Toelichting van de Commissie-Generaal dagblad voor leiden en omstreken telef00d dlrectle cn adminlstratle; 25m1 De Linggadjati-overeen komst Een organisatie tot samenwerking WEERBERICHT Met een enkel woord 85ste Jaargang DINSDAG 10 DECEMBER 1946 No 25954 LEIDSCH^É DAGBLAD Hoofdredactie: B W MenWiorst en J Brouwer. f. 3.30 per 3 maanden; 26 cents per week. Telefoon Redactie: 31507 - Giro no, 57055 De Regeering heeft vandaag aan de Tweede Kamer i overgelegd de ontwerp overeenkomst vin Linggadjati, benevens de door de Commissie-Generaal daarop gegeven toelichting. Het ontwerp zelf is reeds eerder ge publiceerd. Wij laten hier een uittreksel volgen van de memorie: INLEIDING. De Commissarissen-Generaal vertrok ken op 14 September naar Nederlandsch Indië. De Commissie kwam na langdu rige en vaak moeizame besprekingen met de delegatie van de Republiek In donesië tot een basis voor overeenstem ming, neergelegd in een ontwerp-over- eenkomst van 17 artikelen met een slotbepaling) Tot vaststelling van den tekst, waarover door beide delegaties overeenstemming werd bereikt, werd deze ontwerp-overeenkomst op 15 No vember 1946 geparafeerd. Op enkele punten, die zich voor vast legging in deze ontwerf-overeenkomst bezwaarlijk leenden, werdén in den loop der besprekingen tusschen de delegaties afspraken gemaakt, welke als zoodanig in de notulen bindend werden vastge legd en thans in deze toelichting vol ledig zijn verwerkt. Dé publicatie van het basis-accoord, eenige dagen nadat dit was bereikt, bleek noodzakelijk om te voorkomen, dat dit in gedeelten bekend zou worden en, voor zoover onbekend, onnoodig tot ge ruchten en onrust aanleiding zou geven. KARAKTER DER ONTWERP-OVEREENKOMST. Het verdient aanbeveling reeds aan stonds nader in te gaan op de beteekenis van de tusschen beide delegaties bereikte basis voor overeenstemming. Want hier mede wordt naar het oordeel van de Commissie-Generaal, een uiterst belang rijke stap gedaan in de richting, die de regeering, in het voetspoor van de Ko ninklijke rede vart 7 December 1942 en de regeeringsverklaring van 10 Februari 1946, zich heeft voorgenomen in te slaan: de vestiging langs vreedzamen weg van een nieuwe rechtsorde voor Nederlandsch-Indië en de hervorming van het staatsbestel van het Koninkrijk in zijn geheel. Belangrijk is deze stap vooral, om dat vertrouwd mag worden, dat de po litieke en psychologische weerstanden, die tot dusver aan een samenwerking tusschen Nederlanders en belangrijke groepen van Indonesiërs in den weg stonden, hierdoor in aanzienlijke mate zyn weggenomen. Een eerste bijdrage tot het verbeteren van de politieke atmosfeer was aanvan kelijk verkregen door het op 14 October te Batavia genomen, door de bestands - commissie nader uit te werken besluit tot staking der vijandelijkheden. In de gecompliceerde, hier en daar zelfs ver warde situatie op Java en Sumatra die, in het afgeloopen jaar was ontstaan, konden besprekingen over politieke sa menwerking niet met vrucht worden her opend, wanneer de vijandelijkheden van beide zijden over de geheele linie ble ven voortduren. Anderzijds diende men zich te realiseeren. dat zulk een staking der vijandelijkheden slechts het volle effect zou verkrijgen, wanneer ze bin nen niet te langen tijd door een poli tiek accoord zou worden gevolgd. Alleen het in gang zetten van de samenwerking op een gemeenschappe lijke basis voor overeenstemming schept de voorwaarden voor een si tuatie waarin incidenten, die tot ge wapend optreden aanleiding kunnen geven, zullen kunnen worden verme den. In dit verband moet ook gewezen wor den op de bijzondere beteekenis van den datum van 30 November 1946, den dag waarop de gezagsoverdracht van de ge allieerde aan Nederlandsche autoriteiten moest zijn voltooid. Feitelijk beteekende dit de vervanging van Britsche door Nederlandsche militaire gezagsdragers, welke zonder te voren bereikt ac coord een ernstige verhooging van de spanning en dientengevolge vergrooting van de kans op incidenten met moeilijk voorzienbare gevolgen had kunnen te weegbrengen. Indien deze datum1 op dit oogenblik is verschenen zonder dat dit tot een fel en algemeen opvlammen der vijandelijk heden heeft geleid, dan