Succesvolle afweer in het Oosten. overwegende deel zich er reeds yan bewust zou zijn, dat het na tionaal socialist is of - diende te zijn, dan zouden de zaken <€r an ders voorstaan. Maar op één ding komt het niet aan, op de gelijk schakeling. Wanneer een overi gens zeer goede ambtenaar tot mij komt met de verklaring dat in zijn werkkring alles reeds pre cies zoo is als Dij ons, dan klop ik hem op den schouder en zeg hem, dat hij het heel braaf, maar niet verstandig gemeend heeft. Het is onze taak ervoor te zorgen, dat in dit land alles goed en voor ons overzichtelijk verloopt, dat voorts nergens bewegingen van verzet ontstaan en dat wij adviezen uit de door de zoo oneindig leed ver kregen ervaringen aan de Neder landers willen mededeelen. Maar hetgeen dan gebeurt, moet van Nederlandschen geest en leven vervuld worden. Immers ook de Nederlanders zijn een moedig volk, dat zich niet laat buigen. De Nederlanders moeten uit eigen ervaring in volle vrijheid het nationaal-socialisme binnen- groeien (bijval) DE STRIJD IN HET OOSTEN Wij bevinden ons in een zwaren strijd. Ik wil zonder meer toege ven, dat het veel mooier zou zijn, wanneer wij nog in Stalingrad stonden, in El Alamein en in Tu nis. Dat wij daar niet meer zijn, vindt zijn oorzaak in de omstan digheid, dat wij onze fronten moeten inrichten volgens onze militaire krachten en mogelijk heden. Dat geldt speciaal thans voor het Oostelijk front. Van de bosjewisten kan erkend worden,- dat zij over bepaalde resultaten kunnen spreken. In militair op zicht zijn ze allen anderen ver vooruit en wanneer het Duitsche zwaard de bolsjewisten niet te genhoudt, dan bestaat er prac- tisch geen militaire macht ter wereld meer, die hen zou kun nen tegenhouden. Maar waar het thans om gaat, is het volgende: wij moeten de historische taak, die wij altijd vervuld hebben, weer vervullen. Het is niet onze eerste taak dit of dat gebied te winnen, maar de voornaamste historische taak is den vloed uit het Oosten tegen te houden en het essentieele is, dat^het Duitsche front in het Oosten stand houdt. Wij hebben immers door de successen in de jaren 1941 en 1942 het gebied veroverd, dat ons de mogeiijKheid geeft om deze eerste en belang rijke taak te vervullen Deze taak vervult ons front, vervullen onze soldaten en de vrijwilligers uit de Germaansche landen in hun gelederen. Kameraden: wellicht zult u dan zeggen: ja, maar hoe staat het thans met de voedselvoorziening? In de eerste plaats zijn de gebie den, die wij in het Oosten bezit ten, het geheele Westelijke deel van de Oekraine, nog zeer groot en bij intensieve bewerking brengt het zeer veel op. Wij hebben dit jaar een goeden oogst gehad en het volgend jaar' zal O. L. Heer ook nog iets laten groeien. Wan neer men dat bij elkaar legt, zijn de volgende twee jaren van dezen kant in ieder geval gewaar borgd, dat wil zeggen onze tegen standers kunnen niet hopen; dat zij ons van hieruit gezien zullen dwingen om in het jaar 1944 of 1945, dat zouden derhalve twee volle jaren zijn, op de een of an dere wijze toe te geven. Ik geloof, dat het een vervloekt onaange naam vooruitzicht voor onze te genstanders is. wanneer zij tot zichzelf moeten zeggen, dat zij minstens nog twee jaar lang oor log moeten voeren. Ons schrikt dat niet af, wij voeren dezen oor log ook nog zeven, en zoo noodig, tien jaar omdat wij dezen oorlog zullen voeren zoolang wij worden aangevallen. Kameraden: een wereldoorlog is een wereldgericht en wanneer men in het vijfde jaar van een zoodanig gericht staat, beginnen de bekentenissen. Moskou is een groote bekentenis. Vragen wij ons eens *f wat onze tegenstanders in Moskou toch willen bereiken. Wat wilden de bolsjewieken? De pri maire behoefte van de bolsjewie ken is, dat Engeland en Amerika eens werkelijk met den oorlog be ginnen en militaire acties onder nemen. Al het andere is den bolsjewieken onverschillig. Wan neer het hun mogelijk is met be hulp van de Engelsche en Ameri- kaansche soldaten Duitschland en