Nederlandss vierde Prinses' hedennacht geboren Ben nieuw leven bloeit op temidden der ruïnes en Oranje Moeder en Kind maken het uitstekend! Zelden zal een volk zooveel^verschul digd zijn aan één geslacht als het Ne- derlandsche aan het Huis van Oranje. Op enkele perioden na, gaat bijna vier eeuwen lang, van den aanvang van- ons nationaal bestaan - tot heden, een Oranje met ons volk door de historie. Lang genoeg, om een hechten band te slaan, maar de hechtheid van dezen band wordt niet alleen door den tijdsduur bepaald. Het kenmerk van dit samen gaan is, dat het. van de zijde van Oranje, een leiden en behoeden was in den besten zin. Al heeft wrijving niet -altijd ontbroken. Voor ons oog rijzen het eerst de dra matische episodes. Tot vier maal toe heeft dit geslacht in tijden van ern stige crisis, waarin veelal het bestaan zelf van ons volk in het geding was. Nederland een telg geschonken, zoo forsch van karakter en rijk aan gaven, dat hij inderdaad als middelpunt en leidsman gelden kon. In den strijd te gen Spanje redt Willem I ons uit den nood en betaalt den prijs van zijn le ven. in den oorlog tegen Frankrijk Willem m; in 1813 voert Willem, de eerste koning, een van' de wereld ver vreemd en apathisch volk naar zijn plaats in Europa en in 1,940 is de Ko ningin niet alleen een trotsch. symbool van de Nederlandsehe gemeenschap, maar ook een bron van kracht. Het is, als geschenk van één geslacht aan één natie, waarlijk rijk genoeg. Het geschenk is echter rijker geweest. Een volk leeft niet alleen in crisis, het maakt een gestadige ontwikkeling door. Breeder lagen der bevolking worden po litiek waardig, het, staatsbestel groeit mee. Het was niet alleen de taak van Oranje om leiding te geven, maar ook om mee te werken aan het wijzigen van den aard dier leiding, opdat zij in over eenstemming bleef met de politieke ontwikkeling van ons volk. Omdat deze toenam en steeds grooter groepen van de bevolking aandeel in de regeering kregen, beteekende dat veelzins een Overlaten en zich terugtrekken. Beide opdrachten heeft Oranje volbracht. De tachtig-jarige oorlog omspant het leven van Willem I, Maurits en Frede- rik Hendrik. De grootste gaat voorop: leider op politiek en militair, eerder ooi# op geestelijk gebied en dit alles in volko men onbaatzuchtigheid en offervaardig heid, Hfj zoekt, na het eigenlijk begin van den vrijheidsstrijd, geen eigen macht, hij tracht de vele, eigengereide en zeer particularistische groepen saam te binden en te richten op verzet. Hij gaat voor in die verdraagzaamheid en geestelijke soberheid, die tot del beste kenmerken van ons volk behooren. Maurits is de militair, die het groot ste deel van ons grondgebied van Span jaarden bevrijdt, of tegen hen verdedigt, een werk, dat Fredferik Hendrik voltooit: wij danken hem in feite Noord-Brabant en Limburg. In staatszaken grijpt Mau rits slechts zelden in. .Eén keer treedt hij drastisch op, om de* eenheid van de Unie te verdedigen tegen de middel puntvliedende kracht van het provin cialisme, Een optreden, dat noodzakelijk was, hoe hard en onrechtvaardig het vonnis over Oldénbarnevelt ook mocht zijn. Frederik Hendrik, meer politicus dan zijn broer, heelt de geslagen won- Prof'dr. A. J.C. Rüter, hoogleeraar in de Vaderlandsche Geschiedenis aan de Leidschc Universiteit, schreef op ons verzoek ter gele- genheid van de Blijde Gebeurte nis bijgaand artikel, waarin hij wijst op de historische beteekenis van het Huis van Oranje voor Nederland en de Kroon schetst als een nationaal symbool. deii en doet zóó de eenheid gedijen. De aard van deze leiding? De Heeren, Staten waren souverein, de stadhouders hun dienaren. Wanneer zij veel meer waren dan dat, dankten zij het aan hun eigen verdiensten voor volk en staat, niet aan een erfelijke vorstelijke waar digheid. Inderdaad waren zij meer: zij regeerden met de Staten het land, een tweevoudigheid wan bestuur, die heil zaam is geweest. Deze tweevoudigheid eischte een ze ker evenwicht van macht. Wanneer Willem'II, dat evenwicht niet eerbiedigt en zijn macht overspant, wanneer hij