LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 2 Maari 1942 Tweede Blad
No. 25131
Laatste zitting van de Kamer
van Koophandel
Scholingsdag van N.S.D.A.P.
en N.S.B.
83ste Jaargang
Huldiging van den
Voorzitter
FEUILLETON
De vrees voor den
afgrond
RECHTZAKEN
Prijsopdrijving in de
texielbranche
KOU
gevat?
Neem'nAKKE/fïJE
Ir. Mussert geeft het parool voor den komenden tijd
RAEBC.
Een Italiaansche artillerie-waarnemer aan het
Afrikaansche front.
(Hoffmann-P.K. Zwilling)
De uien, welke het vorige jaar met het oog op de wintermaan
den vorstvry zijn opgeslagen in hokken en schansen, worden
er thans uitgehaald om in den handel gebracht te worden.
(Polygoon-Kuiper)
Op Scheveningen heerscht thans'een groote drukte in verband
ïfiët het rooken en fileeren van schar. De scharren worden
aan pennen geregen en in rookkasten gehangen. Zijn zij vol
doende doorgerookt, dan moeten zij circa een half uur be
sterven en ontveld worden.
(Schimmelpennigh-Smit)
De Duitsche PK.-man is steeds op zijn post.
De zoo juist bij een vlucht naar den vijand
ontvangen indrukken, worden direct verwerkt.
De zitplaats is daarbij bijzaak.
(Orbis-Holland-PK. Store)
In de Donderdagmiddag gehouden laatste
openbare vergadering van de Kamer van Koop
handel en Fabrieken voor Rijnland werd met
algemeen e stemmen benoemd tot lid van de
Plaatselijke Commissie van Toezicht op de Scho
len voor Middelbaar Onderwijs te Leiden, de heer
P. A. de Gooyer.
BU de rondvraag vestigde de heer-B. de Ko
ning nogmaals de aandacht op het overweg-
vraagstuk aan den Rijnsburger weg. waarover
men in langen tijd niets heeft vernomen. De
voorzitter, de heer D. ten Cate Brouwer ant
woordde hierop, dat het Leidsche Gemeente
bestuur geen geld wenscht uit te geven voor
een noodoplossing, waar de definitieve oplossing
waarschijnlijk binnen een niet al te ver verschiet
ligt. De heer de Koning vroeg in afwachting
daarvan een provisorische oplossing door het
maken van een aparten overgang voor voetgan
gers en wielrijders, voor welke groepen van weg
gebruikers het wachten aldus aanmerkelijk kan
worden bekort. De voorzitter zegde toe terzake
de bemiddeling van den burgemeester bij de
directie der Ned. Spoorwegen te zullen inroepen.
Nadat de vergadering enkele oogenblikken
was geschorst ten einde de burgemeesters van
Leiden en vele omliggende gemeenten in het
district in de gelegenheid te stellen de voor hen
gereserveerde zetels in te nemen, sprak de voor
zitter een rede uit, waarin hij zeide, dat de Ka
mer bij nadere beschouwing van haar aanvan
kelijk ingenomen standpunt tot het inzicht was
gekomen, dat het van groote ondankbaarheid zou
getuigen, wanneer zij verzuimde de burgemeesters
in deze laatste zitting hartelijk dank te zeggen
voor de steeds van hen ondervonden medewer
king, waardeering en gezagsondersteuning.
Waar en wanneer de Kamer als dienares van
het economisch leven in het district op hen als
de hoogste gezagsdragers een beroep deed, ge
schiedde zulks nooit tevergeefs.