het nationaal-socialisme neer te •lian, kunnen zij den anderen be loven wat zij willen, de vrucht valt toch vanzelf in hun schoot. Het tweede is, dat de bolsjewie ken zich er voor geïnteresseerd hebben om overal te kunnen mee praten, waar de andefen beraad slagen. De onderscheidene ge sprekken, die onder vier oogen tusschen Churchill en Roosevelt hebben plaats gehad, zijn hun niet aangenaam- Daar willen zij bij zijn. En wat willen de ande ren? Dien gaat het er vooral om, dat de bolsjewieken doorvechten- Maar in hun eigen gelederen wordt het dringen steeds grooter. Ook hier in Nederland zijn er im mers menschen, die hun hoop stellen op de overwinning van de anderen. Maar ook over hen komt een zekere onrust. Waar zullen de bolsjewieken blijven staan, wan neer er eenmaal een opmarsch naar het Westen zou ontstaan. Voor dit dringen een afbakening te vinden, dat was het primaire dat voor den heer Roosevelt en den heer Churchill aanleiding was toe te stemmen in een zoo groote deemoediging, die reeds daarin gelegen Is, dat zij hun eer ste medewerkers nl. hun ministers van buitenlandsche zaken, naar Moskou stuurden. Op zichzelf is dit reeds zeer opmerkelijk. Daar bij hadden zij nog een ander plan In Italië is het wel niet heele- maal zoo afgeloopen als zij wil den. Integendeel, van onzen kant uit gesden, wordt Italië langzaam een activapost, in ieder geval ac tiever dan het vroeger schijnbaar actief was. Maar*zij hebben er op gerekend, dat het wellicht moge lijk zou zijn den een of an der van onze bondgenooten uit onze gelederen weg te halen. Dat zou om met een op zich zelf toch kanslooze propaganda te kunnen beginnen echter alleen kunnen op voorwaarde, dat zij in een grootscheepsche en plechtige verklaring die niet alleen door Roosevelt en Chur chill, maar ook door Stalin on derteekend is, zouden kunnen zeggen: Ge hebt uw zelfstandigheid be houden, ge wordt niet door de bolsjewieken opgeslokt. Dat was het politieke doel en de bedoe ling waarmede de heeren daar heen gegaan zijn. En nu kame raden. u weet welk resultaat daaruit is voortgevloeid. Waar schijnlijk afspraken over militaire ondernemingen. Dan hebben de bolsjewieken dus reeds wat zij hebben willen. Vooral zijn dê bolsjewieken echter in de z.g. commissie voor Europa te Londen met een eigen man vertegenwoor digd waardoor thans de bijzonder heid ontstaan is, dat over Europa een orgaan beslissen zou, waar in in het geheel geen Europeanen zitting hebben. Want de Engel- schen kan ik thans niet meer als Europeanen betitelen en de Ame- rkanen en de bolsjewieken zijn het niet. Maar in ieder geval zijn de bolsjewieken daarin vertegen woordigd en de uitwerking die de deelneming van de bolsjewieken aan een zoodanig orgaan met zich meebrengt, zien wij reeds in Italië en in de Middellandsche Zee. Heden heb ik juist gelezen, dat een communist benoemd is tot commissaris van Algiers en ook tot burgemeester van Napels werd een communist benoemd. Uiter aard zijn de bolsjewieken veel actiever: zij zien de Engelschen en Amerikanen gladweg over het hoofd en zij zullen de volksmassa's daar meesleepen. Het is den bolsjewisten volko men voldoende, dat zij daar de handen in het spel hebben. Maar juist de oplossing van de vraag, die voor de anderen belangrijk is, n.l. de afbakening der belangen- gebieden hebben de anderen niet bereikt. Daarom is Moskou een volmaakte politieke nederlaag van de Engelschen en Amerikanen. GRUWELPROPAGANDA. Altijd wanneer men zich iets heeft voorgenomen én het lukt niet, heeft men de behoefte dit te camoufleeren en in een nevel te hullen. De nevel heet „gruwelen der Duit sche soldaten" en „onafhankelijk heid van Oostenrijk". Kameraden, ik heb mij afgevraagd wat wil men eigenlijk met deze gruwelpro paganda bereiken? Met deze gru welpropaganda is door de Engel schen aangeduid, dat de 12.000 Poolsche officieren van Katyn z.g. door de Duitschers zijn vermoord. Deze verklaring is zoo dwaas, dat Moskou daar niet aan mee doet, maar beweert: