DINSDAG 25 AUGUSTUS 1942 No. 25278 Stalingrad bedreigd 83ste Jaargang Ook uit het Zuiden Het echec van Dieppe De oorlogsverklaring van Brazilië De Britsche verliezen ter Zee Verspreide Berichten Algemeene inventarisatie voorraden textielproducten Dr. Thierack, Duitsch Minister van Justitie Verduisteren: Venlverbod van groente en fruil Saboiagepoging op spoorwegfraject bij Deventer BINNENLAND Het ontstaan van de distributie-bescheiden Over den Nederlandschen Staat in het nieuwe Europa LEIDSCH DAGBLAD Directeur: J, W. Hermy. Telef. Directief en Administratie 25041 (2 lijnen) Gironummer: 5705t> DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telef Redactie 21507 Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst, Lelden. Pl.verv.: K Been. Lelden. I De A.N.P.-correspondent te Berlijn meldt: de strijd om Stalingrad is begonnen. Ten N.W. van deze stad zijn, naar in 't Duitsche weermachtbe- zicht is meegedeeld, Duitsche infanteriedivisies en snelle troepen over den Don getrokken. Uit de formuleering blijkt, dat niet slechts bruggehoofden op den Oostelijken oever van den Don gevormd zijn, doch dat zich daar reeds een belangrijke strijdmacht bevindt. Niet alleen, dat hierdoor Stalingrad, waar een groot deel der sovjet-Russische pantserwagens vervaardigd wordt, ernstig bedreigd wordt, ook de verbinding van de bolsjewistische troepen, die zich ten Zuiden van den door Don en Wolga ge vormden „flesschenhals" bevinden, verkeert in gevaar. Het is niet bekend, waar zich de Duitsche troepen, die tusschen Don en Sal in Oostelijke richting zijn opgerukt, thans bevinden, doch het ligt voor de hand, dat ook deze een bedreiging voor Stalingrad vormen, en wel uit Zuidelijke richting. In het Westen en Noorden van den Kauka- sus vorderen de Duitsche en verbonden troe pen goed, niettegenstaande het moeilijke terrein met zijn hooge bergketens naast diepe kloven, waarin de bolsjewisten bovendien nog talrijke versperringen hebben aangelegd. De Kaukasus, waarvan de hoogste top, de Elbroes, 5629 meter hoog is, wordt slechts door enkele wegen doorsneden. Het beste is de ver- keerstoestand nog in het Westelijke deel, waar zich enkele spoorwegen bevinden, namelijk die van Krasnodar naar Noworosisk en die van Ar mavir naar Toeapse. De niet zeer talrijke passen liggen des win ters onder de sneeuw en voor de troepen biedt het terrein geringe verzorgingsniogelijkheden, zoodat voorraden dienen te worden meegevoerd. Het Kaukasus-gebied omvat niet minder dan acht klimaatzones. Uit dit alles blijken de moeilijkheden, waar mede de Duitsche en verbonden troepen bij hun opmarsch te kampen hebben, doch welke tot dusver niet hebben kunnen verhinderen, dat gestadig terrein gewonnen wordt. COMMANDANT VAN DIEPPE'S GARNIZOEN VERTELT. De A.NP.-correspondent te Berlijn meldt: Met welke groote offers de Engelschen hun mislukte landingspoging bij Dieppe hebben.moe- ten betalen, blijkt uit de mededeelingen op de persconferentie van majoor von Bonnin, den commandant van het te Dieppe gelegerde batal jon, dat den Anglo-Amerikaarischen aanval heeft helpen afslaan. Reeds in den wereldoorlog heb ik, aldus ma joor von Bonnin, veel gruwelijke tooneelen aan schouwd. doch dit alles wordt nog overtroffen door het beeld, dat het strand van Dieppe na de vlucht der Engelsch-Amerikaansche lan dingstroepen bood. Voor zoover de gelande soldaten niet reeds in de booten den dood hadden gevonden, waren zij door het geconcentreerde Duitsche afweervuur letterlijk als halmen op het veld neergemaaid. Dagenlang heeft men de lijken bij vrachtauto's vol weggevoerd, terwijl nog steeds nieuwe lijken a anspoelen. Daartegenover zonken de geringe eigen ver liezen der Duitschers volkomen in het niet. Het aantal vermisten, waarvan kan worden veron dersteld dat zy als gevangenen op de Britsche schepen zijn meegevoerd, bedraagt niet meer dan tien. Dieppe was volgens majoor von Bonnin als landingsplaats uitgekozen, omdat het een goede en voor het