83sle Jaargang
VRIJDAG 18 SEPTEMBER 1942
No. 25299
De straatgevechten in Stalingrad
De Nederlandsche Oost-Compagnie
Worgende ring
Hef Europeesche Jeugdcongres
Verspreide Berichten
BINNENLAND
Bon 48 aangewezen
Verduisteren:
Onderhoud met mr. Rost van Tonningen
Vorming van een beroepskader
bij den Jeugdstorm
Portugal's mogelijkheden in
een Nieuw Europa
LEIDSCH
DAGBLAD
Directeur: J. w. Henny.
Telef, Directie en Administratie
25041 (2 lijnen) Gironummer: 57055
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Telef. Redactie 21507
Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst, Lelden.
Pl.verv.: K. Been, Lelden.
STAP VOOR STAP VOORWAARTS.
De hardnekkige gevechten in de stad Stalin
grad, die 500.000 inwoners telt, niet 50.000, zoo
als gisteren abusievelijk vermeld, duurden ook
gisteren voort. Tevergeefs trachtten de bolsje
wisten den worgenden ring van den Duitschen
aanval te doorbreken en de dreigende vernieti
ging tegen te houden. Op geen enkele plaats
slaagden zij er in, de Duitsche infanteristen,
pantsergrenadiers en pioniers te stuiten. Alle
tegenaanvallen werden afgeslagen.
Vaak hadden de bolsjewisten zich verschanst
in de hulzen der stad, die voor het grootste deel
door bommen en granaten reeds tot de funda-
menten verwoest zijn. Met aan zelfvernietiging
grenzend verzet vechten de bolsjewisten om
iedere straat, om ieder huis en om iederen puin
hoop. Stap voor stap wordt hun het terrein ont
nomen, De zuivering der veroverde wijken wordt
met succes voortgezet.
Eenige cijfers geven een indruk van de hevig
heid der gevechten en hun vernietigende ge
volgen. Een voor Stalingrad vechtende gemoto
riseerde infanteriedivisie heeft sedert Juni
21.000 gevangenen gemaakt en 160 >tanks, 281
stukken geschut, 36 stukken snelvuurgeschut, 42
stukken pantserafweergeschut, 71 vlammenwer
pers en 58 vliegtuigen vernietigd.
Formaties gevechtsvliegtuigen en duikbom
menwerpers van de Duitsche luchtmacht hebben
op doeltreffende wijze ingegrepen in de straat
gevechten in Stalingrad, waarbij de Duitsche
aanvalstroepen de bolsjewieken, die zich verbit
terd te weer stellen, steeds verder naar het
centrum van de stad teruggedrongen. Groote
complexen gebouwen in de stad, die de bolsje
wieken verbarricadeerd hadden tot stellingen en
die op vestingen geleken, werden door de bom
menwerpers met bommen bestookt van het
zwaarste kaliber, waardoor de vijandelijke tegen
stand zwaar geschokt werd.
Andere formaties gevechtsvliegtuigen richtten
gisteren haar voortdurende aanvallen op spoor
lijnen ten Noorden van Stalingrad. Tal van vol
treffers werden geplaatst op goederentreinen,
die ten deele met pantserwagens geladen waren
en de rails werden op vele plekken onderbroken.
(D.N.B.)
DE LUCHTAANVALLEN OP ENGELAND.
Inzake den aanval, welke Woensdag door
Duitsche gevechtsvliegtuigen op Groot-Brittan-
nië is ondernomen, deelt het Opperbevel van de
Weermacht nog het volgende mede: Lichte Duit
sche gevechtsvliegtuigen hebben dien dag in
verrassende aanvallen overdag herhaalde malen
de Engelsche Zuidkust aangevallen en bommen
van zwaar kaliber geworpen op "voor den oorlog
belangrijke en militaire installaties. In de stad
Rye ontploften de bommen in groote gebouwen
complexen en veroorzaakten zij groote verwoes
tingen. Bij het vertrek nam een gevechtsvlieg
tuig een voor de kust kruisenden vijandelijken
kotter onder vuur en schoot het vaartuig in
brand. Korten tijd later was de eveneens aan de
Engelsche Zuidkust liggende stad Eastbourne het
doel van lichte Duitsche gevechtsvliegtuigen.
Het station van Eastbourne werd verscheidene
malen getroffen en verscheidene groote gebou
wen op het stationsemplacement werden in
brand geworpen.
Tijdens gewapende verkenning boven zee is
des avonds een Duitsch gevechtsvliegtuig tot de
Orkr.den doorgedrongen. Het in het Noordelijk
deel van dit gebied liggende eiland Faer Isle
werd met bommen en boordwapens van uit ge
ringe hoogte aangevallen. Een met troepen bezet
barakkenkamp werd door voltreffers vernield.
