83sfe Jaargang WOENSDAG 15 APRIL 1942 No. 25167 Laval neemt in Frankrijk de leiding De rede van Prof. Goedewaagen te Venetië Nieuwe regeering op komst De strijd ter zee Het proces te Riom Ifaliaansch Weermachfsberichj V erduisteren: Verspreide berichten De karakteristiek van Churchill Voor het Internationale Journalisten-Congres De moord op overste Mussert Organisatie voor het bedrijfsleven LEIDSCH DAGBLAD Directeur: J. W. Henny. Telef. Directie en Administratie 25041 (2 lilnen) Gironummer: 57055 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Telef. Redactie 21507 Hoofdredacteur: B. W. Mcnkhorst. Lelden. Pl.verv.: K. Been. L^flen. II! li) verband met de a.s. wijziging in de Fransche regeering, meent men in gewoonlijk goed ingelichte klingen te Vichy de conclusie te kunnen trekken, dat Laval tot regeerings- chef met bijzondere volmachten zal worden benoemd. Hij zal waarschijnlijk met het vor men van een nieuw kabinet worden belast. Staatshoofd blijft maarschalk Pétain, die in deze eigenschap het voorzitterschap van den ministerraad zal bekleeden. Admiraal Darlan zal, zoo vermoedt men, tot hoofd van de lands verdediging en tot opperbevelhebber der drie weermachtsonderdeelcn worden benoemd. Iedere veronderstelling aangaande de toe komstige samenstelling der verdere regeering moet thans echter nog als voorbarig worden beschouwd. Ambassadeur de Brinon heeft na zijn terug keer uit Vichy te Parijs aan de pers een uit eenzetting gegeven over de regeeringsvorming in Frankrijk. Hij deelde mede, dat Pierre Laval leider van de Fransche regeering zal zijn. Admiraal Darlan zal leider der militaire strijdkrachten (leger, marine en luchtmacht) zijn, doch geen minister. Hij - kan echter den ministerraad steeds bijwonen. Admiraal Darlan blijft overigens opvolger van het Staatshoofd, maarschalk Pétain. In de toekomst zal er geen ministerie van oorlog meer zijn. Ten aanzien van de nieuwe ministers is nog niets beslist. Pierre Laval zal de nieuwe ministers voor dragen aan het Staatshoofd. De zetel der Fransche regeering zal te Vichy gevestigd blij ven. Maarschalk Pétain is met de gevonden op lossing zeer tevreden geweest, terwijl de atmos feer te Vichy Optimistisch is. NOTAWISSELING TUSSCHEN V. S. EN FRANKRIJK. Op de nota van Sumner Welles, waarin ver wezen wordt naar het protest tegen de benoe ming van een Amerikaanschen consul te Braz zaville door de Fransche regeering door bemid deling van haar ambassadeur Henri Haye te Washington ingediend, heeft de Fransche re geering geantwoord, dat zij," zich gedwongen ziet het Amerikaansche departement van bui- tenlandsche zaken te doen weten, dat zij deze Amerikaansche antwoordnota niet kan aan vaarden. De nota poogt slechts de houding van her Fransche volk in de oogen der wereld te klei neeren. De Fransche regeering ziet zich genood zaakt te constateeren, dat de jongste publicatie van de notawisseling maar al te duidelijk, laat zien, dat zij slechts uit propagandistische oog merken werd gedaan, ten einde te pogen de geesten te verwarren. De nota antwoordt in •geenerlei wijze op de gestelde vragen. (DN.B.) Met de 116.000 brt., waarvan gisteren het tot zinken brengen is gemeld, heeft de Engelsche en Amerikaansche koopvaardij sedert het begin van dit jaar door het optreden van Duitsche wapens 1,5 millioen brt. verloren. Met inbegrip van de 400.000 brt., die de Ja panners sedert het begin van dit jaar in den grond hebben geboord en de 125.000 brt., die de Italianen sedert 1 Januari j.l. tot zinken heb ben gebracht, is in totaal meer dan 2 millioen brt. Engelsche en Amerikaansche koopvaardij- tonnage vernietigd. Sedert het eerste optreden der Duitsche duik- WAAROM VERDAGING. De wet op de verdaging van het proces van Riom gaat vergezeld van een motiveering van den plaatsvervangenden minister-president, ad miraal Darlan en den minister van justitie. Barthelemy, waarin er allereerst op wordt ge wezen, dat het Hooge Gerechtshof