beoogde doel zeer bruikbare haven bezit en bovendien omdat van daar de kortste weg naar Parijs leidt. Hadden de Engelschen naar Parijs kunnen oprukken, dan zou hun pres tige eensklaps weder aanzienlijk gestegen zijn. Ook hieruit blijkt dus, dat een invasie in op tima forma in de bedoeling lag. Ook de groote breedte 20 K.M. waarover de landings actie zich uitstrekte, spreekt in dit verband dui delijke taal. Majoor von Bonnin besloot met uiting te geven aan zijn overtuiging, dat de En gelschen met het oog op de opgedane ervarin gen niet nog eens zullen trachten, op dit punt een landingspoging te wagen. Echter ook op andere punten zullen zij dezelfde ervaring moe ten opdoen, zoo zei hij. Reeds den eersten dag van den oorlogstoe stand tusschen Brazilië en Duitschland zouden, naar uit Rio de Janeiro vernomen wordt, hon derden onderdanen der spilmogendheden gear resteerd zijn. Bovendien zouden de autoriteiten bepaald hebben, dat alle Duitschers en Ita lianen, die „de openbare veiligheid in gevaar zouden kunnen brengen" achter slot en grendel gezet worden. In Berlijnsche politieke kringen merkt men op, aldus het D-N.B., dat de poging van de Amerikaansche en Engelsche propaganda om aan de z.g. oorlogsverklaring van Brazilië een bijzonder groote beteekenis te hechten, naar Duitsche opvatting «lechts in zooverre gerecht vaardigd is, omdat de stap van Brazilië, poli tiek beschouwd, gelijk staat met de volledige onderwerping aan de Ver. Staten. Van militair gezichtspunt uit wordt hij zonder belang ge acht, daar de militaire machtsmiddelen, voor zoover Brazilië die bezit, reeds onbeperkt ter beschikking van de Ver. Staten gesteld waren. De Asmogendheden, zoo merkt men te Berlijn op, waren reeds lang op de hoogte van de on neutrale, ja vijandige houding van de Brazi- liaansche regeering, Politiek, psychologisch en militair waren de Asmogendheden reeds lang op de thans" ontstane ontwikkeling voorbereid, waarvoor het Braziliaansche volk de schuldigen eens ter verantwoording zal roepen. In Italië neemt men een zelfde standpunt in. 152 VERLOREN OORLOGSBODEMS. Na de vernietiging van het Britsche vlieg kampschip Eagle en 2 kruisers bij den recenten aanval op een Engelsch convooi in de Middel- landsche Zee. gingen er in Engeland stemmen op naar publicatie van de tot dusver door Ame rikanen en Engelschen geleden verliezen aan oorlogsbodems. De Britsche admiraliteit geeft thans een eerste opgaaf van 152 oorlogsschepen met een totalen inhoud van 631.400. Onder deze 152 verloren gegane oorlogsbodems bevinden zich 5 slagschepen, 5 vliegkampschepen, 21 krui sers en niet minder dan 83 torpedojagers. Daar de werkelijke verliezen der Engelschen en Ame rikanen aan oorlogsbodems meer dan 300 sche pen bedragen, valt aan te nemen, dat de Brit sche admiraliteit binnenkort een tweede opgaaf zal verstrekken. De eerste gedeeltelijke Brit sche bekentenis vormt dus een opmerkelijke be vestiging van de door de Asmogendheden opge geven cijfers aan torpedeeringen van Britsche en Amerikaansche oorlogsbodems, meldt het D.N.B. CHURCHILL IN ENGELAND TERUG. Naar de Britsche berichtendienst meldt, is Churchill gisteravond per vliegtuig van zijn reis naar het Midden-Oosten en Moskou in Enge land teruggekeerd. Ook Harriman is met hem teruggekeerd. NOODLANDING VAN ENGELSCH VLIEGTUIG BIJ BERN. Een Engelsch militair vliegtuig heeft gister middag wegens motorpcch in de buurt van Bern een noodlanding gedaan. De bemanning van 2 personen en het vliegtuig werden geïnterneerd. (D.NJ3.) De secretaris-generaal van het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart deelt mede, dat in de week van 614 September 1942 een algeheele inventarisatie van de voorraden textielproducten bij de industrie en den handel zal worden gehouden. De vier rijksbureaux voor textiel t.w. rijkstextielbureau te Arnhem, rijks bureau voor wol en lompen te Tilburg, sectie confectie te Amsterdam en rijksbureau Distex te Den Haag, zullen den