Het verraad van de Badoglio-clique 84ste Jaargang Vrijdag 22 October 1943 No. 25633 Onthullingen aan de hand van documenten. Meldt u voor de Waffen- S.S. en de Landwacht. Voorloopige leiding van den Nederl. Landstand. MISDADIG EGOÏSME. LEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN i se e Aan de hand van documenten, die het opperbevel der Duitsche eermacht ter beschikking heeft gesteld, publiceert de „Völkische Beobachter" de geschiedenis van het verraad van de Badoglio-clique en den achtergrond daarvan. De in het nummer van Vrijdag begonnen publicatie dezer onthul lingen, die zal worden voortgezet, geeft allereerst een schildering van het verraad van hooge Italiaan- sche militairen in Kroatië. Met den val van den chef van den generalen staf der Italiaansche weermacht, kolonel-generaal graaf Cavallero, in de eerste dagen van Februari van dit jaar, zoo wordt onder meer in het bericht gezegd, openbaarde zich voor het eerst de camarilla, die, achter de plooien van den koningsmantel verborgen, niet slechts tegen het fascisme, doch ook tegen het bondgenoot schap met het Duitsche Rijk agi teerde. De man, die de plaats van Cavallero innam, generaal Ambro- sio, was hiervoor het beste bewijs. Ambrosio trachtte telkens en tel- ens weer noodzakelijkheden en aatregelen der gemeenschappe lijke oorlogvoering te saboteeren. Behalve bij de Afrikaansche ope raties deed zich dit in de eerste plaats op den Balkan gevoelen. Hier waren nl. intusschen toe standen ontstaan, die aanleiding tot ernstige bedenkingen en na denken moesten geven. Niet dat men de Servische en communisti sche benden bij hun actie op den Balkan overschatte. De houding der Italiaansche commandoposten in Kroatië tegenover dit probleem was echter gevaarlijk. Over den Italiaanschen militai ren verantwoordelijken persoon in dit gebied, generaal Mario Roatta zegt het bericht: Roatta ontwik kelde zich meer en meer .tot het type van den politieken flesschen- trekker, die erop uit is om, zonder zich om fatsoen of eer te bekom meren, zoo groot mogelijke per soonlijke voordeelen te behalen. Nog ten tijde van Cavallero pleeg de Roatta openlijk verraad tegen- ver den bondgenoot door in over leg met Ambrosio de Servische Cetniks, de benden, die dagelijks Duitsche formaties uit een hin derlaag aanvielen, te bewapenen en met Italiaansche levensmiddelen te steunen. Eischte het Duitsche opperbevel de ontwapening van de Cetniks, dan stemde weliswaar kolonel-generaal Cavallero in het beste vertrouwen en in overleg met den Duce daarin toe, doch gene raal Ambrosio als chef van den generalen staf van het leger, zoo wel als generaal Roatta saboteer den deze bevelen ronduit. Erger nog, de Cetniks werden door hem systematisch tegen de Duitschers gesteund. Ambrosio poogde voor genomen gemeenschappelijke ope raties uit te stellen, of deze werden door de Italianen verijdeld doordat zij het geheele gebied, dat door hen bezet was, ontruimden en aan de Cetniks overlieten. Het eerste dramatische hoogte punt der ontwikkeling werd be reikt toen Italiaansche generaals bij de operaties van Duitsche for maties tegen de benden in Febru ari 1943 den steun van den Duit- schen bondgenoot afwezen en. hoe ongelooflijk dit ook moge klinken, Italiaansche generaals, onderge schikten van Roatta, met de ban dieten aan een tafel gingen zitten om te onderhandelen over den vrijen aftocht der bandieten. Al deze steunverleenïng door Roatta aan de benden geschiedde onder de leuze „strijd tegen het commu nisme". Daarmede poogde hij de Duitsche commando's te mislei den. De eerste gemeenschappelijke acties tegen de communistische