83sfe Jaargang MAANDAG 1 JUNI 1942 No. 25205 Inwijding der Nederlandsche Kultuurkamer De overwinning van Charkof Extra-Duitsch W eermachtsbericht Reichskarfe für Urlauber Duitschland strijdt voor Europa Duitsche Weermachtsberichter De overwinning van Charkof Terreuraanval op Keulen LEIDSCH DAGBLAD Directeur: J. W. Henny. Telef. Directie en Administratie 25041 (2 Ulnen) Gironummer: 57055 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telef. Redactie 21507 Hoofdredacteur: B. W. Menkhorst, Leldea Pl.verv.: K Been. Lelden Plechtige bijeenkomst in tegenwoordigheid van den Rijkscommissaris. In den Stadsschouwburg te 's-Gravenhage is Zaterdag de plechtige inwijdingsbijeenkomst van de Nederlandsche Kultuurkamer gehouden. In den voormiddag was daaraan voorafgegaan een bijeenkomst in de werkkamer van den Rijks commissaris, waar prof. Goedewaagen, de pre sident der Kultuurkamer, de gildeleiders aan dezen voorstelde, n.l. de heeren Jan Bakker, leider van het gilde Beeldende Kunsten. Max Blokzijl, leider van het Muziekgilde, Jan Teu- nissen, leider van het Filmgilde, Jan C. de Vos, leider van het gilde voor Theater en Dans en prof. dr. Jan de Vries, vice-president en leider van het Letterengilde. De Rijkscommissaris wees in een korte toe spraak op de hooge eischen, welke in dezen zwaren tijd aan de cultureele leiders van ons volk gesteld worden en sprak zijn besten wensch uit voor het- welslagen van den arbeid. Daarna onderhield de Rijkscommissaris zich nog eeni- gen tijd met de gildeleiders afzonderlijk. In de bijeenkomst van den namiddag hebben tal van officieele persoonlijkheden van haar belangstelling blijk gegeven, zooals de president van den Nederlandschen Kultuurraad, verschei dene secretarissen-generaal van het Rijkscom missariaat, de secretaris-generaal van Üe N.S.B. als vertegenwoordiger van den leider, eenige se cretarissen-generaal van de Nederlandsche de partementen, de voorman van de Nederlandsche S,S„ de leider van den Nederlandschen en Duitschen Arbeidsdienst, de laatste slechts voor Nederland. Ook het Propaganda Ministerie te Berlijn had een afgezant gezonden. De bijeenkomst werd geopend met de „Sym- phonische Proloog". Deze uitvoering was de permière voor Nederland. Een dankbaar ap plaus was het antwoord van het publiek op deze uitvoering. Deze dank gold tevens den componist, die even naar voren is getreden om persoonlijk zijn dank te betuigen. Hierna nam de president der Nederlandsche Kultuurkamer, de secretaris-generaal van het departement van Volksvoorlichting en Kunsten, het woord. REDE VAN PROF. GOEDEWAAGEN. Spr. ving zijn rede aan met tegenover den Rijkscommissaris namens zichzelf en al zijn medewerkers, aan wie deze direct of indirect den opbouw van de Kultuurkamer heeft toever trouwd, een getuigenis af te leggen van de ge voelens, waarmede zij deze niet lichte taak heb ben aanvaard. Wij zijn het niet eens, aldus spr., met diege nen onder onze volksgenooten, die meenen, dat u als vertegenwoordiger der bezettende overheid met dit initiatief ten onrechte hebt ingegrepen in de zelfstandigheid onzer vaderlandsche kui tuur. Integendeel De besten uit ons volk waren reeds lang vóór 1940 overtuigd, dat onze kui tuur, ondanks haar groote verleden, vooral sinds de laatste generatie, verstrikt was in onoplos bare problemen. Wij zagen met ontsteltenis, hoe ook het spook van het kultuurnihilisme, zij het ook in mindere mate dan in het Duitsche Rijk vóór 1933, aan den horizon opdoemde. Wij zijn het ook niet eens met hen, die meenen. dat een kultureele Aufschwung slechts in vredestijd mogelijk is: onze eigen grootsche kuituuruitingen kwamen steeds tot stand in tijden van geweldige span ningen naar binnen en naar buiten. Daarom zien wij in uw initiatief niet iets, dat vreemd is aan onzen volksaard, maar gedachtig aan wat gij herhaaldelijk over onze kuituur en haar eigen aard hebt verklaard, zien wij daarin een consequentie van wat wijzelf willen en ver langen ten aanzleD onzer kuituur. DE TAAK DER KAMER. ZicH vervolgens tot de aanwezigen wendend, merkte dr. Goedewaagen op, dat hij, juist nu in de afgeloopen weken en