ingeschreven onder nemingen tijdig van nadere gegevens met betrek king tot deze inventarisatie in kennis stellen. De toepassing van de prijzenbeschikking tex tielhandel no. 1 en de prijzenbeschikking textiel no. 1 en de verplichte voorraad-administratle brengen veel voorbereidende werkzaamheden mee voor de betrokken bedrijven en het is noo- dig, dat hiervoor tijd en gelegenheid is, opdat met de prijsberekening en met het bijhouden van een voorraadadministratie volgens de nieuwe voorschriften een aanvang kan worden gemaakt op 14 September 1942. Op grond van het bovenstaande is het ge noemden ondernemingen verboden gedurende de periode van 6—14 September 1942 textielpro ducten te koopen, tc verkoopen, af te leveren, te vervoeren of te doen vervoeren en is het dus geoorloofd de verkoopmagazijnen of afdeelingen van magazijnen te sluiten. Dispensatie der verbodsbepalingen zal in bij zonder ernstige gevallen kunnen worden aange vraagd bij het betrokken rijksbureau, waar men is ingeschreven. Slechts bij uiterste noodzaak zal dispensatie worden verleend. OPBOUW NAT.-SOC. RECHTSPLEGING. Officieel wordt medegedeeld: De Führer heeft met het oog op de bijzondere beteekenis, welke in oorlogstijd gehecht moet worden aan dc rechtspleging, besloten, den post van Rijksmi nister van Justitie, die sinds het overlijden van den Rijksminister dr. Giirtner onbezet was ge bleven. opnieuw te bezetten. De Führer heeft daarom den president van het Volksgerichtshof, den gepensionneerden Staatsminister dr. Thie rack, die na het overnemen van de macht tot aan het overnemen van de justitie in Rijksbe- lieer Saksisch minister van Justitie was. tot Rijksminister van Justitie benoemd. Tevens heeft de Führer professor dr. Schlegelberger, die belast was met de leiding der zaken van het Rijksministerie van Justitie, van deze functie ontheven en op zijn verzoek gepensionneerd. De Führer heeft den staatssecretaris dr. Schlegel berger in een eigenhandig geschreven brief zijn dank betuigd voor de diensten aan het Duitsche Rijk bewezen en hem in het hoofdkwartier van den Führer ontvangen om persoonlijk" afscheid van hem te nemen. Tot staatssecretaris aan het Rijksministerie van Justitie heeft de Führer den president van het Hanseatische Oberlandes- gericht te Hamburg, senator dr. Rothenberger. en tot president van het Volksgerichtshof den staatssecretaris aan het Rijksministerie van Justitie, di'. Preisier, benoemd. De persafdeeling van de NB.D.AP. maakt ten aanzien van het vorenstaande het volgende be kend: Dr Frank, tot dusver leider van den nat.- sociaiistischen „Rechtswahrerbund". president van de Academie voor Duitsch recht en leider van het „Reichsrechtambt" der N.S.D.A.P., heeft den Führer verzocht, hem van deze functies te ontheffen om zich volledig te kunnen wijden aan zijn taak als gouverneur-generaal. De Führer heeft aan dit verzoek gevolg gegeven en tot president van de Academie voor Duitsch recht, alsmede tot leider van den nat.-socialisti- schen „Rechtswahrerbund" benoemd den pas benoemden Rijksminister van Justitie, dr. Thie rack. Het „Reichsrechtsambt" van de NB.DAP., de .Reehtsamter" voor de gouwen en districten, heeft de Führer ontbonden en de bestaande leiders der „Reehtsamter" voor de gouwen en districten toegevoegd aan de „Stabsamter" der gouwen en districten. De nat.-socialistische „Rechtsberatungsstellen" blijven bestaan. BIJZONDERE VOLMACHTEN. Officieel wordt medegedeeld: Dc Führer heeft dr. Thierack. door het vol gende besluit bijzondere volmachten verstrekt: Ter aanvulling van de taak van het Groot- Duitsche Rijk is een sterke rechtspleging nood zakelijk. Daarom machtig ik den Rijksminister van Justitie en draag hem op om volgens mijn richtsnoeren en aanwijzingen in overleg met den Rijksminister en chef van de Rijkskanse larij en den leider der Partij-kanselarij een nat.