Er zijn, aldus spr., in de afgeloopen 20 jaren
tal van openbare werken uitgevoerd, welke het
bedrijfsleven ten goede zijn gekomen en op de
totstandkoming waarvan de Kamer haar invloed
heeft kunnen doen gelden. Spr. wees vervolgens
op de toenemende Industrialisatie van Rijn
land, waarmede de bevolkingstoename helaas
geen gelijken tred heeft gehouden ondanks een
behoorlijk geboorte-overschot in bijna alle ge
meenten. Naar sprekers vaste overtuiging kan
daarin verbetering worden gebracht wanneer
de burgemeesters zich niet uitsluitend en zelfs
niet in de eerste plaats wijden aan de bevorde
ring van hun eigen gemeente, doch het district
Rijnland willen zien in den samenhang van het
zeer vele, wat het op het gebied van natuur
schoon en als industrieeel complex te bieden
heeft.
Een dergelijke visie en de daaruit voortvloeiende
samenwerking zal niet alleen allen gemeenten
afzonderlijk, maar het geheele district ten goede
komen. In dit verband hoopt spr. op de vervul
ling van zijn wensch van de stichting van een
RÜnlandsch Boschpark, dat de vele natuurlijke
aantrekkelijkheden van dit district in zich ver-
eenigt en waarin ook een industrie- en am
bachtsmuseum alleszins reden van bestaan zou
hebben. Sprekende over het verleden, consta
teert spr, met vreugde, dat de Kamer een zegen
rijken band heeft kunnen leggen tusschen de
burgemeesters onderling en hij eindigde met
het uitspreken van den wensch, dat ook in de
toekomst hun samenwerking zal leiden tot ber
vordering der algemeene welvaart in het dis
trict.
REDE VAN DEN LEIDSCHEN
BURGEMEESTER.
Mr. R. N. de Ruyter van Steveninck ge
tuigde met erkentelijkheid, dat de samenwer
king van het gemeentebestuur met de Kamer
van hooge kwaliteit en den meest aangenamen
aard is geweest. Op verzoek van het gemeente
bestuur heeft de Kamer in tal van gevallen
waardevolle zakelijke adviezen verstrekt en
daarnaast heeft zij ook vele belangrijke initia
tieven genomen. Spr. noemde hiervan o.a. het
overwegvraagstuk, waarvan hij het waagde te
veronderstellen, dat het binnen niet al te
langèn tijd zijn definitieve oplossing tegemoet
gaat. dén dóór de Kamer verleenden steun
aan de zoozeer geslaagde tentoonstelling ..Leyds
Goedt", haar werkzaamheid ten behoeve van
de vestiging van nieuwe industrieën, de verbe
tering van tal van land- en waterwegen en
door MIGNON G EBERHARDT
(24
Ik leg het alleen maar uit. Het gaat er
maar om, dat ze het zonder stoel nooit had
kunnen doen
Lucie's mond ging stom open en dicht.
De commissaris zei: Dan hing er ook die
chloroformlucht Het was niet sterk: als ze pas
den volgenden morgen gevonden was, zou de
lucht vermoedelijk niet meer merkbaar zijn ge
weest. De dokter was er zeker van, dat ze ge
chloroformeerd was, toen hij haar zag; hij zegt,
bruggen en ten slotte de oprichting van het
Persgasstation, dat blijkt in een groote be
hoefte te voorzien. Voor alles, wat de Kamer
voor Leiden heeft gedaan, brengt spr. hier
hartelijk dank; haar werk zal blijven voort
leven. Het feit, dat hier ter stede een plaatselijk
kantoor blijft bestaan, waarvan, naar spr. offi
cieus heeft hooren verluiden, de heer Ten Cate
Brouwer de leiding zal hebben en waaraan ook
dr. Knibbe als secretaris verbonden zal zijn,
biedt een waarborg, dat de belangen van han
del en industrie in het district in de toekomst
met dezelfde voortvarendheid en nauwgezetheid
zullen worden behartigd als in het verleden
Spr. besloot met den wensch uit te spreken, dat
de samenwerking, zooals deze tot dusverre was,
een voorbeeld moge zijn voor die in de toe
komst.
