriveer den in twee hofauto's. De dienst werd geopend met het gezang: „God is te genwoordig". Na de belijdenis zong de gemeente: „Eere zij God den vader". Ds Koningsberger las een aantal ver zen uit Ps. 68 voor, waaraan hij ook zyn tekstwoord ontleende: „Gelooid zij de Heere. Dag bij dag overlaadt hü ons. Die God is onze Zaligheid". Na voorlezing van de brief der Her vormde kerk zong het Oranje kerkkoor: „O Heer, die daer des Hemels tente spreyt". In zyn preek verwerkte ds Koningsberger een zegebede voor de jonge Koningin. Na het „Onze Vader" zong de gemeente staande het Konink lijk gezin toe: „Wat de toekomst bren gen mag, my geleid' des Heeren hand". In talrijke buitenlandse kerken en in alle Nederlandse kerken van elke ge loofsrichting zijn Zondagmorgen plech tige herdenkingsdiensten gehouden ter gelegenheid van. de troonsbestijging van Koningin Juliana. Zaterdagmiddag om precies vier uur is Koningin Juliana met Haar gezin uit- gereden voor het maken van Haar eerste rytoer door Amsterdam. De stoet, waarin de crème calèche in 1898 door Koningin Emma aan de jonge Koningin Wilhelmina. geschonken, was opgenomen, was zonder twyfel de mooi ste ruiterstoet, die Nederland sinds dc 'inhuldiging van Koningin Wilhelmina to aanschouwen heeft gekregen. Overal werd Koningin Juliana enthousiast en bewogen toegejuicht! Op het Damrak, zoals overal waar de Stoet passeerde, stonden de mensen rijen dik en werd de tocht een rit tussen juichende mensen, zwaaiend met duizenden Oranje en rood-wit-blauwe vlaggetjes. Het is onmogelijk een gedetailleerd overzicht te geven van het ganse ver loop van deze onvergetelijke jubel-tocht. Wü releveren enkele wel zéér glans-» rijke hoofdmomenten: Bij het Kattenburgerplein hadden de Eilanders een grote ereboog opgericht. Alle scholieren van de scholen der Eilanden hadden zich daar opgesteld. Zü vaardigden de 10-jarige Elsje Jansen af om Koningin Juliana namens hen allen een bos van 40 rose anjers, büeen- gehouden door een groot Oranjelint, waarop de woorden „De schoolkinderen der Christelüke, Openbare en RK. scholen der eilanden", aan te bieden. Aan het einde van de Oostenburger gracht werd Koningin Juliana door de heer Jac. de Graaf toegesproken. De 81-jarige C. H. Hemminga bood Ko ningin Juliana tot slot een bos Beatrlx- anjers aan. Vele oudjes konden hun tranen niet bedwingen. Onder de erepoort bij de Dageraads- brug en langs de gepavoiseerde molen .,De Gooyer" verliet H.M. de Eilanden en zette zij haar tocht voort langs de Sarphatistraat. Bij het Amstelhotel was een speciale tribune gebouwd, waar o.a. de graaf en gravin van Athlone, en erf- groothertog Jan van Luxemburg een plaatsje hadden gevonden om de pas serende stoet gade te slaan. Via de We teringschans en het Leidseplein, waar ovatie na ovatie opklonk, ging het langs Marnixstraat naar de Jordaan. Dit stadsdeel had eveneens de Ko ningin een hartelijke ontvangst be reid. Overal zaten mensen op klap stoeltjes en banken, op trapjes of hin gen uit de ramen of stonden op de daken. Orkanen van jubeltonen schalden op! Voor het „Heil des Volks" stopte de stoet Tante Anna, de 87-jarige mevr. Garskamp zat daar in haar mooiste en witste blouse, met de jubileum- speld goed ziohtbaar opgestoken! Voor haar, die 87 Jaar de Willem- straat bewoonde, stopte de calèche. Tante Anna bood de Koningin een bouquet rose anjers aan, waarvoor Koningin Juliana ontroerd dankte. Teruggekomen bü het Paleis nam Koningin Juliana, rechtopstaand in de calèche, de ovaties van het publiek in ontvangst, terwül de Prins en