benden van de te Moskou voor den Partisanenoorlog geschoolden Tito bewezen echter, dat Roatta ook hier tot verraad besloten was. Verder wordt er in het bericht b.P gewezen, dat het reeds in dien hjd in de bedoeling van Roatta tag een basis voor een Anglo- Atnerikaansch landingshoofd aan de Adriatische Zee te scheppen. Het kwam dan ook volkomen overeen met de bedoeling van dezen Italiaanschen legeraanvoer der dat hij bij de onderhandelin gen met Duitsche generaals er steeds weer op zinspeelde, dat het wel het beste zou zijn, hem het opperbevel over alle operaties in het gebied van Kroatië, Monte negro en Albanië over te dragen. Na er op te hebben gewezen, dat ook generaal Robotti, de op volger van Roatta op dezen post het verraderlijke spel voortzette, gaat het bericht voort: Het was duidelijk dat de Duitsche leiding deze gebeurtenissen niet voortdu rend zonder protest kon aanvaar den. Tenslotte stond niet slechts de veiligheid der Duitsche forma ties en van den Kroatischen staat op het spel, doch de veiligheid van de vesting Europa op den Balkan. Eind Februari brachten de Duit sche minister van buitenlandsche zaken en de plaatsvervangende chef van den staf der Duitsche weermachtsleiding tijdens een be zoek aan Rome deze gebeurtenis sen onmiddellijk ter sprake. Hoe wel de Duce zich in het bijzijn van Ambrosio op niet mis te verstane wijze uitsprak voor de ontwape ning van en den strijd tegen de Cetniks, wees Ambrosio beide din gen den volgenden dag van de hand. Voor de eerste maal trad daarmede in het kader van den generalen staf der Italiaansche weermacht een openlijk en duide lijk tegen de Duitsche weermacht gerichte tendenz aan den dag, die tegelijkertijd ook een openlijke en bewuste agitatie tegen den Duce vormde De uitvlucht van Ambro sio, dat' geen troepen beschikbaar waren voor de door den Duce verlangde acties tegen de benden, en dat deze veeleer in den strijd tegen de communisten gebruikt werden, en de andere uitvlucht, dat de strijd tegen de Cetniks niet slechts een militaire maar ook een politieke aangelegenheid was, en dat dientengevolge ook gemeen- schaopelijke richtlijnen niet kon den worden vastgesteld, blijken ondubbelzinnig sabotage van Duit- Het SB.-Ersatzkommando deelt mede: Iedere gezonde Nederlan der, in den leeftijd van 17-45 jaar. kan zich vrijwillig bij de hier onder vermelde adressen vervoe gen, ten einde gekeurd te worden voor de Waffen-S.S. of de Land wacht Tijdens de keuringen worden alle inlichtingen verstrekt met be trekking tot de verzorging van familieleden, dunr der opleiding, extra levensmiddelen, etc. Vrijwilligers, die om bepaalde redenen in Nederland moeten blij ven, kunnen dienst nemen bij de Landwacht ot bij het S.S.- Wachtbataljon in Amersfoort. Ook vrijwilligers voor de Duit sche Kriegsmarine kunnen zich aanmelden: zy, die tot de Ger- maansche S.S. in Nederland toe treden willen, kunnen zich even eens aanmelden. Personen tusschen 1830 Jaar, die aanmeldingsplichtig zijn voor de tewerkstelling, kunnen zich eveneens 'aanmelden en worden gedurende bun verbintenis van de tewerkstelling vrijgesteld. Officier ln de Waffen-S.S. kan leder worden die na minstens een Jaar diensttijd zyn geschiktheid voor de officiersopleiding heeft bewezen. Zyn schoolopleiding is niet doorslaggevend. Beslissend voor bevordering zijn: karakter, gedrag, prestatie. 23.10.43, 9-12.00 uur, Leeuwarden, Huize Schaaf, Breedstraat. 24.10.43, 9-14.00 uur, Amsterdam, Dam 4. 25.10.43, 9-13.00 uur, Utrecht, N.V.-Huis, Oude Gracht 245. 26.10.43, 9-14.00 uur, Amersfoort, PoL Durchgangslager, Leusder- weg. 27.10.43. 