Christelijk Hist. Toogdag Een hartelijke huldiging van den heer H. W. Tilanus PANDA EN DE MEESTER-BIEF Op den toogdag der Clir. Hist. Unie, welke gisteren te Leiden werd ge houden, is de voorzitter yan de C.H.U,, het Tweede Kamerlid, de heer H. W. Tilanus, gehuldigd in verband met zijn 25-jarig lidmaatschap der Tweede Kamer, Katwijksche vrouwen bieden hem een vaatje haring aan. (Foto Van Vliet) nairen zijn. Ook bij ons is er sociale bewogenheid en liefde tot den m,ede- mensch. Onze politiek zal steeds mede gericht moeten zijn op de waarde en de vrijheid van het 'menschenleven en dit kan als wij maar vanuit de Kerk komen onder de bescherming van de Humanitas Christi. 25 jaar lid van de Tweede Kamer De toogdag van de Chr. Hist. Unie, welke gisteren door den Kamer kring Leiden, is gehoucfén en waar op vele vooraanstaande figuren uit dezen kring het woord hebben ge voerd, vond gisteravond tijdens een door ruim 1300 personen bezochte avondvergadering in de Stadsge hoorzaal zijn waardig slot. Vooral de enthousiaste huldiging van den voorzitter der C.H.U. in Nederland, het Tweede Kamerlid den heer H. W. Tilanus, in verband met zijn 25-jarig lidmaatschap van de Twee de Kamer der Staten Generaal, heeft daartoe in niet geringe mate bijgedragen. Onder de zeer vele aanwezigen merk ten wij o.m. op het Eerste Kamerlid, mr. Fixseboxse, de Tweede Kamerle den de heeren Tj. Krol, H. Kikkert, mr. J. J. Schmal en jkvr. mr. C. W. T. Wttewaall van Stoetwegen, de bur gemeesters van Leiderdorp, Alphen a. s Rijn, Woubrugge en Benthuizen, ^yrof. dr, O. Gerretson van Utrecht, mevr. de wed. Schokking«Meeteler- kamp en voorts vele leden van ge meentebesturen en de Prov. Staten van Zuid-Holland. De voorzitter van den Kamerkring Leiden, de heer W. P. Cnossen van Woerden, las Psalr.i 92, waarna hij al len welkom heette en wees op de ver blijdende opleving, -welke allerwegen in de Unie valt te bespeuren. Groote be wondering had spr. voor de organisa tie van dezen dag. waarvoor hij in het bijzonder de heeren Steenbakker en D, Hendriks dankte. „DE KRACHT ONZER BEGINSELEN". Prof. dr. G. C. van Niftrik, hoog'- leeraar aan de Gem. Universiteit te Amsterdam, die vervolgens sprak over „De kracht onzer ^beginselen" zette uiteen, dat deze kracht in feite ligt in het. belijden en het aanroepen van den naam van God en het zingen van de geloofsliederen, zooals dit ook heden avond reeds is geschied. Van sommige zijden is ons dit wel eens kwalijk ge nomen. Het heette, dat- wij de C.H.-po- litiek camoufleeren met psalmgezang en gebed. Hiertegen nu wenscht spr. een ernstig woord van protest te la ten hooren. De kracht van onze be ginselen schuilt juist in het samen bidden en zingen en het ons stellen voor het aangezicht van onzen God. Vervolgens wees prof, Van Niftrik er op, dat er in ons land groepen gevon den worden, waar heele menschen hal ve waarheden verkondigen; deze men schen zetten zich met heel hun per soonlijkheid in voor datgeen wat zij als waarheid zien. Wij daarentegen, die uit het credo der Kerk met heele waarheden komen, zitten veelal met halve menschen. Nadat spr. er op had gewezen, dat de verkiezingen hebben aangetoond, dat er voor de C.H.U, nog een groote plaats onder ons volk is, verklaarde hij met nadruk, dat de Chr. Historlschen geen zwarte reaction- „DE C.H. UNIE IN DEZEN TIJD". De heer H. W. Tilanus hield een re de over „De C. H. Unie in dezen tijd". Nadat hij allereerst verklaard had, dat de Unie een beginselpartij is en dit ook wil blijven, zette hij uiteen, dat Duitschland ons geleerd heeft, wat een verkeerd beginsel op staatkündlg ter rein te beteekerten heeft. Indien dit volk uit het beginsel geleefd had, dat onder ons volk reeds van