zijn taak volgens de opdracht er toe beperkt heeft slechts een deel der verantwoordelijkheid voor de ge brekkige voorbereiding van de landsverdediging na te speuren, vooral waar het ging om feiten, die onder de huidige omstandigheden gemak kelijker konden worden onderzocht. Woordelijk wordt in de motiveering verder gezegd: „de verantwoordelijkheden, die door ge brekkige landsverdediging en de politieke en militaire fouten tot den oorlog en tot de neder laag hebben geleid, zijn ondeelbaar, aangezien zij tót dezelfde catastrophe hebben geleid. Om echter licht te brengen in de den be klaagden verweten onervarenheid, moet ook op heldering worden verkregen over die politieke of militaire daden van hen. welke een misda dige nalatigheid bij de uitoefening van hun ambtsplicht kunnen beteekenen. Het is derhalve noodzakelijk, dat het Hooge Gerechtshof een aanvullend onderzoek instelt naar alle verant woordelijkheid, die door de in art. 1 van de wet van 30 Juli 1940 genoemde personen moet worden gedragen voor alle handelingen, die bij gedragen hebben tot den overgang van den vredestoestand naar den oorlogstoestand. Dit onderzoek naar de waarheid zal einde lijk een einde maken aan de gevaarlijke cam pagnes, die door het opblazen en verdraaien van de beweringen der beklaagden tén doel hadden de openbare meening in Frankrijk opieuw tot tweedracht te brengen en die zelfs zoo ver gaan, dat de veiligheid naar buiten van Frankrijk door het compromittceren der internationale betrekkingen wordt bedreigd. Derhalve wordt het Hooge Gerechtshof voor zien van alle noodige volmachten om zijn on derzoek te hervatten en uit te breiden." Door, de wet op de verdaging van het proces van Riom blijft de positie der beklaagden on gewijzigd. welke nog steeds onderworpen blijft aan het besluit van den chef van den Fran- schen staat van October 1941. Dit beteekent. dat de beklaagden Blum, Daladier en Gamelin worden teruggebracht naar de vesting Portalet in de Pyreneeën, waar zij verder vestingstraf ondergaan. De overige beklaagden blijven ge- interneerd. <D.NB.) Het Italiaansche weermachtsbericht van gis teren luidde: In de Cyrenaica zijn sterke vijandelijke co lonnes. die door pantserverkenningswagens en artillerie gesteund werden, na levendigen strijd teruggeworpen. Zeven pantserwagens en talrijke automobielen werden vernield, twee officieren en een aantal manschappen gevangen genomen. De vijand, die ook merkbare verliezen aan doo- den en gewonden had geleden, trok zich in wanorde terug. De,luchtaanvallen op oorlogsdoelen op Malta dat 'herhaaldelijk hevig werd gebombardeerd, werden voortgezet. Italiaansche vliegtuigforma ties vielen met succes de havenwerken van Mi- cabba. Halfar, Luce en Gudia aan en bescha digden tal van op den grond staande vliegtui gen zwaar. Een duikboot, die onder bevel van korvetten- kapitein Emilio Olivleri op den Atlantischen Oceaan opereerde, heeft gemeld, dat zij twee schepen en drie tankbooten met een gezamen- lijken inhoud van 48.000 ton tot zinken heeft gebracht. van hedenavond tot morgenochtend 20.36 uur 6.43 uur De maan kwam heden op om 7.03 uur en gaat onder te 20.18 uur; het is vandaag Nieuwe Maan booten in de Amerikaansche wateren is het aantaï tot zinken gebrachte vijandelijke tank schepen inmiddels gestegen tot 88 met een ge- zarpenlijken inhoud van 713.000 ton. Dat betee kent het verlies van ongeveer 1.070.000 ton petro leum of driemaal de Duitsche petroleumpro- ductie in 1937. MAATREGELEN IN ENGELAND. De Britsche minister van financiën. Kingsley Wood, heeft volgens den Engelschen nieuws dienst grooter staatsirikomen en straffer beper king bij het gebruik van luxe-artikelen ge- eischt. Voorts maakte hij een aanzienlijke ver hooging van de belasting op bier. spiritualiën, wijn, tabak, sigaretten en openbare vermake lijkheden bekend. De omzetbelasting op luxe artikelen. waaronder zijde, bont en juweelen, wordt verdubbeld. De prijs van