LEID5CH DAGBLAD - Eersfe Blad
Maandag 24 Augustus 1942
De landing bij Dieppe
Ons Kort Verhaal
10 millioen frs. voor de
bevolking
STADSNIEUWS
Over den Nederlandschen Staat
in het nieuwe Europa
Ifaliaansche Weermachtsberichten
BURGERLIJKE STAND VAN LEIDEN
BEURSOVERZICHT
Onze telefoonnummers
Directie en
Administratie 25041
Redactie No. 21507
Nel en het geluk
FEUILLETON
Duel met diamanten
De mislukte Brltsche landing aan cle Fransche Kanaalkust. - Ver
nielde Brltsche tanks op het strand.
(Telefoto-Transatlantic-Recla, m.)
De algemeene delegratie der Fransche regee
ring in het bezette gebied meldt, dat zij van
den militairen bevelhebber in Frankrijk Zater
dagavond de volgende boodschap heeft ontvan
gen:
Met het oog op de tucht en de rust der be
volking van het departement Seine inferieure,
vooral in het gebied van Dieppe, tijdens de
Engelsche landingspoging aan de Fransche Ka
naalkust op 19 Augustus stel ik ter beschikking
van den prefect van dit departement een be
drag van 10 millioen franc, dat in de eerste
plaats moet worden besteed ter vergoeding van
oorlogsschade en in de tweede plaats tot eerste
hulpverleening aan de civiele slachtoffers van
het Engelsche bombardement.
Ambassadeur De Brinon heeft Zondagoch
tend den militairen bevelhebber de ontvangst
van deze boodschap bevestigd en hem o,a. me
degedeeld:
Ik heb dit besluit ter kennis van het Fran
sche staatshoofd en van het hoofd der regee
ring gebracht en ik heb opdracht u hun vurlgen
dank over te brengen voor dit gevoelige gebaar
en deze grootmoedige hulp. De regeering waar
deert zeer in het bijzonder de eer, die u hebt
bewezen aan de bewoners der Normandische
kust. dre zich door haar tucht en rust strikt
heeft gehouden aan de voorschriften van het
staatshoofd en de regeering.
GELUKWENSCH VAN PÉTAIN EN LAVAL.
Naar het D.N.B. uit Parijs meldt, heeft de
Oberbefehlshaber West van den militairen be
velhebben in Frankrijk het volgende telegram
ontvangen: Maarschalk Pétain en regeerlngs-
chef Laval hebben ambassadeur de Brinon ver
zocht het Duitsche opperbevel in Frankrijk ge-
lukwenschen over te brengen voor het afweer-
succes van de Duitsche troepen en de snelle
zuivering van den Franschen bodem.
DE BRINON OVER DE LANDING.
Staatssecretaris De Brinon heeft aan verte
genwoordigers der pers te Vichy een schildering
gegeven van de Engelsche landingspoging b{j
Dieppe. Tegen zeven uur in den ochtend was
hij door den regionalen prefect van Rouaan.
Bouffet. er van ln kennis gesteld, dat de stad
Dieppe het doelwit was van een hevig bombar
dement van uit de lucht en uit zee. Omstreek6
twee uur in den middag was hem meegedeeld,
dat de strijd nog gaande was, doch dat de
Duitschers meester van den toestand waren.
Dieppe had in den loop van den dag 14 lucht
aanvallen te doorstaan. Het aantal gevangenen,
waaronder slechts weinig Gaullisten, en dat
meerendeels uit Canadeezen bestond, had dien
ochtend 1800 bedragen. In den namiddag kon
de onderprefect de bevolking toestaan de schuil
kelders te verlaten.
Onder de burgerbevolking zijn 36 dooden te
betreuren, waarvan 25 in Dieppe. Verder wa
ren er 65 gewonden.
Om vier uur in den middag was de strijd ge
ëindigd. Het aantal dooden aan Brltsche zijde
raamde De Brinon op 3500. (D.N.B.)
40-JARIG JUBILEUM
VAN DEN HEER J. BOUWMEESTER.
Een hartelijke huldiging.
Zaterdag was het 40 Jaar geleden, dat de heer
J. Bouwmeester alhier, als zilversmid bij de
afd. schepwerk van zilveren lepels en vorkeiL
bij de Zilva v/h. Kon. Ned. Fabriek van Goucr
en Zilverwerken te Voorschoten in dienst trad.