geslacht tot geslacht wordt doorgegeven, dan had het nooit zijn heil van Hitler verwacht. Achtereenvolgens toonde spr, aan, dat de C. H. Unie Gods souvereinltelt over al het geschapene erkent, dat zij het gezag der overheid ziet als niet uit den mensch. De C.H.U.welke een consti- tutioneele monarchie wenscht en ook 'handhaving van het recht in ons volks leven, is het niet te doen om de ma joriteit der kiesgerechtigden, maar om de autoriteit van Gods woord. Het gaat bij haar niet om de macht van een party, maar om de kracht van het beginsel, zy is een groep met eigen karakter en mentaliteit. Vervolgens zei- de hij, dat de ontwikkeling in Indië hem met smart vervult. Wat in dit land staat te gebeuren, is een aantas ting van het Koninkryk. wy. Chr. Historischen stellen ons op de basis van het Koninkiyk woord, gesproken in December 1942, en wenschen de ryks- eenheid te behouden. Ook na al het gebeurde geeft spr. deze gedachte nog niet op - Spr. betreurt het, dat er par tijen zyn, welke de handhaving van het Koninkrijk niet boven de party - politiek kunnen stellen. Spr., die de politiek van een Schermerhorn, Loge- mann en een Van Mook ten sterkste moet afkeuren, zal niet ophouden een fel protest tegen Linggadjati te laten hooren. Uit de thans door Elsevier ge publiceerde notulen, welke voor de Kamer geheim bleven, heeft het spr. bij lezing gehinderd, dat op zulk een lichtvaardige wijze met de Kroon wordt omgesprongen, Dit is schaamteloos. Maar, aldus spr. met stemverheffing, onze afgevaardigden in de Eerste Ka mer zullen zich hierover ongetwyfeld nog laten hooren. -Het geeft te den ken als wy in de notulen lezen, dat Schermerhom zegt- „Wat wy doen zou misdadig zyn als wij geen vertrou wen in de heeren persoonlijk hadden". En dit wordt gezegd tegen een man als SoeTcamo, Zulken menschen, aldus spr., kan men. zyn vertrouwen toch niet schenken? Ten slotte keerde spr. zich tegen een overmatige ambtenary en wekte hy op om flink aan te pakken om op deze, wijze uit den nood te komen. HULDIGING VAN DEN HEER TILANUS. Een voor den heer Tilanus ge heel onverwachte huldiging vond hierop plaats. De heer Cnossen, die by deze gelegenheid het woord voerde, herinnerde er aan, dat het dit jaar 25 jaar is geleden, dat de heer Tilanus met wyien dr. Schok king voor het eerst met den Ka merkring Leiden kennis maakte. Nooit, aldus spr., zullen wy ver geten, dat toen velen na den oor log twyfelden of de C.H.U. nog wel bestaansrecht had, gij niet alleen ja hebt gezegd, maar daar ook naar hebt gehandeld. De heer Cnossen deelde hierna mede, dat afgevaar digden van alle plaatsen uit den Kamerkring thans aan den heer Tilanus een geschenk zouden aan bieden, dat een specifiek voort brengsel van Iedere plaats was. Onder groot enthousiasme weerden nu de geschenken overhandigd. Bodegraver^ ging voorop met een kaas, Katwyk volgde met een ton netje haring, Leiden met een - wol len deken.. Boskoop» met een zeld zame plant. Voorschoten met zil verwerk etc. Een schat van ca- deauxEen vrlendehjke geste, met tot slot harteiyke ovaties voor den heer Tilanus, wien het moeite kostte zijn dank onder woorden te brengen. De avond, welke werd afgewisseld met zang van een 200 Katwyksche zan geressen, die in hair schilderachtig costüum een treffend décor vormden, werd besloten met een slotwoord van dr. C. A. van Harten, voorheen predi kant der N. H, Kerk te Katwyk aan Zee. De sectievergaderingen. Zooals wy gisteren reeds in het kort hebben gemeld, zyn in de middaguren tal van sectievergaderingen gehou den. ONDERWIJSVERNIEUWING. pe heer H. W. Tilanus, voorzitter van de C.H.U., secretaris van den Onderwys- raad en lid van de Tweede Kamer sprak over onderwijsvernieuwing. Spr. legde