it J 83sfe Jaargang WOENSDAG 17 JUNI 1942 No. 25219 De Ruyter-Tentoonstelling te Amsterdam Succes in Noord-Afrika voortgezet Duitschland strijdt voor Europa Zware nederlaag voor Britsche vloot Exfra Duifsch Weermachtsbericht Het Brifsch-Bolsjewistisch Verdrag Verspreide Berichten Nederlandsche meisjes in Duitschland aan den slag Verduisteren: BINNENLAND Herinnering aan den tocht naar Chatham lialiaansch Weermachtsbericht LEIDSCH DAGBLAD Directeur: J. W. Henny. Telef. Directie en Administratie 25041 (2 lHnen) Gironummer: 57055 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telef. Redactie 21507 Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst, Lelden. Pl.verv.: K. Been. Lelden. Het Opperbevel der Duitsche Weermacht maakt in een extra-bericht bekend: Op de Middellandsche Zee hebben fonnaties van het Duitsche luchtwapen en eenheden der Duitsche marine in samenwerking met Italiaan - sche lucht- en zeestrydkrachten de Britsche vloot en de vijandelijke ravitailleeringsscheep- vaart zware slagen toegebracht. Behalve de reeds gemelde Italiaansche groote successen tegen het van den Atlantischen Oceaan komende convooi is een van Alexandrié komend en door sterke vlootstrjjdkrachten beveiligd Britsch convooi uiteengeslagen. In den tijd van 13 tot 15 Juni werden hierby door Duitsche lucht- en zeestrijdkrachten 4 kruisers en torpe doboot jagers, 2 bewakingsvaartuigen en 6 koop vaarders met te zamen een inhoud van 56.000 ton in den grond geboord. Bovendien werden 1 torpedobootjager en 8 koopvaarders door tor pedo's getroffen, in brand geworpen of zoo zwaar beschadigd, dat aangenomen kan worden, dat zij verloren zyn. Nog 6 oorlogsschepen en 6 koopvaarders kregen bom- of torpedotreffers. Van de ter beveiliging van het convooi op gestegen vyandelyke jagers werden er 33 bij luchtgevechteai neergeschoten. 10 Duitsche vliegtuigen gingen verloren. De resten van het convooi werden gedwongen terug te keeren. Het succes is mede behaald door de duikboot van den luitenant ter zee Reschke, die een Britschen kruiser in den grond heeft geboord. TWIJFEL AAN ONSCHULDIG UITERLIJK. Het feit, dat niet alleen door de publiciteit van de mogendheden aangesloten by het Pact van Drie, doch ook door de pers van het neu trale buitenland steeds meer getwijfeld wordt - aan het onschuldige uiterlijk van het nieuwe Britsch-bolsjewistisclie noodverdrag en dat in dit verband geheel openlyk wordt gesproken van geheime aanvullende overeenkomsten tus- schen Londen en Moskou is, naar de opvatting van politieke kringen to Berlijn voor de offi- cieele Britsche instanties klaarblykelijk aan leiding geweest om te verklaren, dat in het nieuwe Britsch-bolsjewistische verdrag voor geen van beide partners eenigerlei geheime verplichtingen of beloften voorkomen. In de Wilhelmstrasse achtte men het in het geheel niet noodzakelijk, dat in de geheime clausules van het verdrag voor'Engeland een verplichting van de een of andere soort voorkomt, doch men achtte het geheel voldoende, wanneer de beide verdrag sluitende partijen overeengeko men zijn, dat een of ander punt van het ver drag op een bepaalde wijze moet worden uit gelegd. (D.N.B.). OVEREENSTEMMING AZAD—NEHROE—GANDHI. De conferentie te Bangkok tusschen de voor zitter van het Congres, Aboel Kalam Azad. den leider van het Congres, Pandit Nehroe en den Mahatma Gandhi te Wartiha is geëindigd met een volledige overeenstemming tusschen deze drip Indische leiders in de kwestie van de maatregelen, welke genomen moe-ten worden ten aanzien van de in Indië aanwezige Engelsche en Amerikaansche troepen. De werkcommissie van het Indische nationale congres zal op 4 Juli te Wardha bijeenkomen, om byzonderheden te bespreken over c'.e conferentie tusschen Azad. Nehroe en Gandhi. (DN.B.). ZWEEDSCHE KONING 84 