Zaterdagmiddag had de huldiging ten huize
van den jubilaris aan de De Genestetstraat 53
plaats in het bijzijn van afgevaardigden van
kantoor- en fabriekspersoneel. Onder hartelijke
bewoordingen en gelukwenschen huldigde Ba
ron Voorst tot Voorst, secretaris der N.V., den
jubilaris. Spr. prees den ijver en trouw van den
jubilaris en overhandigde hem namens de di
rectie een geschenk onder couvert, benevens
namens het Kon. Ned. Edelmetaalbedrljf een
verguld zilveren penning in .étui, voor 40-Jarige
trouwe dienstvervulling. Ziilks ging vergezeld
van een taart en fruitmand. Baron Voorst tot
Voorst overhandigde een schriftelijken geluk-
wensch van den heer Begeer, directeur der N.V.,
die niet persoonlijk aanwezig kon zijn.
Mevrouw Bouwmeester ontving namens het
personeel een fraaie bloemenmand.
Daarna werd de jubilaris namens het kantoor-
en fabriekspersoneel gehuldigd, waarbij hij werd
toegesproken door den heer Van Leeuwen, die
vele oude herinneringen ophaalde en namens
het personeel een zeldzame bloemenvaas op zil
veren voet met bloemen aanbood. De Jubilaris
dankte, waarop ververschingen werden aange
boden en men nog eenigen tijd gezellig bijeen
bleef.
De jubilaris ontving nog vele blijken van be
langstelling ln den vorm van bloemstukken en
cadeaux.
SPEELTUIN VER. ..WESTERKWARTIER".
Onder begunstiging van mooi weer hebben
Zaterdagmiddag de kinderen der speeltuinver.
„Westerkwartier" aan de Ten Katestraat feest
gevierd. De voorzitter, de heer G. F. Lardee,
riep allen een hartelijk welkom toe cn hoopte
dat voortaan de ouders de ledenvergaderingen
even trouw zullen bezoeken als het jaarlijksch
tuinfeest. Voorts heette hij de voorzitter van het
Noorder-, Zuider- en Oosterkwartier, het be
stuur der woningboüwver. „Ons Belang", afge
vaardigden van den Centralen Ouderraad, de
Leidsche Speeltuinfederatie en leden van de
E.H.B.O. hartelijk welkom. De spelen namen
hierop, onder de tonen van mechanische muziek
der firma Baart, een aanvang. Nadat verschil
lende spelen waren gedaan en verfrisschingen
waren rondgediend, werd een aardig tooneel-
spel opgevoerd, n.l. „Het vrooUjke hotelperso
neel", onder leiding van mevr. Van Dijk.
De Drijzen der wedstrijden werden als volgt
gewonnen: Elcrloopen jongens: 1ste pr. J v. d.
Mee. 2ae pa-. Willem Heins. Ezelprikken: 1ste pr.
F. Pijnaker. 2de pr. Corn, Corpenshoek. Vlag-
steken: 1ste pr. H. v. Houten, 2de pr. J. Dijk
stra. Balslaan: 1ste pr. G, Koet en J. Camphuis,
2de pr. G. Westerhoven en P. Seïier. Treinloo-
pen: 1ste pr. H. Rietkerken. 2de pr, J. Haze-
broek. Touwtrekken: 1ste pr. L. Eradus. 2de
pr. H. de l'Ecluse. Kopslaan: 1ste pr. H. van
Polanen, 2de pr. D. Bey. Blokrapen meisjes; 1ste
pr. A de Winter. 2de pr. G. Lardé. Ezelprikken:
lste pr. W. van Cassel, 2de pr. M. v. d. Linden.
Eierloopen: lste pr. T. Blok. 2de pr. B. v. d.
Klauw. Vlagsteken: 1ste pr. H. Keijzer. 2de pr.
B Zwagers. Treinloopen: lste pr. A. Wezel,
2de pr. H. Keijzer. Touwtrekken: lste pr. A. v.
Leeuwen, 2de pr. R. Pauw. Balslaan: lste pr. B.
Schouten, 2de pr. H. van Bas. Ringsteken: lste
pr. J. v. Zuil. 2de pr. C. Schenkeveld. Balslaan:
lste pr. J. Herreur. 2de pr. S. Westerhoven.
Hedenavond vindt de prijsuitreiking plaats.
HANDELSREGISTER K. v. K.
Wijzigingen: Fa. Gezs. Jansen, Pr. Hendrik
straat 29b, Alphen a. d. Rijn, manufacturen
zaak. Nieuwe Vennoot: Joh, Vrisekoop, Alphen
a. d. Rijn. De bepalingen ten aanzien der rech
ten van derden zijn gewijzigd.