spiritualiën en sigaretten wordt met een derde verhoogd. De belasting op schouwburg- en bioscoopbiljetten wordt verdubbeld. Kingsley Wood heeft in het Lagerhuis ver klaard, dat hfj de totale uitgaven in het be- grootingsjaar 1942—'43 op 5286 mill, pond schatte of 510 mill, meer dan de uitgaven van het thans beëindigde begrootingsjaar. Naar de Britsche berichtendienst voorts meldt, mogen in Engelsche hotels en restau rants voortaan na 11 uur des avonds geen maal tijden meer verstrekt worden, tenzij aan hotel gasten. Daardoor komt automatisch een einde aan de verstrekking van maaltijden in nacht clubs. Het aantal officieele maaltijden moet zooveel mogelijk worden beperkt. (A.NP.). ACADEMISCH FRONTSTRIJDERSCONGRES TE BERLIJN. Een „Europeesch Frontstrijderscongres voor Studenten" is te B^.liin begonnen: leden van de Spaansche, Kroatische, Fransche en Waalsche legioenen en van de Deensche. Finsche, Vlaam- sche, Nederlandsche en Noorsche afdeelingen der Waffen-SS, alsmede vele dragers van het IJzeren Kruis nemen er aan deel. van wie sommigen gewond zijn. Men bracht eerst een bezoek aan het slot Sans-Souci ie Potsdam, waarna er in het nieuwe paleis een fluitconcert van werken van Frederik den Groote, en in de garnizoenskerk bij het graf van Fiederik een orgelconcert werd gegeven Toespraken schet sten den groot-en keurvorst als een voorbeeid van een Europeesch soldaat. In het slot Sans- Souci sprak ook de Spaansche studentenleider Guitarte die als soldaat der Duit-sche weer macht aan het Oostelijk front staat. (DN.B.). IRAN BREEKT MET JAPAN. Naar Reuter uit Teheran meldt, heeft Iran de betrekkingen met Japan verbroken en aan het Japansche gezantschap verzocht Teheran bin nen een week tfjds to verlaten. (D.N.B.). Moeder en kind veilig dank zij den Neder- landsohen Volksdienst. Sluit u aan als lid. Den laatsten tijd is reeds herinnerd aan een groot aantal uitlatingen van Winston Churchill van vroeger, die de ware gezindheid van den huidigen Britschen premier aantoonen jegens alle plannen om Indië formeele rechten en vrij heden te verleenen. Het departement van buitenlandsche zaken te Berlijn is in staat een nieuwe authentieke bijdrage tot de karakteristiek van Churchill te publiceeren. Onder de in Duitsch bezit geraak te documenten van het Poolsche ministerie van buitenlandsche zaken bevinden zich ook rap porten van den vroegeren Poolschen ambassa deur in Londen, graag Razynski, die de on derhandelingen over het in 1935 op de agenda staande ontwerp van wet betreffende de auto nomie van Indië behandelen. In een van deze rapporten wordt er op gewezen, dat een groep Engelsche conservatieven, orjder leiding van Churchill een verbeten campagne heeft ge voerd tegen het ontwerp. Bovendien spreekt de vroegere Poolsche diplomaat nog over een an dere kwestie, die thans weer van actueele be- teekenis is. Er wordt n.l. in verband met Indië gewezen op het Engelsche wantrouwen ten aan zien van de kuiperijen der sovjetregeering in centraal Azië, welke naar de meening van Churchill ten doel hadden, de Engelsche positie in de wereld in te nemen. De bewuste passages van het genoemde rapport luiden vertaald als volgt: „Ambassade der Poolsche republiek in Londen 28/3/1935. O.P.S./m.g. 14/1 a/7 aan den minister van buitenlandsche zaken te Warschau. Politiek rapport nummer 8/35 Autonomie voor Indië. Op het oogenblik wordt de lezing van het wetsontwerp behandeld in de commissie van het Lagerhuis. Het schijnt, dat de eindstemming over de wet in de voltallige vergadering van het Huis niet voor Juni geschieden zal, vooral aangezien de regeering zonder twijfel de aan wezigheid van de Indische vorsten in Londen b\j de in de eerste dagen van Mei beginnende ju bileumplechtigheden voor den koning zou wil len gebruiken om rechtstreeks met hen contact te zoeken. Intusschen voert een groep conser vatieven. de z.g. diehards onder leiding van Winston Churchill verder een verbeten cam pagne tegen