moet dit naar het oordeel van de Commissie-Generaal worden toegeschreven aan het feit, dat vóór 30 November een basis voor over eenstemming was bereikt. Deze bracht een zekere ontspanning te weeg. daar zij het vertrouwen op een uiteindelijk politiek accoord op steviger grondslag plaatste. Door beide partijen werd de groote beteekenis van den 30sten November erkend. De dwingende kracht van de genoemde overwegingen heeft mede het tempo van de werkzaamheden van de Commissie-Generaal bepaald. In deze uitermate gevoelige sfeer had de Commissie-Generaal voor de uitvoe ring van haar opdracht den draad op te vatten, die. ondanks de mislukking van vroegere besprekingen, en ondanks VRIJ KOUD. De Bilt verwacht tot Woensdag avond Meest zwaar beWolkt met hier en daar nevels of mist en plaatselijk eenlgen neerslag. Temperatuur onge veer tusschen 0 en 4 graden, later weer Iets toenemende wind uit Ooste lijke richtingen. de vele dagelijksche moeilijkheden, tus schen de Nederlandsch-Indische regee ring en de leiders van de Republiek bleef gespannen. Het lijdt geen twijfel, dat het persoonlijk optreden van Lord Killearn er in sterke mate toe heeft bijgedragen om den wederzijds leven den wensch tot hervatting der bespre kingen te verwezenlijken. De aard van de politieke besprekin gen, die te doen hadden met de toe komstige structuur van Nederlandsch- Indië en van het Koninkrijk in zijn ge heel en niet met de vervulling van de geallieerde taak in eerstgenoemd gebied, bracht echter mede, dat zij uitsluitend tusschen de Nederlandsche en Indone sische delegaties plaats vonden en dat de verantwoordelijkheid om op dit punt een oplossing voor te bereiden derhalve niet met de vertegenwoordigers van het Britsche Foreign Office kon worden ge deeld. Onder deze omstandigheden stond het reeds bij den aanvang der besprekingen vast, dat gezocht moest worden naar een politieke basis, die het mogelijk zou maken om de noodzakelijke, langs wet- telijken weg tot stand te brengen, her vormingen in het staatsbestel van Ne- derlandsch-Indië en van het Konink rijk in zijn geheel ter hand te nemen in onderlinge overeenstemming over het daarmede te verwezenlijken doel en on der erkenning van de politieke realitei ten, in het afgeloopen jaar in Neder- landsch-Indie gegroeid. Dientengevolge moet het ontwerp, dat aan het resultaat van deze be sprekingen vorm geeft, aan dezen maatstaf worden getoetst. Het kan niet worden gezien als een stuk, dat zelf nieuwe staatsrechtelijke regelin gen vaststelt, doch het geeft aan in welke richting de maatregelen, zon der welke een nieuw bestel niet in het leven kan worden geroepen, zich zul len moeten bewegen. Bovendien bevat het procedure-voor schriften op die punten, welke niet al leen de bij de overeenkomst betrokke nen aangaan, maar die ook beoogen om de overige deelen van het Koninkrijk bij de voorgenomen hervorming in te schakelen. Intusschen brengt de aard van het behandelde onderwerp mede, dat in het ontwerp voortdurend wordt gezinspeeld op een toekomstige rechtsorde, die ver dient te worden verwezenlijkt. Daardoor zou licht het misverstand, als ware enkel door aanvaarding van deze gemeenschappelijke basis, langs niet-grondwettlgen weg een nieuwe rechtsorde geschapen, kunnen ontstaan, wanneer over de beteekenis van het stuk niet reeds te voren volstrekte dui delijkheid bestond. Dit is geen consti tutie, veeleer een beginselprogram. Het is geen juridisch, maar een politiek do cument. Uit zijn karakter volgt zijn onvolledigheid en zelfs zijn vaagheid niet als vermijdbaar gebrek maar als noodzakelijke beperking. Geheel in de lijn van hetgeen hierboven werd uit eengezet bepaalt de ontwerp-overeen komst zich tot het aangeven van het doel waarheen gestuurd moet worden. Doch in politieken zin gaat zij verder. De Commissie-Generaal had, uitgaande van de aanvaarding door de regeering van de politieke realiteit in Neder- landsch-Indië, zich bezig te houden met een situatie en met organisaties, die buiten constitutioneele verhoudin gen waren ontstaan en gegroeid. DE OVEREENKOMST-VORM. De overeenkomst-vorm bedoelt te geven den vorm, waarin de afspraken zUn vastgelegd- Bü deze specifieke beteekenis van