dynastieke belangen te zeer naar voren schuift, volgt de breuk en zijn dood is het begin van het eerste stadhouderloo- ze tijdperk. Maar in den bangen nood van 1672 roept men Oranje weer in en Willem III keert het gevaar. Hij groeit in zijn strijd tegen net streven van Frankrijk om Europa te beheerschen verre boven het kleine Nederland uit. Hij wordt een staatsman-generalissimus van internationaal formaat, die Enge land en de Republiek gebruikt als zijn stukken op het Europeesche schaakbord. Hij vergt van ons een inspanmng, die ons doodelijk vermoeit en zoo kochten wij onze vrijheid voor een prijs, die hoo- ger dan noodzakelijk was. Het Was een schaduw, maar een schaduw, die de glorie van 1672 niet verduisteren kon. De achttiende eeuw brengt het falen. Willem IV, weer geroepen in tijden van gevaar, met de Franschen over de grens, weet de staat niet tot grooter eenheid te brengen, noch de democratische stroo ming in een bedding te leiden, waarin 85ste Jaargang DINSDAG 18 FEBRUARI 1947 O No. 26011' Directeur: J. W. Henny. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telefoon Directie en Administratie: 25041 Hoofdredactie: B. W. Menkhorst en J. Brouwer f. 3.30 per 3 maanden; 26 cents per week Telefoon Redaotie: 21507 - Giro no: 57055 LEIDSCH DAGBLAD Een golf van jubel slaat over de la ge landen: er is een Prinses geboren. Voor ons Leidenaars, die zich middels onze Universiteit met zul ke bijzondere banden aan het Oran jehuis verbonden weten, is de geboorte van deze Oranjetelg een reden - tot zeer bijzondere vreugde. Elders in dit Blad schrijft de Leidsche historicus, prof dr. A. J. C. Rüter over den hech ten band, welke de geschiedenis van vele eeuwen tusschen ons land en het Oranjehuis heeft gesmeed. Er bestaat alleszins aanleiding orrï in het blijde licht dezer geboorte in hefr bijzonder de verhouding tusschen het Huis van Oranje en de stad onzer inworung aan een nadere beschouwing te onderwer pen. En dan valt het aanstonds op van welk een hartelijken en intiemen aard die verhouding de eeuwen door is geweest. Prins Willem I legde daarvoor den grondslag door in 1575 Leiden zijn Universiteit te schenken. Reeds één jaar na de stichting liet de eerste Nas sau zich als student inschrijven; Jus- tinus van Nassau, de latere luitenant- generaal van Zeeland. Prins Maurits en zijn halfbroer Frederik Hendrik za gen zich door het krijgsrumoerge dwongen hun studies aan de Leidsche Universiteit te onderbreken. Hoezeer dit eerstgenoemde ter harte ging mo ge blijken uit zijn verzuchting, dat hij zich de Leidsche Hoogeschool zal blij ven herinneren als „natris dulelssimae gremium" (de zachtste moederschoot") Willem H, de zoon van Frederik Hendrik studeerde hier wel is waar niet, doch werd opgevoed door den Leidschen hoogleeraar Andreas Rive- tus. Zijn 'zoon, de latere Prins Willem Hl, „het Kind van Staat" volgde van 1659 tot 1662 het onderwijs aan de Leidsche Alma Mater en woonde in 1675 het eerste eeuwfeest bij. Op 3 November 1789 werd de latare Koning Willem I, zoon van Prins Wil lem V en Frederlca Sophia Wilhelmi- na van Pruisen als „princeps heredi- tarius" (erfprins) ingeschreven in het Album Studiosorum en op 18 October 1814 diens zoon, Prins Willem Frede rik Karei. Ter gelegenheid van het derde eeuwfeest op 8 Februari 1875 zat de grijze prins aan bij den officieelen maaltijd en bracht een dronk uit op den bloei der Hoogeschool, „wier leer ling hij betreurde te kort te zijn ge weest" De beide zoons van Koning Willem ni, Prins Willem Nicolaas Alexander Frederik Karei Hendrik en Prins Willem Alexander Karei Hendrik Frederik ontvingen eveneens in Lei den hun wetenschappelijke opleiding. Eerstgenoemde was eerelid van het Leidsche Studenten Corps; de laatste nam als gewoon lid deel aan het Corps leven; hij werd benoemd tot doctor honoris causa, was eere-voorzitter der Maskerade-commissie in 1875 en schonk bij die gelegenheid den naar hem ge noemde Alexanderschool, welke tel- kenjare op de Dies Natalis der Uni versiteit met plechtig ceremoniëel wordt gebruikt. Nog levendig staan