De heer P. A. Colijn, burgemeester van Alphen
aan den Rijn, sprekende namens de buitenge
meenten, zeide meermalen in de gelegenheid te
zijn geweest, persoonlijk te constateeren, dat de
Kamer de belangen van de verder afgelegen ge
meenten in Rijnland op dezelfde voortreffelijke
wijze heeft behartigd als die van Leiden en
naaste omgeving. Voor uwe voorlichting in tal
van vraagstukken, aldus spr., zijn wij allen de
Kamer veel'dank verschuldigd. Gezien de con
tinuïteit in de leiding, zien wij ook de toekomst
met het volste vértrouwen tegemoet.
De heer Ten Cate Brouwer, de beide sprekers
beantwoordend, zeide een bloeiend bedrijfsleven
de spil te achten, waarom heel onze nationale
welvaart draait. Om die reden zal hij dan ook
gaarne, wanneer zulks van hem in het algemeen
belang wordt gevraagd, zijn beste krachten aan
zijn nieuwen werkkring geven.
Nadat de voorzitter zijn reeds eerder afge
drukte rede had uitgesproken, begaven de leden
zich naar café-restaurant „In den vergulden
Turk", waar de voorzitter hun een afscheids
maaltijd aanbood, waaraan mede aanzaten de
heeren P. Boot Sr. en G. J. M. J. Molkenboer,
oud-voorzitters in de af deelingen Groot- ei>,
Kleinbedrijf. J
Hier werd achtereenvolgens het woord gevoerd
door den heer ir. F. H. E. Guljé namens de ge
heele Kamer, door mr. dr. P. G. Knibbe -mede
namens den adjunct-secretaris, mr. A. G. de
Blécourt, door den heer H. M. Simonis namens
het Bureau der Kamer, door den heer P. A. de
Gooyer namens de afdeeling Kleinbedrijf, zoo
mede door den ruim 80-jarigen heer P. Boot en
den heer B. de Koning.
De heer Guljé wees er op, hoe de Kamer de
belangen van het district steeds op voorbeel
dige wijze heeft gediend. Zij heeft initiatieven
genomen, wélke ver buiten de grenzen van
Rijnland van invloed zijn geweest en daarvoor
komt in de eerste plaats dank toe aan de lei
ding van den voorzitter. Er is in de economische
geschiedenis geen tweede tijdperk aan te wijzen,
waarin zoovele veranderingen op het terrein van
het bedrijfsleven plaats vonden als in de afge
loopen 20 jaar en bij de koersbepaling in dezen
moeilijken tijd heeft steeds de voorzitter de
richting aangegeven. Zoo gaf hij den stoot tot
de oprichting eener Nederlandsche Vereeniging
voor Actieve Handelspolitiek en van het Rijn-
landsch Borgstellingsfonds, dat alom in den
lande navolging heeft gevonden. Gij hebt, aldus
spr. getoond een werkelijk leider te zijn; met
graagte en sympathie heeft de Kamer altijd
uw leiding aanvaard en gevolgd. Als tastbaar
bewijs van haar erkentelijkheid biedt de Kamer
haren voorzitter diens voortreffelijk gelijkend
portret aan, geschilderd door den kunstschilder
Wij nans te Oegstgeest.
Mogen, aldus besloot spr. ook onder den nieuwen
opzet der K. v. K. handel en industrie in het
district Rijnland groeien en bloeien tot in
lengte van dagen.
De secretaris, de heer Knibbe roemde de groote
energie en vitaliteit van den voorzitter en diens
grooten zin voor objectiviteit. Door zijn ijveren
voor een actieve handelspolitiek en zijn streven
naar de oprichting van een tolunie tusschen
Nederland en België, heeft de heer ton Cate
Brouwer bewezen een helder inzicht te bezitten
in de economische vraagstukken van dezen tijd,
waarbij de historische ontwikkeling zijn ziens
wijze volkomen in het gelijk heeft gesteld. Spr.
gewaagde verder met dankbaarheid van de pret
tige samenwerking en de ondervonden waardee
ring en besloot met den wensch, dat de heer ten
Cate Brouwer als lid van den Raad van Bijstand
zijn groote bekwaamheden in dienst zal blijven
stellen van handel en nijverheid in het district.