de kleine Prinsesjes het Paleis bin nengingen. Het talrijke publiek bleef juichen tot de deur naar het balcon open ging en de Vorstin en de haren op het balcon verschenen. Men zong het volkslied uit en liet het volgen door het ..Lang zal ze leven", toen het Koninklijk ge zin het balcon reeds had verlaten. Op nieuw trad de Koningin toen, met op baar arm het iongste Drinsesle en achter haar de Prins met de drie ztis- ies van Mariike naar bulten. De ova ties overtroffen toen zo mogelijk de voorgaande! Om kwart over vyf sloot Prins Bernhard, na nog een laatste arm zwaai, de balcondeuren. Telegrammen der strijdkrachten aan Koningin Juliana en Prinses Wilhelmina De Minister van oorlog en van Ma rine ad int., mr W. P. Schokking, heeft de volgende telegrammen verzonden aan H.M. Koningin Juliana: „De strijdkrachten van het Konink rijk zeggen Uwe Majesteit eerbiedig dank voor de woorden, bü de aanvaar ding der regering tot hen gericht. Zü voelen diep de grote verplichting, die het door U in hen gestelde vertrouwen oplegt en zullen met Gods onmisbare hulp alles doen wat in hun vermogen is om zich dit vertrouwen waardig te tonen. Zij betuigen Uwe Majesteit hunne gevoelens van onwankelbare verknocht heid en trouw". Het telegram aan H.K.H.' Prinses Wilhelmina luidde als volgt: „De strijdkrachten ter zee, te land en in de lucht hebben in diepe bewo genheid kennis genomen van de af- scheiswoorden tot hen gericht. In de 30 jaren, waarin Uwe Koninklüke H003- neid het oppergezag over hen voerde, waart Gy hen tot lichtend voorbeeld cn voortdurende bron van bezieling. De strijdkrachten zeggen U hiervoor eerbiedig dank, betuigen U hunne on- veranderlyke liefde en wensen U Gods zegen op Uw verder levenspad", Canadse hulde aan ons Koningshuis „JULIANA WAS EEN VAN ONS". Uit naam van de regering en het volk van Canada heeft de Canadese minister van Bult. Zaken, een speciale radio boodschap tot het Nederlandse volk gericht. Hij zelde. dat Koningin Juliana, toen zy de gaste van Canada was, de harten der Canadezen heeft gewonnen door haar onwrikbare meed, haar vast vertrouwen in haar lijdend volk en haar natuurlijke menselyke eigenschappen, „die haar snel tot een van ons maak ten". „Onder do leiding van Koningin Juliana", aldus de minister „zallen dezelfde kwaliteiten van rechtvaar- dieheid en verdraagzaamheid, die de regering van haar Moeder hebben'ge kenmerkt. het respect van alle volken afdwingen. De krichtigé en actieve rol, die het Nederlandse volk reeds speelt in het tegénwoordlge strcvën naar wereldvrede, zal in Koningin Juliana efeh sterko leidster vinden". Ook de huldebetuigingen uit Amerika, Engeland, Züid-Afrika en andere lan den zijn vele geweest. Door middel van feestvieringen en toespraken en artikelen in de couranten, stond het inhuldigingsfeest schier overal in het centrum van grote belangstelling. Prinses Margaret Rose ontvangt Grootkruis van de Ned. Leeuw Na afloop van de lunch, waaraan gistermidag na de inhuldigings plech tigheid o.m. Koningin Juliana aantat, heeft onze Jonge Vorstin de 18-jarige Prinses Margaret Rose van Engeland de hoge onderscheiding verleend van het Grootkruis vah de Nèd. Leeuw. „Koningin Julianafonds,> gesticht „VOLKSHERSTEL" SCHENKT r. 500.000,—% Het bestuur Van de Ned. Ver. voor MmUschappelyk Werk zendt ons het volgende communiqué l Nu Prinses Juliana, die zich met zo veel toewüding placht te geven aan de leniging van sociale noden» de konink lijke waardigheid heeft aanvaard, heeft het bestuur van de Ned. Ver. voor Maatschappelük Werk, wetend in