maanden het over- groote deel der Nederlr.ndsche kuituurscheppers en kultuurbemiddelaars zich voor de Nederland sche Kultuurkamer heeft aangemeld, het feit onder de oogen wil zien, dat een deel van hen tegenover den nieuwen gang van zaken nog argwanend staat. Spr. constateerde, dat de lijfspreuk van den nieuwen mensch, den nieuwen staat en de nieuwe kuituur is: dat de mem er niet is om gediend te worden, doch om zelf te dienen. Dit is de mythe van den volkschen staat. Drieërlei taak heeft deze volksche staat tegen over de kuituur. Hy moet,, met vol begrip overigens voor het feit, dat kunst en kuituur niet door de overheid gemaakt, maar alleen dooi den scheppenden geest gecreëerd worden en dat kuituur product van een gespannen en eenzame scheppingsdrift is nu en altijd, de kuituur steu nen, stuwen, zuiveren, ordenen en op haar toe zien. De tweede taak, de socialistische taak, is het brengen der kuituur '.ot heel liet volk in al zijn onderdeelen. Wij kunnen nooit de ge dachte aanvaarden, dat de zegeningen, de vreugde, de innerlijke verrijking, die kuituur- goed den mensch geeft, slechts het voorrecht van enkelen zouden moeten blijven. De derde taak van den volkschen staat is de zorg voor hen. die op kultureel gebied, hetzij scheppend, verspreidend of bemiddelend, hetzij zonder vak manschap op leekenwijze werkzaam zijn. De Ned. Kultuurkamer heeft tot taak, de beroepsgenooten bewust te maken van hun ver- antwoordelijkheid tegenover de volksgemeen schap en in dit licht hun vakkundige, econo mische en maatschappelijke aangelegenheden te regelen en overeenstemming te brengen in het streven der verschillende groepen. Dit brengt mede, dat alleen degenen, die concreet met de Nederlandsche kuituur verbonden zijn, voortaan cultureel in den ruimsten zin werk zaam kunnen zijn, en dat Joden, die zich met hun internationale levenshouding volgens hun eigen beginsel in alle volkeren der wereld, als zij daartoe uit humanitaire overwegingen dei- betreffende overheid de kans krijgen, kunnen neerlaten, hiervan uitgesloten worden. Een volk is als een gezin, waarin men geboren wordt. MODERNE GILDEN Dat voor de zes deelorganisaties der Kultuur kamer de naam gilden is gekozen, wil geens zins zeggen, dat wij het rad der geschiedenis willen terugdraaien. De oude gilden waren doortrokken van het particularisme dier tij den. De moderne gilden zijn staatsorganen, ver plicht aan de overheid, maar door haar met ruime bevoegdheden bekleed. Prof. Goedewaagen wees er voorts op. dat de Kultuurkamer reeds vóór het tijdstip, waarop zij bij verordening van den Rijkscommissaris in het leven geroepen werd, haar ordenende taak heeft aangepakt. Haar voornaamste werk was hierbij allereerst het werven en vinnen der geesten, maar ook de concentratie van wat tot nu toe in vrij en ongebonden initiatief had ge leefd. Dat deze concentratie tegelijk gepaard ging met een zekere selectie, die g< ongebondenheid van ons kuituurleven nelijk gesaboteerd werd, werd naar verhouding ingegrepen. DE RESULTATEN. Zoo gingen wfj aan den arbeid. Spr. noemde eenige voorbeelden. Daar was in de eerste plaats het voor alle gilden geldende urgente vraagstuk der auteursrechten, dat om oplossing vroeg. Het nieuw opgerichte Nederl. Auteursrechtenbureau beteekent een belangrijken stap in de richting van een regeling der economische belangen van alle kultuurscheppenden. Daar is voorts het probleem van de in dezen tijd vooral zoo hoog noodige voorziening van materiaal, dat voor het tot stand brengen van kuituurwerken be- noodigd is. Hier kon reeds aan vele aanvragen voldaan worden. De arbeidsbemiddeling werd grondig herzien, slechts bona fide bureaux ble ven bestaan en zetten hun werkzaamheden on der toezicht voort. Ook het voeren van schuil namen een bron van veel oneerlijke concur rentie, van veel verwarring en soms ook van onteering van den beroepsstand werd bij verordening geregeld. Op het tererin van het gilde voor bouw kunst, beeldende kunsten en kunstambacht is een bescherming der beroepstitels, spe ciaal der architecten in voorbereiding, zoo mede een grondige saneering van den kunsthandel, speciaal