-socialistische rechtspleging op te bouwen en alle daarvoor vereischte maatregelen te tref fen. Hij kan hierbij van het bestaande recht afwijken". van hedenavond 20.44 uur tot morgenochtend 6.40 uur De maan ging hedenmorgen or.i 5.33 uur onder en komt weer op om 20.35 uur hedenavond. GROENTEHANDELAREN MOGEN WEL KLANTEN BEDIENEN. In het belang van een zoo rechtvaardig mo gelijke verdeeling van de beschikbare hoeveel heden groenten en fruit over de Nederlandsche huishoudens dient, naar het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogstijd mededeelt, de verkoop van versche groente en fruit anders dan in de winkels welke de normale kanalen geacht moeten worden, waarlangs groente en fruit de huishoudens bereiken verder te worden beperkt. Te dien einde is door den secretaris-generaal van het Departement van Landbouw en Vis- scherij met ingang van 27 Augustus 1942 het volgende bepaald: le. Het venten met groenten en fruit is verboden, onder welk verbod tevens valt het hebben van een standplaats voor den verkoop van ovengenoemde producten. Dit verbod geldt niet alleen voor den verkoop op of aan den openbaren weg maar ook op voor het publiek toegankelijke perrons van stations. Onder dit verbod valt niet het bezoeken door groentcnhandelaar aan vaste klanten. 2c. Voorts is in alle eetgelegenheden zoo als restaurants, restauraties van stations en treinen en cafétaria's de verkoop van versch fruit verbodlen. 3e. De verkoop van fruit door telers rechtstreeks aan particulieren is voortaan in het gcheele land verboden. Dit verbod geldt dus ook voor hoeveelheden minder dan 2'j kilo, zoowel als voor verkoop aan particu lieren woonachtig binnen de eigen gemeen te van den teler. 4e. In boomgaarden of fruitteeltbedrijven zijn de eetgelegenheden van fruit niet meer toegestaan. De Dienststelle van den höheren SS- und Polizeiführer Nordwest deelt mede: Zondag, 23 Augustus 1942. tegen 8 uur des ochtends, is geconstateerd, dat de rail op het traject DeventerApeldoorn door losdraaien van de schroeven en verbindingsstukken buitenwaarts verplaatst was en dat het weg genomen verbindingsstuk tusschen de vast liggende en de losgemaakte rail was geklemd, zoodat een opening ter breedte van 8 c.M. was ontstaan, die voldoende zou zijn geweest om een trein tot ontsporing te brengen. Het onderzoek in deze strafbare zaak duurt voort. Met het oog op de omstandigheid, dat de Nederlandsche Spoorwegploegbaas Chris tian Kruitbosch bewust, eigener beweging, terstond alles in het werk heeft gesteld om het treinverkeer te doen stoppen en derhalve door een lid van de Nederlandsche bevolking de aanslag is verhinderd, is er van afgezien in dit geval gijzelaars te doen boeten. In diepgaande besprekingen bij den höhe ren SS- und Polizeiführer heeft thans de Nederlandsche Spoorwegdirectie de verant woordelijkheid op zich genomen voor een belangrijke uitbreiding van de beveiliging. HET DRUKPROCES EEN WAARBORG TEGEN FALSIFICATIES. Hoe komen onze distributiebescheiden tot stand en welke maatregelen zijn er genomen voor de beveiliging van deze waardepapieren tijdens de fabricage? Voor het antwoord op deze vragen hebben we dezer dagen op uitnoodiging van den persdienst van het Departement van Landbouw en VisscheriJ een bezoek gebracht aan de drukkerij van Joh. Enschede en Zonen aan het Klokhuisplein te Haarlem, waar de ons zoo welbekende distributiebonnen het levenslicht zien.. Het sprak welhaast vanzelf, dat de overheid, toen zij voor de noodzakelijkheid kwam te staan allerlei artikelen te moeten distribueeren en aan het Nederlandsche volk daarvoor waarde bonnen moest uitreiken, zich wendde tot deze wereldbekende firma, die langer dan een eeuw reeds heeft bewezen een bijna nergens geëven aarde routine en vaardigheid te bezitten in het maken van bankbiljetten, postzegels, banderollen enz. en die door haar vertrouwen daartoe ge regeld ook van ver over de grenzen opdrachten ontving. Dat de firma het in haar gestelde vertrouwen ook thans weder heeft waardig getoond, hebben zoowel het publiek als de handelaren telkens bij het ontvangen