er den nadruk op, dat de hudige drang naar die vernieuwing onderdeel is van de voortstuwing op ieder terrein, die ook na: den vorigen oorlog merkbaar was. HU achtte de vele pogingen tot het in-' slaan van nieuwe wegen in het onder- wys begrijpelijk, doch geenszins alle ge slaagd of zelfs gerechtvaardigd. Ons on derwijs is in het algemeen goed en de wenschelyke veranderingen behoeven, zoo zy ingevoerd worden, niet direct,een geheel nieuwe wetgeving mede te bren gen aangezien de bestaande gelegenheid geeft tot van het normale afwykende stelsels. De paedagogen moeten er zich voor noeden in de fout te vervallen, de psy chologie als basis voor de opvoeding te gebruiken. Verder moet in het oog wpr- den gehouden, dat de vormhig van de jeugd op nieuwe terreinen steeds een zwaarder belasting beteekent van de reeds overladen jeugd of het laten val len van bestaande programmapunten, die echter geen van alle overbodig zyn. Spr. ging de situatie op de verschillende scholengroepen na- en legde daarbij den nadruk op het belang van het Christe- ïyk onderwys. Iedere onderwijsvernieuwing moet be ginnen by de kweekscholen, en ln dit verband moet worden opgemerkt dat de toevloed van nieuwe leerlingen naar die kweekschool ontstellend gering is. De onderwyzers hebben de taak, dezen toe vloed te stimuleeren door de leerlingen de mooie zyden van -het beroep duide lijk te doen inzien. MIDDENSTANDSPROBLEMEN. Mr. dr. J. J. Schmal, lid der Tweede Kamer, die sprak over „Middenstands problemen", begon met er op te wijzen, dat er momenteel ln ons land ruim 700.000 middenstandsbedrijven zyn, waar in meer dan twee millioen menschen hun brood vinden. Houden wij deze cijfers, aldus spr., voor oogen dan ls het dui delijk, dat de middenstand in onze na tionale. samenleving een wezenlijk be standdeel vormt. Spr. is er van over tuigd, dat de overheid, ondanks de vele gerechtvaardigde bezwaren, reeds veel in het belang van de middenstand heeft gedaan. Zoo kan van groote beteekenis geacht worden de totstandkoming van de vestigingswet kleinbedrijf in 1937, waardoor de onnatuuriyke toename van het aantal bedrijven is gebreideld. Spr. acht het een gelukkig verschynsel, dat het behoefte-element buiten de vesti gingswet is gehouden, waardoor de ves tiging van een bepaald middenstandsbe- drijf niet wordt beperkt tot de vraag hoe of belanghebbenden in een branche daar zelf over denken. Vervolgens heeft spr. nog gewezen op de noodzakelykheid, dat de overheid zich met de prijsbeheer- sching bezig houdt. Belangryk is het hierby evenwel, dat de overheid reke ning houdt met een voldoende winst marge. S XXI. Dezer dagen is mijn vertrouwen in onze regeering bitter geschokt. Naarstig heb ik b.v. het indrukwek kende memorandum aan de vertegen woordigers van de „Groote Vier" in zake Duitschland afgespeurd, maar ik heb tevergeefs gezocht naar wat mij het meest interesseerde. In de eerste plaats begryp ik die Groote Vier niet goed. Dat schyoen de Vereenigde Staten, Engeland, Rus land en Frankrijk te zyn, maar daar moet onze regeering toch geen genoe gen mee nemen? Waar biyft onze veelgeprezen Rijkseenheid (nieuwe styi), onze Ryksverbondenheid, onze Koninkiyke Unie van.... 80.000.000 in woners? .Groot of niet? Borneo .alléén al is zoo groot als Frankrijk! En dan stelt de regeering zich voor een belangryk aandeel te nemen'in de cultureele en geestelijke heropvoeding van Duitschland. Dat „her" zit 1 mij dwars. Volgens mij hebben rij er nog nooit een gehad, maar dat kan een vergissing rijn want ik ben nog maar pas komen kijken (in geschiedenis maatstaven). Mochten zy er ooit een hebben gehad, dan zyn zy daardoor in ieder geval het verfoeide Herrenvolk door geworden, en