Ter herinnering bood spr.. mede namens den
heer Blécourt een crayonteekening aan, even
eens, vervaardigd door den heer Wynans.
Ook de andere sprekers gewaagden met er
kentelijkheid van de prettige samenwerking en
BOETE VAN VIJFTIG- EN TIENDUIZEND
GULDEN.
Een groote manufacturenhandel in het Noor
den van het land is dezer dagen door den in
specteur voor de prijsbeheersching te 'sGraven-
hage wegens overtreding der prijsvoorschriften
tot een boete van f. 50.000 en tot betaling van
f. 2500 tuchtstraf-proceskosten veroordeeld. Deze
onderneming, welke over het geheele land een
twintigtal filialen en dochterondernemingen ex
ploiteert, heeft in 1940 en 1941 onder meer bed-
lakens, geruite stoffen, kousen, japonnen en ta
pijten verkocht tegen beduidend hoogere prijzen
dan zij daarvoor had mogen vragen. Niet alleen
waren nog voorradig goederen van ouden voor
raad in prijs verhoogd op het oogenbllk, dat
duurder ingekochte goederen in den verkoop
werden gebracht, maar ook schreef het hoofd
kantoor soms reeds prijsverhoogingen voor als
het vernam, dat in dc toekomst bij inkoop meer
zou moeten worden betaald dan voorheen. Bo
vendien bleek tot Augustus 1941 bij stijgende
inkoopsprijzen het voor den oorlog gebruikelijke
vaste winstpercentage te zijn gehandhaafd.
Als gevolg van deze manipulaties was dan ook
het bruto-winstpercentage met enkele procenten
gestegen, terwijl het onder de tegenwoordige
omstandigheden juist had moeten dalen. Bij de
behandeling van deze zaak bleek eens te meer,
dat zelfs bij groote ondernemingen nog vaak een
ontstellend tekort aan kennis van de prijsvoor-
schriften bestaat. De gevolgen daarvan zijn ech
ter ook nu weer voor rekening gekomen van
hen, die zich niet de moeite hebben getroost,
zich grondig op de hoogte te stellen.
Verder werd nog een tricotagefabriek in Twente
door den inspecteur voor de prijsbeheersching te
Arnhem veroordeeld tot een boeto van f. 10.000.
De vennootschap in kwestie had in 1940 en 1941
de verkoopvoorwaarden ten nadeele van haar
afnemers gewijzigd door het meerendeel van hen
de vroeger gebruikelijke kortingen niet meer toe
te staan. Op zich zelf is een wijziging van ver
koopvoorwaarden in voor den kooper ongunstigen
zin zonder toestemming van overheidswege reeds
verboden. Bovendien waren tengevolge van een
vrij aanzienlijke prijs verhooging, die kort voor
den oorlog had plaats gevonden, de winsten van
dit bedrijf echter ruimschoots toereikend om
zelfs bij stijgende productiekosten de gebruike
lijke kortingen op te vangen.
HAAGSCHE RECHTBANK.
Inbraak in een zeepfabriek.
In de zeepfabriek van de fa. Sanders te Lei
den was ingebroken en werd o.m. 100 stuks
scheerzeep en verschillende andere producten
gestolen. In verband met dezen inbraak hebben
terecht gestaan J. J. V., F. J. S. en M. H. P.
allen uit Leiden. Tegen V. had de officier tien
maanden en tegen beide anderen elk zes maan
den gevangenisstraf geëlscht. De rechtbank
heeft V. veroordeeld tot acht maanden en S.
tot zes maanden, terwijl over P. nader een rap
port zal worden gevraagd.
r.aSN Is winter» zorSt voor Uw ge-
/|\y\ zondheid, nu meer dan ooit!
p£|/7/ Neemt bij de eerste verschijn
selen AKKERTJES, dan zet
zoo'n kou gewoonlijk niet door.