van de vakkundig en technisch tot in de puntjes uitgevoerde waardepapieren kunnen constateeren. Doch ook de overheid is, naar ons bleek, te vreden, want in haar strijd tegen de verschil lende vormen van misbruik van bonnen, kaarten of toewijzingen heeft zij in de eerste phase van den levensloop dezer bescheiden, n.l. bij de fabri cage in Haarlem, den grootst mogelijken waar borg van veiligheid. Naast het toezicht van den rijkscontroledienst, die in hetzelfde gebouwen complex is ondergebracht, oefent het bedrijf zelf een drieledige controle uit en wel op nieuw per soneel, op aanwezig personeel en op terreinen en gebouwen. Bij onzen rondgang door het bedrijf, waar ruim 800 man personeel werkt, hebben we kunnen ervaren, dat van de ontvangst van den bestelorder van het centraal distributiekantoor af tot aan de laatste bewerking van de zorgvuldig afgetelde papieren de controle van den rijks dienst en de bedrijfscontrole tegenover elkaar en in samenwerking met elkaar zoo intensief zijn, dat menschelijkerwijze gesproken geen snippertje papier bij het productieproces ongemerkt kan verdwijnen. Alle mogelijke voorzorgsmaatregelen zijn ge nomen en daarbij neemt de uit 17 man bestaande bedrijfspolitie een voorname plaats In. Waar zoo het personeel en de goederen onder toezicht staan, is het begrijpelijk, dat de zorg voor de vervaardiging van het product niet min der groot is. Per periode gaan er meer dan tien millioen levensmiddelenkaarten uit, meer dan een millioen toeslagkaarten voor zwaren en zeer zwaren arbeid en meer dan twintig millioen coupures (toewijzingsformulieren), enz. Dit zijn alle even zoovele waardepapieren, waarvan de namaak wel mogelijk is, maaren hier begint reeds een belangrijk deel van de zorg voor de tweede levensphase van de bonnendie door de geperfectionneerde druktechniek, waarin Enschedé en Zonen zooveel routine bezit, falsifi caties ten zeerste bemoeilijken. We hebben in het laboratorium der drukkerij verschillende soorten van vervalschingen kun nen aanschouwen, sommige zoo primitief, dat ze onmiddellijk met het bloote oog opvallen, andere, die van meer vakmanschap getuigen, en waar aan vergrootglas of kwartslamp te pas moeten komen. De techniek van deze preventieve bevel- n. 4*-"K yfUSSERT behandelde in het tweede T V deel van zi-in groote rede. welke hij v op den Goudsberg te Lunteren hield, de economische samenwerking, de Europeesche levensruimte in het Oosten, de begrippen Staat en Beweging èn Staat, arbeidsgemeenschappen en gewesten. De economische samenwerking zal op natio- naal-soclalistischen grondslag moeten berusten. Deze samenwerking staat nog in de kinder schoenen. Het kapitalisme, dat als vijand van het nationaal-socialisme van de oorlogsomstan digheden gebruik maakt, is in strijd met het geen, een juiste economische samenwerking ver- eischt. Adolf Hitler zeide eens: wie aan den oorlog verdient, sterft er aan. Wat betreft de samenwerking der Nederland sche en Duitsche kapitalisten zeide Mussert ojn. het volgende: „Duitsche en Nederlandsche kapitalisten heb ben zeker de neiging elkander te vinden, heb ben elkander reeds hier en daar gevonden, ten koste van de volksbelangen. Vóór Mei 1940 heb ben wij ons fel gekeerd tegen de ordening voor de vriendjes, wtf moeten nu het program uit breiden. Als goede nationaal-socialisten keeren wij ons niet alleen tegen de ordening voor de vriendjes, maar evenzeer tegen de ordening voor de bankiers en de trusts. Wanneer wij dat doen stuiten wij op Duitschers, die verkondi gen, dat de N.S.B. toch niet zoo „Deutsch- freundlich" is als zij wenschelfjk achten. Ons antwoord daarop is: dat inderdaad dit door hen gewenschte soort „deutschfreundlichkeit" ons vreemd is en dat wij hun aanraden zich te herinneren, dat de Führer gezegd heeft: „ik ben als nationaal-socialist ten oorlog getrokken; Ik zal als nog fanatieker nationaal-socialist terug- keeren." De Leider sprak als zijn oordeel uit, dat de bestrijding van