om nu maar met een weer met „her" te beginnen Afgezien daarvan vraag ik my af of die opvoedkundige krachten, die ons volk daarvoor zou moeten leveren, niet beter besteed zouden kunnen wor den aan.... ons eigen volk. Enfin, mis schien levert de salaris-verhooging voor onderwijzers' ongedachte horden paedagogen op. En hoe zit het met dat yzeren Prui sische nationalisme, dat verdwijnen moet en nog altyd niet verdwenerl is? Ik dacht dat daar een gordijn van was gemaakt. Kunt U zich een levendig nationalisme uit eigen kracht goed voorstellen, daar achter die vitrage? En wat heeft ons volk tegen nationa lisme? Ieder debater over Indië en Hol land slaat zich op de borst uit puur trotsch nationalisme, ook al gaat het af en toe tegen nationalisten. a O ja, ik zou'U nog vertellen, wat-ik niet in het memorandum heb gevon den: Hoe het nou moet met onze eigen vernietigde volksmoraal. En met mijn verdwenen fiets! Een van de gevolgen van de rampen, die onze Oosterburen over ons uit- stoi'tten, was een ontembare groei van Holland's reisdrang. Men zou het een soort nationale migraine kunnen noe men: elke Hollander in eigen land wil emigreeren en elke Hollander in Indië immlgreert in ons landje. Het vreemde nu Is, dat andere lan den gaarne aan dien drang gehoor willen geven en Hollanders toelaten mitszij geld meebrengen. En dat geld, die rampzalige deviezen, zyn ep niet, want dat hebben onze Oosterbu» ren ons ontnomen. En dat zelfde bui* tenland dat ons zoo graag met ge vul» de beurzen binnen zou halen, geeft zelfde geld aan.... Duitschland. f Aangezien daarover ook geen regel staat in het beruchte memorandum, zal Holland z'n reislust nog wat moe ten opkroppen. Overigens behoeft de Nederlander zich allerminst te schamen over zyn gedwongen huisehjkheid, en de onmo gelijkheid de vleugels uit te slaan over de Europeesche slagvelden. Ten eerste is het hier beter dan in de meeste an dere landen ter wereld, en. ten tweede zijn wij met onze huiseiykheid in goed gezelschap. Eind Januari vertrekt het Engelsche Koningspaar naar Zuid-Afrika, en de beide Engelsohe Prinsessen zullen deze trip meemaken. Het zal dan de eerste maal zyn, dkt zy het eigeniyke Engeland verlaten Aangezien zelfs ditmaal de tocht binnen het eigen ryk biyft, zullen rij zeker niet voor het geval komen te staan van den Engelschman die Frank rijk bezocht en daar een nummertje Fransch weggaf. Na terugkeer uit de Lichtstad vroe gen zyn vrienden hem, of hy geen moeite met .z'n Fransch had gehad. „Heelemaal niet. Alleen de Franschen wel En ook zal de ontvangst in Zuid- Afrika harteiyker zyn dan wat Church ill op een van zyn relzertnaar de Kaap tydens den Boerenoorlog te beurt viel. De groote man, die toen nog jour nalist was, zei tegen een Boeren-gene- raal dat Engeland den oorlog toch zou winnen, „Man, ons ryk is zoo groot- dat de zon er nooit in ondergaat". '„Nee", zei de Boer „Omdat Ons Lieve Heer jullie nie vertrou nie in het don ker!" Iets voor een genoeglijk debat over de oorzaken van het Nederlandsch- Indonesische conflict? DE JONGEREN EN DE C.H.U. De heer D. Hendriks sprak over „De jongeren en de C.H.U." en begon met er op te wyzen. dat er veel jongeren zyn, die in het afgeloopen verkiezings jaar werden overbluft door de groote propaganda-actie van hen, die onder het etiket „eenheid" tal van leuzen de we reld inslingerden. De Chrlsteiyke groe pen werden in hun propaganda gedis- - kwalificeerd en conservatief en reactio nair genoemd. Bovendien verdedigden zy de antithe se-gedachte, in verband waarmede spr. stipuleerde, dat er zeker een groot ver schil bestaat tusschen groepen welke zich Christelijk noemen en hen, die zich als min of meer socialistisch be stempelen. In