Bleekerij P. J. Dingjan Jr. v/»h. L. J. Knoors.
Lage Rijndijk 17 Leiden. Overleden eigenaresse:
Wed. A. DingjanRulgrok, Leiden dd. 16 Aug
1042.
VEULEN IN HET GALGEWATER BEKNELD
GERAAKT.
Gisterochtend omstreeks 8 uur werd door per
soneel van de firma Zeelandia aan het Galge
water alhier in het Galgewater een veulen
ontdekt, dat bekneld zat tusschen den wal en
een aldaar liggende schuit. Waarschijnlijk was
het dier, dat op het droge werd ge Dracht en
thans nog op zijn onbekenden eigenaar wacht
bij genoemde firma, reeds om 6 uur dien och
tend op die plaats bekneld, daar toen hinneken
is vernomen zonder dat men de bron hiervan
nader is gaan onderzoeken. Hoe het veulen op
die vreemde plaats is terecht gekomen kon
uiteraard nog niet worden vastgesteld.
Bij het te Rotterdam gehouden Rijwiel
en Motorrijwielvak-examen slaagden de heeren
P. J. Gouw en J. van Zijp alhier.
Het Friesche zeilevenement bij uitne
mendheid. de Sneekweek, mocht zich
ook dit jaar in een groote belangstelling
verheugen. Het was een Imposant ge
zicht toen de Regenboogklasse met
ballonfok op door de Sybesloot kwam.
(Polygoon-v. Bilseil. m.)
I.
a TN de periode, waarin wi) leven, dienen zich
Nr I vele dingen aan. Op sommige terreinen des
I -L levens ziet men, dat zich daar een revolutie
voltrekt, terwijl andere gebieden als dankbare
basis worden gebruikt om het werk te vervol
maken. Maar komt men te spreken over de
verhouding van Nederland tot het Duitsche Rijk
of over de nieuwe „Rijksgedachte" zelf. dan zijn
de meeningen nogal uiteenloopend. De Natio
naal Socialistische Beweging in Nederland is
de draagster der nieuwe idee. De Beweging wil
er zijn voor het gehéele Nederlandsche volk.
De Leider der Beweging heeft zich nu duidelijk
uitgesproken en het Nederlandsche volk zijn
standpunt uiteengezet over den Nederlandschen
Staat ln het nieuwe Europa.
In het weekblad „Volk en Vaderland" staat
deze rede, welke Mussert op den Goudsberg te
Lunteren heeft gehouden, in extenso afgedrukt.
Na een korte historische inleiding sprak Mus
sert over de geweldige worsteling, waarin het
gaat om de vorming van continenten. De tijd.
waarin het voor staatjes mogelijk was om oorlog
te voeren of z,g. neutraal te zijn, is voorbij.
Zelfs de tijd, dat een groote staat alleen tegen
een anderen staat oorlog voerde, behoort tot
het verleden. Er zal een solidair Europa moe
ten ontstaan uit de worsteling van dezen tijd
of Europa zal ten gronde gaan na 20, 50 of 100
jaren, wanneer een nieuwe beproeving over ons
werelddeel zal komen.
Klaar en duidelijk zeide de Leider, dat de
Germaansche Statenbond de eenige geschikte
weg is om de Germaansche volkeren tot samen
werking te brengen. Van den vrede tusschen de
Germaansche volkeren, hun wil tot samenwer
king, hun bereidheid om het belang van 't ge-
meenebest te doen voorgaan boven het belang
van leder afzonderlijk, hangt de toekomstige be
staansmogelijkheid van Europa af. In dit ver
band zeide Mussert;
„Men moet van ieder politiek inzicht ver
schoond zijn of openlijk (zooals de Engelschen
sinds Jaren doen) wantrouwen en haat zaaien
tusschen de Germaansche volkeren van het
Continent om een theorie te verkondigen, die
daarop neerkomt, dat de Germaansche volkeren
„Heim ins Reich" moeten „Das Reich" is tot en
met den huidigen dag datgene, wat de Duit
schers er onder verstaan, n.l. de Duitsche een
heidsstaat. Wie onder die mostandigheden
spreekt over „Heim ins Reich", kan beter direct
voor de Engelsche radio gaan staan. In Londen
kan men altijd nog wel menschen -ebruiken, die
de verstandhouding tusschen Nederlanders en
Duitschers zoo grondig mogelijk willen bederven
en er ook graag voor betalen. Het ls juist onze
taak. als nationaal-sociallsten. om het tegen
deel te bewerken en het is de verantwoordelijk
heid van de NS,B. om daarin de leiding te heb
ben".