JAAR. Koning Gustaaf van Zweden heeft gisteren bij goede gezondheid zijn 84sten verjaardag ge vierd. VUURZEE IN PORTUGEESCH GRENSSTATION. Gisteren zijn door een grooten brand in een pakhuis by het Portugeescne grensstation Villar Formoso in korten tyd meer meer dan 100 ton goederen verloren gegaan. De bestrijding van het vuur was door het gebrek aan geschikte bluschapparaten buitengewoon moeilijk. De ver brande goederen moesten naar Europeesche staten worden geëxporteerd. Men neemt aan, dat de brand aan Engelsche sabotage te wijten is, aldus het D.N.B, De Nederlandsche meisjes, die in Duitschland allerwegen werk gevonden hebben, zyn uiter mate tevreden over haar nieuwen werkkring. Op gewekt en met toewijding verrichten ze haar taak. De goede verdiensten stellen haar in staat zelfstandig te worden. De sfeer van den arbeid in Duitschland is veel aantrekkelijker dan in Nederland. Dwaze stands- en klassevooroordee- len. die nu eenmaal in Nederland hoogtij vier den, hebben veelal meisjes, die in fabrieken, werkten, met minachting overladen. Hier te lande placht men voor meisjes, die in de fa briek werkten den neus op te halen. In Duitsch land kent men deze minachting .niet. Daar heeft men erkenning voor lederen arbeid. Een-leven van nietsdoen is daar niet meer mogelijk. Daar heeft men slechts minachting voor menschen, die er de kantjes afloopen en door nietsdoen aan den kost trachten te komen. De Nederlandsche meisjes, die in Duitsch land werk gevonden hebben, hebben kunnen constateeren, dat daar iedereen werkt. De doch ter van een fabrikant evengoed als de dochter van een eenvoudig landarbeider. „Werken is geen schande." Het is een heel normaal ver schijnsel in Duitsche fabrieken meisjes uit alle kringen der bevolking, van de hoogste tot de laagste, aan het werk te zien. In volle kame raadschap wordt gearbeid, doet men aan sport en neemt men deel aan de vele geneugten, die de fabrieksdirectie aan het personeel in rijke verscheidenheid biedt. De vele honderden Nederlandschè meisjes, die door middel van de arbeidsbeurzen in Duitsch land werk gevonden hebben, zijn eenvoudig vol lof over haar nieuwen werkkring, die haar een aangename taak en goede verdiensten verschaft. van hedenavond 22.02 uur tot morgenochtend 5.19 uur De maan kwam heden op om 8.48 uur en gaat vannacht te 0.10 uur onder. DE NIEUWE AARDAPPELEN KOMEN. Flink beschot verwacht. De regen van de laatste dagen heeft in het algemeen voor land- en tuinbouw weldadig ge werkt, maar byzonder ook voor de nieuwe aardappelen, die thans vrijwel tot bloei zijn ge komen, en nu spoedig geoogst kunnen worden. Er is n.l. bewerkstelligd, dat de knollen be hoorlijk konden zwellen, hetgeen de mogelijk heid voor vlotter oogsten in de hand heeft ge werkt. Het Westland is gewoonlijk na het buiten land met de Maltha-aardappelen het eerst aan bod met zijn aardappelen-aanvoer, en vooral in de omgeving van 's-Gravenzande is de vroege aardappelenteelt steeds van groote be- teekenis. Thans is die cultuur belangryk uitge breid, en ook in het verdere Westland zyn veel aardappelen uitgepoot. De verwachtingen van den oogst kunnen thans gunstig genoemd worden. Indien de weersge steldheid zich handhaaft, en dus niet de factoren voor optreden van ziekte enz. zich laten gelden, zijn de vooruitzichten dus zoodanig, dat spoedig een vlotte aanvoer van nieuwe aardappelen te gemoet kan worden gezien. Naar alle waarschijnlijkheid zal in het eind van deze week. of begin der volgende week met het rooien begonnen worden. BEËEDIGING VAN FUNCTIONARISSEN DER N.S.B. OP 20 JUNI A.S. Het hoofd Algemeene Zaken der N.S.B.de heer De Blocq van Scheltinga schrijft ons-: Allen werkgevers wordt verzocht de leden van hun personeel, die de beëediging willen by wo nen, zoo veel mogelijk 'op Zaterdag 20 Juni