neen, geen Poolsche officieren, maar Itali- aansche officieren zijn in Italië vermoord. Waarschijnlijk zullen dus de Engelschen en Amerika nen thans er naar moeten stre ven voldoende vermoorde Itali- aansche officieren te leveren. Maar wat is er op eens met dit Katyn aan de hand? Waarom komt dat plotseling in het debat? In Moskou was ten slotte niet alleen de mooie Engelsche minis ter van buitenlandsche zaken aanwezig, doch daar waren bo vendien nog lieden, aan wie men eenig verstand k an toekennen. Daaruit concludeer ik het vol gende: 1. Deze moord der bolsjewisten te Katyn drukt de Engelschen zóó zwaar, dat zij hun landge- nooten op de een of andere wijze willen voorspiegelen, dat het niet de bolsjewieken zijn ge weest, maar die slechte Duit schers. En het tweede is: deze gruwelpropaganda heeft geen' uitwerking, waar de Duitsche soldaat zich bevindt, want de be volking kent den Duitschen sol daat. Een bezetting is nooit aan genaam, zij is altijd zwaar en drukkend. Maar ik geloof, dat het thans bepaald wereldhisto risch bewezen is, dat van alle bezettingen, die van den Duit schen soldaat de humaanste en de rechtvaardigste is. Dat kan men gerust zeggen. Maar blijkbaar is het nu zoo, dat de oor logsmoeheid in Engeland reeds zoo groot is, dat men weer de afgehakte kinderhandjes moet te voorschijn halen om daar weer eenige nieuwe geestdrift voor de zen oorlog te wekken. Dit is dus de eerste nevel. DE ONAFHANKELIJKHEID VAN OOSTENRIJK. De tweede nevel is de z.g. on afhankelijkheid van Oostenrijk. Het is voor mij eenigszins moei lijk met ondeskundigen te spreken over dit gebied en ik moet zoowel den heer Eden als ook den heer Molotof en den heer Hull in ver houding tot mij en tot mijn ka meraden ondeskundigen noemen. Want zij weten immers heelemaal niet, dat Oostenrijk en de Oost mark in wezen slechts uit het Duitsche volk en uit het Duitsche Rijk zijn ontstaan en dat de mis sie van Oostenrijk slechts bestaan heeft in de functie van Oostmark voor het Duitsche Rijk. Dat dit Oostenrijk slechts in het korte tijdsbestek van 1866 tot 1938 geen bestanddeel van het Duitsche Rijk of den Duitschen bond vormde, dat weten zij natuurlijk ook niet. Ik neem het hun ook niet kwa lijk. Ik neem alleen kwalijk, dat zij in deze aangelegenheid willen meespreken. Hoe zouden deze heeren 'dan ook weten, dat Oos tenrijk reeds- een belangrijk func tiegedeelte, ja zelfs het centrum en den drager der kroon van het Duitsche Rijk geherbergd heeft in een tijd, toen aan gene zijde in Amerika de roodhuiden nog vreedzaam rondtrokken op hun prairiën, en nog geen idee bestond van de tegenwoordige Amerika nen, toen iy Moskou nog de be ren en wolven rondliepen, maar toen er nog geen menschen wa ren en toen aan de overzijde in Engeland de grooten elkander wederkeerig in de wreedste ge vechten afslachtten en juist be gonnen hun koningen te onthoof den, toen Duitschland reeds een geordend rijk was, dat voor de geheele wereld een orde en een kracht en een sterkte-beteekende. DUITSCHLAND BLIJFT ÊÈN. Eeii" ding zou ik willen zeggen: Laat niemand aan de Duitsche eenheid raken. De Duitsche een heid is het resultaat van een hon- derd-veelhonderdjarige smartelij ke geschiedenis. Millioenen men schen zijn er voor gevallen. Voor millioenen menschen was het de laatste troost te sterven voor de Duitsche eenheid. Die leveren wij niet uit. Wy vechten ons door iedere hel heen, ook al is het het bolsjewisme, maar Duitschland blijft één. Kameraden, men spreekt er vaak over, dat het jaar 1943 een parallel zal vormen met het jaar 1918. Ik wil u geheel openhartig iets zeggen: wanneer het Duitschë volk thans in de situatie geweest zou zijn van 1918, weet ik niet, hoe de zaak met Italië zou zijn afgeloopen. Vooral zou die mili taire energie ontbroken hebben om de zaak terstond een omme keer te doen ondergaan. Wellicht zou ook een zekere innerlijke ge schoktheid ontstaan zijn. Maar dat is nu juist het verschil, dat het tegenwoordige Duitsche volk niet meer het