Mussert achtte het niet onmogelijk, dat er een
tijdstip zal komen, waarop de Germaansche vol
keren in plechtige samenkomst, ieder voor zich,
afstand zullen doen van de benaming „Rijk",
zoodat er dan geen „Groot-Duitsch Rijk. geen
Nederlandsch Rijk en geen Scandinavische Rij
ken meer zullen zijn. doch een Groot-Duitsche
Staat, een Nederlandsche Staat, en Scandinavi
sche Staten, welke Staten te samen den Ger-
maanschen Statenbond zullen vormen.
Dit afstand doen, aldus Mussert, zou den weg
vrijmaken voor de oprichting van een nieuw be
grip, n.l. „het Germaansche Rijk", omvattende
de Germaansche levensruimte. Het sein daartoe
zou dan toch moeten uitgaan van den man, die
de roeping heeft als Germaansch Führer op te
treden, niet alleen door zijn genialiteit en de
leiding gevende rol, die hij vervult bij de redding
v- Europa van het gevaar van vernietiging door
het communisme, maar in dit geval tevens dui
delijk daarvoor voorbestemd, doordat Adolf Hit
ler, van geboorte Oostenrijks staatsburger en
door zijn dienstneming ln 1914 in het Beiersche
leger van zijn staatsburgerschap vervallen ver
klaard. jarenlang statenloos is geweest, dus in
die jaren reeds Uitsluitend Germaansch leider
was".
Uitvoerig ging Mussert in op het begrip samen
werking, waarvoor afweer van imperialisme en
separatisme noodig is. Daarbij moet er tegen
gewaakt worden, dat rechtvaardige, billijke Duit
sche belangen niet worden geofferd uit vrees
daarvoor, dat zij als imperialisme worden uit
gekreten.
Verder zeide Mussert. dat er tegen gewaakt
moet worden, dat rechtvaardige, billijke natio
nale aspiraties van het Nederlandsche volk zou
den worden onderdrukt, onder voorwendsel van
het tegengaan van separatisme. Is deze afweer
dus de negatieve kant van de samenwerking tus
schen de Germaansche volkeren, de positieve
kant daarvan is de wederzijdsche wil tot respec
teering van elkander, het besef, dat een verlies,
dat de één treft, ook den ander raakt".
Hieruit blijkt, dat de Germaansche Statenbond
dus de staatkundige vorm zal moeten zijn van
de samenwerking der Germaansche volkeren ter
behartiging van die belangen, die allen aangaan.
In de eerste plaats dus de gemeenschappelijke
verdediging van Europa, in de tweede plaats de
bevordering van de gemeenschappelijke wel
vaart. De duizenden Nederlanders, die thans
aan het Oostfront staan of dienst doen bi) het
N.S. K.K., de Nachrichtentroepen of de ambu
lance. zullen ln de historie hun grootste betee-
kenis daarin vinden, dat zij het begin zijn van
de nieuwe Nederlandsche weermacht, welke al
leen bestaansrecht kan hebben als deel der toe
komstige Germaansche weermacht.
Duidelijk liet Mussert uitkomen, dat tegen
over rechten eerst plichten staan. In dat op-
opzicht wees hij er op, dat wij, die aan de
Westkust van Europa wonen, ook ons aandeel
zullen hebben bij te dragen in de verdediging
dezer kust. Ook zal de wacht ln het Oosten be
trokken moeten worden. Het Nederlandsche
contingent zal in verhouding tot het Duitsche
een sterkte moeten hebben als overeenkomt met
de verhouding tusschen het totaal aantal Ne
derlanders en het totaal aantal Duitschers, dat
In Europa woont en leeft. Mussert zeide, dat de
nieuwe Nederlandsche regcering tot plicht heeft
de maatregelen te nemen, die daartoe zoo spoe
dig mogelijk leiden.
Gelijkgerechtigd zijn, de eenige mogelijke
basis voor samenwerking tusschen Germaansche
volkeren, berust op den wil gelijke plichten met
toewijding te vervullen, zeide de Leider der
N.SB.
Wij moeten deel hebben aan den gemeen-
schappelijken strijd en de samenwerking met
het Duitsche volk ls daarvoor onontbeerlijk. Er
zal een volkomen overeenstemming moeten ko
men. een algcheele Inschakeling in het geheel.
PATROUILLE-ACTIE IN EGYPTE.
Zaterdag deelde het Italiaansch opperbevel
mede
Aan het Egyptische front normale activiteit
van verkenners en van de wederzijdsche artil
lerie.