het wetsontwerp. De groep der diehards omvat in het Lagerhuis ongeveer 90 leden (bij een totaal aantal van 510 conserva tieven) en zal waarschijnlijk te zamen met de in het Lagerhuis 55 leden tellende Labourportij dat deel van het Huis vormen, dat ook bij de derde lezing zal stemmen voor verwerping van de wet Zoo worden ook alle gebeurtenissen, die zich in Indië zelf afspelen dan wel daar een zekeren invloed kunnen uitoefenen, vooral door de ul tra-conservatieve pers uitvoerig van commen taar voorzien. Tot dergelijke gebeurtenissen moet in den laatsten tijd de bloedige opstand In Karatsji gerekend worden, welke op 19 Maart is voorgevallen en die nogmaals heeft bewezen, dat de plaatselijke bevolking nog niet op het peil staat, dat haar in staat zal stellen op bree- deren grondslag deel te nemen aan de regee ring des lands. Een tweede gebeurtenis van geheel ander karakter die in de toekomst al naar den loop der gebeurtenissen ver strekkende gevolgen kan hebben voor de positie van Engeland in Indië, is de bezetting van Chineesch Turkestan door het sovjetleger gedurende de laatste maanden, waardoor dit land in feite werd afgescheiden van de Chineesche republiek. Ook al kan vol gens de persstemmen alhier te oordeelen de uitroeping van een sovjetrepubliek daar voor- loopig 'niet verwacht worden, de bezetting van dit land. dat in uitgestrektheid driemaal zoo groot is als. Frankrijk en een gemeenschappe lijke grens heeft met Indië en Tibet, door troe pen van het roode leger geeft toch den sovjets de mogelijkheid op dit punt van midden-Azlë een sterke strategische positie op te richten. Dit In de rede, dié prof. Goedewaagen op het in ternationale journalistencongres te Venetië heeft gehouden, zeide de secretaris-generaal o.a. het volgende: Wanneer de oorlog eenmaal is verklaard, is de waarheid het eerste slachtoffer, zoo luidt een Engelsch spreekwoord. De Britsche staatsman Stanley Baldwin ging nog verder. Van hem Ls het gezegde afkomstig: ln de arena van den strijd tusschen de volkeren stelt de mensch boven de waarheidsliefde de vaderlandsliefde als de onontbeerlijke staatsmansdeugd. De Engelsch-Amerikaansche oorlogsberichtge ving sedert 1939 is een bewijs ervoor, dat het kamp der geallieerden zich nog steeds op dit principe baseert. Het valt niet te ontkennen, dat in het bij zonder Engeland met deze taktiek succes heelt gehad. Weliswaar heeft het met de tallooze leu gens, die het reeds de wereld ingezonden heeft, nog geen enkele overwinning behaald, het heeft het echter wel daarheen kunnen leiden, dat de eene neutrale staat na den andere zich ertoe heeft laten verleiden, op tallooze slagvelden de plaatsen in te nemen, welke door Engelsche sol daten hadden moeten worden ingenomen, daar Engeland dezen oorlog is begonnen. Het voordeel, dat op deze wijze werd behaald, zal later evenwel slechts een schijnbaar voor deel blijken te zijn. Er bestaat een opvallende overeenkomst tusschen de middelen, waarmede de Britten zulk een rechtstreeksch voordeel hebben behaald en de methoden, die de Joden voor de jacht op gewin gebruiken. In beide gevallen wordt slechts gelet op het directe voordeel, in de verwachting, dat dit succes, op welke oneerbare wijze ook verkregen, later wel behouden en gerechtvaardigd kan wor den. In beide gevallen werkt deze handelwijze echter op den duur als een boemerang. Daarom zal deze oorlog zoowel voor het Jodendom als voor Engeland fataal worden. De volkeren zul len zich vol verachting van hen afwenden. Daar de Anglo-Amerikaansche wereld een werktuig in de handen van het Jodendom is een feit. waarop wij hier wegens de overstel pende hoeveelheid bewijsmateriaal niet nader m behoeven te gaan is het ook alleszins logisch, dat de middelen, die in het kamp der geallieer den worden toegepast, typisch Joodsch zijn, n.l. bluf. brutale leugenachtigheid gepaard met laf heid en verraad, alsmede de zucht, den oorlog te gebruiken tot persoonlijk