het slot van zijn betoog riep spr. de jongeren op om het program der C.H.U. te accepteeren en de principes uit te dra gen in hun omgeving. DE RIJKSEENHEID. We spreken, aldus ,prof, C. Gerretson,, hoogleeraar te Utrecht, vanmiddag niet over Rykseenheid, doch over hoe het mogeiyk is geweest het Koninkryk te vermoorden en of wy Nederlanders be reid zyn de liquidatie-kosten te betalen. De C.H., zoo vervolgde spr.,' staat met de A.R. op een zelfde basis in den strijd tegen de Revolutionnaire partyen. De revolutie was gemakkeiyk te onderdruk ken geweest, maar het gevaar bestaat, dat de regeëring in haar hart aan de zijde der revolutie staat. Vervolgens .ging prof. G: den gang van zaken ln Indië en in ons Vaderland na. De Commissie-Generaal is naar Indië getogen, en met de basisovereenkomst van Linggadjati teruggekeerd. De K.V.P. noch de P.v.d.A. voelde er veel voor om de 17 punten te aanvaarden. Een over weldigende meerderheid was er tegen. Romme heeft naar een oplossing ge zocht en deze gevonden. Hy heeft gezegd Wat in de notulen staat, moet in het verdrag komen te staan. Daarvan zal het afhangen, of we vóór of tegen zul len stemmen. En by de basis-overeen komst werden diverse Regeeringsverkla- ringen gevoegd. Ondertusschen wordt echter het Volk volkomen in onwetend heid gelaten over wat dn Indië geschiedt. Weer gaan dezelfde mannen naar Indië, aldus spr. Bepalingen, artikelen en ver dragen hebben wel eenlge beteekenis, maar het komt op de menschen aan. De zaak in Indië kost ons goed en bloed. 2 milliard gulden zyn noodig, om de Re publiek op de 'been te helpen. We hebben dit- geld niet en zouden dus 800 millioen dollar moeten leenen. Maar erger is: Het kost ons bloed. Onze jongens zouden orde moeten scheppen in de Republiek, waarboven een Oranje-koordje hangt. Dat moet door de C.H.-mannen worden voorkomen. Geen Nederlandsch bloed, 'zoo besloot prof. G. zijn rede, mag vloeien voor het op den troon zetten van de Indische revolutie, KERK EN STAAT. Prof. dr, G. C. van Niftrik sprak over: „Kerk en Staat". Na opgemerkt te heb ben, dat de verhouding van Kerk en Staat een gecompliceerd en diep ingry- pend vraagstuk is, ging prof. van Niftrik in korte trekken de verhouding tus schen beide in de geschiedenis na, daar- by wijzende op het verkeerde" spel, dat soms met. Rom. 13 wordt gespeeld. In Rem. 13 ziet spr. niet een abstracte Chr. staatstheorie, maar een vervulling van het gebod der liefde, en de verhouding tusschen Kerk en Staat wordt primair bepaald door het liefdegebod. Daarom moet Rom. 13 de achtergrond zyn van ons denken en onze Chr. Hist, politiek. Vervolgens schetste prof. van Niftrik de denkbeelden van Augustlnus. In de Mid deleeuwen is het de twee zwaardenleer, waar by de wereldlyke macht onderwor pen wordt aan de geesteiyke macht. Wij gaan, zoo merkte spr. op, een tyd van groote macht van Rome. in ons land te gemoet en als het de kans krijgt, zal -zU dit beginsel ook in- het politieke leven doen uitkomen. Wanneer wy spreken over de verhou ding van Kerk en Staat, moeten wy goed 'weten, wat de Kerk en.de Staat zijn."Kerk beteekent letterlijk: .wat van Jezus Christus is en bij haar gaat het niet om de meerderheid der leden, doch om de koninkiyke heerschappij van Hem, hetgeen ln organisatie en predi king openbaar moet worden. De toekomst van land. en volk, van onze Chr. partyen en van de Ned. Herv, Kerk baart zorg en er is weinig perspec tief. In onze politieke houding gaat het om de gehoorzaamheid aan den Heer der Kerk en van densStaat en deze gehoor zaamheid zal de eenheid moeten bren gen in ons .politieke en kerkelijk den ken en handelen, aldus besloot spr, O Verder spraken nog het Tweede Ka merlid de heer Tj. Krol