den overeenkomst- vorm past ook de figuur, dat in dit stuk de Nederlandsche regeering en de regeering van de Republiek Indo nesië, uiteraard ieder in eigen hoe danigheid, optreden. In het wezen der zaak bevatten im mers de afspraken van 15 November datgene, waartoe de volkeren van Ne derland en Indonesië uitgenoodigd wor den in vrijheid samen te werken, waar toe de regeering der Republiek, als ver tegenwoordigster van een der staatkun dige organisaties in de Indonesische samenleving zich uitdrukkelijk bereid verklaarde. De verzekering van het binnen treden der Republiek in de sfeer van deze samenwerking kan je gens de Nederlandsche regeering niet welsprekender worden gegeven dan door of namens hen, die zich als haay regee ring weliswaar eenzijdig constitueerden, doch door de Nederlandsche regeering als politieke realiteit waren aanvaard, evenzeer als de organisatie, die zij ver tegenwoordigden. BINNENLAND. Het tribunaal te Nijmegen veroor deelde W. P. Klarenbeek, wethouder voor de sport te Nijmegen tijdens de Duitsche bezetting, tot twee Jaar lnterneerlng met aftrek van voorarrest, zoodat hij 1 April 1947 ln vrijheid gesteld zal worden. Bij de laatste uitgifte van tabaks- en versnaperingen- en gemengde kaarten viel wederom een toeneming van de vraag naar de gemengde kaarten te constateeren. Het bijzonder gerechtshof te Roer mond heeft dOD N.SJ3 'er nïr. Louis Pee- ters, tijdenc de bezetting burgemeester van Maastricht, veroordeeld tot 8 Jaar gevangenisstraf, Gistermiddag vond in de universiteit bibliotheek te Amsterdam de overdracht plaats van de bibliotheek van wijlen prof. dr. Leo Polak aan de universiteitsbiblio theek aldaar. Eduard van Beinum is Zondagavond voor den aanvang van een concert, dat hij 1 in Parijs zou dlrigeeren, ziek geworden. Hij heeft het concert niet meer gedirigeerd en werd ln een. kliniek opgenomen, zijn echt- genoote heeft zich gistermiddag per vlieg tuig naar Parijs begeven. Omtrent de reden van zijn opneming in de kliniek ls nog niets definitiefs bekend. Zoo kan, gelet op het bovenstaande, aan de ontwerp-overeenkomst, indien zij aanvaard wordt, een rechtschep- pende werking niet worden ontzegd: zü bevat aanduidingen omtrent den inhoud van een nieuwe rechtsorde en zij schrijft op verscheidene plaatsen voor op welke wijze die nieuwe rechts orde moet worden benaderd. Zalde in dit ontwerp beoogde sa menwerking worden volvoerd langs de wettelijk voorgeschreven wegen en iets anders achtte de Commissie-Gene raal ondenkbaar dan zullen twee dingen onomstootelijk vast moeten staan. Vooreerst, dat de juridische structuur van het Koninkrijk niet verandert, zoolang zij niet langs wettelijken weg gewijzigd is. Het is op zichzelf teeke nend voor de niet steeds redelijke be wogenheid en de heftige emoties, in openbare reacties op de ontwerp-over eenkomst van Linggadjati tot uiting ge bracht, dat deze vanzelfsprekendheid nader moet worden toegelicht: zij blijkt uit het onderscheid, dat het ontwerp maakt tusschen de de facto erkenning van de Republiek in art 1 en de sa menwerking tot vorming van den sou vereinen, democrallschen staat, ge naamd de Ver. Staten van Indonesië in art. 2. Blijkt de juridische handhaving van de rechtsorde van het Koninkrijk vaste steunpunten te vinden in de ontwerp overeenkomst, niet minder duidelijk is het en dat is het tweede punt, dat behoort vast te staan dat het be oogde staatkundige doel alleen bena derd zal kunnen worden, wanneer de Nederlandsche wetgever aan de verwe zenlijking zal willen medewerken, zoo dra daartoe vereischte projecten tot wijziging van het geldend constitutio neel stelsel hem zullen worden voorge legd. POLITIEKE BETEEKENIS DER ONTWERP-OVEREENKOMST. Het accoord laat naar beide zijden eindelijk ruimte aan de geesteshou ding, die moet voeren uit de sfeer van strijd en vijandschap naar sa menwerking en versterking van het wederzijdsch vertrouwen. Het levert een bewijs, dat ondanks de duistere jaren van haatzaaiende Japan- sche propaganda en ondanks de in het afgeloopen jaar verder toegenomen ver vreemding tusschen Nederlanders en Indonesiërs, toch een kiem van het ver trouwen in de eerlijkheid van de weder - zijdsche bedoelingen in het