in onze herinnering de eerepromoties van HM. Koningin Wilhelmina tot doctor in de rechtsgeleerdhèid op 9 Februari 1925, waarbij nu wijlen prof. mr. A. J. Blok als promotor optrad en die van H.KH. Prinses Juliana tot eeredoctor in de letteren óp 31 Januari 1930 bh wijlen prof. dr. J. Huizinga, welke plechtigheid nog grootere luister werd bijgezet door de tegenwoordigheid van Haar beide Ouders en Grootmoeder. Op dezen dag, slechts enkele dagen na de 372ste herdenking van de stichting onzer Universiteit, gedenken wij dankbaar hetgeen het Huis van Oranje voor ons land, maar ook in het bijzonder voor onze stad is geweest en wij verbinden daaraan den wensch, dat de eeuwenoude traditie, welke Lei den met het Vorstenhuis verbindt, in het jongste Prinsesje bevestigd en vernieuwd worde. Moge de Almachtige Haar in Zijn bescherming nemen en Haar doen qpgroèien tot een zegen en .vreugde voor ons land en volk. haar kracht dé natie ten goede komen kan. Hij verandert den aard der leiding niet, hü streeft naar behoud, waar de tijd wijziging eischte. Leiding te geven, leiding te wijzigen ook bij kenterend tij bleef de Oranjes der negentiende eeuw voorbehouden. Die taak was zwaar genoeg: zij eischte het omzetten van een min of meer auto cratische monarchie in een constitutio- neel-parlementaireln 1813 vroeg de apathie van de Nederlandsehe natie een koning, die op politiek, sociaal en eco nomisch terrein voor haar kon denken en handelen, Willem I kon dat en heeft het gedaan met een toewijding, die bo ven allen lof verheven is. Het tragische in zijn leven was, dat het Nederlandsehe volk na 1830 weer behoefte kreeg aan zelfwerkzaamheid. Wat Willem I ook geschonken had. de ruimte daartoe dat vermocht hij, een oud man nu, niet meer te geven; zoo ging hij heen. Zijn naam garandeerde het beginsel van die zelfwerkzaamheid in 1848, onder zijn kleinzoon werd het beginsel practijk. Zonder strijd heeft deze ontwikkeling zich niet voltrokken, maar wat beteekent deze bij den strijd, die Frankrijk en Duitschland en, in een vroegere periode, Engeland doormaak ten tot hetzelfde doel? Wanneer de politieke ontwikkeling van Nederland veelal zoo gelijkmatig en vaak gelukkig verloopt, dan is dat voor een niet gering deel te verklaren uit de gave en bereidheid der Oranjes, om hun functie in den staat in overeenstem ming te brengen met het Nederlandsch volkskarakter en de eischen van den tijd. In de Republiek, die terwille van de een heid een drager van de kerngedachte be hoefde, vermochten de stadhouders, die naren van de Staten, him ambt een mo- narchalentrek te geven. In het konink rijk,- dat slechts burgers, nooit onder danen naar Franschen of Duitschen trant gekend heeft, vermochten de Oranjeyorsten zich aan te passen bij' het burgerlijk, bijna republikeinsch ka rakter van den Staat, De tijd stelt weer zijn eischen. De staatsrechtelijke positie van de Kroon moge dezelfde blijven, haar plaats en functie in de Nederlandsehe gemeen- schap wordt beïnvloed door het steeds dieper doordringen van de democratie in het publieke leven. Bovendien, de 'Kroon lijkt de bindende schakel te wor den tusschen Nederland en Indonesië. Aan wie zou men de aanpassing van de functie van het Staatshoofd aan de eischen van den tijd met geruster hart in handen leggen dan een vorstin uit het Huis van Oranje? Zij staat ons borg. dat de Kroon een nationaal symbool zal zijn. Hoezeer Oranje dat is, hebben de oorlogsjaren bewezen. Zij hebben meer bewezen: dat een Oranje, ook in èen constitutioneele parlementaire monarchie, een bron van levende kracht is, bepaald door tra ditie en persoonlijkheid. A. J. C. Rüter. „WELKOM. PRINSESJE!" „H-K.H. Prinses Juliana heeft het leven geschonken aan een Prinses. Moeder en kind maken het zeer weL Het gewicht van de jonggeborene is plus minus 6 pond". Dit was de heugelijke tijding, die ons hedennacht om 2.46 uur over de Telex bereikte. Om 3.12 uur volgde de mededeeling: „Oficieel wordt medegedeeld, dat de geboorte van onze nieuwe Prinses om enkele minuten voor half drie geschiedde. De geboorte had een