De luchtmacht der Almogendheden was zeer
actief. Een Spitfire werd in een luchtgevecht
neergeschoten. Italiaansche en Duitsche forma
ties bombardeerden de militaire doelen van
Malta en voor anker liggende schepen in de
haven van La Valetta. Twee onzer vliegtuigen
keerden van hun optreden tegen den vijand
niet terug. In de Middellandsche Zee schoten
Duitsche jagers, die een convooi moesten be
schermen, vier vijandelijke vliegtuigen omlaag.
En Zondag:
Ook gisteren is de activiteit van de patrouil
les intensief geweest aan het Egyptische front.
Aanvalspogingen van gepantserde vijandelijke
elementen zijn afgeslagen. De vijandelijke lucht
macht heeft storingsacties uitgevoerd tegen het
gebied achter ons front zonder schade aan te
richten. Duitsche jagers schoten vier der aan
vallende vliegtuigen neer. Het afweervuur onzer
escorte-eenheden van een convooi heeft een
Britsch vliegtuig getroffen en in zee doen stor
ten, De bemanning werd gevangen genomen,
GEBOREN: Dorothea Anna Maria, dr. van W.
v. Meogen en C. C. D. Lelie 'Jacoba Maria. dr.
van F. Knotter en B. Barkema Chrlstoffel
Wilhelmus Maria, zn. van L. S. J. Llndenhoff en
C. C. Bisschop.
ONDERTROUWD: A. v. d Berp. Jm 24 J. en
J. L. Bolt, Jd.. 20 J. N. Ouwcrkerk. Jm.. 26 J.
en J. Slebert. Jd., 20 J. P. Slere. Jm., 21 j. en
O. M. Bink, jd., 20 J. J. Vonk. Jm.. 34 j. en
H. Koome. jd.. 24 j.
OVERLEDEN: G L. Knol. man. 56 j. J. B.
v, Duuren, wedr., 81 J.
Veel beloven, weinig geven.De Nederland
sche Volksdienst belooft niets, doch geeft alles.
Blfjft geen buitenstaander, sluit ti aan als lid.
AMSTERDAM. 24 Augustus.
De nieuwe beursmaatregelen met betrekking tot
Olies en Scheepvaartwaarden werden klaarblij
kelijk nogal kalm opgonomen.
Bij opening werd iets beneden het peil der
vorige slotkoersen gehandeld Na een kwartier
gingen de koersen vrij snel naar boven en brak
zich een bepaald vaste stemming baan. ln ver
band waarmede zich een sterke stijging voltrok.
In enkele fondsen vonden flinke omzetten
plaats. Olies, kort na opening 373%. konden la
ter een tiental punten meer bedingen. Philips
aandeelen stegen na op 346% te zijn ingezet, een
12-punten. Leverunies klommen van 205 tot
213%. Calvó en van Berkel, Iets lager ingezet,
konden zich geleldelllk aan verbeteren.
Aku's waren weinig veranderd. Minder actie
ve industrieelen waren vast met hoogere notee
ringen, Scheepvaart-Unies liepen op van 191%
tot 196%. Booten waren goed van toon, evenals
JapanltJnen en Vaarten. De cultuurfondsen ble
ven niet achter, hoewel de affaire bescheiden
was. Tabakken waren stil en onveranderd. H.
V.A.'s op 335 geopend, kwamen gemakkelijk bo
ven 340%.
Amsterdam Rubbers stegen van 215 tot
eenige punten boven 220 De Nederl. staats
papieren hadden een gedrukt voorkomen, in
verband met wederom opduikende geruchten,
dat een nieuwe staatsleening op komst zou zijn.
De nieuwe 3*A obligatiën waren begin-beurs
100 1/4%, doch later beneden pari.
De gestaffelde leening kwam beneden 98%.
Ook de spoorwegdrieën en de meeste andere
obligatiën uit de jongere emissies waren wat
lager, evenals de Oude Schuld. Indische leenin
gen konden zich niet geheel handhaven. Provin
ciale en gemeentelijke obligatiën waren kalm,
onge\eer prijshoudend. Pandbrieven algemeen
wat ♦luier.
Prolongatie 2 1/4 (A.N.P.).
(2 lijnen)
Wanneer het Nederlandsche volk zich hiervan
bewust is, kan het bij de ordening van Europa,
welke bezig is zich te voltrekken, niet passief
blijven. De grondslagen voor een nieuw -en vrij
Nederland worden immers gevormd door actie
ve medewerking aan den opbouw en de samen
werking met het groote Germaansche broeder
volk.