a.s. vrij te geven, Verwacht wordt, dat de leden der N.S.B., zonder uitzondering, aan dit verzoek gevolg zul len geven. STRENGE MAATREGELEN TEGEN SLECHT VERDUISTEREN TE HILVERSUM. Aangezien de naleving van de verduisterlngs- voorschriften in Hilversum, ondanks herhaalde waarschuwingen en een verscherpt toezicht, nog zeer veel te wenschen overlaat, heeft de burge meester, jhr. mr. van Bönninghausen, bekend gemaakt, dat by overtreding dezer voorschriften in den vervolge zonder waarschuwing tot on middellijke afsluiting van den stroomtoevoer zal worden overgegaan. De secretaris-generaal van het departement van volksvoorlichting en kunsten zal op 19 Juni a.s. in het Ryksmuseum te Amsterdam op plech tige wijze een De Ruyter tentoonstelling openen. De opening op dezen datum is geen toeval, maar houdt verband met de herdenking van een bij zondere gebeurtenis, die een hoogtepunt betee- kent-, niet alleen in de schitterende loopbaan van De Ruyter als bevelhebber van onze vloot, maar tevens in de geschiedenis van Nederland als zeevarend volk en als groote mogendheid. Immers het is op 19 Juni a.s. precies 275 jaar geleden, dat de Nederlandsche vloot onder de leiding van haar grooten admiraal den beroemden tocht naar Chatham heeft ondernomen en deze in de geschiedenis unieke prestatie tot een succesvol einde heeft gebracht. Van deze gebeurtenis is liet, dat een onzer bekende historici terecht 'opmerkt: „Nooit is de Nederlandsche staat aan de wereld machti ger verschenen dan in den tocht naar Chat ham". Wat was voor de Nederlandsche staatslieden, die over het algemeen ook in de tijden van onze grootste machtsuitbreiding een voorzich tige politiek voerden, aanleiding om op eens over te gaan tot een zoo agressieve oorlogshan deling, die eenerzyds onze vloot aan groote risi co's bloot stelde, anderzijds echter juist door haar gedurfdheid en door haar voor den vyand volkomen verrassend element in geval van suc ces een buitengewoon sterke en geslaagde zet op het politiek schaakbord was? In dit verband moeten wij ons den toestand v/aarin de republiek bij het begin van het jaar 1667 verkeerde, realiseeren. In 1665 was de tweede Engelsche oorlog uit gebroken, toen Engeland het oogenblik gunstig achtte om den lastigen en succesvollen mede dinger op zee definitief als maritieme mogend heid uit te schakelen, hetgeen in den eersten Engelschen oorlog nog niet gelukt was. Het be gin van den oorlog scheen deze hoop te verwe zenlijken,, toen de Nederlandsche vloot onder Van Wassenaar van Obdam bij Lowestoff een zware nederlaag leed, In het volgende jaar ech ter, toen De Ruyter de leiding der vloot in han- r den had, verbeterde de toestand belangryk. In den vierdaagschen zeeslag behaalde hij een schiterende overwinning, die de nederlaag van Lowestoff weer goed maakte. Onder der. indruk van deze gebeurtenissen begon in Engeland langzamerhand de behoefte naar beëindiging van den zoo weinig succesvol len oorlog te groeien. Zoo kwamen de vreclesonderhandelaars in Breda bijeen, maar het bleek niet mogelijk om tot overeenstemming te komen, want Engeland wilde vasthouden aan de voor dat land zoo voordeelige bepalingen van den vrede van West minster, die den eersten Engelschen oorlog be ëindigd had. Maar na de successen, die onze vloot onder De Ruyter in dezen tweeden oor log had weten te behalen, was de raadpensio naris De Witt uit den aard der zaak niet gene gen op deze basis vrede te sluiten. Daarom trachtten de Engelsche onderhande laars tijd te winnen, te meer aangezien de po sitie van de republiek op internationaal gebied geleidelijk aan moeilijker begon te worden, daar de verhouding met Frankryk minder goed werd. De gebeurtenissen, die 5 jaren later, in het rampjaar 1672, werkelykheid zouden worden, wierpen haar schaduwen al