Andere militaire installaties werden zwaar be
schadigd.
DE STRIJD OP MADAGASCAR.
Over de situatie op Madagascar is gisteren te
Vichy het volgende officieele communiqué ge
publiceerd:
Als de gouverneur-generaal van Madagascar
door de opening van besprekingen met het
Brltsche opperbevel al heeft gepoogd een eind
te maken aan het bloedvergieten, dan waren de
Engelsche eischen wel dermate onaanvaardbaar,
dat geen resultaat kon worden bereikt.
De gouverneur-generaal is derhalve besloten
de verdediging van het eiland tot het uiterste
voort te zetten.
AUSTRALISCHE VERLIEZEN.
De Britsche berichtendienst meldt uit Can
berra: De minister van Oorlog, Forde. heeft
medegedeeld, dat 38.251 Australiërs krijgsgevan
gen zijn gemaakt of vermist worden. 7667 zijn
in het Midden-Oosten, hoofdzakelijk in Grie
kenland en op Kreta/ gevangen genomen, ter
wijl 16.286 Australiërs op Malakka worden ver
mist. De rest is aan andere oorlogsfronten in
het Verre Oosten, waaronder ook in Nieuw-
Guinea. verloren gegaan. (D.NB.)
In het kader van het Jeugdcongres heeft gis
teren in de Academie voor Wetenschap pen te
Weenen na een inleidend woord van den Spaan-
sche jeugdleider Eloba, de Japansche gezant
Sakoema gesproken over den Samoerai-geest,
culmineerend in het woord „Sterven voor volk
en vaderland", dien hij vergeleek met het hel
dendom van de Duitsche marine.
De directeur-generaal, van het Belgische mi
nisterie van Onderwijs. Filip de Pillecyn, gaf de
verzekering, dat de Vlaamsche jeugd zich in de
Europeesche gemeenschap wil inschakelen, om
dat zij zich verantwoordelijk gevoelt voor de
toekomst van Europa en van haar eigen volk.
De Nederlandsche jeugd, zoo verklaarde prof,
Captayn, heeft ingezien, dat bloed, bodem en
geschiedenis de pijlers der nieuwe oriëntatie
moeten vormen. De Nederlandsche jeugd dient
haar vaderland en in breederen zin ook dat
van de Germaansche stammen van Europa.
De Slowaaksche propagandaleider, minister
Tido Gaspar, sprak zich eveneens uit voor het
gemeenschapsideaal der Europeesche jeugd. „De
14de September 1942" zoo zelde hij. „heeft het
vurigste verlangen van de Europeesche jeugd
vervuld en haar een historische opdracht ge
geven. De jeugd van Europa zal zich niet van
haar verantwoordelijkheid laten afbrengen door
de praatjes aan het haardvuur van Roosevelt,
die de jeugd der wereld nog steeds geestdriftig
wil maken voor de frazen van democraten, plu
tocraten en bolsjewisten". (DN3.1.
DE GEZONDHEID VAN HET DUITSCHE
VOLK.
Reichsgesundheitsführer dr. Conti heeft op het
congres van Duitsche en buitenlandsche medici
te Innsbruck een rede gehouden, waarin hij
zeide, dat zijn bureau volledig opgewassen is
tegen alle gevaren, die voor de volksgezondheid
uit de oorlogsomstandigheden ontstaan. Als be
wijs voor den bevredigenden gezondheidstoestand
van het Duitsche volk in den tegenwoordigen
oorlog voerde dr. Conti dien van de Duitsche
jeugd aan. Ten aanzien van den invloed van de
volksvoeding op de volksgezondheid, verklaarde
spr., dat het Duitsche volk het dieptepunt in de
voedselpositie zonder schade is te boven geko
men. Aan de verhooging van de levensmiddelen-
rantsoenen kan de beteekenis worden toegekend
van het winnen van een slag, waarin een door
braak wordt geforceerd.
Wat de verzorging van het ras aangaat zeide
dr. Conti, dat elk waardevol volk het recht
heeft trotsch te zijn op zijn eigen aard. Dit recht
wordt door het Duitsche volk ook elk ander toe-
jekend. De gedachte van de waarde van het
bloed is geen factor, die de volken scheidt, doch,
door de erkenning van het natuurlijke onder
scheid, een, die verbindt. (DN3.).
DOODSTRAF IN NOORWEGEN INGEVOERD.