van schilderijen in verband met de bestrijding van den kitsch. Het muziekgilde bereidt een modelarbeids- contraet voor ontspanningsmusici en pri vaat-muziekleeraren voor, waarin in be scherming van den titel, vacantieregeling en minimum-tarieven wordt voorzien, ter wijl het centraal bureau voor orkestwezen zich met de salarissen der groqte orkesten bezighoudt. r Het letterengilde is bezig aan de sanee ring der leesblibliotheken, o.a. aan de in voering van een leeszegel, die ten goede zal komen aan de auteurs der uit te leenen boekwerken en hun inkomsten geeft, die hun thans nog worden onthouden. In het gilde voor theater en dans waren te noemen een modelarbeidscontract voor klein - kunstartisten, tooneelspelers, opera- en operet- teartisten, een minimum-salartsregeling voor tooneelspelers en een séj om-regeling. Daar is verder, op het gebied van het film- gilde een standaardovereenkomst voor opera teurs en overig theaterpersoneel in samenwer king met het Nederlandsch Arbeidsfront, het organiseeren van cursussen voor operateurs, de instelling van vakdiploma's, de scholing en vor ming van productiewerkers. WEDEROM 22 SCHEPEN VERNIETIGD. Het opperbevel der Duitsche weer macht deelde gisteren mede: Op den dag der herdenking van den slag in het Skagerrak kan de Duitsche marine nieuwe successen melden. Bjj de onvermoeide voortzetting van den strijd tegen de vijandelijke ravitailleerings- schcepvaart hebben duikbooten in het Westen van den Atlantisehen Oceaan wederom 22 schepen met een gezamen- lijken inhoud van 106.800 ton tot zin ken gebracht. Daarmede heeft alleen al de duikbootvloot in Mei van dit jaar 140 schepen met een gezamcnlijken in houd van 767.400 ton tot yinken gebracht. Ten slotte wil ik uit het persgilde nog noe men de regeling van de rechtspositie der jour nalisten, de hoog noodige salarisregeling, die thans tot stand is gekomen, zoomede de rege ling der advertentieprijzen, de sociale positie der advertentie-asquisiteurs en -colporteurs alles vraagstukken, die binnen de ordening der Kultuurkamer een oplossing vinden, waarop zij vroeger maar al te lang hebben gewacht. Op organisatorisch gebied blijft er dan nog een groot project over. Art. 15 der verordening spreekt van de instelling van provinciale bu reaux der Nederlandsche Kultuurkamer. Dit beteekent, dat tegelijk met de verticale indeeling in gilden een horizontale in geweste lijke kringen zal worden opgebouwd, die ten doel heeft, het bijzondere kultureele karakter van de verschillende gouwen van ons land tot zijn recht te laten komen. Ten slotte herinnerde prof Goedewaagen aan het woord van Hegel, dat zonder hartstocht niets grootsch in de wereldgeschiedenis tot stand is gebracht. Om dien harts toc-itelijken wil gaat het en niet om de zekerheid het doel te bereiken! Wie zekerheid van slagen wenscht, make zich uit onze rijen los en blijve burger. Wie zonder de zekerheid toch op zijn doel af gaat alleen hij is vrij. Onze generatie is zoo gelukkig, het beeld van een groot man voor zich te hebben, ja vlak bij te hebben, die die vrijheid bezit. Een man, die ten allen tijde van zichzelf zeker is. Zoo willen ook wij arbeiden in den geest van den Führer. DE RIJKSCOMMISSARIS SPREEKT. In antwoord op deze rede sprak Rijkscommis saris Rijksministere Seyss Inquart als volgt. Gij richt de Nederlandsche Kultuurkamer op in een tijd van den zwaarsten strijd met de wapenen. Gij geeft u moeite, een nieuwen grond slag voor de Nederlandsche kuituur te leggen, terwijl in alle deelen der wereld een strijd op leven en dood is ontbrand. Er zullen niet weini gen zijn, die dit overbodig, niet opportuun of willekeurig achten; zeker zullen er velen zijn, die meenen, dat de Nederlanders op het oogen- blik toch andere zorgen hebben, dan juist nu voor het welzijn van de kunstenaars te zorgen. Wie zoo denkt, heeft den dieperen zin van dezen oorlog nog niet begrepen. Hij is er nog ■'et van bewust geworden, dat in dezen strijd Europa strijdt met de machten van het verval om het bestaan van zijn kuituur. Wij staan aan getreden tegen het materialisme van het Westen en tegen het