voordeel, in plaats van tot verschaffing van levensruimte voor het volk, dat zijn bloed moet geven en de ontberin gen van den strijd moet dragen. Dat de berichtgeving is geworden tot een middel voor het behalen van persoonlijke voov- deelen, is feitelijk niet verwonderlijk. Hoe go-ri- kooper de materialen zijn en hoe streng-.' ?en monopolie daarop gebouwd is. des te grooter zijn de winsten. Onder de monopolievorming in den berichten dienst heeft de objectiviteit der berichten en daarmede van de dagbladen in de kapitalistische landen ontzaglijk geleden. Op geraffineerde wijze werd dit den volken zelf verborgen ge houden. Immers kreeg de krantenlezer, die met de namen van de buitenlandsche nieuwsbureaux, welke herhaaldelijk in zijn blad werden ge noemd, bekend was geworden, den indruk van veelzijdigheid en objectiviteit. Hij wist echter niet, welke afspraken zonder zijn medeweten waren gemaakt. Prof. Goedewaagen vervolgde, na op den bijna monopolistischen invloed van Reuter op ons land en koloniën tijdens de oorlogsjaren 1914- 1918 te hebben gewezen: De bladen vormden te zamen een internationaal koor, dat de me lodie zong van het imperialisme en van de barbarij der asmogendheden en het lied van het edele Engeland, dat voor de kleine naties op de bres stond, en van een Roosevelt, die alle moei lijkheden, welke door het kapitalistische sy steem waren ontstaan, uit den weg zou ruimen en door de „religieuze demooratie" de Veree- nigde Staten tot „citadel der beschaving" zou maken. Terwijl de geschiedenis van Engeland door de eeuwen heen tot in dezen tijd het tegendeel heeft bewezen, terwijl de degeneratie van het openbare leven in Amerika iederen dag merk baar voortschrijdt, terwijl de macht van de vrijmetselarij, met name in de Angelsaksische landen voortdurend groeide en de Joden daar steeds belangrijker posten bekleédden, ondanks dit alles heeft men in de democratische landen aan de valsche ethiek geloofd en er zoozeer op gebouwd, dat de kloof tusschen de verdedigers van het kapitalisme eenerzijds en de voorvech ters van het Marxisme anderzijds er zelfs door overbrugd werd en een eenheidsfront kon ont staan tegen hen, die het werkelijke volksbelang wilden en de leugens aan de hand der feiten herhaaldelijk aan de kaak stelden. Hoe onwaarschijnlijk en zonderling het den nuchteren menschen ook aandoet, in den Brit sche berichtendienst overtreft de ophitsing en de leugen vaak de zakelijke berichtgeving. Vraagt men. waartoe al deze leugens dienen en waarom steeds weder dezelfde taktiek wordt toegepast, dan moet het antwoord luiden: Om dat deze taktiek de eenige is, die de Anglo- Amerikanen kunnen toepassen. Wanneer zij de waarheid schreven, zou de oorlog reeds lang geëindigd zijn. Zonder de leu gen hadden de volken reeds lang begrip voor de nieuwe orde gekregen. De kapitalistische wereld is aan het einde van haar argumenten, kan zich echter niet gewonnen geven, daar dit de dood zou zijn van het kapitalisme en de dragers ervan, het Jodendom. Daarom is geen compro mis mogelijk, zoolang de Jood in de Anglo- Amerikaansche wereld de macht bezit. Daarom zal de leugen onbeschaamd voortbestaan, on aangetast door de feitelijke gebeurtenissen, die hem' steeds weer logenstraffen. Spr. behandelde vervolgens de toestanden, zooals die vroeger in Nederland op persgebied waren en noemde in dit verband het persbureau Vaz Dias, dat geleid werd door de Joden Vaz Dias. Lissauer en Da Silva. In 1935 werd het Algemeen Nederlandsch Persbureau opgericht, waarin het persbureau Vaz Dias. met zijn voor een groot deel Joodsch personeel werd opgeno men. Ongeveer een half jaar later werd ook het bijkantoor van Reuter in Nederland in het A.N. P. opgenomen. Bij het overgaan van Vaz Dias naar het A.N.P. hield de directeur Vaz Dias voor de radio een afscheidsrede, waarin hij o.a. zijn aanhankelijkheid aan het A.N.P. betuigde. Er was dus aan den ouden toestand in feite weinig veranderd, de oude Joodsche redacteuren verrichten nog hetzelfde werk. De stelselmatig aangekweekte stemming tegen het nationaal-socialisme en fascisme, waartoe de voor-oorlogsche berichtgeving, die voor een niet gering deel onder den invloed van de Jo den stond, aanzienlijk heeft bijgedragen en de terughoudendheid der bladen met betrekking tot de dagelijksche D.N.B.