9-14.00 uur, Den Haag, café Den Hout, Bezuidenhout- scheweg. Het Rijkscommissariaat maakt bekend De Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied heeft den boerenleider voor de provincie Friesland B. J. Bierma in Het Biidt belast met de voor loopige leiding van den Nederl. Landstand. Bij het waarnemen van deze functie voert hij den titel van „waarnemend hoofd van den Nederlandschen Landstand". De Rijkscommissaris heeft aan den burgemeester P. F. Tammens te Groningen het algemeene toe zicht opgedragen over den Ne derlandschen Landstand. v Op grond van deze taak is hij be voegd, de hem noodzakelijk voor komende aanwijzingen té geven ten aanzien van het werk van den Nederlandschen Landstand. sche maatregelen en plannen en van de politiek van den Duce te zijn. Toen tenslotte de Duitsche acties tegen de Cetniks begonnen, aldus vervolgt het bericht, waagden Ita liaansche commandanten te drei gen met het gebruiken van geweld tegen die Duitsche formaties, die de Cetniks zouden aanvallen. An dere Italiaansche instanties lieten den Duitschen commandanten we ten, dat de strijd der Duitsche troepen tegen de Cetniks de Duitsch-Italiaansche samenwer king op den Balkan aanmerkelijk verzwaarde. Blijkt uit deze dingen reeds on dubbelzinnig het zoo goed als on verbloemd gepleegde verraad van den Italiaanschen generalen staf, dit vindt een groteske bevestiging op den 28sten Juni, den voornaam- sten Servischen feestdag, den St. Veitsdag. Dien dag zag men Ita liaansche eenheden te zamen met Servische benden defileeren voor hun raddraaiers. Juist deze ge beurtenis, zoo besluit het eerste hoofdstuk, toont reeds lang voor de staatsgreep het voltooide ver raad tegenover den bondgenoot aan. Het tweede hoofdstuk schildert het verraad, dat Ambrosio en Roatta op Sicilië begingen. De onverschilligheid van de Italiaan sche leiding werd bijzonder duide lijk, naar in het bericht verder wordt gezegd,, toen zich beide Middellandsche Zee eilanden Pan- tellaria en Lampedusa zonder eenige noodzaak overgaven. Het krachtig versterkte Pantellaria had een bezetting van 12.000 man en was zoo rijkelijk voorzien, dat het zich maandenlang had kunnen handhaven. De diep in de rotsen aangebrachte versterkingsinstalla - ties waren zoo goed, dat de bezet ting van het eiland bij de door bommenwerpers ondernomen luchtaanvallen in den loop van een geheele maand nauwelijks 50 man aan dooden en gewonden verloor. Desondanks heesch de commandant de witte vlag on middellijk nadat de eerste grana ten van het scheepsgeschut in sloegen en de landingsvloot in zicht was gekomen. Lampedusa werd zonder eenigen weerstand overgegeven aan kleine in rubber booten gelande Amerikaansche commando's. Roatta. opperbevelhebber van het 6de Italiaansche leger op Si cilië, had den afweer van den te verwachten aanval der Anglo- Amerikanen met opzet volkomen gebrekkig voorbereid. Nog slechter was het gesteld met de kustver dediging van Calabrië, die onder bevel stond van den hertog van Bergamo. In Mei 1943, zoo ver klaart het bericht, dus volle twee maanden voor de landing der Anglo-Amerikanen op Sicilië, bood het opperbevel van de Duitsche weermacht het „commando su premo" met het oog op de ge vechten in Afrika en de met zekerheid te verwachten landing op Sicilië aan, de in Zuid-Italië staande strijdkrachten met ver scheidene divisies te versterken. Het „commando supremo" wees echter, nadat het den Duce over de werkelijke krachtsverhouding onjuist had ingelicht, het aanbod «kl-NE directeur-generaal van t J de voedselvoorziening, ir. J—S. L. Louwes, heeft op de Haagsche persconferentie ernstige woorden gesproken over den