vooruit. Onder deze omstandigheden was het duidelijk, dat De Witt een spoedig einde van dezen oor log wenschte en daarom een vréde moest for ceer en. Zoo rijpte by hem het plan voor den tocht naar Chatham. De Ruyter heeft met aarzeling de opdracht voor deze expeditie aanvaard. Als strateeg zag hij beter dan Johan de Witt de gevaren, waar aan de vloot bij een zoo gewaagde onderneming bloot stond en de risico's die hy liep. Maar na dat het bevel ontvangen was. heeft hij de lei ding in handen genomen en de onderneming met de meesterschap, die stoutmoedigheid met voorzichtigheid paarde, en die alleen hèm eigen was, uitgevoerd. In het diepste geheim werd een machtige vloot van 80 oorlogsschepen en 20 branders met 3300 kanonnen en 18.500 matrozen en soldaten verzameld. Op 17 Juni verscheen de vloot voor de Theems- monding, die zij volledig afsloot, zoodat van zee uit geen Engelsch schip meer naar de bedreigde hoofdstad kon doordringen. Daarop gaf De Ruyter op 19 Juni aan vice-admiraal Van Ghent het bevel met zyn lichtere schepen de Medway op te varen. Daar immers bevond.zich de veilige oorlogshaven, waar de grootste En gelsche oorlogsschepen een naar Engelsche meening volkomen veilige schuilplaats hadden. Men moet zich wel realiseeren, welk een ge durfde onderneming het was om met een vloot op een betrekkelijk smalle rivier het land van den vijand binnen te dringen, terwyl de Engel sche landmacht aan de oevers daarvan verza meld werd. Van Ghent en zijn mannen hebben met bui tengewone dapperheid en stoutmoedigheid hun opdracht ten uitvoer gebracht. Want de toe gang tot de Medway was met alle middelen, die de toenmalige krijgswetenschap kende, verde digd. Het fort Sheerness beheerschte met zijn kanonnen den ingang, die bovendien door zware kettingen was afgesloten. Met volle overgave, die voortkwam uit den diepen haat, dien de Ne derlanders tegen hun aartsvijand voelden, gin gen zij tot den aanval over. Troepen gingen by Sheerness aap land, bestormden het fort en vernielden het. De ketting, die de riviermonding afsloot, werd stuk gezeild, tevergeefs trachtten de Engelschen- door eert; deel van hun eigen schepen te laten zinken aan de Hollanders den verderen toegang te beletten. Recht gaan dezen op hun doel af. hooger de rivier op, waarheen de groote Engelsche oor logsschepen zich teruggetrokken hebpen, om aan ae opdringende Hollanders te ontkomen. Terwijl de strijd zyn hoogtepunt nadert, komt De Ruy ter zelf aan en neemt de leiding in handen. Zelf springt hy in een sloep om zyn mannen aan te sporen. Brandend verzinken de Engelsche schepen in het water. Zes groote oorlogsschepen worden vernield, terwyl de Engelschen zelf 12 van hun eigen schepen tot zinken bren gen. De 2 grootste schepen, het admiraals schip „Royal Charles" en de „Unity" ont snapten aan dit lot. echter om als buit in triomf naar Nederland te worden gebracht. Als een blijvende herinnering aan dit trot- sche feit bewaart het rijksmuseum te Am sterdam een groot stuk houtsnywerk met het wapen van Engeland een deel van den spiegel van de „Royal Charles". De geheele onderneming, die onder den naam „de tocht naar Chatham" in de geschiedenis bekend is, heeft acht dagen geduurd: een week, waarin de Engelsche hoofdstad in paniekstem ming verkeerde en met de bezetting van Lon den door de Nederlanders ernstig rekening hield. De Ruyter heeft de onderneming niet zoover uitgestrekt, het succes was groot genoeg en hy wenschte dit niet door een nog riskanter actie in gevaar te brengen. De indruk in .Engeland was zoodanig, dat de onderhandelaars in Breda opdracht ontvingen vrede te sluiten. Dat het vredesverdrag van Breda niet zoo gunstig was als men van het voor ons zoo suc cesvolle verloop van den oorlog zou verwachten, lag aan de toén reeds dreigende houding van