over „Gemeen tepolitiek", de heer W. P. Cnossen óver „De agrarische politiek", jkvr. mr. C. W. T. «Wttewaall van Stoetwegen over „De vrouw en de politiek" en de heèr H. Kikkert, lid der Tweede Kamer over „Het sociale vraagstuk". DE NED. AMBASSADEUR IN CHINA. De benoeming is te verwachten van den heer F. C. baron van Aerssen Beye- ren van Voshol, thans geaccrediteerd te 'Canberra, tot Nederlandsche ambassa deur in Tsjoenking. De secretaris der legatie in Canberra, jhr, mr. J. A, de Ranitz, zal als zaakgelastigde optreden tot een plaatsvervanger is benoemd. Ingezonden Mededeling Slapen ho-maar - P()n des te meer! Als ge slaapt voelt ge Uw rheumatische pijnen niet. maar juist die pijnen ver oorzaken Uw slapeloosheid. En zóó verzwakt Uw gestel en weerstandsver mogen nog méér. Begin daarom zoo gauw mogelijk die weldadige kruschen- kliur. Kruschei) brengt Uw bloedzuive rende organen tot krachtiger werking. De pijnverwekkende onzuiverheden ver dwijnen, omdat 't bloed krachtiger stroomt. Pijnen vallen van U af j luste loosheid verdwijnt, kortom ge wordt al gauw weer veerkrachtig en fit. Kru- schen Salts is verkrügb. bU alle Apoth. en Drog. Fabr. Griffiths Hughes Ltd., Manchester (Engeland). FEUILLETON Romaft door Winston Graham. 22) Op hetzelïde oogenblik rook ik weer 'dien zwakken geur van Jasmyn. Ik kuste haar. Zoo stonden wy een oogenblik; wy durfden geen van beiden adem te ha len. Toen lieten wij elkaar los. Lieveling, zei ik. Bleek glansde haar gezicht in de nachtelyke duisternis. Het leek alsof zy een beetje huiverde. Ik ben gelukkig, fluisterde rij. Toen keerde zy zich om en ging heen, rustig, veerkrachtig. Een oogenblik later was zy in de duisternis verdwenen. Jane! riep ik. Maar er kwam geen antwoord meer. Van den weg terug naar huis kan ik my niets meer herinneren. Ik weet al leen nog, dat ik vóór ik myn hotel bereikte, stilstond by een kroegje en binnentrad. In de rookerige warmte ging ik naast een groot-en, donkeren gondeliere zitten, die ringen ln de ooren droeg. Ik bestelde iets te drinken, maar ik weet niet meer, wat het was. Er was my een koppiger wyn naar het hoofd gestegen dan die, welke hier verkocht werd. De heele wereld stond op haar kop en ik er by. Maar in ieder geval had ik nu geen tijd om aan mijn angst te denken Ik was nu eenvoudig een chemicus, die spionnage-dienst ver richtte. De zaak scheen niet goed te zullen afloopen en het was lang niet uitgesloten, dat ik gevangen genomen zou worden en ter dood gebacht. En om de maat vol te maken, was ik verliefd geworden en dat nog wel na twee ontmoetingen op de vriendin van den hoofdagent van den Britschen Intelli gence Service in dit land. Wat zou er nog meer gebeuren? Iemand, die goed met vrouwen kan omgaan en met haar op vriendschappe- lijken voet staat, voor wien zy vrij gevig zyn met haar gunsten en die ze ook weer gemakkeiyk vergeet zoo iemand, is gevrywaard tegen de ern stiger gevallen, die hy kan tegenkomen. Maar een kluizenaar als ik moet boe ten voor zyn onervarenheid. Daar zat ik nu en praatte my zelf in. dat vrou wen mij niet interesseerden en dat ik ook nooit van plan was geweest my voor hun te interesseeren. Dat „ge weest" sprak al boekdeelen. Het ongelukkige was nu maar. dat ik de situatie niet op een gewone, alle- daagsche manier kon bekijken. Ik ver stond heel goed de kunst my uit te drukken in chemische formules, maar dat hielp mij niet veel. Een normale man van mijn leef tyd zou het heele avontuur als een welkome afwisseling by zyn gevaariyk werk hebben be schouwd. Hy zou er waarschijnlijk ook niet meer achter gezocht hebben. Zij had eenvoudig medehjden niet mij, omdat ik my in een gevaariyke situatie bevond en zU wilde my op een of