leven is ge bleven, die zorgvuldig beschermd en be handeld, kan uitgroeien tot de innige samenwerking in vrijheid, die de beide delegaties als einddoel voor oogen zweefde. Een teere kiem vooralsnog, die, van beide kanten met een uit nuch- teren realiteitszin voortgekomen zorg, onder de wisselvalligheden van het po litieke klimaat moet worden uitgeplant. Het is juist deze zorg, die dwong tot de grootste zelfbeperking aan beide zij den bij het stellen van richtlijnen voor de nieuwe, nog te verwezenlijken struc tuur. Er zijn in deze eerste proeve dus verscheidene vragen opengelaten, niet omdat daar lichtvaardig overheen ge- loopen is, doch integendeel, omdat op tal van punten de meest bevredigende regeling eerst mag worden tegèmoetge- zien, wanneer de eerste concrete vor men van samenwerking de sfeer van onderling vertrouwenhebben versterkt en uitgebreid. In het licht dezer gedachte moet worden bezien hetgeen de basisovereen komst bepaalt over de organisatie van de Ned.-Indonesische Unie. Door de mogelijkheid open te laten van haar federalistischen opbouw waartoe de opdracht van de Commissie-Generaal ruimte liet en niet een unitarischen opzet dwingend voor te schrijven, wordt bevorderd, dat de maximum bereikbare samenwerking langs natuurlijken weg, immers door den uit wederzijdsch ver trouwen voortgekomen wensch van par tijen. tot stand komt. De Commissie-Generaal heeft volle dig begrip voor de groote moeilijkhe den, die ook haar wederpartij in deze basisovereenkomst in eigen kring moet overwinnen om den weg der samenwer king ongehinderd te kunnen afleggen. Zij spreekt daarom als haar oordeel uit, dat indien by aanvaarding van de ontwerp-overeenkomst op de ge boden basis kan worden voortge- werkt, er met grooten ernst voor ge waakt zal moeten worden, dat de op rechtheid van de bedoelingen der regeeringen niet door het onverant woordelijk optreden van enkelingen, zoo militairen als burgers, in de da gelijksche verhoudingen in Indonesië en in Nederland in twijfel zou kunnen worden gesteld. Maar zij is tevens voortdurend uitge gaan van de stelling, dat ook na de aanvaarding van de ontwerp-overeen komst gewaakt moet worden met alle middelen, waarover de regeering be schikt, voor het geestelijk en lichame lijk welzijn van al diegenen, onverschil lig van welken landaard of nationa liteit, die de bescherming van hun be langen van tie Nederlandsche regeering rekenen te mogen verwachten. Alleen onder de volledige aanvaarding door de Republiek van dezen plicht der regee ring verklaarde de Commissie-Generaal zich bereid tot het parafeeren van den tekst van deze ontwerp-overeenkomst. De Commissie-Generaal meent, dat op het formeele gedeelte dezer opmer kingen de conclusie past, dat in de ont werp-overeenkomst van Linggadjati zijn vereenigd de eerbiediging van de thans bestaande wettelijke en de aan vaarding van de feitelijke verhoudin gen. En ten andere meent zij, dat de eenige basis voor de samenwerking in vrijheid: die in de hervorming van het Koninkrijk straks haar staatsrechteiy- ken grondslag zal vinden, thans kan zijn gelegen in het wederzijdsch ver trouwen op een eerlijk benaderen van het gestelde doel. DE VER. STATEN VAN INDONESIË Krachtens art. 2 zullen de Ned. re geering en de regeering van de Repu bliek samenwerken tot een spoedige vestiging van een souvereinen, demo- cratischen staat op federatieven grond slag, genaamd de Ver. Staten van In donesië. Deze gedachte, de omvorming van Ned.-Indië tot een federatieven staat, welke valt terug te vinden in de re geeringsverklaring van 10 Februari 1946 en welke sindsdien bij verschillen de gelegenheden is herhaald, verkreeg vorm in de resoluties van de conferen tie te Malino. Juli 1946. Zij wordt, zoo wel van Nederlandsche als Indonesische zyde, vrij algemeen aanvaard. De strek king is, te verzekeren dat binnen de staats- en volkenrechtelijke eenheid van het land voldoende ruimte blijft voor staatkundig eigenmeesterschap der naar aard en behoeften onderscheiden gebiedsdeelen en volksgroepen. De Commissie-Generaal was by de politieke besprekingen met de Indo nesische delegatie uitgegaan van de vorming in samenwerking van „een vrijen, democratischen staat