Minister-president Quisling heeft een novelle
op het Noorsche wetboek van strafrecht uitge
vaardigd, krachtens welke bij alle delicten, die
volgens dat wetboek met levenslange gevange
nisstraf gestraft kunnen worden, ook de dood
straf kan worden uitgesproken, behalve tegen
personen beneden 18 jaar. (DN3.).
De volgende week zullen de gebruikelijke
rantsoenen brood, beschuit (voor kinderen tot
4 jaar), vleesch, aardappelen, melk (voor kin
deren tot 14 jaar), tabak enz. (voor mannen)
en sigaretten (voor dames) verkrijgbaar zijn
op de bonnen 48, terwijl voor taptemelk zijn
aangewezen de bonnen 151 en 251 reserve.
HARD TEGEN HARD.
Indien geen overleg meer mogelijk ls, indien
doodsgevaar dreigt, indien u geplaatst wordt
tegenover een vijand die uw vernietiging wil,
dan is de eenige oplossing: hard tegén hard.
Inderdaad, daar is mannenmoed voor noodig.
Dien moed bezitten onze strijders tegen het
bolsjewisme, omdat zü weten dat het bolsje
wisme niet anders dan onze vernietiging wil.
Hoort u onze vernietiging, dus ook de uwe.
En wat stelt gij daar tegenover landgenoot?
Natuurlijk, dan maar hard tegen hard. Maar
dan ook niet langer wachten maar u v&ndaag
nog aanmelden bij het Vrijwilligerslegioen Ne
derland, Koninginnegracht 22, te 's-Graven-
hage.
VASTE BRANDSTOFFEN VOOR
KOOKDOELEINDEN.
Gedurende het tijdvak van 15 September j.l.
tot en met 30 April 1943 geeft de met 04 KF
gemerkte bon der DZ-kaart voor vaste brand
stoffen voor kookdoeleinden recht op het koo-
pen van één eenheid vaste brandstoffen met
uitzondering van anthraciet. De verbruikers
zullen met de op deze bon aan te schaffen
brandstoffen moeten toekomen tot 1 Novem
ber as., aangezien eerst op dezen datum een
nieuwe bon zal worden aangewezen.
MYRON TAYLOR IN VATICAANSTAD.
De persoonlijke vertegenwoordiger van Roose
velt bij het Vatlcaan, Myron Taylor, is gisteren,
na een afwezigheid van geruimen tijd via Lis
sabon per vliegtuig te Rome aangekomen en
heeft zich daarna naar Vaticaanstad begeven.
In wélingelichte kringen van het Vaticaan ver
luidt, dat niet bekend is of Taylor in het bezit
is van een persoonlijken brief van Roosevelt aan
den Paus. De omstandigheden in aanmerking
genomen kan dit niet uitgesloten worden ge
acht. (D.N3.).
TANI OVER ZIJN TAAK.
De nieuwe Japansche minister van Buiten
landsche Zaken, Tanl, heeft, aldus Domei, ter
gelegenheid van zijn installatie per radio de
volgende verklaring afgelegd:
„Getrouw aan den geest der stichting van het
Japansche rijk en aan den geest van het kei
zerlijk decreet over de oorlogsverklaring, wil ik
mij beschikbaar stellen voor den opbouw van
Groot-Oost-Azië en bijdragen tot de vorming
van een nieuwe wereldorde door de samenwer
king met de Asmogendheden nog meer te ver
sterken en tevens mee te helpen de eerzucht van
Engeland en Amerika te breken en de door deze
beide mogendheden gelegde lagen uit den weg
te ruimen."
MALAN EISCHT STICHTING
EENER REPUBLIEK.
Naar de Britsche berichtendienst uit Pretoria
meldt, heeft dr. Malan, leider der nationalisti
sche oppositiepartijen, in een openbare verga
dering de stichting eener Zuid-Afrikaansche
republjek na den oorlog geëischt.
Malan riep de oppositiepartijen op eendrach
tig te zijn en waarschuwde de Afrikaners voor
de „amateur redders". Hij zeide: „Ik weet niet,
of Smuts den militairen dienstplicht zal invoe
ren, maar indien dat gebeurt, zal ik de Afri
kaners aansporen den militairen dienst te wei
geren." (DJN3.).
van hedenavond 19.50 uur
tot morgenochtend 7.19 uur
De maan kwam heden op om 16.05 uur en
gaat vannacht om 0.57 uur onder.
De persdienst van de Nederlandsche Oost
compagnie meldt:
Begin September heeft een bijzondere studie
commissie, onder leiding van den president der
Nederlandsche Oost-Compagnie, mr. M. M.