Haar geest te handelen, het initiatief geno men tot de oprichting van een fonds tot steun van instellingen Voof maat schappelük werk in Nederland, in het büzónder ter leniging van door de oorlog onstane noden. Aan dit fonds, waarvan dc Stichting acte te 's-Gravenhage is verleden, mocht, met instemming van II,M. do naam van „Koningin Julianafonds" worden gegeven. Het Is te verwach ten, dat in deze dagen velen zich ge drongen Kullen gevoelen daadwerke lijk uiting te geven aan hun gevoe lens van dankbaarheid en aanhanke- lijkheid. Door dit te doen met een gift aan het „Koningin Julianafonds", handelt men zeker ttt de geest van H.M. Het. fonds mocht van de raad van beheer van Ned. Volksherstel (in liqui datie) een gift van f. 600.000 ontvan gen, terwül hieraan tevens de Verdere opbrengst de zg. Volksherstel sigaret ten ten goede «al komen. Het aarés van het fonds, dat, gelijk uit het bovenstaande blükt, geen indivi duele steun verleent, ls: Stadhouders laan 46. 's-Gravenhage, gironummer 433. Laaiend feest na glorierijke dag Om zes uur gisteravond verliet de Kroon zyn ereplaats op het Dam- plantsoen. Gedragen door leden der verschillende jeugdorganisaties is het symbool der souvercinitcit in de glans van de ondergaande zon, onder enor me belangstelling, plechtig naar het Olympisch Stadion teruggebracht. In het Stadion zelf waren 50.000 toe schouwers byeen, die daar wachtten op het grote moment, dat Koningin Jüllana Haar intrede zou doên. Inmiddels arriveerden onder luid ge juich de buitenlandse gasten. Even later kwam de elegante Cadillac, pens opende het spel. Daarna betraden wederom de Limburgse vendelzwaaiers de grasmat, die weer met bloemen, plan ten en fonteinen in een lusttuin was her schapen. Een opocht van fakkels vormde de entree voor de kapel en de trommel slagers van het garderegiment grena diers. die hierna, gevolgd door een de tachement matrozen van H.M. „Karei Doorman", het garderegiment jagers en de gardetroepen van het regiment Irene, hun entree maakten. De kapel stelde zich op voor de Koninklyke loge en thans ontrolde zich een militair schouw spel in dezelfde kleur en pracht als de T, t 11 *7VH Drino1 garde van de Koninklüke stoet, die waarin Koningin JuUana., Prins mlddags door de Amsterdamse straten Bernhard en H.D.H. Prinses Armgard detf k rit naar het Stadion maakten. Twaalf' volgauto's brachten talryke andere gas ten" Behalve deze waren reeds de burge meester van Amsterdam, enkele minis ters, o.a. de minister-president en ver schillende buitenlandse hoogwaardig heidsbekleders aangekomen. Nadat het Wilhelmus was gespeeld, meegezongen door het gehele Stadion, nam het huldigingsspel een aanvang. Reeds in de eerste strofen van de door Claudine Witsen Ellas gesproken tekst werd de inhoud van dit feest gezegd: „Nu de avond van een glorierijke dag go- vallen is, laait het feest op". Een vlaggenparade, gevolgd dooi een wapenschouw van de diverse stadswa- Hicrna droegen verpleegsters van het Rode Kruis als hulde aan haar oüd-voorzitstcr de Kroon, die door de jeugd naar het Stadion was gebracht, binnen en brachten Oost en West hun groet van eerbied en hulde aan dc Jonge Vorstin. Een groot feest, ingeleid door een vuurwerk, besloot dit spel, dat een waar symbool was vau encrzljd-s rit ernst en anderzijds de vreugde, waar mede de nieuwe Volutin der Nederlan den door Haar volk is ontvangen. Kort voor het einde had Koningin Juliana löet Haar gasten, het Stadion onder luid gejuich verlaten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1948 | | pagina 3