Mussert, de Leider der Nationaal Socialisti
sche Beweging, heeft de groote verdienste, dat
hij het mogelijk heeft gemaakt, dat Nederland
zich in dienst kan stellen der Germaansche
levensruimte, mits het zich bewust is van zijn
plichten. Bij het vervullen der plichten heeft
het ook deel in de rechten en dan heeft het
alles te winnen.
Door R. DUPONT.
Nel stond achter de toonbank van den kleinen,
fijnen, sigarenwinkel, en zooals altijd was er die
lichtende, trillende gloed van verwachten in
haar oogen, waarvan zoo'n enorme aantrek
kingskracht uitging op alle mannen, die met
haar in aanraking kwamen. Want altijd, onder
alle kleine dingen van het dagelljksch leven
door, dróómde Nel. droomde van het Groote
Geluk, met hoofdletters! Maar tot nog toe had
het zich niet op haar levensweg vertoond.
Maar zooveel vaker wachtte het kleine geluk
zónder hoofdletters! haar, in de persoon-'
van den kleinen, ietwat gezetten en letwat-
bleeken Anton van Haren, een ijverig en zeer
serieus kantoorbediende, een jaar of acht ouder
en een half hoofd kleiner dan zij. En met een
taaie, haast-ontroer^nde vasthoudendheid ver
liefd op. haar. Hij nam Nel vaak mee naar een
bioscoop of een café en vergastte haar op den
onultputtelijken rijkdom van zijn in haar oogen
kolossale en alsmede zeer serieuze, belezenheid.
Want de serieusheid bracht mee, dat Anton
een ware boekenverslinder was.
Nel zat dan meestal in stilzwijgen naast hem,
en zooals de meeste sentimenteele en roman
tisch aangelegde mannen, die in iedere, vooral
aardig-er-uitziende, vrouw de verborgen bron
van een diep gemoed gelooven, vormde het voor
hem een charme temeer. Nel intusschen hield
het kleine geluk, met zijn allerminst te ver
smaden salaris, wijselijk in reserve, voor het
geval, dat het Groote hardnekkig mocht volhar
den in zijn wegblijven.
Op een zonnigen winterdag trad het onver
wacht den kleinen sigarenwinkel binnen. Het
had een steil:, bruingebrand gezicht, met Jolige,
lachende, overmoedige oogen, was breedge
schouderd als een jonge Hercules en droeg een
kostbaren, zwierigen bontjekker. Het kwam heel
dicht bij Nel en vroeg een pakje dure sigaret
ten, stak achteloos een paar vingers ln zijn
vestzak en haalde er even achteloos een
biljet van honderd gulden uit.
Nel's hand trilde terwijl ze het wisselgeld
bijeen zocht en haar gedachten waren minder
bij het geld dan bij den betooverenden klant.
Deze stopte onverschillig de terugontvangen
bankbiljetten en het zilvergeld bij zich, liet zijn
oogen, die geen oogenblik van haar hadden
afgelaten, nog dieper in de hare rusten en zei,
met een warme, streelende stem: „Ik hoop dat
u mij niet brutaal vind, juffrouw, maar het
lijkt me geweldig gezellig een avond met u te
gaan dansen. Hebt u zin vanavond met mij mee
te gaan? Dan kom ik u na sluitingstijd in mijn
auto halen".
Nel had het wel willen uitschreeuwen: „He
mel, of ik zin heb! Razende zin!" Maar ze
aarzelde ze was te klein voor het Groote
Geluk, Wat zou hij wel van haar denken, als
ze direct Ja" zei? En ten overvloede flitste het
door haar hersens, dat ze voor vanavond een
afspraak met den goeden Anton had
Dus zei ze zedig: „Be vind het heel vriende
lijk van u, maar ik kan vanavond tot mijn
spijt niet. Mijn tante komt mU afhalen."
„Jammer". Hij lachte en die lach liet zijn
oogen. zijn mooie, sterke tanden, al het domi-
neerende van zijn persoonlijkheid schitteren.
..Maar dan misschien morgen. Ik blijf nog een
paar dagen in Den Haag".
Toen ging het Groote Geluk heen.
MorgenmorgenDe droom zong in
Nel. Vanavond nog zou ze den zwaar-op-de-hand-
schen, overbodigen Anton aan het verstand
brengen dat het uit moest zijn tusschen hen,
nam ze zich beslist voor. Zy was niet geboren
voor het kleine geluk.