het kapitalisme en het marxis me de eerste tien jaren nog onverpoosd zal moeten doorgaan, ook al zou het Amerikaan sche kapitalisme en het Russische communisme nog vandaag militair vernietigd zijn. Het behoort c/enzeer tot de taak van een nationaal-socialistische Nederlandsche Regee ring om dezen strijd op zich te nemen ten be hoeve van het welzijn van het Volk. Ik kan mij, aldus Mussert in het vervolg van zijn rede. dus volkomen begrijpen, dat Duitsche en Nederland sche kapitalisten niet bepaald geestdriftig zijn bij de gedachte aan de komst van een Neder landsche nationaal-socialistische Regeering en zich veel moeite willen getroosten om dit tijd stip zoo lang mogelijk te doen verschuiven. Het laat aan duidelijkheid niets te wenschen, als Mussert opmerkte, dat de economische sa menwerking In Germaansch verband en daar bovenuit In Europeesch verband, voorop stelt, dat de volksche ontplooiing niet wordt belet om te voldoen aan de zelfzucht ten koste van het algemeen. Een derde belangrijk punt in de rede was de Europeesche levensruimte in het Oosten. Gaarne wil het Nederlandsche volk zijn aan deel dragen in den arbeid, in de ontginning, in het bestuur, op die gedeelten, die de Führer ons Volk voor deze krachtsontplooiing zal aan wijzen. Vooruitloopende daarop, was Mussert van meening, dat de Nederlandsche Arbeids dienst daar een taak te verrichten heeft, dat boeren als agrarische leiders hoogst nuttig kun nen zijn, en dat Nederlandsche ondernemers met hun werktuigen en hun arbeiders daar be langrijk werk kunnen doen. zonder aantasting van onze volkskracht en onzen volksaard. Ook op dit gebied zal een nationaal-socialistische Nederlandsche Regeering een groote taak heb ben te verrichten. Zoo zag Mussert het ontstaan van het nieuwe Europa, de Germaansche samenwerking, de noodzakelijkheid van de komst van den Ger- maanschen Statenbond en de regeling der Ger maansche aangelegenheden. De Leider noemde het slechts een beknopt overzicht, dienende om de nieuwe Europeesche orde gestalte te geven. „Dit is, zoo zeide hij, de noodzakelijke voorwaarde óm verder met vrucht te kunnen spreken over den nieuwen Neder landschen Staat, die moet worden opgericht als opvolgen van den democratischen staat, die in 4'^ dag in Mei 1940 ln elkander is geploft. Die Staat moet passen in het wordende nieuwe Europa en daarom moeten onze gedachten over het nieuwe Europa eenigermate vasten vorm hebben aangenomen, alvorens over den nieuwen Nederlandschen Staat kan worden gesproken. Een zeer belangrijk punt in Mussert's rede v/as het begrip Staat en Beweging. De taak en de rechten van den Staat worden in de eerste plaats beperkt door het lidmaatschap van den Germaanschen Statenbond en doordat de Lei der van dien Bond (de Führer) tot zich moet trekken datgene, wat algemeen Germaansch ge regeld moet worden. Overigens heeft de Staat een zuiver Nederlandsche taak cn wordt daarbij gestuwd en geleid door de Beweging, als eenlge politieke verantwoordelijke wilsuiting van het Volk. De taak van de Beweging in den natio- naal-socialistischen staat is groot. De Beweging i£ het stuwende hart. Mussert zeide, dat zich ln de Beweging de wil vormt, die door den Staat tot uiting moet worden gebracht in wetgeven- den en besturenden vorm. De Beweging elscht de volksleiding voor zich op. Na dc Fransche Revolutie is het zoo gegaan, dat de Staat vrij wel geheel afstand deed van de volk^leiding. Van belang was verder Mussert's uitspraak l) Het eerste deel van Mussert's redo behandel den wij ln het „Leidsch Dagblad" van gisteren. ten opzichte van de kerken en haar religieuze roeping. Letterlijk zeide de Leider: „De Roomsch-Katholleke Kerk eischt de volksleiding practisch geheel voor zich op en wenscht den Staat teruggebracht te zien tot een soort ad ministratief lichaam, dat de onaangename werkjes opknapt, zooals belasting-Inning, inlli- tahen dienstplicht, gevangenen bewaren, enz., enz. Aan zulk een eisch zal de Nationaal-So- cialistische