Frankrijk. Dat noodzaakte De Witt tot een spoedigen vrede. Tegenover belangryke handels- voordeelen en de erkenning van ons bezit in Suriname, ging onze nederzetting in Noord- Amerika, Nieuw-Amsterdam (het tegenwoordige New-York) verloren, Tegen de dreigende alliantie van Frankryk en Engeland was Nederland alleen niet sterk ge noeg om de vruchten van de overwinningen, die het genie van De Ruyter bevochten had, te plukken. De aangewezen bondgenoot van Nederland in dezen stryd, het Duitsche rijk, was door een der tig jarigen oorlog zoo verzwakt, en verdeeld, dat het niet in staat was zijn invloed ten voor- üeele van ons land te laten gelden. BOMB '"k TMIMI ""Wat TENCENDER BOE OESCEIC/V MAR MARISCHE KARAVAANWEGEN (4244) ©I Kaart van Pelt Het Italiaansche weermachtsbericht van gis teren luidde als volgt: Na de in het extra-bericht gemelde succes rijke actie in de Marmarische woestyn. zetten de Italiaansche en Duitsche troepen hun opera ties met goed resultaat voort. De stellingen van Ain el Gazala werden bereikt en gepasseerd-. De luchtmacht van de asmogendheden, die zonder verzet te ontmoeten het luchtruim van den veldslag beheerscht. ondersteunde zonder op houden de actie te land. Vyandelyke colonnes, die op den aftocht waren, werden onder ma chinegeweervuur genomen en verstrooid. Vele honderden automobielen werden vernield of onbruikbaar gemaakt; battery en werden tot zwijgen gebracht. Op 14 en 15 Juni verloor de Britsche luchtmacht in totaal 20 vliegtuigen. Vijf van onze toestellen zyn niet teruggekeerd. Aan den grooten lucht- en zeeslag, die gister avond in de Middellandsche Zee beëindigd werd, heeft de marine met haar strijdkrachten een zeer groot aandeel gehad. Sinds haar vertrek werden de beide groote vyandelyke convooien, cie van het Oosten en het Westen kwamen, door onze duikbooten waargenomen en aangevallen, die twee eenheden van het van Gibraltar uit- loopende eskader- torpedeerden. Op den ochtend van 15 Juni heeft de zevende vlootdivisie, be staande uit twee lichte- kruisers en vijf torpedo jagers, het convooi van Gibraltar naar Malta onderweg, weer hevig aangevallen. Hoewel dit in de meerderheid was en bestond uit twee krui sers en minstens 12 torpedojagers, trok het zich terug, verspreidde .zich en hulde zich in nevel. In het gevecht op korten afstand, dat zich hierna afspeelde, werd een kruiser getor pedeerd; deze zonk onder het geconcentreerde vuur van- de „Eugenio di Savoya" en van de „Montecuccoli". Twee torpedojagers werden door onze marine vaartuigen getorpedeerd. Onze eenheden zetten onder voortdurende vruchtelooze vyandelyke luchtaanvallen den geheelen dag de actie tegen de vijandelijke eenheden voort en brachten door artillerietreffers nog een torpedojager tot zin ken. De luchtmacht van de asmogendheden nam aan den strijd deel en decimeerde het convooi. Vier schepen werden in brand ge schoten en tot zinken gebracht, een tankboot geraakte in brand. Het andere, van Alexandria komende groote vyandelyke convooi werd door bommenwerpers en torpedovliegtuigen van de steunpunten in Noord-Afrika en de Egeïsche Zee aangevallen. Een torpedojager werd tot zinken gebracht, zes eenheden werden getroffen. In luchtgevechten werd een Spitfire neergehaald. Een van onze vliegtuigen keerde niet terug. In de zeegevechten ten Oosten en ten Westen van Malta verloren wij een zwaren kruiser, die door een luchttorpedo en vervolgens door een duikboottorpedo getroffen werd, terwyl een zwaai' beschadigde torpedoboot een Italiaansche haven wist te bereiken. Een groot deel van cie bemanningen werd gered. Volgens later nog ontvangen berichten zijn de verliezen van de Engelsche vliegtuigen by de operaties op 14 Juni in het Westeiyke bek ken van de Middellandsche Zee tot 27 gestegen. Nog 19 andere machines werden