op fede ratieven grondslag". In den loop der discussies bleek, dat aan Indonesische zijde bijzonder waarde werd gehecht aan de vervan* ging van het woord „vrij" door „sou- verein", ten einde de positie van den nieuwen staat zooveel mogelijk relief te geven en de gelijkwaardigheid te onderlijnen. Hiertegen bestond bij de Commissie-Generaal geen overwegend bezwaar, daar dit cenerzijds de logi sche consequentie van de gedachte gelijkwaardigheid vormt en ander zijds het overkoepelend verband in den vorm van de Nederlandsche Unie, waarin een beperking van de souve- reiniteit der samenstellende deelen is gelegen, op dat oogenblik door de Indonesische delegatie reeds was aan vaard. In art. 3, hetwelk bepaalt, dat de Ver. Staten van Indonesië het geheele grondgebied van Ned.-Indië zullen om vatten, is een uitzondering gemaakt voor het geval de bevolking van eenig gebiedsdeel, ook na overleg met de an dere gebiedsdeelen, langs democrati schen weg, dus vrijelijk en zonder dwang, den wensch uitspreekt niet of nog niet tot de Ver, Staten van Indonesië toe te treden, in dat geval kan voor dit gebiedsdeel een bijzondere verhouding tot deze staten en tot het Koninkrijk in het leven worden geroepen. De uit zondering is noodig, omdat reeds is ge bleken, dat de bevolking van bepaalde eilanden de voorkeur geeft aan een hechter band met Nederland. De Commissie-Generaal ontveinst zich niet de bezwaren, die voor een ge bied als Nieuw Guinea kunnen voort vloeien uit de consequente toepassing van de art. 3 en 4 van de ontwerp overeenkomst. Deze bezwaren kunnen van zoodanigen aard blijken te zijn, dat het bij de uitwerking geboden is in na der overleg te treden omtrent de mo gelijkheid om aan Nieuw Guinea een bij zonderen status te verleenen op een andere basis dan in de artP3 en 4 is voorzien. Bij de vorming der Ver. Staten yan Indonesië is gedacht aan een consti- tueerende vergadering, waar naast de toekomstige deelstaten ook de minder heidsgroepen vertegenwoordigd zullen zijn waarbij de Ned. regeering mede voor dit laatste een speciale verantwoor delijkheid draagt. Bij deze constitueerende vergadering zal de Ned. regeering niet mee beslis sen, maar zij zal krachtens haar ge handhaafde souvereinitelt zoolang de nieuwe souvereine staat nog niet ge vormd is, de procedure bepalen, waarbij zij uiteraard zal samenwerken met de Republiek en met de overige belang hebbenden. Deze basis-overeenkomst was niet de plaats om voorschriften op te nemen over de organisatie van de regeering der federatie, haar bevoegdheden en haar plaats tegenover een federaal vèr- tegenwoordigd lichaam. DE NED.-INDONESISCHE UNIE. Hervorming van de structuur van het Koninkrijk od zoodanige wijze, dat daarin het volledig deelgenootschap van Nederlandsch-Indië op basis van ge lijkwaardigheid met Nederland en van vrijwillige samenwerking tot uitdruk king wordt gebracht, sluit onderschik king van Indonesië aan Nederland uit. In haar consequente toepassing, be tee kent deze hervorming, dat de deelgenoo- ten naast elkaar gesteld worden in een gemeenschappelijk verband en dat de eenheid tusschen de samenwerkende landen allereerst wordt gewaarborgd, omdat het hoogste gemeenschappelijk gezag in de Kroon ligt verankerd. Hoe dat gemeenschappelijk verband er in feite zal gaan uitzien, kan thans nog slechts in voorloopige lijnen worden ge- teekend, omdat de overeenkomst met de Republiek niet kan en mag vooruitloo- pen op beslissingen te dezen aanzien, die alleen in volledig overleg met alle betrokken partijen, dus ook de andere toekomstige staten van Indonesië, als mede Suriname en Curasao mogen wor den ontworpen en die de medewerking van de Staten-Generaal behoeven. Over de wijze waarop de Ned.