Beweging nimmer kunnen of willen voldoen. Wel Is zij bereid met de Kerk tot over eenstemming te komen en aan de Kerk te laten, datgene, wat zij voor de uitvoering van haar religieuze roeping behoeft. Voor de andere kerken geldt principieel hetzelfde, maar de be zwaren zijn daar minder groot, daar het Pro testantisme niet zulk een absolute aanspraak maakt op de volksleiding." Nu de politieke partijen en het parlement zijn verdwenen, moet er iets anders voor in de plaats treden, daar de mogelijkheid van een Staatsabsolutisme dan niet is uitgesloten. Mus sert zeide, dat er daarom een politiek dragende volkskern noodig is, die haar organisatie vindt in de Beweging. Aan de Beweging moeten dus hooge eischen gesteld worden. Zij moet zuiver zijn, iedere vorm van corruptie moet als een veel ernstiger fout worden aangezien dan cor ruptie in den Staat. Te dien aanzien zeide de Leider der N.S.B.: „Onze Beweging zal zich op dit punt sterk hebben te bezinnen en het is mijn bedoeling, wat dit betreft, geleidelijk maar zeker de teu gels straffer aan te trekken. Binnen de Be weging moet onderlinge critiek en wrijving mo gelijk zijn, in dien vorm, dat daaruit blijkt de wil tot opbouw en zuivering. Er zijn uitingen in de Beweging en haar organen, die er op dui den, dat van deze voor elk leven noodzakelijke vrijheid wordt gebruik gemaakt om elkander af te kraken of te hinderen. Ik volg deze uitingen .nauwkeurig en op het tijdstip, waarop ik dit gewenscht zal achten, zal aan de zondaren hun zondenregister worden voorgehouden, met de gevolgen van dien. De politieke wil van het Volk wordt dus ge vormd in de Beweging en uitgedragen door de Beweging bij haar leidinggevende taak in het Volk. Daarom zullen de gezagsdragers der Be weging in de naaste toekomst een belangrijke positie innemen, die zeker niet onderdoet voor die, van de gezagsdragers in den Staat." In het slot van zijn rede merkte Mussert op, dat een volk een organisme is en de organen van dit organisme het recht op ontplooiing heb ben, doch met deze beperking, dat die ont plooiing niet mag ontaarden in onderlinge be strijding, noch in het afbreuk doen van het ge heel. Voor de volksordening dacht de Leider aan de volgende zes groote arbeidsgemeenschappen: lo. de Landstand, omvattende allen, die werk zaam zijn in landbouw en vlsscherij; 2o. het Arbeidsfront, omvattende hen, die werkzaam zijn in het economisch leven: 3o. allen betrokken bij onderwijs en opvoeding; 4o. die in volksgezondheid en volkszorg werken; 5o. cultureele werken; 6o. ambtenaren en politie. Mussert voegde eraan toe, dat de leiding dezer gemeenschappen in alle belangrijke posities in handen moet zijn van betrouwbare nationaal- socialisten. Na gewezen te hebben op het ge westelijke leven met de eigen sfeer cn het eigen leven, zeide Mussert, dat het gewenscht en nut tig zal zijn om een volksvertegenwoordiging te doen ontstaan, die natuurlijk niet gegrond zal zijn op politieke partijen, maan- voortkomende uit Beweging, arbeidsgemeenschappen, gewes ten, economisch leven, universiteiten, enz., die een waarlijke afspiegeling zijn van het volks leven in zijn rijke verscheid?!1. Md. Van belang was de passage, waarin Mussert de figuur van het Staatshoofd aanroerde. Daar in zeide hij: „De kracht, die de Staat zal ont wikkelen, zal hebben voort te komen uit de verantwoordelijkheid van het Staatshoofd, die als Leider der Beweging verankerd is in het Volk. Dit Staatshoofd moet het vertrouwen heb ben van den Führer van den Germaanschen Statenbond; als hem dit vertrouwen ontvalt, zal hem niets anders overblijven, dan heen te gaan. Hij moet echter voortkomen uit de Be weging en gedragen worden door het vertrou wen van de Beweging." „Het staatshoofd kiest zijn ministers en geeft ieder zijn taak. Tdsschen ministers, leiders in de Beweging, gewestelijke leiders en leiders van de arbeidsgemeenschappen, zal over vele punten wrijving ontstaan. Dit zal niet als een onge- wenscht