Tegen sluitingstijd kwam haar patroon om
de kas te controleeren. Zijn blik bleef ge
hecht aan het biljet van honderd gulden, wreef
het heen en weer tusschen vinger en duim
en een seconde later duwde hij het. wit van
woede, de winkeljuffrouw onder den neus. Een
blinde kon immers zien, dat het valsch wasl
De winkel, met al de kisten sigaren en vi
trines met sigaretten, begon om Nel heen te
draaien. Dkt was dus het Groote Geluk ge
weest! Gloeiende, prikkende tranen drupten
lansrs haar gezicht. Wat was de wereld toch
intens gemeen. De droom was gebroken ze
had haar leergeld aan het wreede. meedoogen-
looze leven betaald. Een nieuw besluit rijpte
en stond even vast als het andere vanmiddag.
Vanavond nog zou ze zich met Anton ver
loven....
Den volgenden morgen kwam een man den
winkel binnen, die zich legitimeerde als recher
cheur. In zijn gezelschap was het Groote
Geluk.
„Juffrouw", Informeerde de politie-beambte.
„heeft deze mijnheer hier gisteren met een
biljet van honderd gulden betaald?"
Nel antwoordde bevestigend en met een blik
van haat haat zooals alleen ontgoochelde
liefde die koesteren kan vervolgde ze: „Het
biljet was valsch. Ik moet mijn patroon de
schade vergoeden".
Het Groote Geluk mengde zich in het ge
sprek. „Het spijt me, dat ik u dien afschu
welijken schrik heb moeten bezorgen. Maar
ik ben de dupe geworden van een oplichtster.
Een dame vroeg mij gisterenmiddag aan een
loket van een bijpostkantoor of ik misschien
honderd gulden kon wisselen, omdat de amb
tenaar niet voldoende klein geld ln kas had.
Ik kon het toevallig, maar omdat ik zelf haast
geen klein geld meer had, wisselde ik het
hier weer. Het biljet blijkt valsch te zijn uw
patroon heefc het biljet aan de politie ge
geven".
„Wc hebben die brutale tante al te pakken
vertelde de rechercheur nu. „Het is een oude
bekende. Maar we moesten de verklaring van
mijnheer toch even controleereh". En met deze
mededeeling vertrok hij.
„Jij hoeft ei* geen schade van te hebben,
meisjelief", klonk de troostende, llefkoozende
stem van het Groote Geluk, en hij haalde een
écht biljet van honderd gulden uit zijn por
tefeuille. Weer begon de winkel om Nel heen
te draalen en als uit de verte hoorde ze de
stem voortgaan: „En hoe zit 'traet vanavond.
Die tante komt je toch zeker niet lederen
avond halen?"
Nel's antwoord kwam hortend en heesch,
fluisterend haast. ..Ik ben niet meer vri); ik
heb mij gisteravond verloofd".
Even gleed een schaduw over hot knappe
bruingebrande gezicht. Toen lachte hij. „Gefe
liciteerd, hoor! Heel verstandig van je. Je moet
het gTOotc geluk niet laten ontsnappen als het
op je weg komt".
Toen ze om halféén naar huls ging om koffie
te drinken, wachtte het kléine geluk op den
hoek, met een bos witte Chrysantjes in zijn
hand.Nadruk verboden.
Auteursrecht voorbehouden.
dooi H L RÜMPPF
(66
Bruck had voor deze manipulatie eigenlijk
den laatsten dag gereserveerd, nu echter, ter
wijl de gelegenheid er plotseling was, bestond
er geen enkele reden zoolang te wachten. Bruck
deed het vlug en rookte zijn Havanna er bi).
Nadat de ruiling was volbracht borg hij de ge
weldige sigaar met den echten diamant weer in
zijn koffer. En de valsche steen ging in den j
borstbuldel. waarin zich nog meer een klein
deel van mr. Jouans dollarbiljetten bevond.
Daarop begaf Bruck zich in het best denk
bare humeur naar de eetzaal, welke ln ver
band met de zeeziekte erg leeg was. Alle klets
kousen ontbraken. Het was zeer aangenaam.
Bruck at en dronk met veel genoegen; daarna
zat hij urenlang vrijwel alleen in de bar; ook
de heer Van Zet ontbrak.
Het weer werd steeds slechter en op den
achttienden dag van den tocht, bijna een week
voor de eerste Afrikaansche haven zou worden
aangedaan, stak er een storm op, waardoor van
de bemanning het uiterste werd gevergd, terwijl
de passagiers het ergste stadium van zeeziekte
bereikten.
