Sprookjes-triomftocht in Gouden Koets Laaiend enthousiasme van ontelbare duizenden Dr. v. Mook spreekt tot voorlopige Federale regering DINSDAG 7 SEPTEMBER wijl de hofhouding zich achter de troon zetels schaarden. Voor de troon op de z.g. credens-tafel waren de symbolen van het Koninkrijk, de Regalia uitgestald. Het waren de Ne derlandse Kroon, de gouden bewerkte feoofdband versierd met saffieren, ro bijnen en smaragden, waaruit zich met paarlen getooide gouden bandeaux ver heffen. die naar het middelpunt der Kroon buigen en samenkomen in een gouden wereldbol met kruis. Daarnaast de scepter, een vergulde staf, welke eveneens in een in antiek corintisch kapiteel' gevatte Rijksappel eindt. De Rijksappèl is een gladde vergulde bal, gevat in een met gekleurde edel stenen bewerkte gouden band, gekroond door het Christelijk kruis. En ten slotte de grondwet. De tekst met de hand gezet uit een hiervoor ont worpen lettei- door de grafische kunste-* naar De Roost, was gedrukt op oud- f Hollands papier. ggmg Toen H. M. de Koningin gezeten was, hield Zij Haar Indrukwekkende toe- S]>raak, waarvoor wij naar elders verwijzen. Bij de passage, die Zij regelrecht tot Haar Moeder richtte en waarbij Zy in elk woord Haar ziel liet meeklinken, wendde Zij telkens opnieuw Haar hoofd naar de plaats, waar Prinses Wilhelmina geconcentreerd, uiterlijk onbe wogen, doch diep vervuld van de betekenis van dit ogenblik, naar Haar Ko ninklijke Dochter luisterde. Na deze toespraak verhief Koningin Juliana zich van Haar zetel en daar stond Nederlands nieuwe vorstin in volle Koninklijke glorie voor Haar volk. Zij hief de rechterhand met Haar twee voorste vingers omhoog en met enige verheffing van Haar stem, in woord na woord, duidelijk bewijzend de hoge ernst van dit ogenblik bewust te zijn, legde Koningin Juliana de eed op de grondwet af Een voik hield de adem In! Koningin Juliana sprak met een senoor klinkende stem en diep onder de indruk van dit plechtig gebeuren de volgende eedsformule uit: „Ik zweer aan het Nederlandsche volk, dat ik de grondwet steeds zal onder houden en handhaven. Ik zweer dat ik de onafhankelijkheid en het grondgebied van den Staat met al mijn vermogen zal verdedigen en bewaren; dat ik de algemeene en bijzon dere vrijheid en de rechten van alle mijne onderdanen zal beschermen, en tot instandhouding en bevordering van de algemeene en bijzondere welvaart alle middelen zal aanwenden, welke de wetten te mijner beschikking stellen, zooals een goed koning schuldig is te doen; zoo waarlijk helpc mij God Al machtig". H.M. Koningin Juliana nam hierop haar plaats in en ook de aanwezigen, die staande de eedsaflegging hadden aangehoord, zetten zich. Dan nam de voorzitter der Verenigde Zitting van de Staten Generaal, prof. Kranenburg, die reeds voor de komst der vorstelijke personen de zitting had geopend, het woord. Na zijn rede men zie eveneens el ders legde ook prof. Kranenburg, staande „tussen" troonplatform en cre denstafel, zijn plechtige verklaring af: ./Wij ontvangen en huldigen in naam van het Nederlandse volk en krachtens de Grondwet U als Koning". „Wij zweren (beloven), dat wij Uwe onschendbaarheid en de rechten Uwer kroon zullen handhaven; wij zweren (beloven) alles te zullen doen wat goede en getrouwe Staten-Generaal schuldig zijn te doen". „Zo waarlijk helpe ons God almach tig" („Dat beloven wij".) Daarop liet Prof. Kranenburg, als eerste van de volksvertegenwoordiging, met nadruk klinken: ,.Dat beloof lk". Achtereenvolgens verhieven zich ver volgens alle leden van de beide Kamers der Staten-Generaal in de volgorde door de griffier van de Eerste Kamer, prof. De Blok, voorgelezen. Honderd een en twintig maal klonk de plechtige eedsformule door de dood stille kerk, vijf en twintig leden beant woordden de oproep met: „Dat beloof ik". Nauwelijks had het laatste kamer lid zijn plechtige verklaring afgelegd of de oudste koning van wapenen, Kolonel De Ruyter van Steveninck, staande rechts voor het platform, zwaaide zijn scepter en riep met luider stemme: ,.Hare Majesteit Koningin Juliana is ingehuldigd" en liet daarop een luid terwijl de tonen van Handels „Halle luja" nog door de gewelven ruisten. Nederlands nieuwe Koningin Juliana van Oranje Nassau was ingehuldigd! OVATIES VOOR KONINGIN JULIANA. Na de plechtigheid in de Nieuwe Kerk gingen om kwart voor twaalf de kerkdeuren open en de herauten ver kondigden met luide stem, dat de Ko ningin was ingehuldigd. Een luid ge juich van de duizendkoppige menigte beantwoordde deze