verschijnsel worden beschouwd, maar als een teeken van intens leven, dat niet kan worden gemist. Op het juiste oogenblik zal de Leider dan, ten aanzien van het twistpunt, een uitspraak hebben te doen, die bindend is en waardoor wordt voorkomen, dat uit de hitte van de wrijving een binnenbrandje ontstaat. Niettegenstaande de Staat Mus aan vele be perkingen onderhevig zal zijn, hetgeen noodza kelijk is om het insluipen van het verderfelijke staats-absolutlsme te voorkomen, val op deze wijze naar mijn overtuiging toch een staat het leven zien, die veel doeltreffender en krachtiger zijn taak kan verrichten, dan weggelegd was voor den democratischen Staat, die de speelbal was van den z.g. volkswil, in werkelijkheid een fictie, waarachter zich verborg een aantal anonieme machten, die partij- of persoonlijke belangen nastreefden. De z.g. souvereine democratische Staten uit de 19de eeuw, vinden hun einde in het nieuwe tijd perk, dat ontstaat ln onzen tijd. Nieuwe staats vormen zullen zich ontwikkelen In de eerstko mende honderd jaren." Uit deze rede blijkt, dat Nederland positief ge leid zal worden. De fundamenten zijn nog niet allemaal aanwezig, doch zij zullen gereed komen. Eerst dan is het mogelijk, dat dc toekomst van ons volk wordt opgebouwd. Laat iedereen zich bewast zijn van de kansen, welke geboden wor den, opdat straks een Nederland zal opbloeien, dat herinnert aan de tijden van weleer! liging bij het drukken is zoo vervolmaakt, dat men bijna met zekerheid kan zeggen, dat alle vervalschingen kunnen worden opgespoord, ter wijl als regel de falsificateurs tegen de lamp loopen en hun gerechte straf niet ontgaan. De overheid staat voor de zeer zware taak, dc aanwezige voorraden naar billijkheid over de geheele Nederlandsche bevolking te verdeelen, het is in ons aller belang, dat zij daarin niet wordt bemoeilijkt door misdadigers, die zich laaghartige wijze vergrijpen aan de gemeen schappelijke levensbehoeften en daarom hopen we, dat de woorden van den directeur van het centraal distributiekantoor.dat hij ervan over tuigd is, den strijd tegen de vervalschers te hebben gewonnen, niet Ijdel zullen blijken te zijn. Hetgeen we bij de firma Enschede hebben ge zien, geeft ons daarvoor het volste vertrouwen. NIEUWE HOOFDCOMMISSARIS VAN POLITIE TE UTRECHT. Door burgemeester Van Ravenswaay geïnstalleerd. In het paviljoen aan het Veemarktterein te Utrecht is gistermorgen de nieuwe hoofdcom missaris van politie te Utrecht, luitenant-kolo nel G. J. Kerlen, geïnstalleerd. Een groot deel van het Utrechtsche politiecorps stond aange treden in de benedenzaal, die voor deze gelegen heid feestelijk was versierd. Onder de aanwe zigen bevonden zich o.m. de Beauftragte Ober- bereichsleiter Müller Reinhardt, de commissaris van de provincie, de heer Engelbrecht. de bur gemeester van Utrecht, Van Ravenswaay. de hoofdcommissaris van politie te Amsterdam, ruit.-kolonel Tulp. de hoofdcommissaris van po litie te Rotterdam, luit .-kolonel Boelstra én de wnd. wethouders van Utrecht. Hofstee, Quere en Breedveldt, alsmede de echtgenoote van den nieuwen hoofdcommissaris. Nadat commissaris Fransen het politiecorps aan burgemeester Van Ravenswaay had ge meld. sprak de burgemeester de installatierede uit. Ten slotte heeft ook dc heer Kerlen het woord gevoerd. C. STEENSMA OVERLEDEN. Op 71-jarigen leeftijd is te Den Haag over leden de heer C. Steensma, oud-directeur der posterijen en telegrafie. VERSPREIDE BERICHTEN. Aan den hoofdingenieur-directeur van den rijkswaterstaat ir. F. L. Schlingemann te Den Haag is-op zijn verzoek met ingang van 1 Octo ber a.s. eervol ontslag uit 's rijks dienst ver leend. Tot ambtenaar van het openbaar ministe rie bij de kantongerechten iij het arrondisse ment Almelo is benoemd mr. A. W. Rosingh, waarnemend ambtenaar van het Openbaar Mi nisterie bij de kantongerechten in het arrondis sement 's-Gravenhage.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1942 | | pagina 1