denzelfden dag vernietigd. In de Zwarte Zee brachten Italiaansche „mas" (motortorpedobooten) een bolsjewistische duik boot tot zinken, Ter aanvulling op het Duitsche weermacht- bericht verneemt het D.N.B., dat volgens be richten, die door net Opperbevel der Weermacht zijn ontvangen, de slag in de Marmarische woestijn ten Westen van Tobroek ten gunste van de Spiltroepen beslist is, Deze zyn terstond hun nieuwe, gunstige positie uitbuitend, aan de kust in Oostelijke richting opgetrokken en heb ben in snelle aanvallen nieuwe vyandelijke woestijnforten genomen. De verdediging was hardnekkig en bloedig, de gevechten snel en succesvol. Deze woestynforten. die met gebruik making van het heuvelachtige terrein en zorg vuldige waarneming der aanwezige waterbron nen zyn aangelegd, vormen voor langen - tijd voorzien van munitie en proviand, een ge duchte weerstandskracht in handen van den verdediger. Zij zijn beschermd door mUnvelden en beheerschen, - gebouwd op hooge punten, met hun geschut het terrein over grooten afstand. De snelheid,' waarmede de gevechtshandelingen der Spiltroepen voltrokken werden, blykt uit het feit, dat bij de inneming van deze forten geschut en oorlogstuig werden buitgemaakt. DE BEHANDELING DER GAULLISTISCHE KRIJGSGEVANGENEN. Naar van bevoegde Duitsche zyde werd ver klaard, worden de by de gevechten In Noord- Afrika in handen van de Duitsch-Italiaansche troepen, geraakte soldaten van De Gaulle voor- loopig in speciale kampen ondergebracht ep als krijgsgevangenen behandeld. In de Wilhelmstrasse verklaarde rnen naar aanleiding hiervan, dat een dergelyke maat regel, gezien vanuit het standpunt van het volkenrecht, een absolute grootmoedigheid be- teekent. daar de spilmogendheden, hoewel haar hiervoor strenge rechtsbeginselen ter be schikking staan, van» de toepassing hiervan af zien. (A.N.P.). DE EERSTE BOERENSCHOOL IN NEDERLAND. Te midden van de Gaasterlandsche bosschen. Te midden van de Gaasterlandsche bosschen in Friesland, die om dezen tyd van het Jaar zoo mooi zyn, staat de eerste Nederlandsche Boe- renschool. welke een navolging is van de boe- renscholen in Duitschland. Het doel is ook hier, om den jongen boer be kend te maken met zyn eigen cultuur. Het is de laatste jaren te veel zóó gegaan, dat de boeren zich meer en meer gingen oriënteeren op de groote stads-cultuur en daarmee het eigene hoe langer hoe meer verloren. Kleeding, taal, ge bruiken enz., welke steeds aan het platteland een eigen karakter gaven en den boerenstand tot een bepaald, zy het dan soms niet voldoende geacht, deel van ons volk hebben gestempeld, pasten zich steeds meer aan de verschynselen, welke op dit gebied in de steden werden ge constateerd, aan. En hoe zou dit in dezen dymanischen tyd zyn te keeren, wanneer de boer geen begrip had. van hetgeen nog steeds zyn eigen cultuur vormt, wanneer hij de Germaansche boerenge- schiedenis niet kende en aan de oude boeren- gebruiken en tradities geen aandacht meer schonk? Dit heeft men in Nederland beseft en als gevolg daarvan is de boerenschool in Gaas- cerland opgericht. En nu het biykt, dat de boe ren dit initiatief weten te waardeeren, zullen er ongetwijfeld ook elders in het land nog ver schillende van deze nuttige instellingen in het leven worden geroepen. Een gedeelte van den dag wordt in de Gaas terlandsche school besteed voor het onderwijs. De voornaamste vakken zyn biologie (vooral van den mensch), erflykheidsleer, bevolkingspo litiek, rassenkunde en boerengeschiedenis. Be halve deze lessen brengt de dag echter ook een flinken tyd lichaamsoefeningen. Momenteel duren de cursussen nog drie we ken, maar het ligt in de bedoeling deze binnen kort wat langer te maken. Niet alleen aan jonge boeren wordt hier onderricht gegeven, maar er zyn ook cursussen voor meisjes. Deze