aankondiging. Kort daarna verlieten de gasten de kerk. Langzaam schreden zij veer over de loper naar het Paleis. De Konin gin, die op de heenweg in diepe ernst verzonken was, sprak thans onbevan gen met Prins Bernhard, wiens arm zij hield. Herauten kondigden met luid trom petgeschal de komst van het Koninklijk gezelschap bij het Paleis aan. Het gejuich barstte los toen de jonge Koningin op het balcon van het Palcis verscheen. Eerst lieten echter de twee oudste prinsesjes, Beatrix en Irene, beiden in het lichtblauw ge kleed, zich schroomvallig op het bal con zien. Weldra kwam ook Margriet ln een rose jurkje by haar zusjes naar bulten. De Koningin en de Prins voegden zic^ bij hun kinderen en luid weerklonk het gejubel van de menigte, die eerst nü de Vorstin goed kon zien. Weldra werd ook het jong ste prinsesje, Marijke, op het balcon gebracht en hoog hief de Koningin Haar jongste telg op om ook haar te doen delen in de warme ovatie, die de tallozen hun Vorstin brachten als slot van deze grootse historische morgen! H.M. Koningin Juliana legt de eed op dé grondwet at. De pracht en praal, die de eedsaflegging en inhuldiging van Koningin Juli ana in dc Nieuwe Kerk had omgeven, waren gistermiddag getransformeerd in een stoel, waarvan alleen de oudsten van onze landgenoten kunnen uitmaken of hij in luister achterbleef bij die, welke in 1898 door Amsterdams straten trek. Dit lijkt ons niet waarschijnlijk! Het is stellig voor geen tegenspraak vatbaar, dat nooit tevoren een stoet van zulk een schoonheid, een stoet, die een zo getrouwe verwezenlijking be tekende van" wat de kinderfantasie zich voortovert bij het luisteren naar sprookjes, in ons land is aanschouwd. Deze stoet behoefde geen zon, maar hij kreeg haar evengoed. Koninnin Jullaha verlaat met Prins Bernhard de Nieuwe Kerk om langs dezelfde weg onder de pergola naar het Paleis terug te keren. „Leve de Koningin" volgen, dat werd overgenomen door alle drie duizend aanwezigen. Het kerkgebouw vulde zich met een ontroerend, luid gejuich, dat enige minuten aanhield. Dan werd de ban gesloten en was de schoonste, meest luisterrijke cn bovendien meest in- houdvollc gebeurtenis sedert vijftig jaar in ons Koninkrijk ten einde. „DE HEER IS MIJN HERDER". De Commissie van Ontvangst, nu fungerend als commissie van uitgeleide, trad voor de Troon en Koningin Juliana en Prins Bernhard schaarden zich in de stoet, die intussen weer geformeerd was om het kerkgebouw te verlaten. Van achter het koperen koorhek klonk inmiddels Gezang 184: ;.,De heer is mijn Herder", gezongen door het Toonkunstkoor. Dan begaven zich ook Prinses Wilhelmina, Prinses Armgard, de beide Prinsesjes, de vorstelijke gasten, de speciale missies en alle aan wezigen naar de drie uitgangen aan de Dam, de Voorburgwal en Paleisstraat, „Onder Oranje zullen wij slagen!" In een speciale zitting van de voor lopige Federale regering met vele ge nodigden werd te Batavia gisteren de heruitzending beluisterd van de plechtigheid der inhuldiging. Na af loop dezer plechtigheid zeide de Lt. G.G., dr Van Mook, o.m.: „Nog staan wij in dit land, dat van overmorgen af, ook officieel, de naam van Intloncsië zal dragen, temidden van een conflicht." (Dr Van Mook doelde hierbij op de afkondiging van de grondwetswijzi ging, welke geschiedt in een speciale zitting van het Hoge Gerechtshof te Batavia en afgelezen wordt op het bordes van het Paleis Rijswijk, op hetzelfde ogenblik als dit in Neder land geschiedt. In volle oprechtheid en zo spoedig mogelijk willen wij dit land zien wor den tot een vrije natie, die als gelijke naast Nederland en andere naties der wereld optreedt; maar beiden, Indone siërs en Nederlanders, willen dat deze natie zal rusten op de goede eigen schappen van haar burgers, dat zij een rechtstaat zal zijn, die aan haar inwo ners van iedere landaard vrijheid en veiligheid biedt en waarborgt: „Wij streven daarbij naar innige samenwer king, die ons beiden sterker en recht vaardiger maken kan en die misschien een betere f&se in de verhouding tus sen Europa en Azië kan inleiden." Dt- Van Mook besloot: „Ook wij wil len de ernst van de tijd vandaag nog even vergeten en in volle vreug de deel hebben aan dit nationale feest. Want in onze verhouding tot het Huis van Oranje is geen wan klank cn onder zijn leiding zullen wij slagen. God geve het en bescherme Koningin Juliana." Voorts sprak Raden A'odoelkadir in het Indonesisch woorden van hulde aan Koningin Juliana. Op het moment, dat de stoet het Paleis verliet, brak de bewolking en kwam de zon