-Indone- sische Unie gevormd wordt bevat het basis-accoord een belangrijke bepaling in art. 6, lid 1, tweede zinsnede. Hierin Immers ligt de erkenning, dat de Ne- derlandsch-Indonesische Unie door om zetting van het Koninkrijk ontstaat. En al zal het resultaat van deze hervorming neerkomen op de vereeniging in één ver band van twee vrije staten, de wijze waarop dit resultaat verkregen wordt geeft aan. hetgeen in het algemeene ge deelte dezer toelichting reeds werd ver klaard, nl. dat het proces in tijdsorde niet gesplitst kan worden in twee dee len, waarbij de vorming van den nieu wen souvereinen staat vooraf gaat aan de intrede van dien staat in de Unie. Dat de Nederlandsch-Indonesische Unie gevormd wordt ter behartiging van de gemeenschappelijke belangen van Ne derland en Indonesië drukt duidelijk uit, dat in beginsel de Unie niet treedt in de sfeer der interne aangelegenheden der beide landen, maar verzekert an derzijds, dat elk onderwerp, indien bel de landen daartoe termen aanwezig ach ten, op het niveau der Unie kan wor den behandeld. DE KROON. Aan de bepaling van art. 8, krach tens welke de Koning der Nederlan den aan het hoofd der Ned.-Indonesi sche Unie staat, is uiteraard vastge houden ondanks ernstige bezwaren van Indonesische zijde, die hiervan bij hun landgenooten den indruk vrees den, dat inwezen de oude verhoudingen niet zouden veranderen. In de handhaving van het opperge zag des Konings is de meest wezen lijke waarborg gelegen voor de besten diging van den band tusschen beide volkeren. Opengelaten is de vraag, in hoe verre het Koninklijk oppergezag zal doorwerken in de hoogste leiding van de Ver. Staten van Indonesië. Waar het onderscheid' tusschen den consti- tutioneelen Koning in Nederland en den Koning krachtens het statuut van de Nederlandsch-Indonesische unie gedurende de besprekingen aan de Indonesische zijde nog geen vast om lijnd begrip was, viel het voor de In- üonesiërs moeilijk met de gelijkwaar digheidsgedachte overeen te brengen, op dit punt reeds thans een regeling te aanvaarden. Volledigheidshalve moge er op wor den gewezen, dat de Hooge Commissa rissen, vermeld in art. 9 van de basis overeenkomst, geen unie-organen zijn, doch representanten van de onderschei den belangsferen van Nederland en In donesië. ANDERE ASPECTEN. Hierbij valt te denken aan de sociale en cultureele aspecten, de economische en financieele, terwijl ook de militaire aspecten dienen te worden vermeld. Omtrent de eerstgenoemde de so ciale en cultureele aspecten zal men in de ontwerp-overeenkomst zel ve geenerlei bepalingen vinden, behnl- «e een aanduiding in artikel 10 vnn eenige onderwerpen, welke het statuut van de Nederlandsch-Indonesische Unie zal moeten bevatten. Daaronder wordt sub b vermeld de we- derzijdsche uitoefening van 't staatsbur gerschap door Nederlandsche en '<ndo- nesische staatsburgers, waarmede een regeling beoogd wordt, waardoor veer Nederlandsche en Indonesische staats burgers de uitoefening van de burger schapsrechten over en weer volledig wordt gewaarborgd, geheel in overeen stemming met de regeeringsverklaring van 10 Februari 1946 Voor de verweaen- .lijking van deze regeling staan versctiil- len wegen open. By de wederparty bestaat het ver langen naar een innig cultureel con tact. Groote belangstelling bestaat voor alles wat in Nederland op ver schillend gebied wordt gepubliceerd. Het kan dan ook van uiterst belang beschouwd worden, zoo spoedig moge- Ujk de gelegenheid te scheppen hier van kennis te nemen. Dit basis-accoord, dat op zichzelf een noodzakelijke bydrage levert voor de hervatting der cultureele betrekkingen tusschen beide volkeren, vormde echter niet de plaats om deze onderwerpen te regelen. In het statuut van de Neder- lahdsch-Indonesische Unie zal, gelijk uit art. 7 lid 3 bhjkt, dit punt worden uitgewerkt. Ditzelfde geldt voor de economische en financieele aspecten, welke in den loop der onderhandelingen wel ter spra ke zijn gekomen, doch in deze basis overeenkomst geen regeling hebben ge vonden behoudens het bepaalde in art. 14. Bij de totstandkoming dezer bepa ling is duideüjk gebleken, dat de Repu bliek de vrijheid van handel en bewe ging wil waarborgen en bereid is niet slechts de Nederlandsche ondernemin gen, doch de Nederlanders in het alge meen. in een begunstigde positie te brengen. De Republiek zal haar volle mede werking verleenen, opdat de schul den en verplichtingen te zyner tyd door de te formeeren Ver. Staten van Indonesië zullen worden overgenomen De militaire aspecten worden in art 16 aangeraakt, alwaar overleg omtrent samenwerking op dit gebied wordt voor geschreven. De moeilijkheden, welke op dit terrein