volk van 1918 is, omdat het sindsdien een ijzeren vastberaden leiding heeft gekre gen. Er zijn immers thans in het geheel geen bezwaren, geen rem mingen, geen weerstand voor de leiding en voor het Duitsche volk om dezen strijd tot het laatste te doorstaan, want het is volkomen onverschillig, wat na ons komt, wanneer wij er niet meer zijn. Het is alleen belangrijk, dat wij volhouden en da^wij overwinnen. Dat is het eenige, wat ons leidt. Maar, kameraden, wij hebben voor de geschiedenis van het Duit sche volk iets goed te maken, dat is November 1918 en wij zijn ge lukkig dat dezelfde generatie dat nog^.goedmaken kan. Ziet gij, of schoon de toestand toch geenszins gemakkelijker is geworden, is toch de houding rustig, beheerschter en sterker geworden. Het wordt het Duitsche volk thans bewust, dat het juist ook een situatie van 1918 kan overwinnen en meester wor den en dit innerlijke bewustzijn is het groote politieke keerpunt in dezen oorlog. November 1943 is het keerpunt waarop wij tot ons zelf zeggen: neen, ons kan nie mand er onder krijgen. Wat in 1918 bestond, was een situatie, die wij thans in 1943 meester kunnen worden. Ik ben slechts nieuwsgierig, wat onze tegenstanders nu met 1944 zullen aanvangen. Zij moeten dan aan het jaar 1919 denken, maar daar zijn zoo heelemaal geen parallellen te vinden. Wij echter zullen hun thans dagelijks bewij zen en onzen landslieden duidelijk maken, welk een afschuwelijk ver raad in 1919 heeft plaats gevon den, hoe het Duitsche volk goed- geloovig is ingegaan op de 14 punten van den heer Wilson en hoe 'een smadelijke vernietigings- vrede daaruit is voortgekomen. Dagelijks zullen wij hun zeggen hoe deze communisten, joden en vrijmetselaars bij ons gewoed heb ben en dan steeds zeggen; nu, Duitsch volk, wilt gij dit nog maals hebben? Of gij daar aan de overzij, gij Amerikanen en Engelschen, gelooft ge, dat wij jullie nogmaals geloof zullen schenken? Voor ons is er maar één ding, dat is de beslissing van het gevaar. Wat gij daar in Mos- kou doet. dat is ons onverschil lig dat interesseert ons he*ie- maal niet. Ons heeft het veeleer geïnteresseerd, dat wij Kief heb ben moeten opgeven, ofschoon dat ook nog niet gevaarlijk en be slissend is, dat is voor ons echter interessanter, want dat is de mi- ltare zijde van dit conflict. Wy zullen militair met de wapenen tegenover elkaar staan. Politiek zijn wij onaantastbaar, wij heb ben,. het nat. socialisme in ons. Wij weten, wat het beteekent, een volksgemeenschap te zijn. Wij weten wat het beteekent tot het uiterste in te staan voor deze volksgemeenschap. Kameraden! De overwinmng zal zijn bij hen, wier wil harder is en de wil van hen, die weten gelijk te hebben, zal harder zijn en hij, die het goede wil, weet ge lik te hebben. En nu vragen wij ons eens af, willen wij het goede, of willen de anderen het goede? Ziet gij, daarin ligt de laatste be slissing voor de kracht van het volk, dat ieder individu op het beslissende oogenblik, waarop de benardheid tot hem komt en in het vijfde oorlogsjaar mag ieder wel eens uren van twijfel hebben anders zou hij immers een steen zijn tot zich zelf zegt ja, wij willen het goede. Dan zal een ieder tot zichzelf zeggen: ja, onze stryd gaat daar om. En ziet gij, kameraden, wij wil len het goede. Wanneer wij over winnen, zal er in heel Europa geen mensch zijn, die geen kans heeft op een betere toekomst. Dat is volkomen zeker. Wanneer wij al de krachten, die wij thans in den oorlog moeten steken, dan zullen gebruiken voor onzen so cialen opbouw, dan zal dit Euro pa een goed geordend werelddeel worden. Dan zal in ieder volk een nieuwe bloei ontstaan, dan zal niet het lot van Europa door een jodencentrale in Moskou of Wa shington bepaald worden. Dan zal ieder Europeesch volk in de vrijheid van zijn eigen aard be ginnen zich te ontwikkelen en te bloeien en wij allen willen dan onze handen ineenslaan voorden opbouw van een nieuw fraaier huis. Wij willen al onze krachten ver- eendgen opdat dit