De Nederlandsche Pijnstiller
de voortreffelijke leiding van den voorzitter
en wenschten hem alles goeds toe.
De heer Ten Cate Brouwer stelde in zijn
dankwoord nogmaals het dienen van het alge
meen belang, zooals de Kamer steeds heeft
gedaan, op den voorgrond; ook al worden er
fouten begaan en heerscht er verschillend in
zicht. dan nog is waardeering voor elkanders
opvatting mogelijk en blijven wij elkaar in
vriendschappelijke herinnering gedenken.
Hiermede was deze geanimeerde en voor
treffelijk verzorgde maaltijd ten einde.
Gisteren hebben de N.S.D.AP. en~ de N.SB.
in den Dierentuin te Den Haag een gezamen-
lijken scholingsdag gehouden, die werd bijge
woond door vertegenwoordigers van staat,
weermacht en partij en door het kader van
beide organisaties. Het eerste deel dezer bijeen
komst ving om elf uur aan. Rood vlaggedoek
en slingers dennegroen sierden de zaal. Ter
weerszijden van het podium, op welks witten
achtergrond een groote krans van eikenloof
met hakenkruis en wolfsangel was aangebracht,
stonden afwisselend vanen met de emblemen
van beide organisaties opgesteld.
Nadat General-Kommissar Oberdienstleiter
Schmidt en de leider der N.S.B., na buiten door
een eerewacht en de W A.-harmonie te zijn
opgewacht, de zaal hadden betreden, spraken
dr. Schuon, Kreisinspektor der N.S D.AP., en de
gewestelijk leider der N.S.B.Van Iersel, een
kort openings- en welkomstwoord.
Als eerste voerde Oberschulingsleiter Sommer
het woord, die als thema voor zijn rede had
gekozen: De historische verhouding tusschen de
Nederlanden en het Rijk, Spreker schetste hoe
die verhouding bepaald wordt door het lot, dat
beide Germaansche volkeren te vervullen heb
ben gekregen. Telkens in de geschiedenis bleek,
dat in een zoo groot gebied als de Germaan
sche volkerengemeenschap omvat, de randvol
keren het niet kunnen stellen zonder de hulp
van het natuurlijk middelpunt, en omgekeerd.
Vervolgens werd het woord gevoerd door het
hoofd der afdeeling vorming der N.S.B., dr. Van
Genechten, die de houding van de heeren Ger-
brandy en Van Kleffens hekelde en daartegen
over stelde de houding der overtuigde natio-
naal-socialisten. die zich nimmer populair heb
ben trachten te maken. Hij sprak als zijn over
tuiging uit, dat Adolf Hitler in staat zal zijn,
zonder den eigen aard van ons volk aan te
tasten, de groote Germaansche en Europeesche
eenheid tot stand te brengen.
Nadat de aanwezigen een eenvoudigen erw
tensoepmaaltijd hadden genuttigd, ving om
streeks drie uur het tweede gedeelte dezer
scholingsbijeenkomst aan.
Oberdienstleiter Schmidt wees er in zijn rede
op. dat velen na Mei 1940 zich bereid verklaar
den tot samenwerking, maar de N.S.B. werd
uitverkoren omdat Duitschland alleen kan ver
trouwen op hen. die als nationaal-socialistische
strijders bereid zijn tot het volbrengen der ge
meenschappelijke taak en daarvan bewijzen
hebben afgelegd. Wie getuige is geweest van
het jongste onderhoud tusschen Adolf Hitler en
ir. Mussert weet dan ook. dat op dat moment
een nieuw tildperk werd ingeluid van samen
werking tusschen twee Germaansche volkeren,
en niet zooals de Londcnsche zender wist te
vertellen: toen de Ned. koloniën werden ver
kocht Hierna hield de leider der N.S.B. een
rede. waarin hij zijn kader het parool uitgaf
voor den komenden tijd.
REDE VAN Ir. MUSSERT.