-berichten bleef bestaan. In verhouding tot de Reuter- en Havas-berich- ten, die in groote massa's verspreid werden, wer den zeer weinig D.N.B.-berichten doorgegeven. Ter illustratie zij vermeld, dat het grootste Ne derlandsche dagblad „De Telegraaf" in zijn nummer van 28 November 1939 een verontwaar digd artikel bevatte over ..De volkomen onjuiste en onrechtvaardige beoordeeling van Nederland en zijn "neutraliteit door Duitsche journalisten", tn hetzelfde nummer van dit blad kwamen 33 berichten uit het buitenland voor. Hiervan wa ren er 17 afkomstig uit Londen, 9 uit Parijs (waaronder een lang verhaal over Duitsche wreedheden in Polen), een bericht uit Moskou, een uit Rome, een uit Sjanghai, een Reuter-be- richt uit Kopenhagen en drie berichten uit Berlijn (t.w. een bericht van United Press en twee D.N.B.-berichten van zes regels elk). Bo vendien bevatte het blad een artikel van twee kolommen van de hand van het Engelsche La gerhuislid Vernon Bartlett. onder den titel „Het Duitsche witboek ontleed." Het blad „De Telegraaf", dat reeds in den wereldoorlog van 191418 wegens zijn algeheele dienstbaarheid aan de Engelsche propaganda berucht was, diende verder kort voor het uit breken van den oorlog als gangmaker bij de verspreiding van een reeks leugenverhalen over toestanden in Duitschland. Het „Utrcchtsch Nieuwsblad", zoo vervolgde spr„ een der meest beruchte ophitsingscentrales tegen de nieuwe orde. welks Joodsche redacteur buitenland thans de Nederlandsche bevolking over radio Londen ophitst, adverteerde openlijk, dat Anthony Eden en Winston Churchill tot de vaste medewerkers van dit blad behoorden. In derdaad verschenen in het „Utrechtsch Nieuws blad" artikelen van deze Britsche politici in groo- ten opmaak. Prof. Goedewaagen herinnerde aan een typisch voorbeeld van de verderfelijke politiek van het Reuterbureau. In de maanden van 1939 en 1940, toen Nederland nog niet in den oorlog was be trokken, ondervond de Nederlandsche scheep vaart groote moeilijkheden door de Britsche con trabande-politiek. Dit gaf de Nederlandsche re geering aanleiding tot het uitgeven van een „Oranjeboek", waarin de desbetreffende brief wisseling werd gepubliceerd. Dit boek verscheen den 3en November 1939. Eenigen tijd na de publicatie van dit Oranje- boek wendde het persbureau Reuter zich tot de Nederlandsche regeering met verzoek om een ver klaring inzake de beteekenis van de Engelsche contrabande-politiek voor Nederland. Aan dit verzoek werd o.a. door verwijzing naar genoemd Oranjeboek gevolg gegeven. Kort daarop kondig de Chamberlain verscherpte maatregelen tegen den Duitschen uitvoer door middel van neutrale schepen aan. Den 28en November 1939 publiceerde de Brit sche pers Reuterberichten, die bovengenoemde informatieve mededeelingen van Nederlandsche zijde voorstelden als een na de rede van Cham berlain afgelegde Nederlandsche regeeringsver- klaring. Het Nederlandsche volk, zeide prof. Goedewaa gen verder, werd niet slechts voor en tijdens de Meidagen 1940 door de Engelsche agitatie op matelooze en misdadige wijze misleid. De oorlogs schade is gelukkig naar verhouding gering ge bleven. Waar zij echter grooteren omvang aan nam, was zij indirect het gevolg van Engelsche ophitsing, waardoor zooals in het bijzonder te Middelburg het verzet n^ voortduurde toen het reeds geen zin meer had en derhalve de Duitsche militaire autoriteiten dwong tot het in den strijd brengen van zware wapens. Sedert den 15en Mei 1940 ziet de pngelsche agitatie, naast een woest schelden op en ver dacht maken van de N.S.B. en haai- leidende mannen, haar