bolsjewisme in het Oosten, ten slotte om geen andere reden, dan om onze kuituur van het Avondland, welke in onze lan den is geschapen en ontwikkeld door de presta ties van den Germaanschen geest, te behou den. De Führer heeft gezegd: „Geen volk leeft langer dan de documenten van zijn kuituur". Voor ons is dit de hoogste wet van onzen strijd, de hoogste wet evenwel niet alleen voor ons Duitsdhers, doch voor alle Germaansche vol ken. welke gedurende de eeuwen hun beste krachten hebben gebruikt voor datgene, wat wij thans kuituur noemen. Voor het behoud van onze kuituur strijden wij thans en geven wij ons bloed. Ook het Nederlandsche volk draagt reeds bij aan dit bloedoffer. Het is dus geen toeval of willekeur, wanneer gij thans begint aan iets. als het oprichten van de Nederlandsche Kultuurkamer, integen deel. dit staat in nauwe, zij het dan niet on middellijke. betrekking tot den oorlog. Ik heb derhalve onmiddellijk mijn toestem ming gegeven, toen kort na het begin van ons gemeenschappelijk opbouwwwerk mijn Neder landsche en Duitsche medewerkers voorstelden, een Nederlandsche kuituurkamer op te richten. Voor mij was daarbij van belang, dat het eer ste voorstel van Nederlandsche zijde kwam, want hieruit kon ik zien, dat de denkbeelden de taak. welke ten grondslag liggen aan onze nationaal-socialistische kultuurpolitiek, ook hier in Nederland werden erkend. En gij. mijnheer de president, hebt ook vandaag we derom tot uitdrukking gebracht, dat men Ln Nederland sedert jaren den kultureelen weder opbouw heeft gevolgd en daarbij tot de over tuiging is gekomen, dat de ontwikkeling in Ne derland moest geschieden van hetzelfde plat form. Deze conclusie, waartoe gij zijt gekomen, wortelt niet in een toevallige vriendschap of in de persoonlijke sympathie van enkelen dan zou ik op dezen grondslag niet mijn be sluit genomen hebben doch op de nauwe verbondenheid in bloed en kuituur met het Rijk. Hoe verscheiden ook voor den oorlog nog de sociologische vormen in Nederland en het Rijk zijn geweest, onder de oppervlakte werk ten toch ook in den Nederlanden reeds de zelfde krachten. Deze gemeenschappelijke levenskrachten, ge meenschappelijk uit de verwantschap van bloed en kuituur, dringen thans tot een ontwikkeling in gelijke vormen van het leven der gemeen schap. Derhalve heeft het een diepen grond.dat de Nederlandsche Kultuurkamer de Reichskul- turkammer tot voorbeeld heeft genomen. Het zelfde geldt ook voor de andere inrichtingen, welke in Nederland nieuw zijn opgebouwd. Wie hier spreekt van overnemen of nabootsen, sluit de oogen voor de niet te miskennen dieperen samenhang. Wij bootsten niet pa, wanneer wij uit gelijken wortel tot gelijken vorm komen. Hiermede, mijnheer de president, zou ik de woorden willen beantwoorden, welke gij in het begin van uw rede tot mij hebt gericht. Ik ben met het uitvaardigen van de verordening over. de Nederlandsche Kultuurkamer niet alleen te gemoet gekomen aan de wenschen van vele Ne derlanders. doch ook aan de volksche wet van onze gemeenschappelijke Germaansche ruimte. Ik hoop thans, dat deze nieuwe Instelling tot het welzijn van de Nederlandsche kunstenaars en daarmede tot zegen van de Nederlandsche kuituur moge zijn en dat het u. mijnheer de president, en uw medewerkers zal gelukken te voldoen aan de hooge verwachtingen, welke de Nederlandsche kunstenaars aan de Kultuurka mer mogen stellen. Gij hebt een taak vol ver antwoordelijkheid op u genomen, alsmede een groote arbeidstaak. Weest u steeds bewust van deze verantwoordelijkheid en handel steeds vol gens het natlonaal-soclallstisch beginssel. dat niet het volk er is voor onze organisaties, doch dat wij, met onze organisaties, het volk moeten dienen. Gij hebt zelf, mijnheer de president, te voren een woord van den Führer aangehaald, dat de staat slechts de voorwaarde, doch niet de oorzaak is tot het scheppen van een hoogere kuituur. Dit zou ik nadrukkelijk willen herhalen. De kunstenaar schept zijn kunstwerken uit de waar de van zijn ras. Wij kunnen hem door onze maat regelen slechts in de gelegenheid stellen, zijn vry mogelijk te volgen. Dient met de