zwar ten handel en hij heeft er met nadruk op gewezen dat het mis dadige egoïsme, dat den grondslag vormt van den zwarten handel, een groot gevaar voor ons volk beteekent. Met een uitvoerig be toog en aan de hand van cijfers waaraan niet te tornen valt, toon de ir. Louwes aan, dat het meer dan ooit waar is, dat tusschen ons volk en den honger alleen staat de organisatie van onze voedsel voorziening en dat een ieder die tracht zich iets onrechtmatig toe te eigenen van de voorraden die voor ons geheele volk bestemd zijn, den chaos en daardoor den honger een schrede nader tot ons volk brengt. En daar het nog steeds juist is dat het verhaal: Duitschland sleept alles weg!, altijd nog op gang maakt, wat geen wonder is, omdat de vijandelijke propaganda, de zwarthandelaar en zij die in den zwarten handel koopen, mee- nen hiermede de aandacht van hun duistere praktijken te kunnen afleiden, stelde ir. Louwes vast dat, indien er géén export was en indien er niets voor de weermacht beschikbaar werd gesteld en wij dus alles hier hadden kunnen op eten, wat aan voedingsmiddelen eruit is gegaan, we7 tot 9% meer voedingswaarde hadden ge kregen. Hoeveel wij echter meer had den gekregen, indien er geen zwarten handel zou worden gedre- ven en indien er geen landgenoo- ten zouden zijn, die zich lederen dag weer te goed doen aan de rantsoenen, die zij den armen en den maatschappelijk weinig weer baren ontstelen, is niet te becij feren. Zeker is het, dat het niet Duitschland is, maar dat het onze eigen landgenooten zijn, die de voedselvoorziening doorloopend in gevaar brengen. Zeer terecht noemde ir. Louwes de lieden, die zich aan zwarten handel schuldig maken, de allergevaarlijkste mis dadigers, die ons volk in zijn mid den telt. Nu is het waar dat over den zwarten handel al zeer veel ge schreven is, dat zoowel van Duit sche als van Nederlandsche zijde telkens weer op het gevaar ge wezen werd en dat het resultaat van al deze ernstige waarschu wingen slechts matig is. Het is ook moeilijk een volk, dat zoo weinig nuchter is als het onze de meening dat wy een nuchter volk zouden zijn en de eigenschap zouden bezitten, de feiten nuchter onder de oogen te zien, bleek, ge zien de houding en de handelin gen van onze landgenooten gedu rende de laatste jaren, een ern stige vergissing te zijn de naakte feiten bij te brengen. En toch kan het niet anders of er moet een einde komen aan de praktijken van hen, die meenen voort te kunnen gaan met het eigen belang te stellen boven het belang van de volksgemeenschap. Onze volksgemeenschap kan ge voed worden met behulp van het voedsel dat beschikbaar is. De rantsoenen zijn niet ruim, maar ernstige gevallen van ondervoe ding kunnen voorkomen worden, mits de hoeveelheden eerlijk en ge lijkmatig verdeeld kunnen worden. Blijft echter een gedeelte van ons volk in den zwarten handel koo pen en houdt dus daardoor dezen handel in stand, dan zal het in Nederland zoover komen dat er wel honger geleden zal worden en dat een gedeelte van de jongere generatie nog jarenlang zal moe ten lijden aan de gevolgen van een ernstige ondervoeding. Zoo zijn de feiten en daarom is het noodzakelijk, dat een ieder die over gezond verstand beschikt en zich düs verantwoordelijk weet voor het welzijn, niet alleen van zijn naaste familieleden, maar ook voor zijn landgenooten, zich verre houdt van alles, wat onze voed selvoorziening in gevaar kan brengen. Dat het bovendien plicht is tegen den zwarten handel en zijn bedrijvers metterdaad stelling te nemen en de overheid in haar strijd tegen deze lieden te steunen, behoeft geen betoog. Misdadig egoïsme, de