voornaamste taak in het openlijk en bedekt aansporen tot sabotagedaden van allerlei aard. Een bijzondere rol speelde de Engelsch-Ame- rikaansche propaganda bij de gebeurtenissen in het Zuldzee-gebied, die tot het voor Nederland zeer smartelijke verlies van de Nederlandsch-In- dische eilanden hebben geleid en tot de bloed offers, welker grootte ook den bloedverwanten thans voor een groot deel nog niet bekend is. Dat de emigrantenregeering te Londen en Batavia de eilanden in het conflict meesleepte, vormt een misdaad op zichzelf, daar zij voor een dergelijk optreden geen enkele machtiging had. Spr schetste vervolgens, hoe de Engelsch- Amerikaansche buitenlandsche politiek ten ge volge had, dat de Nederlanders met hun Indische eilanden zorgeloos omsprongen, daar zij zich door dezen zwendel lieten misleiden en geloofden, dat de Japanners uit de Nederlandsch-Indische wa teren waren weggeveegd. Hoe de afloop was van den zeeslag bij Java, weten wij intusschen uit de berichten van het keizerlijke Japansche hoofdkwartier, die door de Britsche admiraliteit zijn toegegeven. Denzelfden dag echter landden de Japanners tegelijkertijd op drie belangrijke plaatsen op het eiland Java en de zinnelooze opoffering van het rijke en mooie koloniale bezit van Nederland vond haar tra gische besluit. Het is één keten van leugen en bedrog en het Nederlandsche volk. zoo besloot prof. Goede waagen. heeft met zware offers en verliezen moe ten betalen. Zij zijn niet vergeefsch geweest, wanneer het thans laat, dQch nog niet te laat gelukt, te bereiken, dat het geheele Neder landsche volk zch op zijn Europeesche taak be zint en zich schaart in de zich vormende ge meenschap der Gërmaansche volken. DOODSTRAF GEËISCHT TEGEN OFFICIER, DIE DE SCHOTEN LOSTE. In een zitting, die ruim zeven uren duurde, heeft het Vredegerechtshof te Den Haag gisteren de zaak behandeld tegen den re serve-kapitein A. J. C. Bom en den luite nant-adjudant A. J. Kruithof, wicn te laste is gelegd feitelijke insubordinatie in tijd van oorlog, den dood van den kantonnc- mentskommandant van Dordrecht, overste Mussert, ten gevolge hebbend. Eevenals de vorige week stond het Hof onder leiding van mr. dr. Carp en trad prof. mr. dr. van Genechten als procureur- generaal op. Nadat niet minder dan 32 getuigen waren gehoord, eischte de procureur-generaai te gen den reserve-luitenant Kruithof de dood straf en tegen den reserve-kapitein Bom 20 jaren gevangenisstraf. In zijn requisitoir zeide prof. Van Genechten verder o.m. nog het volgende: Even voor den oorlog werden 21 Nederlan ders geïnterneerd, door den heer De Geer recht streeks van landverraad beschuldigd. Nog nim mer is bekend gemaakt waarop deze beschuldi ging in concrete berust. Het ligt ln mijn bedoe ling, minister De Geer in de gelegenheid te stel len. zich hier te verantwoorden. Sedert hij als vergeten burger toch weer laat merken dat hij geen vergeten burger wil zijn, zal hij dit onge twijfeld aangenaam vinden. land, welks handelsomzet met de sovjets 90 pro cent uitmaakte van zijn geheelen ruilhandel, ls ook een belangrijk economisch gebied. Om bo vengenoemde redenen zijn dus de sovjets reeds sedert eenige jaren steeds krachtiger gepene treerd in Chineesch Turkestan. Hun huidige postitie daar kan men daarentegen vergelijken met een feitelijk protectoraat over dit land. De hierboven aangehaalde gebeurtenissen worden door de diehards in talrijke door hen georganiseerde vergaderingen in verscheidene steden in Engeland ijverig uitgebuit. Een der grootste vergaderingen was die van de Indi3 Defence League, waaraan door 5000 leden werd deelgenomen en die op 28 Maart in Londen i? gehouden. De voornaamste sprekers, Winsten Churchill en lord Lloyd, waarschuwden de re geering ervoor op onvoorzichtige wijze Indië een grondwet te geven, die een vermindering van de Engelsche heerschappij in Indië tot uitdrukking zou brengen en vervolgens ook op gelijke wijze in het