Nederland sche Kultuurkamer den Nederlandschen kunste naar, dan dient gij de Nederlandsche kunst en daarmede uw geheele volk. Dit is de taak, welke ik allen medewerkers van de Nederlandsche Kul tuurkamer zie opgelegd en het is mijn wensch, dat uw werk tot zegen moge zijn van de Neder landsche kuituur in do Germaansche levens ruimte. a Als slot van deze bijeenkomst trad het Am- sterdamsche Concertgebouworkest weer op om de ouverture „Egmont" van L. van Beethoven ten gehoore te brengen. Na afloop hield de president der Kultuurkamer, die omringd wa« door zijn gildeleiders, een receptie in den foyer van den Stadsschouwburg, die zeer druk bezocht was. De secretaris-generaal van het departement van Landbouw en Visscherij maakt het volgende bekend met betrekking tot het gebruik van de „Reichskarte für Urlauber". Het blijkt voor te komen, dat handelaren wei geren op de bonnen van genoemde kaart de daarop vermelde goederen af te leveren. In ver band hiermede wordt er met nadruk de aandacht op gevestigd, dat de met „U" gemerkte bonnen van de Urlaubskarte, onverschillig of dezen van een rooden dan wel van een blauwen opdruk voor zien zijn, zoowel in winkels als in café's, restau rants enz. geldig zijn, en dat aflevering van de daarop vermelde hoeveelheid en soort van goe deren dus niet mag worden geweigerd. Zaterdag deelde het Duitsche opperbevel mede: Zooals reeds in een extra-bericht Is meege deeld, is de groote slag om Charkof ten einde. In den sector van generaal-veldmaarschalk von Bock hebben de legers van den kol.-generaal von Kleist en van den generaal der Pantser- troepen Paulus de afweer van zeer zware vijan delijke groote aanvalcn omgezet in een trotsche vernietigingsoverwinning. Een Roemeensch le gercorps onder leiding van generaal Cornelio Dragalina en een Hongaarsche, een Italiaansche en een Slowaaksche foimatie hebben zijde aan zijde met de Duitsche troepen gestreden en nieuwen roem aan hun vlaggen gehecht. De formaties van het luchtwapen van kol.-generaal Loehr en van den generaal der vliegers Pflug- beil hebben in meedoogenloozen s1 d de ge vechten van het leger gesteund in den afweer zoowel als bij den aanval en hebben het vijan delijke luchtwapen uit het veld geslagen. Het bolsjewistische zesde, negende en 575e leger, te zamen met rond 20 divisies infanterie, 7 divisies cavalerie en 14 tankbrigades zijn vernietigd Het aantal gevangenen is gestegen tot 240.000. De bloedige verliezen van den tegenstander zijn buitengewoon groot. Het aantal van het buitge maakte of in den strijd vernietigde oorlogstuig bedraagt 1249 tanks. 2026 kanonnen, 53 vlieg tuigen en tallooze hoeveelheden andere wapens en oorlogstuig. In den centralen frontsector is de vernieti ging van ingesloten vijandelijke gevechtsgroepen aan den gang. In den Noordelijken sector werd een eigen plaatselijke aanval met succes voortgezet. Aan het omsingelingsfront van Leningrad ondernam de luchtmacht hevige aanvallen op het ravi- tailleeringsverkeer ier bolsjewisten over het Ladogameer. Bij nachtelijke aanvallen van Duitsche gevechtsvliegtuigen op wapenfabrie ken der stad Gorki werden bomtreffers met daarop volgende branden in fabrieksinstallaties waargenomen. In de wateren van het hooge Noorden zetten marine en luchtmacht ondanks het slechte weer de aanvallen op het voor de sovjetunie bestem de konvooi voort. Een duikboot bracht een schip van 6000 brt. tot zinken en beschadigde twee schepen door torpedotreffers. Gevechtsvliegtui gen wierpen twee groote vrachtschepen in brand. In Noord-Afrika duurt de slag voort. In Oost-Engeland bombardeerde de lucht macht in den nacht van 29 en 30 Mei de laad- haven Grimsby aan de monding van de Hum- ber alsmede het havengebied van Great Yar mouth. ^ezien de Britsche bommenwerpers ondernamen in den n wel i afgeloopen nacht opnieuw een aanval op Groet- zéer"~noödi"g was, spreekt vanzelf Maar overal Parijs, die slachtofers onder de burgerbevolking, twee Britsche bommenwerpers neergehaald. Patrouillevaarutigen en begeleldingsvaartuigen van den bevelhebber der beveiliging van de Noordzee, hebben in 24 uur tijds 10 Britsche