Rost van Tonningen, een reis gemaakt naar
Wit -Roethenië en de Oekraïne. In een gesprek
met den heer Rost van Tonningen deelde deze
mede dat het doel van de reis was het bestu-
deeren van de mogelijkheden, welke er zijn
voor den Nederlandschen inzet, die thans een
aanvang neemt. De Nederlandsche Oost-Com
pagnie zal aan dezen inzet leiding moeten
geven en wil dit degelijk en met vrucht ge
schieden, dan is een grondige bestudeering ter
plaatse van de omstandigheden, waaronder
menschen en materiaal ingezet zullen worden,
noodzakelijk.
GEEN OOST-INDISCHE COMPAGNIE.
Hoewel de N.O.C. een monopolie-positie in
neemt en dus alle inzet voor het Oosten haar
zal moeten passeeren, moet dit niet zoo uitge
legd worden, dat zy zelf handeldrijvende on
derneming is, als wijlen haar voorgangster,
waaraan haar naam herinnert, de V.O.C. Inte
gendeel, alle particulier initiatief zal te allen
tilde aangemoedigd worden. De N.O.C. is al
leen de sluis waar de Nederlandsche inzet naar
het Oosten doorheen moet stroomen en waar hij
getest wordt op betrouwbaarheid en deskundig
heid. Wat hier gebouwd moet worden heeft niet
alleen beteekenis voor de toekomstige construc
tie der Oostelijke gebieden, maar is allereerst
van belang voor de toekomst van Nederland
zelf.
„Is dan" zoo vroegen wij „volgens u het
lot van Nederland zóó sterk aan de ontwik
keling van het Oosten gebonden?"
Het antwoord van mr. Rost van Tonningen
luidde volmondig: Ja.
Er wordt veel gepraat over gelijkberechtigd
heid voor Nederland in de Germaansche le
vensruimte en de meeste Nederlanders zullen
gaarne bereid zijn de voordeelen daarvan te
aanvaarden. Maar al te vaak wordt echter ver
geten, dat die gelijkberechtigdheid niet een
gave is. die ons door het zegevierende Duitsch-
land in den schoot geworpen wordt, maar dat
zi_J veroverd moet worden, veroverd door inzet
en prestatie. Welk recht zou Nederland kun
nen doen gelden op een gelijkberechtigde be
handeling van de zijde van het overwinnende
volk, tenzij dan op grond van de hulp die het
verleent, bij den herbouw van Europa? Men
moet dat zóó zien, dat de Führer op grond
van de gelijkheid van het bloed het Neder
landsche volk, als een der voornaamste Ger
maansche volken van het Westen, tot deelne
ming heeft uitgenoodigd. Van die uitnoodiging
is de N.O.C. het gevolg geweest wat wij er
van maken zullen ligt in onze handen.
„Wat was de sterkste indruk van uw reis?"
Tweeërlei, luidde het antwoord. Allereerst
werden wij sterk getroffen door de volkomen
orde, waarin achter de fronten het vredeswerk
van den landbouw verliep en de volstrekte ze
kerheid, die daar heerschte ten aanzien van het
verloop van den strijd aan het front. Het kwam
voor, dat de menschen, die wij spraken zoozeer
in hun opbouwarbeid bevangen waren, dat zij,
hoewel over een radio beschikkend, dagenlang
de frontberichten niet gehoord hadden. Die op
bouwarbeid in den landbouw eischte den vol
len mensch en geeft dan ook reeds nu rijke
vruchten.
Over de mogelijkheden welke er in den boe-
reninzet schuilen, vertelde reeds de boerenlei
der Roskam. Ik wil alleen nog wijzen op de
voortreffelijke verstandhouding, die er met de
inheemsche bevolking bestond. De aanwezig
heid van vier of zes leidinggevende Duitschers
op een gebied van 40.000 H.A. bleek reeds vol
doende om orde en regelmaat te scheppen en
de bevolking weer tot haar gewonen arbeid en
haar oogstfeesten terug te doen fceeren.
„Hoe stelt u zich onzen inzet in het Oosten
voor?", was de volgende vraag.
Op twee wijzen, luidde het antwoord. Zoo
wel firma-gewijs als individueel. Voor beide
wijzen van inzet geldt echter, dat deze naar
onze meening organisch moet zijn. Van den
aanvang af heeft de N.O.C. er naar gestreefd
een krachtigen inzet vap firma's te verkrijgen
en zij heeft daarbij den vollen steun en vol be
grip ondervonden zoowel van de Duitsche auto-
riteite van het „Vierjahresplan" als van het
„Ostministerium". De firma-inzet biedt n.l. dit
voordeel, dat een. geheel bedrijf onder eigen
leiding, een organisch gegroeid en compleet ge
heel, kan worden ingezet, waarbij dan ook de
waarborg bestaat dat de leiding geheel in eigen
hand kan blijven.