HOOFDSTUK 30.
Het heertje met de doordringende oogen.
Zeeziekte
Onaangenaamste, kwellendste en meest on-
aesthetische van alle ziekten!
Gelukkig degene, die ze niet leert Kennen!
Gelukkig aan wien zoj voorbij gaat (maar er
zijn slechts weinig uitverkorenen!), zeer be
klagenswaardig echter en ongelukkig zijn haar
arme, weerlooze offers, menschelijke schepsels,
wien den grond onder de voeten en het hart uit
het lijf wordt gerukt. Er is geen arte, die er
raad op weet. Zoo erg is de ziekte, dat sommi
gen nog liever zouden zien, dat het schip met
man en muis zou vergaan.
De heer Van Zet had de ziekte in een opval
lend korten tijd overwonnen en verscheen weer
regelmatig in de verschillende zalen. Om hem
heen gaapte een opmerkelijke leegte, nu en dan
probeerde een bleeke en holoogige passagier of
het hem mogelijk was iets te gebruiken. Maar
het kwam hem dan voor alsof de zaal een
schuitje van een caroussel was. welke steeds
op en neer zweefde en zoo spoedig mogelijk
zocht hij zijn bed weer op. De Russische mu
sici lagen gebroken in hun hutten, de melan
cholieke klanken van de balalaika waren ver
stomd en zelfs Wassenka, de voornaamste at
tractie bleef onzichtbaar. De heer Van Zot
constateerde niet zonder leedvermaak, dat Was
senka nu in zijn hut zijn levenslied zong. Maar
alleen de eerste regels „Spel van den wind met
flikkerende lantaarns".
De buffetchef had echter weinig ple2ier aan
den eenzamen gast, die wel dronk en betaalde
maar die geen enkele neiging toonde een ge
sprek aan te knoopen. Des te meer genoegen
had Juffrouw Anneke van hem, die voor de
beste hutten zorgde en den kleinen bloemen
handel aan boord privé dreef. Met verbluffen
de volharding kocht de heer Van Zet langza
merhand haar heelen bloemenvoorraad. Dag in
dag uit zond hij door haar vriendelijke bemid-
deling bloemen aan mevrouw Sylvia Peccar- i
nyis. die dagenlang haar hut niet verliet en
den slechtst mogelijken indruk kreeg van den
Atlantischen Oceaan. Dat iul'irouw Anneke de
bloemen wegens de ondragelijke hoofdpijn van j
mevrouw direct weer mee naar beneden moest
nemen, wist de heer Van Zet niet. Evenmin, I
dat het meisje de bloemen direct in een kleine
koelkast naa-st de keuken zette, waarop ze den
volgenden dag weer prompt door den heer Van
Zet werden gekocht.
Gervaise was door de aanhankelijkheid van
den jongen man ontroerd, maar ze kon in dezen
toestand geen bloemengeur verdragen. Dit on
verwachte bewijs van liefde stemde haar verlan
gend; het gevoel, dat plotseling een mensch in
haar nabijheid vertoefde, tezamen met haar op
dit door de zee gestriemde eiland, die voortdu
rend aan haar dacht en op haar wachtte, be-
teekende voor haar verzachting en weerstands
kracht tegen de uitputtende werking van de zee
ziekte.
Haar toestand verbeterde, hoewel de storm
niet minderde, maar in tegendeel nog toenam
en ter hoogte van St. Helena bijna de sterkste
van een orkaan bereikte.
Op dezen dag verliet Gervaise voor de eerste
maal weer haar hut. Ze tastte op de wijze van
menschen, die aan verlamming lijden, langs de
wanden, ze moest zich voortdurend vasthouden
om niet te vallen. Het feit, dat ze eindelijk bo
ven stond, kwam haar symbolisch voor als oen
overwinning op alle wederwaardigheden van de
laatste jaren en weken. Zij kon niets anders dan
lachen. Zoo was haar leven geweest: door hoog
ten en diepten was ze geslingerd.
De onzichtbare machten, die aan de touw
tjes trekken hadden het haar te langen leste
nog vergund den top te bereiken. Nu was ze
boven, het schip wat haar droeg was tegen
alle stormen bestand en al werd het ook heen
en weergeslingerd, het zou zijn doel bereiken!
Ze keek in den rooksalon. Geen mensch was
er te zien, niet eens de buffetchef was aan
wezig. Met moeite werkte ze zich verder, keek
in de eetzaal, waar vele lampen boven de leege
tafels waren ontstoken.
(Nadruk verboden)
(Wordt vervolgd)
2—1