door! DE STOET IN BEWEGING. Om precies drie uur verliet het Ko ninklijk gezin het Paleis in dezelfde schone tooi als 's morgens in de Nieuwe Kerk werd gedragen. Slechts de rode Kroningsmantel ontbrak. Het jongste prinsesje Marijke zat tus sen de belde oudste prinsesjes, Prinses Margriet tussen haar ouders. Terstond nadat het Koninklijk gezin gezeten was, zette de stoet zich in be weging. Na de politieruiters, de hoofdcommis saris en daarachter de burgemeester van Amsterdam, passeerden o.a, prachtig marcherend, voorafgegaan door een vaandelwacht' met het regimentsvaan del. een compagnie KNIL. een der Ma riniers. een der matrozen en een der grenadiers, deze laatste in de bii uit stek fraaie ceremoniële tenue. De diepe trommels, die in 1938 aan hèt regiment door tie gemeente Den Haag waren ge schonken en die in de bezetting veilig ^ngeborgen waren, gaven het tempo van de stoet aan en het passeren van deze mannen ontlokte een luid gejuich! Voorafgegaan door twee koningen van wapehen volgde daarop de Gouden Koets. Koningin Juliana, getooid met de brede sjerp, behorende bij het Groot kruis van de Orde van de Ncd. Leeuw, wuifde gelukkig lachend Haar onder danen toe, die bij honderdduizenden naar de hoofdstad waren gekomen om dit schouwspel, dat zich eerst nu na een halve eeuw herhaalt, niet te mis sen. Na de Gouden Koets volgden drie ad judanten te paard dan in hun fraaie gala-uniformen 16 officieren van de rode en 24 officieren van de blauwe ca valerie te paard. Vervolgens een drietal gala Berliners en een galacoupé, waar in de kamerheren Jhr Van.Lennep en jhr Röell waren gezeten, in hofrok met steek ea degen sloten zich hierop 21 Am- j sterdamsc burgers te paard aan. j En tot slot een compagnie jagers, een compagnie regiment Prinses Irene en «en compagnie Luchtstrijdkrachten, met bun vaandel, waarin fier de Militaire I Willemsorde, in de oorlogsdagen van Mei 11940 verworven, prijkte. NIETS BLEEF ONBEZET! De tocht is een zegetocht geworden, die iedere verwachting overtrof. Over al stonden de mensen rpendik, geen raam, geen balcon, geen dakgoot was onbezet. ''IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIII Koningin van ruim 70 millioen onderdanen Toen Wilhelmina de troon Harer vaderen besteeg, telde Nederland 5 millioen inwoners èn de overzeese delen des Rijks bevatten er 34 mil lioen. Onder haar zegenrijk bestuur zag Zij het aantal harer onderda nen nagenoeg verdubbelen. Zodat Haar dochter Koningin Juliana thans de scepter zwaait over meer - dan 70 millioen mensen, dat is het -dertigste deel der hele mensheid. gevormd van 65 dragers van de Militaire Willemsorde. Het enthousiasme van het publiek was soms niet te houden en het verbrak de afzetting Met de uiterste mpeite en door het aanvoeren van versterking luk te het de politie de orde te herstellen. Bij het passeren van het Leidsplein luidden de klokken ten teken van de vreugde, die heerste over deze schone dag! De vorstelijke gasten sloegen het pas seren van de Gouden Koets gade op een speciale tribune die gebouwd was op de brug van de Doelenstraat bii het Munt plein. Van het Leidseplein ging de tocht terug naar het Koninklijk Paleis. Overal Op het balcon van het Paleis op de Dam neemt H.M. Koningin Jullnana met Prins Bernhard en de drie oudste prinsesjes de toejuichingen van het duizend koppige publiek op de Dam in ontvangst. Maar velen, die reeds vroeg een plaats je hadden bemachtigd en uren hadden gestaan, hadden hei ongeluk, dat zij kort voordat de stoet passeerde, aan het eind van hun krachten waren n door de GGD weggedragen moesten worden. Langs het Rokin op het gedempte ge deelte, hadden alle genodigden, die deze ochtend de plechtigheid in de kerk had den bijgewoond, een ereplaats gekregen, zodat zi1 ten tweede male van een on vergetelijk schouwspel konden genieten. Langs het water van het Rokin stond een erefront van de Landstrijdkrachten. Op de Vijzelgracht was een erefront langs de route stonden tienduizenden juichende en diep ontroerde mensen! EEN HUISELIJK TAFREELTJE. De kleine Beatrix werd niet moede door het linkerraam van dc Gouden Koets haar kleinste zusje. Prinses Marijke, te tonen en Margrietje lag heel huiselijk op haar knieën tuss n haar belde ouders in en keek geamu seerd door het achterraam naar d9 bonte stoet van paarden en dc juichen de mensen achter en lanes de ko°tïfc Even nog kwam de Koninklijke fa milie op het balcon, waar zii storm* acht'g werd toe«'®hs,"**+

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1948 | | pagina 2