zijn gelegen, kunnen be zwaarlijk worden overschat. De erken ning van het besluit van samenwerking dient echter vooraf te gaan aan de po gingen, om deze moeilijkheden te over winnen. De Regeeringsverklaring. Voor de hedenmiddag door minister Jonkman afgelegde regeeringsver klaring zie men pag. 3 van ons Blad, DE OVERGANGSPERIODE. Tusschen de aanvaarding van dez« basis-overeenkomst en de totstandko ming van de Ver. Staten van Indonesië ligt een periode, waarin in Nederland en in Indonesië het hervormingswerk moet worden gereed gemaakt. Het ls politiek en economisch noodzakelijk om deze periode, gedurende welke de nieu we rechtsorde nog slechts in uitzicht is gesteld en zoodoende nog niet kan die nen als vast fundament voor den ge- meenschappeiyken opbouw, zoo kort mogelijk te doen zijn. Anderzijds zal deze tyd ruim genoeg moeten zijn om de zeer uiteelneide juridische en ad ministratieve hervormingen te kunnen voorbereiden. In politiek opzicht bestaat daarenbo ven de noodzaak, om by de te volgen procedure in den overgangstijd ten vol le rekening te houden met de weder partij in deze basisovereenkomst, de re geering der Republiek, waarmede no pens een groot deel der hervormingen tevoren overleg moet worden g=» r »erd. Hetzelfde zal trouwens -moeten geschie den met de andere partijen, die bu de vorming van de nieuwe rechtsorde in Indonesië zijn betrokken. In dit verband komt aan art. 15 der ontwerp-overeenkomst nog op een ander punt byzondere beteekenis toe. Van de zijde der Republiek werd als een alge meen bezwaar tegen het gevolgde be ginsel ingebracht, dat zy, juridisch ge zien, zou hebben terug te treden ln de bestaande rechtsorde om daaruit eerst later bij het v.erstryken van den over gangstijd. in het kader van de gewijzig de structuur van het Koninkrijk, weer te voorschyn te komen. Dit zou voor de regeering der Republiek politiek onaan vaardbaar zijn, indien niet in de basis overeenkomst zelve de mogelijkheid zou worden geopend om aanstonds langs wettelijken weg haar positie relief te geven. Zy dacht daarbij in het bijzon der aan de aanwijzing van eigen bul- tenlandsche vertegenwoordigers. Het resultaat van de uitvoerige besprekingen over deze aangelegenheid werd ten slot te vastgesteld in een brief d.d. 20 No vember 1946 van den voorzitter der Commissie-Generaal aan den voorzitter van de Indonesische delegatie van den volgenden inhoud: „In aansluiting op ons onderhoud van hedenmorgen bevestig ik u, dat art. 15 der ontwerp-overeenkomst na haar on- derteekenlng aldus kan worden uitge legd. dat. waar noodig. allereerst in de nabuurstaten, Indonesiërs in den bui- tenlandschen dienst worden opgenomen, op voordracht van de Republiek Indo nesië". Het is wel duidelijk, dat de periode, die hier als overgangstyd wordt aan gemerkt, iets geheel anders is dan het geen in punt 15 van de regeeringsver klaring van 10 Februari j.l. als zoodanig werd vermeld. De overgangstyd, na verloop waar van over het al of niet verder samen gaan van Nederland en Indonesië be slist zou moeten worden, is ln de basis-overeenkomst niet aanwezig en daarmede is de tydbom weggenomen, die een blyvend samengaan bedreig de en door die bedreiging ook de ma te van samenwerking in die over gangsperiode noodzakelykerwys op voor den uitslag noodlottige wijze zou hebben beïnvloed. Wat nü als overgangsperiode wordt aangeduid, beslaat niet meer maar ook niet minder tijd dan die voor het technisch herzienlngswerk noodig is. Om verschillende redenen heeft de gedachte post gevat reeds ln de basis overeenkomst een tydstip te noemen, dat beschouwd kan worden als de grens, waarvan belde partijen de in achtneming zullen nastreven. Voor deze aldus in tyd begrensde periode blijft juridisch de bestaande rechtsorde over het gebied van Ned.