Ir Mussert noemde de positie van ons volk,
nu de „vruchten" van een verwerpelijke poli
tiek worden geplukt, allerminst benijdenswaar
dig. Nederland is bezet en thans verwijlen onze
gedachten bij het gebeuren in Indië. Groots-
echter dan de materleele nood is de geestelijke
nood. Want wat is er erger dan een volk in
nood, dat tevens verscheurd en verdeeld is. Zoo
als Adolf Hitler zijn arbeid in 1918 begon, toen
het Duitsche volk in diepsten nood was onder
gedompeld, zoo staan wij nu. Niets hebben we
voor ons volk kunnen redden in tienjarigen
strijd, we hebben het niet kunnen behoeden voor
den neergang. Wel echter geloof ik, dat wij
den grondslag hebben gelegd voor zijn weder
opstanding. Wanneer wij daartoe thans den
weg zoeken tot het hart dier vele duizenden,
die anders denken dan wij, moeten wij ons
tevens rekenschap geven van hun gedachten-
gang. Voor een groot deel wordt die beïnvloed
door het stelselmatig gewekte wantrouwen
tegen de bedoelingen van Duitschland en van
ons Ned. nationaal-socialisten. Spreker vroeg
daarom ook den Duitschen kameraden, zooveel
in hun vermogen lag, daarvoor lederen grond
weg te nemen. In dit verband haalde ir. Mussert
de woorden van den Führcr aan, die hem toe
zegde: het Nederlandsche volk zal ik niet meer
ontnemen dan noodig is, opdat wij samen kun
nen gaan.
Nadat spreker het gevaar van een bolsjewi-
seering van Europa had geschetst, waartegen
nationaal-socialisme cn fascisme een dam
hebben opgeworpen, vervolgde hij: wij staan
aan den goeden kant, en wij blijven daar staan.
Een keuze hebben wfj feitelijk nooit behoeven
te doen, want instinctmatig hebben wij den weg
aangevoeld, dien wij behoorden te gaan. Veel
lijden zou ons volk bespaard zijn gebleven als
het ons bij dc verkiezingen in 1937 op dien weg
was gevolgd. Een 10de Mei zou er niet geweest
zijn en wij waren mede opgetrokken. Weliswaar
zouden Suriname en Curasao misschien even
goed bezet zijn, maar ons Indië zou niet in een
oorlog zijn betrokken. Wellicht hadden wij een
Engelsch bombardement meer gehad, maar wie
verzekert mij dat wij van die zijde nog niet
te lijden krijgen, wanneer Indië niet meer kan
vechten voor de angelsakslsche zaak?
Desondanks willen wij alles vergeten wat
men ons heeft aangedaan en bouwen aan de
toekomst door het verrichten van positieven
arbeid. Daartoe is noodig. dat geleidelijk
diegenen worden verwijderd uit posten, die
ons in stilte saboteeren en een spaak
trachten te .steken in het wiel. Militair en
economisch moeten wij ons volk brengen aan
de goede zijde, het de schuldigen aan den
neergang toonen, de goedwillenden rondom
ons verzamelen, ons volk moed en vertrou
wen geven, zijn vertrouwen winnen en voor
ons volk zorgen. Want regeeringswil ls
alleen gerechtvaardigd als de wil er is het
volk te dienen in zijn grootste nooden. Na
dat spreker zijn vertrouwen had uitgespro
ken in den Führer als leider aller Germanen,
werd de bijeenkomst door dr. Schuon met
een kort woord besloten.
DINSDAG 3 MAART.