grondslag van den zwarten handel, moet plaats maken voor gemeenschaps zin. Alleen dan zal het mogelijk zijn de moeilijkheden van het oogenblik te overwinnen en wat van nog grooter belang is, in de toekomst ernstige rampen te voor komen. van de hand. Dit verhinderde Roatta, die intusschen chef van den generalen staf geworden was, niet enkele dagen na de landing op 15 Juli zich tegenover zijn of ficieren uit te laten, dat er wan neer Duitschland geen moderne beweeglijke formaties ter hulp zond, slechts een verdediging over bleef op de lijn Genua-Rimini. Juist in dien tijd echter verlangde de leiding der Italiaansche weer macht van het Duitsche opperbe vel steeds dringender het opper bevel ook over de Duitsche troe pen in Italië, nadat zij reeds te voren van veldmaarschalk Kessel- ring had verlangd, dat deze den staf van zijn medewerkers zou verkleinen. Toen in de ochtenduren van den lOden Juli de landing op Si cilië begon, bleek voor de eerste maal in vollen omvang, dat open lijk verraad in het spel was. Met uitzondering van enkele troepen boden de Italiaansche divisies op de Engelsch-Amerikaansche lan dingsplaatsen in het geheel geen tegenstand. Zij gaven zich over, liepen naar den vijand over of ontruimden zonder strijd en zon der vernielingen aan te richten de militaire installaties op de lan dingsplaats. Van de talrijke voor beelden van sabotage en verraad, die het bericht geeft, worde hier slechts het feit weergegeven, dat de Britsche militaire schrijver Liddel Hart constateerde, dat de talrijke geplaatste mijnen aan de Siciliaansche kust, die een lan ding ongetwijfeld met groote ver liezen had doen gepaard gaan in het geheel niet scherp gesteld waren, en dat de commandant van de Italiaansche troepen in de haven van Augusta, hoewel Augusta in het geheel nog niet was aangevallen en er geen kans op een landing bestond, alle ver dedigingsinstallaties opblazen, de benzine-opslagplaatsen in brand steken en alle stukken geschut vernielen liet. Toen de Duce, van Duitsche zijde ingelicht over dit verraad, van den koning veroor deeling van den verrader ver langde, weigerde Victor Emanuel dit. Den 14den Juli poogden Ita liaansche deserteurs den vijand de eenige terugtochtsbasis der Duitsche divisies, Catania, in handen te spelen. Terwijl alle door Anglo-Amerikaansche lucht aanvallen vernielde spoorlijnen, bruggen of overlaadstations niet werden hersteld, verlangden Am brosio zoowel als Roatta, dat de Anglo-Amerikaansche gevangenen onmiddellijk per spoor naar Duitschland zouden worden ver voerd om de levensmiddelenposi tie van Italië niet te belasten, doch zij wezen het aanbod van het Duitsche opperbevel om voor herstel der door de vliegtuigen aangerichte schade Duitsche pio nierscompagnieën beschikbaar te stellen, van de hand. Daar ook het herstel van de beschadigde startbanen der vliegvelden werd gesaboteerd, maakte het Duitsche opperbevel ten slotte elke verdere hulpverleening ervan afhankelijk, dat Italië nu eindelijk ook al zijn krachten zou inspannen voor de verdediging van zijn eigen bodem. Generaal Ambrosio be loofde alle Duitsche eischen te vervullen, doch hield geen enkele van zijn beloften. Hij verlangde echter den volgenden dag we derom het opperbevel over 4e op Italiaanschen bodem staande Duitsche divisies ten einde „vrij te kunnen beschikken". Hoe deze beschikkingen er zouden hebben uitgezien, zoo verklaart het arti kel, zou enkele dagen later in vollen omvang blijken. Het Duit sche opperbevel echter moest we tend zwijgen, want zijn uur wat nog niet gekomen. (DUSJ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1943 | | pagina 1