GROOTE MOGELIJKHEDEN.
De mogelijkheden voor het bedrijfsleven zijn
ongelooflijk groot. Zelfs wij, die ons veel hadden
voorgesteld, kunnen den indruk daarvan niet
onder woorden brengen. Voor het grootbedrijf
ligt et thans een ontzaglijke taak in het her
stellen van beschadigde groote werken. Wü den
ken daarbij bijvoorbeeld aan den grooten stuw
dam in de Dnjeper bij Zaporozje. Zoodra deze
hersteld zal zijn, zal het geheele verkeerspro
bleem van de Westelijke Oekraïne zijn opgelost.
Zoo staat mij thans ook de haven van Niko-
lajew weer voor oogen, waar Nederlandsche
firma's thans reeds werken aan het lichten van
tientallen schepen en dokken. Is dit werk vol
bracht, dan zal daarmede de kern geschapen
zijn van een Zwarte Zee-vloot.
Ook voor het middel- en kleinbedrijf echter
liggen hier de kansen voor het grijpen. Men
kan zich geen voorstelling maken, indien men
bedenkt, dat een geweldige behoefte heerscht
aan alle gebruiksgoederen, van het boorde
knoopje en den schoenveter af tot woonhuizen
toe, en dat de geweldige vruchtbaarheid van
den bodem voldoende welvaart waarborgt om
het aan aanschaffen van deze gebruiksgoede
ren mogelijk te maken. Het opvangen en vast
leggen van de ontzaglijke zwevende koopkracht
is op het oogenblik een der grootste problemen.
Wel zal men moeten bedenken, dat men daar
in het Oosten niet zijn bedje gespreid zal vin
den. Er zal hard en met initiatief gewerkt
moeten worden. Bij den opbouw van het be
drijf, van machines en dergelijks, zal men veel
moeten improviseeren! Wij hebben auto's en
machines gezien, die op kunstige wijze uit aller
lei wonderlijke deelen waren opgebouwd, maar
die hun werk voorloopig deden, en den eigenaar
den grondslag gaven, waarop in de toekomst
een middel- of grootbedrijf kan worden opge
bouwd.
Het spreekt overigens vanzelf, dat ook het
ambacht hier alle kansen heeft. En ook de han
del, hoewel er op dit oogenblik nog niet veel te
handelen valt, heeft een principieele en kan-
senbledende taak te vervullen, wanneer de pro
ductie van gebruiksgoederen een aanvang
neemt. Reeds nu zijn overal Duitsche handels
huizen gevestigd waarom zouden de Neder
landsche achterblijven?
ORGANISCHE BOERENINZET.
Ook wat den inzet van personen en dan
met name van boeren betreft, streven wij er
naar, deze organisch te doen geschieden. Dat
wil zeggen in groote groepen, gemeenschappen,
die één geheel vormen met vrouwen en kinde
ren, zielsverzorgers en alles wat tot een kleine
boerengemeenschap behoort. Alleen dan kan
ook van den mensch volledige inzet verwacht
worden. Gelijk de boerenleider Roskam reeds
uiteenzette, zullen aan de N.O.C. daartoe voor
loopig twee scholingscentra ter beschikking
staan; een in de Oekraïne en één bij Wilna,
waar doorheen een voortdurende stroom van
boeren zal moeten gaan.
Het spreekt vanzelf, zoo zeide ons mr. Rost
van Tonningen, dat aan de sociale, niet minder
dan aan de cultureele zorg voor onze Neder
landsche pioniers, alle aandacht zal worden be
steed.
IN DE KADERSCHOOL TE OMMEN.
De jeugd moet door de jeugd geleid worden.
Dit bekende devies van den Nationalen Jeugd
storm krijgt in het voorjaar van 1943 een nog
belangrijker karaktejr, nu de leiding van den
Jeugdstorm tot het instellen van een beroeps
kader heeft besloten. Op een te Utrecht gehou
den persconferentie heeft opperkompaan Rik-
kers, de leider van de kaderschool van den
Jeugdstorm te Ommen, nadere mededeelingen
gedaan omtrent dit binnenkort te vormen be
roepskader. Jonge, krachtige kerels van 17—25
jaar, kunnen zich opgeven voor den cursus van
drie maanden, welke te beginnen per 1 Novem
ber a,s. gehouden zal worden in de kaderschool
te Ommen.
Van deze jonge Nederlanders om te begin
nen zal er voor een 50 man plaats zijn wordt
niet alleen gèvergd dat zij beschikken over een
gezond en krachtig lichaam, maar daarnaast
zal bijzonder worden gelet op den geest van deze
jongelui. Deze geest moet frisch en bruisend zijn
en hij moet open staan voor den nieuwen tijd.