Europa een wel geordende en schoone levens ruimte met een waarachtig so- Duitsch Weermachtbericht. Het opperbevel der Duitsche weermacht maakt bekend: Op de landéhgte van Kertsj hadden ook gisteren de met ster- ke strydkrachten ondernomen aanvallen der bolsejwisten slechts geringe plaatselijke successen. Al dagen lang gedragen zich in dezen frontsector op bijzondere wijze het Brandenburgsche pionierbataillon 71, welks commandant, majoor Schneider, in de laatste gevechten is gesneuveld, en de in den strijd op den grond gebruikte deelen van de negende luchtafweerdivisie. Aan het front van de Dnjepr verliep de dag, afgezien van suc cesvolle eigen aanvallen, rustig. Bij de voortzetting van onze aan- valsactie ten Zuiden van Nikopol werd een ingesloten vijandelijke groep strijdkrachten uiteengesla gen en nieuwe gevangenen en buit binnengebracht. In het gevechtsgebied van Kiew bieden onze troepen op breed front aan bolsjewisten, die met verre superieure strijdkrachten opruk ken, verbitterden tegenstand. In deze met onverminderde felheid voortdurende afweergevechten hebben zich de Frankisch-Sude- tenduitsche 183ste infanterie di visie, onder leiding van lt.-gene- raal Dettling en de Oost-Pruisi sche 217e infanterie divisie onder leiding van lt.-generaal Poppel bijzonder onderscheiden. In het onoverzichtelijke meren- en moerassenterrein van het pe netra tiegebied van JJewel staan eigen gevechtsgroepen in afweer- strijd,. tegenover vrij sterke vijan delijke strijdkrachten. Pogingen van de bolsjewisten om het pene- tratiegebied naar de kanten uit f te breiden, mislukten. Uit de overige sectoren van het centrale en Noordelijke Oostelijke front wordt ook gisteren slechts plaatselijke verkennings- en stoottroepen activiteit gemeld. Aan het Zuid-Italiaansche front blijft de vijand met geconcen treerde strijdkrachten hardnekkig onze stellingen ten Noordwesten van den Volturno aanvallen. Daarbij is het vooral bij Venafro tot felle en voor de Britten en Amerikanen uiterst verliesrijke gevechten gekomen. Snelle Duit sche gevechtsvliegtuigen hebben doeltreffende aanvallen in scheer vlucht gericht op vijandelijke con centraties van auto's. Formaties vijandelijke vliegers zijn gisteren overdag de bezette Westelijke gebieden binnengevlo gen en zijn bij weersomstandig heden, die slecht zicht boden, doorgedrongen tot in West- Duitsch gebied. Ook storingsaan- vallen in den afgeloopen nacht r hadden slechts gering effect. Vijf Britsch-Amerikaansche vliegtui- gen werden neergeschoten. Duitsche vliegtuigen hebben I ook in den nacht van 7 op 8 November afzonderlijke doelen in het stedelijk gebied van Londen met bommen van zwaar kaliber bestookt. ciale orde voor zijn volkeren wordt. Dat kunnen wij met rus tig hart, met zuiver geweten be loven, want dat zullen wij door zetten. Daarvoor staat de Führer borg. Onze Führer, die als een fanatiek strijder voor de sociale gerechtigheid, als een fanatiek zoeker haar de waarheid is aan- i getreden, en als mensch precies gebleven is wat hij was: de een voudige man van het volk, die zich op geen enkele wijze van zijn 1 volk verwijderd heeft, maar er midden in staat en die evenals i vroeger als fanatiek strijder op komt voor de waarheid en voorB de vrijheid en sociale gerechtig-" heid. In dezen wil van hem omsluit hij heden niet alleen het Duitsche volk, in dezen wil van hem om- sluit hy ook de Germaansche vol keren en ook jullie, myn Neder landers, ook al moet hij menig maal hard zyn. Wat hy wil, is niets anders dan de vryheid en de bloei van het Nederlandsche volk als een lot- en strydgenoot van het Duitsche volk voor onze toekomst. Daarom, kameraden, kan er voor ons geen twijfel be staan, wanneer wy de vraag stel- i len, hoe zal deze oorlog eindigen. I Kameraden, wy weten ''hoe hy eindigen moet. Vanuit onze volk- sche gemeenschap, met de over- wlnnig voor onze toekomst, uit naam van onzen Führer: Heil Hitier! JM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1943 | | pagina 6