andere manier haar sympathie dui- deiyk maken en mij moed inblazen. Maar ik nee, ik kon dat maar niet opeens van my afzetten. Ik zat daar in de gelagkamer en bestelde nog wat te drinken, om ten minste dien gem- van jasmyn uit mijn hoofd te verdrijven. Afwisselend voelde ik my half ziek of heel triomfanteiyk of ik glimlachte ge amuseerd over het geheele voorval. Vindt u ook niet, begon de gonde lier naast mij vertrouweiyk. wat had ik nou anders kunnen doen? Die idioot had myn gewone plaats by de stationstrap in beslag genomen en vertikte het om ook maar een centimeter opzy te gaan. Onder zulke omstandigheden, m'sieur, wat had ik anders moeten doen? Onder zulke omstandigheden, dacht ik, zou je misschien geneigd zyn de schuld té geven aan het feit, dat je tot dusver zoo'n teruggetrokken leven hebt geleid. Als je d&n verliefd wordt, ja, dan ben je verliefd. Maar het is nu ook weer niet zóó, dat ik zoo dwaas ben om verliefd te worden op iedere vrouiv, die mijn pad kruist. Ten slotte was Jane niet de eerste vrouw, die ik had gekust. En nou moet u weten, zei de gon delier, ln het begin ben ik nog beleefd tegen hem gebleven. Lulgi, zeg ik, Üulgi Bandello, je weet heel goed, dat deze aanlegplaats al tien jaar van mij is en vóór dien tijd van myn vader. Toen hebben we een poos oyer en weer gepraat en ruzie gemaakt en toen heb ik hem'pas, in de hitte van het gevecht, voor alles en nog wat uitgescholden. Dat is ook niet mooi, zei ik. De atmosfeer in het. vertrek werd drukkend en het was al tamelyk laat. Wat ik nu maar niet begrypen kon, was die kwestie tusschen haar en Andrews. Mis- 19). „Wat!!??" riep Panda. „By jou in de leer komen? Wou jy my een vak leren? Wat is dat dan voor een vak? Stelen zeker! Je wilt van mij zeker net zo'n dief maken als je zelf bent! Ik dank je lekker! Ik wil een fatsoen- lyk beroep leren en ik wil met jou niets te maken hebben! Werkehjkniets! Ik hoop, dat lk je nooit weer zie en hoe eerder je weg gaat, hoe liever het my is!" „Welaan!" sprak Joris Goedbloed, terwyi hy opstond. „Dat is klare duideiyke taal! Dat verheldert de si tuatie aanzienlyk! Nu weten wy wat wy aan elkander hebben! Neenge kunt verder zwy genik voel wan neer ik teveel ben! Ik ben de laatste om my op te dringenSio transit gloria mundi! zoals wy latinisten zeg gen! Vaarwelhet ga u goed!" schien vergiste ik myHet zou ntet lang meer duren oS lk zou niet meer gelooven, wat ik met myn eigen oogen gezien had. Ik stond op: Doodmoe was ik opeens In ieder geval moest ik nu slapen en niet rondhangen tot er weer ietsging gebeuren. Eigenaardig, dat mfjn angst en het beven van myn ledematen hee lemaal verdwenen waren. Maar het zou wel weer terugkomen. Dat moest wel. Ik moest maar dankbaar zijn voor de vreugde van het laatste uur en den moed, dien ik er uit geput had. Als ik dien eens mocht behouden, tot de heele zaak achter den rug was! O, dat ik ze behouden mocht tot het einde, als myn vijanden my hadden gevondenWant dan zou ik zooveel moed noodig heb ben Het verhaal is nog niet uit, m'sieur, •zei de gohdeller, terwyl hij me by den arm greep. Er is nog een heeleboel te vertellen. Die beroerling van een Bandello krijgt het in rijn hoofd om me by de politie aan te geven Het spyt my, maar ik heb nog een afspraak, zei ik met waardigheid. Ik moet toegeven, dat. uw verhaal buiten gewoon interessant was. Het zou me werkelyk genoegen doen te vernemen, dat het goed afgeloopen is. Staat u mij toe, dat ik iets aanbied? De geschiedenis is nog heelemaal niet afgeloopen, verklaarde de gonde lier. met niet minder waardigheid. Ik zit altyd nog te wachten, hoe dat zaakje verder zal gaan Laat nou op den dag, nadat die idióót in het kanaal gevallen is". Nog een