In den Jeugdstorm heeft mqn altijd een mooie
leuze gekend en deze leuze zal nu meer dan
ooit van kracht zijn: „Moedig, eerlijk en trouw,
in godsvertrouwen alles voor het vaderland".
Ziehier, waar het de leiding van den Jeugdstorm
uiteindelijk om te doen is. Wie deze leuze waar
achtig aanvoelt en wil beleven, zal geschikt r"n
voor jeugdleider.
Op den cursus in Ommen zal ook het begrip
„kameraadschap" op de juiste wijze moeten
worden aangeleerd. Want daar zal de kameraad
schap worden beleefd in strenge tucht en harde
discipline.
De grootst mogelijke aandacht zal worden be
steed aan de sport, dat is wel een van de belang
rijkste onderdeelen van de opleiding. Van den
jeugdleider wordt immers verwacht, dat hij zijn
jongens zal voorgaan en met name in de be
oefening van de sport. Bij het veldwerk valt het
zwaartepunt op de weerbaarheid, want weer
baar dient de jonge Nederlander te zijn, nu en
in de toekomst. Onder het weerbaar zijn ver
staat men op de kaderschool ook het kunnen
schieten. Op speciale aangelegde schietbanen
zal worden geoefend met klein kaliber geweer.
Daarnaast zal de theorie op den cursus een
belangrijke plaats innemen. Wanneer de sport
en het veldwerk zullen zijn gedaan, zullen lezin
gen worden ingeschakeld o.m. over de rassen
kunde, de geschiedenis en de heemkunde. Maar
daarop aansluitend zal b.v. bij de heemkunde de
practische kant toch weer op den voorgrond
komen, Want prof. Jeswiet uit Wageningen heeft
zich bereid verklaard met de cursisten uit
Ommen heemtochten in den omtrek van het
kamp te ondernemen.
Theorie en practijk zullen in de drie maanden
van den cursus hand in hand gaan en dan hoopt
men aan het einde van het kamp over jeugd
leiders te beschikken, die op welke plaats in
Nederland ook ingezet, een behoorlijken Jeugd-
stormdienst in elkaar kunnen zetten.
Drie maanden lang zullen de cursisten onder
leiding van opperkompaan Rikkefs naar lichaam
en geest worden getraind, zij worden op de tot
kamp omgebouwde boerderij te Ommen gelegerd,
gevoed en zoo mogelijk ook gekleed, terwijl zij
verder de beschikking krijgen over een klein
zakgeld.
Na afloop van den cursus zullen zij aan een
algemeen examen worden onderworpen en men
hoopt dan goede, zelfbewuste kerels te hebben
gekregen, die zichzelf een opgaaf weten te stellen
voor hun volk en hun vaderland.
DE TAPTEMELKBONNEN.
Zooals bekend geven de bonnen voor tapte
melk tevens recht op het koopen van consump
tiemelkproducten. De laatste bestaan voor ver
reweg het grootste gedeelte uit tapte- of kar
nemelk. De overige bestanddeelen van de con
sumptiemelkproducten kunnen, wat de hoeveel
heid betreft, gevoegelijk worden verwaarloosd.
Tot nu toe gold, dat op één bon een hoeveel
heid geleverd moest worden, waarin 13/4 liter
tapte- of karnemelk verwerkt was. Het is ech
ter in de practijk ondoenlijk gebleken dit pre
cies uit te rekenen. Aangezien dit ook feitelijk
de moeite niet waard is en het bovendien aan
leiding gaf tot meeningsverschillen tusschen
publiek en handelaren, zullen, naar het depar
tement van landbouw en visscherij thans be
kend maakt, genoemde bonnen voortaan elk
recht geven op het koopen van 13/4 liter tapte-
of karnemelk of 13/4 liter taptemelkproducten.
DENDROLOGENDAG TE BOSKOOP.
Gisteren hield de Nederlandsche Dendrologische
Vereeniging haar j aarlij kschen Dendrologendag
te Boskoop.
Na de opening voor de bijeenkomst door den
voorzitter, den heer S. G. A. Doorenbos, direc
teur van Gemeente-plantsoenen te 's-Graven-
hage, werd aoor den heer dr. J. van Wijk van
Ts-Gravenhage, een lezing gehouden over het
onderwerp: „Eenige problemen in het sierteelt-
centrum Boskoop" en door den heer ir. J, G.