bommenwerpers neergeschoten, waarvan 8 bij succesrijken afweer van vijandelijke luchtaan vallen op de hun toevertrouwde konvooien. Het jachteskader Udet behaalde den 28en Mei zijn 2000e overwining in ds lucht En Zondag: In de centrale en de Noordelijke zone van het Oostelijke front brachten eigen plaatselijke aanvalsoperaties succes. Achter de linies zijn vrij sterke bolsjewistische benden in gevechten, welke twee weken duur den, door Hongaarsche afdeelingen vernietigd. De vijand verloor daarbij behalve een aantal gevangenen, meer dan 4300 dooden, 21 stukken geschut, 97 granaatwerpers en machinegeweren, aismedee een hoeveelheid handvuurwapens en munitie. In den slag bij Charkof heeft een Kroatisch regiment zich bijzonder onderscheiden. Van de rest van het vijandelijke konvooi in de Noordelijke IJszee, dat de laatste dagen reeds herhaaldelijk zwaar was getroffen door de aan vallen van luchtmacht en vlootstrijdkrachten, zijn wederom vier groote koopvaardijschepen door bommen zwaar beschadigd. Bij deze aan vallen kwam het tot luchtgevechten, waarbij zes vijandelijke jagers van de typen Tomahawk en Hurricane werden neergeschoten. In Noord-Afrika duurt de strijd voort. Duit sche en Italiaansche jacht- en gevechtsvlieg tuigen schoten 25 Britsche vliegtuigen neer. Aan de Kanaalkust heeft de Britsche lucht macht bij aanvallen van jagers gisteren over dag twee vliegtuigen verloren. Voor de Neder landsche kust werden bij een aanval op een Duitsch konvooi acht vijandelijke vliegtuigen door beschermingsstrijdkrachten der marine neergeschoten. Britsche bommenwerpers hebben in den af geloopen nacht een terreuraanval op de bin nenstad van Keulen ondernomen, waarbij door ontploffing en brand, vooral in woonwijken, groote schade aangericht werd aan verscheidene openbare gebouwen, waaronder drie kerken en twee ziekenhuizen. Bij dezen uitsluitend op de burgerbevolking gerichten aanva' leed de Brit sche luchtmacht buitengewoon zware verliezen. Nachtjagers en luchtdoelgeschut schoten 36 der aanvallende bommenwerpers neer. Aan de kust werd bovendien een bommenwerper door mari ne-artillerie neergeschoten. (De Engelschen ge ven een verlies van 44 vliegtuigen!) Een afdeeling nachtjagers, onder bevel van luitenant-generaal Kammhuber, behaalde hier haar 600ste overwinning. Kapitein Streib be- nachtelijke overwinning in .lo 0haalde zijn 25ste r - w.ihtfï kT' -ooraï in de voorsteden eischte. Zes der aan- de lucht, de eerste-luitenant Knacke zijn 20ste. gripvoor°?miPriijke moeilü' '-den dé klove-» die rilende vliegtuigen werden neergeschoten. Aari nnsteliike front heeft Feldwebel Stein- bestonden te overbruggen. Slechts waar ken- .iiciiuc rc*~ii Aan het Oostelijke front heeft Feldwebel Stein- Boven de Duitsche Bocht werden eveneens I batz zijn 83ste overwinning in de lucht behaald. Hoe de sovjet-aanval tot een omsingeling leidde. Het D.NB. meldt uit Beflfjn: De slag in het gebied van Charkof, die thans geindigd is met een der grootste overwinnin gen der Duitsche en verbonden troepen, wordt door welingelichte Duitsche militairen, de tot nu toe grootste slag van gemotoriseerde for maties genoemd. Het groote aantal gevangenen bewijst hier volgens oordeel van militaire des kundigen minder dan het aantal van 1249 buit gemaakte of vernielde vijandelijke pantserwa gens. Daaruit blijkt, dat door beide partijen de be slissing van den slag met dit modernste wapen werd gezocht en dat deze beslissing ten gun ste van het Duitsche pantserwapen is uitge vallen, waarvan de verliezen niet alleen tegen over de bevochten beslissing en het aantal op het slagveld achtergebleven vijandelijke pant serwagens, doch ook absoluut van weinig ge wicht zijn. De pantserlegers van kolonel-gene raal von Kleist en van den generaal der pant sertroepen Paulus hebben te zamen met de luchtmacht een overwinnig bevochten, waarvan de omvang eerst zichtbaar wordt, wanneer men zich het verloop van den strijd met behulp van het operatieplan voorstelt. Dit is thans mogelijk daar de Duitsche generaliteit haar zwijgen ver broken heeft. De slag is te verdeelen in vier fazen. VOORBEREIDING EN