geheele Britsche rijk con-' sequenties zou hebben. Aanknoopende aan het van den kant der sovjets dreigende gevaar, sprak Churchill de karakteristieke woorden uit: „Anderen wachten er reeds op onze positie in de wereld in te nemen". (A.NP.). Heden is verschenen het vijfde uitvoeringsbe sluit van den secretaris-generaal van het de partement van handel, nijverheid en scheep vaart betreffende een zelfstandige organisatie van het Nederlandsche bedrijfsleven. Krachtens dit vijfde uitvoeringsbesluit wordt ingesteld een raad voor het bedrijfsleven, welke tot taak heeft de algemeene belangen van het georganiseerde bedrijfsleven te behartigen. Hij moet daarbij rekening houden met de belangen van het geheele bedrijfsleven en waken voor de belangen van den staat. Deze raad voor het bedrijfsleven is een over koepelingsorgaan voor de zes hoofdgroepen, t.w. industrie, handel, ambacht, banken, ver zekeringswezen en verkeer, alsmede voor de kamers van koophandel en fabrieken. Hij be staat uit veertien leden, waaronder q.q. de voorzitters der hoofdgroepen van de organisatie voor het bedrijfsleven, alsmede de voorzitters van de kamers van koophandel en fabrieken te Amsterdam en te Rotterdam. De secretaris-ge neraal van het departement van handel, nij verheid en scheepvaart heeft tot voorzitter be noemd mr. H. L. Woltersom en tot plaatsver vangende voorzitters de heeren F. R. J. Gips en T. J. Twijnstra. De raad is bedoeld als adviseerend college, zoowel voor den staat als ook voor de organi satie van het bedrijfsleven zelf ten aanzien van economische vraagstukken. De raad heeft verder tot taak de boekhou ding en de rekening en verantwoording van de bedrijfsorganisaties en van de kamers vari koophandel te onderzoeken. Ook treedt hij op als scheidsrechter bij geschillen, welke tusschen de hoofdgroepen rijzen kunnen. Ten slotte is de raad belast met de beslissing van de geschillen, bedoeld in artikel 23 van het derde uitvoeringsbesluit. Deze geschillen betreffen de door de voorzitters van de hoofd groepen of bedrijfsgroepen krachtens artikel 17 van het derde uitvoeringsbesluit opgelegde straffen. Verder beslist de raad of een lid van een bedrijfsorganisatie zich aan een oneervolle han deling heeft schuldig gemaakt. Bij behandeling van zaken betreffende oneervolle handelingen treedt de raad als „eereraad voor het bedrijfs leven" op. In den raad voor het bedrijfsleven hebben on. fining r?e aangewezen c.q. aan te wijzen voorzitters der zes hoofdgroepen, mitsgaders de voorzitters van de kamers van koophandel en fabrieken te Amsterdam en Rotterdam, t.w. de heeren mr. H. L. Woltersom (banken) voor zitter, T. J. Twijnstra (industrie), F. Gips (han del), J. van Willigen (welke benoemd zal wor den tot voorzitter van de hoofdgroep ambacht), prof. dr. A. O. Holwerda (verzekering), W. H. de Monchy (verkeer), mr. F. W. A. de Koek van Leeuwen (kamer van koophandel. Amster dam), mr. K. P. van der Mandele (kamer van koophandel, Rotterdam). Door den secretaris-generaal van het depar tement van handel, nijverheid en scheepvaart werden bovendien tot leden benoemd voor een periode eindigende 31 December 1943, de hee ren: ir. E. van Dieren, raadgevend ingenieur te Rotterdam. H. L. van Eeghcn, lid van de firma Van Eeghen en Co. te Amsterdam, mr. W. G. F. Jongejan. voorzitter van den ondernemersraad voor Ned. Indië te 's-Gravenhage. dr. L. P. Krantz, directeur van de N.V. J. J. Krantz en Zn., te Leiden, H. C. van Maasdijk, directeur van de Nederlandsche Bankinstelling etc. te 's-Gravenhage, mr. B. J. M. van Spaendonck, algemeen secretaris van de kamer van koop handel en fabrieken voor Noord-Brabór.t te Til burg. Tot secretaris van den raad voor het be drijfleven zal benoemd worden mr. J. W. H. Behrens te 's-Gravenhage. Het bureau van den raad zal gevestigd wor den te 's-Gravenhage, Bezuidenhoutscheweg 72, 72. tel. 772067.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1942 | | pagina 1