W. Ignatius van 's-Gravenhage een voordracht
over het onderwerp: „Enkele gegevens uit de
economische ontwikkeling van het boomteelt-
bedrijf, in het bijzonder met betrekking tot het
centrum Boskoop."
In den middag gaf de heer dr. B. F. Jacobi,
directeur der Rijkstuinbouwschool een beschou
wing over het grondonderzoek te Boskoop.
Hierna brachten de leden een bezoek aan het
laboratorium, den proeftuin en de tentoonstel
ling van afbeeldingen, oude catalogi en litera
tuur, betrekking hebbende op Boskoop.
VEEHOUDERS IN ZUID-HOLLAND
HIELDEN MELK ACHTER.
Verplicht tot levering van een gToot deel van
hun veestapel.
De secretaris-generaal van het departement
van landbouw en visscherij heeft onlangs de
bevoegdheid gekregen om op te treden tegen
landbouwers en veehouders, die handeleh in
strijd met de wettelijke voorschriften, door hun
producten geheel of gedeeltelijk aan hun be
stemming te onttrekken. Wanneer geconsta
teerd wordt, dat een veehouder aanmerkelijk
minder melk levert aan een melkverwerkend
bedrijf of aan een standaardisatiebedrijf dan op
grond van den omvang van zijn veestapel en
andere factoren redelijkerwijze van hem kan
worden verwacht, kan deze man worden ver
plicht tot inlevering van andere producten, bij
voorbeeld een deel van zijn veestapel.
In eenige provincies is dit laatste reeds ge
schied. Aan enkele veehouders is reeds een
extra-aanslag opgelegd in de verplichte vee
levering.
Thans zijn het twee veehouders in Zuid-Hol
land, die zich een extra-leveringsplicht zien op
gelegd. Aan een veehouder te Krimpen aan
den IJssel is een extra-leveringsplicht van 9
koeien opgelegd, terwijl een veehouder te Alke
made niet minder dan 20 koeien boven zijn
normalen leveringsplicht zal moeten afstaan.
Men kan niet ongestraft de voedselvoorzie
ning van zijn volk tegenwerken!
II.
T"\ ORTUGAL kent sedert jaren het bestaan
'van een vriendschapsverdrag met Enge-
land, terwijl het als koloniale mogend
heid ook in velerlei opzicht met de tot voor kort
de zeeën beheerschende macht rekening hield.
Deze gegroeide toestand maakt volgens „Nieuw
Nederland" de positie van Portugal in het hui
dige conflict niet gemakkelijk en allerminst be
nijdenswaardig. Zeer terecht trekt het maand
blad de volgende conclusie: Benerzijds sym
pathie voor het Nieuwe Europa, welks grond
beginselen in het land zelf reeds jaren in toe
passing zijn, of althans langzaam worden ge
bracht, anderzijds historische en economische
banden met Engeland, die zich niet plotseling
laten verbreken".
Ten slotte zal ook Portugal toch het gezicht
naar Europa, naar het Continent, moeten kee-
ren, waarvan het immers een deel is en waar
van het zich dus niet los kan denken. Te dien
aanzien is Vroegindewey's passage over het
British Empire van belang. Hij zegt daarin
o.a.: „Wanneer straks het Engelsche wereldrijk:
zal zijn ondergegaan, dan zal het eilandenrijk
in Europa wel niet geheel uitgeschakeld zijn,
maar toch zulke klappen, ook economisch heb
ben gekregen, dat zijn handelsverbindingen in
de eerste jaren daarna zeker niet op volle capa
citeit van voordien hersteld kunnen worden.
Afgezien nog van het feit, dat verschuiving van
politieke machtscentra hetzelfde in economisch
opzicht met zich brengt."
De economische omschakeling van Portugal
op het vasteland is mogelijk, doch het blad
stelt daarvoor vier feiten vast, waaruit volgt.,
dat nu Portugal door de internationale ontwik
keling sinds December 1941 meer en meer in
het continentale kamp terecht moet komen, de
omschakeling heel wat moeilijker zal zijn, dan
b.v. voor Spanje het geval was. Immers, dan
zullen zijn artikelen meer dan tot nu toe op
markten worden gebracht, waar Italië en Spanje
al gevestigd zijn. En wql voornamelijk op die
markten, vanwaar omgekeerd Portugal met
grondstoffen kan worden beleverd.