OPMARSCH. Eerste faze. Voorbereiding en opmarsch. De Duitsche verkenning had reeds op een tijdstip, toen de vijandelijke voorbereidingen nog in een beginstadium verkeerden, het stafkwartier van generaal-veldmaarschalk von Bock zeer kost baar materiaal doen toekomen. Hieruit bleken zeer vroegtijdig, te zamr-n met de voortdurende aanvullingen, de vijandelijke voornemens en dit ondanks alle camouflage en deels geraffineerde kunstgrepen. De opmarsch van den vijand vol trok zich in het gebied van het schiereiland Kertsj en ten Oosten van de Donets, waarbij vooral ongeveer 200 km. ten Zuid-Oosten van Charkof tot 100 km. ten Noord-Oosten van deze stad de opmarsch zeer massaal was. Op grond van deze aanduidingen was het de opperste Duitsche leiding duidelijk geworden, dat deze opmarschgebieden, volgestuwd met steeds groo- tcre vijandelijke troepen, uitgangspunten moes' ten zijn voor groote tangoperaties met het doel het industriegebied in het Donetsbekken en de vruchtbare Oekraine te heroveren. Wegens de moeilijke en gebrekkige productie van voldoen de oorlogsmateriaal en wegens de steeds meer in gevaar gebrachte materiaal- en grondstof- fentransporten van de Vereenigde Staten naai de Sovjetunie had Stalin aan de legergroep van Timosjenko de beste troepen en het beste materiaal waarover hij beschikte toegewezen, met de opdracht deze zorgen van het bolsje wistische regiem mot een grooten militairen slag tegen de Oekraine uit den weg te ruimen. Nog voordat de luchtverkenning de concrete militaire voornemens had onthuld, was deze gedachtengang aan de opperste Duitsche leiding bekend. De groot Duitsche generale staf nam zijn maatregelen. Zij waren des te gemakkelij ker, daar de doorziene vijandelijke voornemens het Duitsche offensieve plan in de kaart speel den. Om den vijand in de uitvoering van zijn voornemens te sterken, werden de waarschijnlijk geachte doorbraakplaatsen in het Duitsche front verzwakt. Een uitzondering hierop vorm den slechts zekere stellingen, die het vermoede lijke gebied van den vijandelijken aanval flan keerden. Deze flankpunten werden echter zoo ver van elkaar verwijderd, dat de Duitsche lei ding een zeer groote speling had gelaten voor de uitvoering van de vijandelijke plannen. Hier, in de voorbereiding en den opmarsch lag reeds de vernietiging besloten van de vijandelijke ac tie met operatief doel. DE SLAG BIJ KERTSJ. Tweede faze. Slag van Kertsj. Van dit gebied uit wilde de vijand de eene helft van de tang in beweging brengen. Ze werd hem uit de hand geslagen op een tijdstip, waarop de vijand zich nog in opmarsch bevond. Drie legers gingen voor hem verloren. Zijn plan was overhoop ge gooid.-Hij moest thans in het gebied van Char kof met de andere tangbeweging beginnen op een tijdstip, dat hem door Kertsj door de Duitsche leiding was voorgeschreven. DE SLUIS WORDT GEOPEND. Derde faze. De slag rondom Charkof. De groote Duitsche generale staf was van een groote zorg vervuld. Zou Timosjenko zich het tijdstip laten voorschrijven? Zou hij als gevolg van de vernieling van zijn sterke Zuidelijke helft van de tang afzien van de verdere uitvoe ring van zijn plan, zoodat de Duitsche en ver bonden troepen niet aan bod zouden komen en men ten slotte, om de in dit gebied in den strijd geworpen bolsjewistische legers te vernie tigen, operaties- over een geweldig gebied zou moeten uitvoeren op een tijdstip, waarop dc groote Duitsche opmarschbeweging nog in het geheel niet ln het voornemen lag? Zou Timo sjenko er toch nog van afzien, zijn, naar men had vastgesteld, keurtroepen naar de Duitsche linie in de gewenschte gebieden te laten optrek ken, van de eigen ravitailleeringsbasis verwij derd met de Donets dan in den rug? Nog voordat op 12 Mei de dageraad gloorde, was de groote Duitsche generale staf van deze zorg bevrijd. In het stafkwartier van generaal- veldmaarschalk Von Bock, haalde men verlicht adem, toen de overeengekomen bevelen door een kort gecodeerd radiogesprek met Von Kleist en Paulus konden worden uitgevoerd. Ongeveer in den sector, die in het Noorden door het plaatsje Balakleja, ln het Zuiden door het plaatsje