zullen ook onderwezen worden in spinnen en weven. Volks zang, volksdansen enz. worden ook niet ver geten, hoewel dat ook by de mannelijke cur sisten op het programma staat. De Landstand doet met deze boerenschool nuttig werk en het feit, dat men de cursussen kosteloos kan volgen stemt vooral tot verheu ging, Zelfs kan er aan jongens, die uit een arbeidersgezin gemist moeten worden, hetgeen voor dat gezin dan meestal tydelyk een geringer inkomen beteekent, vergoeding worden ge geven. AANMELDING NIET-COMMERCIEELE BIBLIOTHEKEN. Ten einde de onlangs door het departement van opvoeding, wetenschap en kuituurbescher ming ingestelde commissie tot organisatie van het geheele boekerywezen in staat te stellen een overzicht te krygen van alle, niet met commer- cieele doeleinden gedreven bibliotheken, die, het zij kosteloós, hetzij tegen betaling van contri butie, lesgeld e.d., boeken, hetzij aan leden, hetzy aan niet-leden, ultleenen, zijn de beheer ders dier bibliotheken verplicht vóór 1 Juli 1942 aan den secretaris-generaal van het departe ment van opvoeding, wetenschap en kuituurbe scherming, Oostduinlaan 2, te 's-Gravenhage, opgave te doen van naam en adres van hun bibliotheek en van naam en adres van den be heerder. Hun zal daarop een vrageniyst ter Invulling worden toegezonden. Niet verplicht tot het doen van deze opgave zyn de beheerders van de openbare leeszalen en bibliotheken en van de bibliotheken der Maat schappij tot Nut van 't Algemeen, wier namen en adressen aan genoemde commissie bekend zijn, alsmede de beheerders van de zuiver we- tenschappeiyke bibliotheken. ERNSTIGE WAARSCHUWING AAN DE VEEHOUDERS. De aandacht van de veehouders wordt geves tigd op de groote gevaren, waaraan de dieren zyn blootgesteld by het onachtzaam, onvoor zichtig en onoordeelkundig omgaan met de zeer giftige stoffen ter bestrijding van den colorado kever en van bepaalde plantenziekten. In vele gevallen zyn by vergiftiging de ziek te- en sterfgevallen van dieren toe te schryven aan onachtzaamheid en ondoordachtheid bij het gebruik van bestrijdingsmiddelen. De veehouder, die in den t-egenwoordigen tyd wel zeer hoogen prijs stelt op het behoud van zijn veestapel, moet de dieren niet te spoedig laten 'grazen in boomgaarden, die met bestrij dingsmiddelen zyn bespoten. Gedurende den staltijd moet hij niet voede ren met hooi, afkomstig uit bespoten boom gaarden of van greppelkanten van bespoten aardappelvelden. De veehouder zy op zijn hoede, indien hy niet een groot gedeelte van zyn veestapel wil verliezen. TERAARDEBESTELLING Mr. J. F. v. ROYEN Onder zeer groote belangstelling is gistermid dag op Oud Eik en Duinen te Den Haag ter- aarde'oesteld het stoffelijk overschot van mr. J. F. van Royen, in leven secretaris van het hoofd bestuur der P.T.T. en een bekende figuur in de kringen van hen, die zich wyden aan bevorde ring van kunst en ambacht. Op weg naar de begraafplaats reed de stoet langs het gebouw van het hoofdbestuur aan de Kortenaerkade, waar een deputatie van het personeel stond opgesteld. In den stoet reden mee ir. J. J. Da mme. oud-directeur-generaal en de heer A. P. F. Duynstee, oud-hoofdinspecteur der P.T.T. Een volgrijtuig voerde tal van kransen mede. Op verzoek der familie sprak alleen ds. Klein, die den overledene schetste als iemand met enorme werkkracht, die in zyn leven reeds iets van de eeuwige schoonheid heeft gezocht. Een volk wordt geboren op het land en sterft uit ln de steden. Het boerendom ls de eeuwige bloedbron van ons volk. De boer bewerkt onzen bodem en zorgt voor onze voedselvoorziening. Door den boer zijn wy verbon den met ons bloed en met onzen bodem. Strijdt mede voor bloed en bodem. Treedt ln de rijen der Neder landsche S.S.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1942 | | pagina 1