- Indië gehandhaafd, ook al zal met het de facto erkende gezag der Re publiek over Java, Madoera en Su matra voortdurend overleg noodig zyn. Dit betreft reeds dadelyk de thans door Nederlandsche troepen bezette gebieden. In deze gebieden zal de re geering niet zonder de meest strikte waarborgen voor de verzorging van de aan haar toevertrouwde belangen, kunnen overgaan tot eenigen maat regel, die een vermindering zou be- teekenen van haar vermogen om deze belangen veilig te stellen. EEN ARBITRAGE-REGELING. Ten einde nu alles wat in deze over gangsperiode in Indonesië moet wor den verricht te leiden en te bewaken, meent de Commissie-Generaal, dat het de meest doelmatige weg is het mogelyk te maken om een daartoe aan te wyzen instantie met de noodige be voegdheden te bckleeden. Dit denkbeeld sluit tevens aan op de in art. 17 der basis-overeenkomst voor ziene Nederlandsche delegatie, welke te zamen met een Indonesische dele-° gatie een organisatie zal vormen, waarin de in de basis-overeenkomst beoogde samenwerking tusschen de Nederlandsche regecring en de regee ring der Republiek, is belichaamd. D? arbitrage-regeling ls overigens uit sluitend voor deze overgangsperiode en uitsluitend voor deze overeenkomst en de daarby betrokken partyen. Deze ver mogen uiteraard anderen niet te bin den. Dit beteekent ook. dat de arbitrage- afspraak niet betrekking heeft op de krachtens de overeenkomst in het leven te roepen instellingen, zooals constitu- eerende vergadering en Unie-conferen tie. By de toekenning van gelyk gezag aan den Nederlandschen en den Indonesi- schen tekst van het ontwerp, gelijk in de slotbepaling is geschied, valt in aan merking te nemen, dat deze verzwak king der rechtszekerheid is aanvaard eenerzyds omdat hier voor de weder party een moeiiyk aantastbaar orestige- punt lag en anderzijds omdat de gang van zaken heeft meegebracht, dat de Nederlandsche tekst de discussies be- heerschte, zoodat ten slotte de Indone sische tekst uit den Nederlandschen is ontstaan. Het ligt daarom voor de hand. Indien uitlegging noodig biykt, van den Indonesischen tekst naar den Neder landschen tekst terug te gaan. De distributie van turf zal met In gang van 1 April worden opgeheven. De senaat van de Technische Hooge- school te Delft heeft besloten den heer A. Plesman. president-directeur der KLM het eere-doctoraat ln de technische weten schappen te verleenen. De eerepromotie zal plaats hehben op Woensdag 8 Januari a.s. te Delft. Als promotor van den heer Plesman zal op treden prof dr. Ir H J. van der Maas. BUITENLAND. Het uitvoerend comité van het wereldverbond van vakvereenlgingen heeft het secretariaat van het verbond opdracht gegeven ln ondei handeling te treden met de Grleksche regeering om te pogen het recht van Grleksche vakvereenlgingen, zonder belemmeringen te kunnen functio- neeren, zeker te stellen. Doordat een arbeider een handgranaat heeft laten vallen, zijn ln een Chlneesche opslagplaats in het district Klangwan 25 30,000 bommen en granaten tot ontplof fing gekomen. 12 uur lang woedde een enorme brand. Een aantal personen werd gewond, de materleele schade wordt or mlllioenen Chlneesche dollars geschat. Tijdens het Zionisten-congres te Basci zal in Palestina de terreur stil staan, zoo ls door de terreur-groepen daar besloten. De geallieerde autoriteiten hebben Italië toestemming gegeven tot het bou wen van het grootste viermotorige vlieg tuig, dat zij ooit „op stapel" heeft gezet naar het ontwerp van Ingenieur Fillppo Zappata. Het plan bestaat, een reeks van zes van deze vliegtuigen te bouwen voor den trans-atlantlschen dienst van de Itallaansch^uchtvaartmaatschappiJ na de onderteekenlng van het vredesverdrag. De sleepbootbemanningen ln de haven van Londen zijn ln staking gegaan. ZIJ elschen een loonsverhooglng van 5 shiling als tegemoetkoming voor het tijds- verlles dat zy HJden, wanneer zl| zich aan boord moeten begeven, terwijl hun schip op de rivier, voor anker ligt. Sommigen moeten meer dan twee uur reizen alvorens zij aan het werk kunnen gaan. De kosten van het levensonderhoud zyn ln Dultschland gedurende het Jaar, geëindigd op 30 September, met 15 pet. gestegen. Volgens de New York-Tlmes hebben de communistische autoriteiten van Charbln ln Mandsjoerye geweigerd den \inerikaanschen cónsul-generaal aldaar, toestemming te verleenen tot het uit oefenen van zijn functie. Als reden werd opgegeven „de huidige politiek van de Vereenlgde Staten tot het verschaffen van hulp aan generaal Tsjang-kai-sjek voor het voeren van burgeroorlog".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1946 | | pagina 1