flesch wyn voor meneer her, bestelde ik. enfin, daar komt zijn broer 'ny me en die beweert Maar ik had den man, terwyl hy zat te praten, in den steek gelaten en stond al buiten in het gryze licht van den maannacht, alleen met mijn gedachten. De oude. vale stad 'was kalm en het water kabbelde langs haar eerwaardige, dikke steenen muren. De menschen wa ren al lang naar hun huizen gegaan en sliepen; alleen de katten slopen nog altyd rond. (Wordt vervolgd) Viermaal per week naar New York BINNEN 5 a 10 JAAR VOOR SLECHTS F. 300. Tydens een te Rotterdam voor de R. Graanstudieclub gehouden causerie heeft de heer V. H. L, Dubourq, chef van den Noord-Atlantischen Dienst van de K.L.M., verklaard, dat de K.L.M, in den komenden zo mer in plaats van 2 maal, 4 maal per week op New-York zal gaan vliegen, terwyi men ook zal trachten dezen dienst tweemaal, in plaats van nu eenmaal, op Curasao door te trekken. Wanneer de door de K.L.M. bestelde DC 6's ingezet kunnen worden, zal men dagelijks op New-York gaan vliegen. De Amerikaansche luchtvaarthiaat- schappijen hebben een schema ontwor pen, waarby men 88 vluchten per week heen en weer naar Europa zal kunnen uitvoeren, hetgeen een vervoer van 13.000 passagiers per maand beteekent. Men hoopt, in een tydsverloop van 5 10 jaar den passageprijs van f.950 tot f300 terug te kunnen brengen. DE LUCHTDÏENST AMSTERDAMBATAVIA. De heer Hans Martin, dié binhenkort tot commercieel directeur van defe.L.M. benoemd zal worden, heeft heden aan een vertegenwoordiger van Aneta mee gedeeld, dat de KJL.M. in Augustus van dit jaar Constellations hoopt te gebrui ken voor den dienst tusschen Amster dam en Batavia. De vlucht zal 4 maal per week geschieden en in 2% dag vol bracht worden. Alleen te Karachi zal overnacht worden, waarvoor een hotel met 66 tweepersopnskamers in aan bouw is. SOEKAWATI TE MAKASSAR PLECHTIG ONTVANGEN. De president en de ministers van Oost-Indonesië zyn hedenochtend te Makas-sar op het gemeentehuis plechtig ontvangen. De by eenkomst -werd gepre sideerd door den burgemeester van Ma kassar, Abdoel Hamid Daeng. Na de opening door den burgemeester heeft Soekawati een in het Indonesisch uitge sproken rede gehouden. ONDERDEELEN EERSTE DIVISIE NAAR INDONESIË. „Kota Agoeng" voor het laatst troepen transportschip. Gistermiddag te 4 uur is het ms. „Ko ta Agoeng" uit Rotterdam vertrokken met 898 manschappen van het 4e t/m. 6de escadron pantserwagens, de 8ste en 9de battery artillerie en de, 1ste en 2de sectie mechanische uitrustingen. De „Kota Agóeng" gaat voorloopig naar Southampton; de manschappen worden vervolgens overgebracht naar Aldershot. Midden .Februari gaan zij met een ander schip naar Indonesië. De „Kota Agoeng" keert nog deze week naar Rotterdam terug, hetgeen het ein de beteekent van zyn bestaan als troe pentransportschip. Zy wordt dan weer verbouwd tot snelle vrachtvaarder, MAXIMUMPIJZEN VOOR WINTERGROENTEN. Ingaande Dinsdag a.s. Overeenkomstig de aankondiging, heeft de minister van Landbouw, Vis- schery en Voedselvoorziening thans voor de belangrijkste wintergroenten maxi mumprijzen vastgesteld, welke van kracht worden met ingang van Dinsdag 21 Januari a,s. en gelden voor een pe riode van 14 dagen. De daartoe uitge vaardigde ,',pryzenbeschlkking groente 1947" van den minister regelt de prij zen voor grossiers en detaillisten. De kleinhandelaar mag by thuisbe zorging boven de vastgest elde pry zen ten hoogste f 0 01 per KG. berekenen, voor het snyden van kool ten hoogste f0.03 per KG. en voor het schrappeii' van wortelen ten hoogste f. 0.01 p. KO* kool en wortelen gewogen resp. na het snyden en voor het schrappen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1947 | | pagina 2