normaal verloop". Kort daarna volgde een officieel communiqué van dr. De Groot, behan delend geneesheer van Prinses Juliana, welke ons van het juiste tijdstip der geboorte op de hoogte stelde, luidende: „Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Juliana schonk heden ten 2.24 uur het leven a^n een flinke doch ter". w.g. Dr. J. dé Groot. Hoe voorspoedig de geboorte verloopen is, moge blijken uit het feit, dat er slechts vijf minuten lagen tusschen de eerste mededeeling en het officïeele geboortebericht. BARON BAUD AAN DE TELEFOON. Deze verheugende berichten vonden van het Astoria Chétlet te Baarn uit hun weg door de gansche wereld! De spanning, welke dagenlang duurde, was ten einde. Reeds dadelijk kon de secretaris van Prinses Juliana ons tele fonisch mededeelen, dat de toestand van de baby uitstekend was. evenals die van de Moeder! Tijdens het korte telefoongesprek met baron Baud deelde deze ons nog. ge vraagd naar zijn indrukken, mede: „Nu, ik was in diepen slaap, toen ik gewekt werd door de telefoon. Dat was ongeveer om half drie. De Prins was .persoonlijk aan de telefoon en deelde mij de geboorte van zijn dochter mede. Mijn eerste werk was toen den minister president in 's-Gravenhage, met wien ik, door middel van een directe telefoonlijn, verbonden ben, er van in kennis te stel len. Verder zijn er eigenlijk geen in drukken. Hier, tegenover het paleis, heerscht een nachtelijke doodsche stüte". EEN MERKWAARDIG CONTRAST Enkele minuten, nadat het geheele Astoria-Ch&let met behulp van gong en huistelefoon wakker was geschud, be gaven wij ons per auto op weg naar het Paleis. Het was een merkwaardig con trast. De diepe stilte onder den strakken sterrenhemel naast de opgewondenheid der zenuwachtige, uit hun slaap gerukte journalisten in het hotel. Het Paleis boodc.geen enkel bijzonder aanzicht. In den vleugel van het Prinselijk Paar, den rechte? vleuvel, brandde in diverse ka mers licht, doch dat was een deel, dat wij kenden van bijna lederen avond in deze veertien dagen van wachten. Wij smaakten het genoegen de eersten te zijn, den verbaasden schildwacht' en wachtcomfandant te kunnen zeggen, dat er een Prinsesje geboren was. Ook in Baarn heerschte nog diepe rust en hoe wel overal reeds in het dorp bij voor baat feestversiering was aangebracht, kan niet anders gemeld worden dan dat Baarn nog op één oor lag. Slechts het Oranje-Comité Baarn-Soest was koorts achtig bezig alle voorbereidingen to treffen, die noodzakelijk zijn om de stroom van deelnemers aan den Oranje- tocht te verwerken. Over enkele uren impiers, als het tot het Nederlandsehe volk doordrongen zou zijn, dat 18 Februari 1947 een Nationale feestdag is, zal een heel an der beeld van Baarn gegeven moeten worden. Het was buiten, hoewel het 9 graden vroor, niet bijzonder koud, want er was geen wind en de strakke sterrenhemel beloofde goed weer. SALUUTSCHOTEN KLONKEN OVERAL. Vanmorgen hebben in vele plaatsen van ons land de 51 saluutschoten de' geboorte van het Prinsesje aangekon digd. Om precies zeven uur loste het lin ker kanon van de saluutbatterij te Baarn zijn eerste schot en met de re gelmaat van een klok volgden de andere vijftig- Ondanks het vroege uur waren al reeds heel wat bewoners van de prin selijke residentie uit de yeeren om riiet alleen met de ooren, doch ook met de oogen getuige te kunnen zijn van deze krachtig sprekende hulde van het Ne derlandsehe leger aan het Huis van Oranje. Kort nadat de kanonschoten hadden gebulderd, speelde zich voor het gebouw van de wacht tegenover het Paleis een, kleine plechtigheid af De dochter van den wachtcommandant heesch hier n.l. on der toezicht van de wacht, welke juist was afgelost en naar de kazerne in rukte, de driekleur. Overal in den lande heeft men zich vanmorgen opgemaakt om een feest van vreugde en dankbaarheid te vieren! (Zie vervolg pag. 2)'. Copyright A. C. Stokhuyzen, Hoffotograaf, Apeldoorn Ons Prinselijk Gezin dat zich verheugt over de uitbreiding tot een 6ranje -klavervier.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1947 | | pagina 1