Verder geeft „Nieuw Nederland" nog een zeer
interessante uiteenzetting over den invloed
van de Berlijnsche Ringclearlng. Het zegt: „De
economische aaneensluiting van het Continent,
onder leiding van Groot-Duitschland, die zich
nu reeds bezig is te voltrekken, brengt echter
nog grootere mogelijkheden in zich dan opper
vlakkig blijkt. Immers was het voor vele landen
noodzakelijk, behalve de betalingsbalans ook
de handelsbalans zooveel mogelijk in evenwicht
te houden, in de nieuwe constellatie is dit prin
cipieel niet meer noodig. Zeker, Portugal
maakte reeds een uitzondering, doordat het vele
inkomsten uit anderen hoofde dan den buiten-
landschen handel had, maar deze zijn thans
voor een groot deel vervallen en ook in dat op
zicht is de situatie voor het land aanmerkelijk
slechter geworden. Vele landen, die dan ook
thans handelsovereenkomsten afsluiten, doen
dit op basis van een goederenruil met dezelfde
totaalwaarde. In het Nieuwe Europa zal het
echter blijken, dat de armslag veel,, grooter zal
zyn. Ook voor Portugal. Want de Berlijnsche
Ringclearing, waarbij Portugal weliswaar thans
nog niet is aangesloten, maar waartoe het by
een instelling op Europa zeker zal (moeten)
toetreden, maakt het mogelijk, dat de verschil
lende door de afzonderlijke landen aan te bie
den artikelen als stimulans kunnen dienen om
het handelsverkeer tusschen andere landen op
gang te brengen, resp. te bevorderen."
Het is begrijpelijk, dat deze ontwikkeling tijd
noodig heeft. Reeds de Duitsche minister Funk
zeide op 18 Januari van dit jaar, dat het han
delsverkeer tusschen de staten afzonderlijk dè,n
nog niet als een „binnenhandel" beschouwd kan
worden, want voorloopig valt er nog niet te
denken aan een volledige opheffing van de
douane- en deviezenbelemmering. Wel echter
zal dit handelsverkeer als „Grossraumhandel"
alle voordeelen eener leiding van de markt door
den staat genieten.
Portugal heeft in de afgeloopen jaren getoond
tot veel in staat te zijn, ondanks moeilijkheden,
die het in groote mate op zijn weg aantrof. De
toekomst van het land van Salazar hangt of
van den juisten koers zijner regeering en deze
is in het artikel van Joh. C. A. Vroegindewey in
„Nieuw Nederland" zeer goed uitgestippeld.
Wanneer Portugal zich tijdig zal weten terug
te trekken van die Engelsche vriendschap, is
deze omschakeling in het Continentale Europee
sche blok zeer wel mogelijk. Moge het den
juisten weg weten te kiezen!
Het eerste artikel ls ln ons blad van gisteren
verschenen.
DEZE WEEK IS DE
VERDUISTERINGSWEEK.
Een oogenblik van onbedachtzaamheid (uw
zolderraam was geheel onverduisterd en de lamp
bleef per ongeluk branden) kan maken, dat
men jaren schreit.
Goed verduisterd, goed beschermd.
OVERWEGWACHTERES TIMMER EN HAAR
„WONDERHOND".
Een overwegwachteres der Ned. Spoorwegen,
wordt in onze dagen nu deze niet meer aange
steld worden, meer en meer een zeldzaamheid.
Thans is het weer mej. Timmer, overweg
wachteres te Bilthoven (vroeger in Leiden werk
zaam) die in verband met de pensionneering van
haar man, wegwerker Timmer, de zwarte cape
met roode kraag en zuidwester voorgoed zal af
leggen.
Na ln Leiden geruimen tijd dienst gedaan te
hebben, werd zij overgeplaatst naar Bilthoven
op de lijn BilthovenZeist.
Met haar zal ook de bekende „wonderhond"
Bobby van den overweg verdwijnen. Mej.
Timmer kon gerust de bewaking van den over
weg aan haar hond overlaten, want als de
telefoon of het verkeerssein gaat, vliegt „Bobby"
direct overeind en jegint aan haar rokken te
trekken, net zoolang tot de overweg gesloten is.
Onafgebroken zit hij voortdurend met opgesto
ken ooren naar de telefoon te luisteren. Dikwijls
joeert hij ook aan de draden van de seinen
te trekken. Gaat de bel van Huis ter Heide, dan
verroert hy geen vin, want de trein loopt im
mers over een ander spoor. Is het voor Bilthoven
bestemd, dan hoort hij echter dadelijk het ver
schil en rust niet voordat de overweg gesloten is.
Mej. Timmer en haar „wonderhond" werden
te Bilthoven tot een groote bijzonderheid, want
deze overweg was inderdaad tot in de perfectie
bewaakt.
Na Leiden heeft mej. Timmer nog 14 jaar in
Bilthoven gestaan. In het geheel is zy 26 jaar
overwegwachteres geweest en met haar verdwy'nt
weer een der bekendste overwegwachteressen.