Aleksandrowka wordt begrensd, werd overeenkomstig de bevelen in het Euro- peesche front een sluis geopend voor de aan stormende bolsjewistische divisies, waarbij he vig gevochten werd opdat de vijand niet op het idee zou komen, dat dit een doorgestoken kaart was. Een machtige bolsjewistische wig drong in het gebied van Isjoem over de Do nets tot Oostenlijk van Kranograd. Hier stiet hij op het einde van de ongeveer 100 km. lange sluis, op een granieten muur. Ten Noorden van Charkof in het gebied van Woltsjansk tot ongeveer bij Petsjenegi, was eveneens een sluisdeur geopend. Hier bleek bil de omsingeling, die hierop volgde, dat de vijand voornemens was zijn groote offensief ten Zui den van Charkof slechts een Noordelijke af scherming te geven met het doel den voorge nomen ring om Charkof in het Noorden te sluiten. Bij Salton werd deze groep door het noodlot achterhaald. Het noodlot, dat zich ln het Zuiden baan brak voor de drie legers van Timosjenko in het nauwe gebied van Alekse- jewskoje. DE OMSINGELING. Vierde faze: de overwinning. Aanvallend uit het gebied ten Zuiden van de eerste bolsjewis tische doorbraak bij Isjoem, had het pantser- leger van Von Kleinst met het uit het gebied ten Zuid-Oosten van Charkof oprukkende pant- serleger van Paulus, beide ongeveer 80 tot 100 K.M. achter de groote bolsjewistische wig ope- reerend, een verbinding tot stand gebracht, toen ongeveer omstreeks 24 Mei het gros van de vijandelijke troepen als omsingeld kon wor den beschouwd. Traag kwam de bij Krasnograd staande vijand tot het inricht, dat, wilde hij nog iets redden ,hy tot lederen prijs terug moest doch hij kwam slechts in het gebied bij Alek- sejewskoje. Achter hem was de sluisdeur dreu nend dichtgeslagen. De vlieger-formaties van kolonel-generaal Löhr en van den generaal der vliegers Pflugbeil verduisterden den hemel. Een half millloen keurtroepen van Timo sjenko waren op 29 Mei in dit gebied gesneu veld, gewond of gevangen genomen. Van 14 pantserbrigades ontkwam niet één pantser. De paarden van zeven divisies cavalerie renden, voor zoover zij niet dood waren, doelloos tus- schen de puinhoopen van deze drie vernieti gende legers. Het terrein, wegens zijn bodemge steldheid voorbestemd voor pantserformaties, had de grootste pantserlegers ter wereld zien botsen. Omwoeld, vertrapt, door ontelbare spo ren van de rupsbanden doortrokken, bood het een beeld van vernietiging. De veelgeprezen mo dellen uit Engeland en de Vereenigde Staten stonden stukgeschoten en rookend, getroffen door de bommen van de Duitsche luchtmacht. Dit gebied is een massagraf met aan den hori zon de oneindige colonnes krijgsgevangenen. Dit alles in een gebied van 3500 vierk. KJM. Als belangwekkend novum noemt men in deskundige militaire kringen het feit, dat hier voor de eerste maal een reusachtige af- wcerslag werd omgezet in een vernietigings- ovcrwinning, die zonder weerga is in de krjjgs- annalcn. De afweer is, zonder dat ook maar iets werd onthuld van de eigen offensieve voornemens, en zonder dat een beroep werd gedaan op de strijdkrachten, die voor het uitvoeren van deze offensieve voornemens ge reed staan, volgens het oordeel van Duitsche militairen geworden tot een overwinning der Europeesche wapenen, welke het uitvoeren van offensieve plannen van grooten omvang door Timosjenko voor langen tijd onmogelijk maakt. Wat deze overwinning voor het ge heele Oostelijke front beteekent, dat zal de naaste toekomst lecrcn. „DUITSCHE DUIKBOOTEN STREDEN BIJ CHARKOF". „Duitsche duikbooten streden aan het front bij Charkof". zoo verklaart de militaire corres pondent van de Evening Standard. Hij schrijft: Deze zin mag op het eerste gezicht paradoxaal klinken, hij is het in werkelijkheid niet. Want de Dultschers hebben met hun hevige du'ik- bootaanvallen een begin gemaakt met een voor de geallieerden noodlottigste operaties tegen de van Amerika en Groot-Brittannië naar Moer- mansk loopende ravitailleeringslinie van het front bi,i Charkof. De geweldige worstellnf rondom Charkof werd niet alleen ter plaatse,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1942 | | pagina 1