Hilversum I, 415,5 M.: 7.15 Gram.muzlek
7.45 Ochtendgymnastiek 7.55' Gram.muzlek
8.00 Politiek weekpraatje (opn.) 8.15 Gram.
muzlek 8.20 Ochtendgymnastiek 8.30 BNO:
Nieuwsberichten 8.45 Gram.muzlek 9.15 Voor
de huisvrouw 9.20 Gram.muzlek 10.00 Ka
mermuziek (gr. pl.) 11.00 Voor de vrouw
11,20 Ensemble Franci6 Keth 12.00 Ramblers
12.40 Almanak 12.45 BNO: Nieuws- en eco
nomische berichten 13.00 Voor de rijpere
Jeugd van het platteland 13.15 Romancers en
soliste 14.00 De Groninger Orkestvereenlging,
solist en gram.muzlek 16.00 Ziekentroost
16.20 Gram.muzlek 16 45 Sport en spel voor de
Jeugd 17.00 Gram.muzlek 17.15 BNO:
Nieuws*, economische- en beursberichten 17.30
Orgelconcert 18.00 Land en volk 18.15 Roe-
meensch orkest Gregor Serban 18.35 Berichten
van Nederlandsche soldaten aan hot Oostfront
18.50 BNO: Nieuwsberichten 19.00 BNO: Ge
sproken blnnenlandsch overzicht 19.10 Roe-
me.ensch orkest Gregor Serban 19.30 Het ABC
ln de lichte muziek vanaf 20.15 alleen voor de
Radio-Centrales die over een lijnverbinding met
de studio beschikken 20.15 Gram.muzlek
20.30 Om- en Omprogramma (opn.) 21.30
Gram.muzlek 21.45 BNO: Nieuwsberichten
22.0024.00 Gram.muzlek.
Hilversum II, 301,5 M.: 7.15—8.00 Zie Hilver
sum I 8.00 Gram.muzlek 8.168.45 Zie Hil
versum I 8.45 Gram.muzlek 10.00 Morgen
wijding 10.15 Gr.muz. 10.40 Den Haag:
Vroeger en nu 11.00 Orgelconcert 11.80
Gr.muz. 12.00 Orkest Willy Eberle 12.45
BNO Nieuws- en economische berichten
13.00 Zang met pianobegeleiding pn gr.muz.
14.00 Muzikaal programma: ..Roemenië ln het
lied" 14.30 Do Lichte Toets 15.30 Voor de
zieken 16.00 „Muziek ln den Atlantlschen
Oceaan" voordracht mot muzikale illustraties
16.30 Gamba en claveclmbel 17.15 BNO.:
Nieuws-, economische- en beursberichten 17.30
Otto Hendriks en zijn orkest 18.15 Boekbe
spreking 18.30 Reportage 19.00 Omroepor
kest en soll6t 19.30 BNÖ.: Nleuwsber. 19.40
Spiegel van den dag 19.50 BNO.: Praatje in
Zeeuwsch dialect 20.00 BNO.: Engelache uit
zending: Holland and the economic reorganisa
tion. (Voor dc Radio-Centrales gr.muz.). Vanaf
20.16 Alleen voor de Radio-Centrales die over een
lijnverbinding met de studio beschikken 20.15
Omroep-Opcra-orkest. solisten en Omroep-
Opera-Koor 21.00 Gr.muz. 21.45 BNO.:
Nieuwsberichten 22.00 BNO.: Toeliohtlng op
het weermachtsborlcht 22.1022.15 Avond-
wlldlng.
PLAATSELIJK RADIO DISTRIBUTIEBEDRIJF.
Dinsdag 3 Maart.
Ic Programma: 7.1524.00 Hilversum I.
He Programma: 7.1622.16 Hilversum II
22.1524.00 Dultsch Programma.
Hie on IVe Programma: 7.00 24.00 Dultsch
Programma.
dat hU het door autopsie kan bewijzen. En
daarna moet zij gewurgd zijn dat denkt hij
tenminste En opgehangen toen ze al dood was.
Misschien zouden we daar ook ingevlogen zijn,
als Richard Lemain haar niet gevonden had.
Richard had het dadelijk gerapporteerd. Dat
bewees toch zeker, dat hij het niet gedaan had.
Maar toen viel het Jeanne opnieuw op, dat de
toon van de commissaris wel wat Al te open
hartig klonk.
Calvin zei kortaf: Dat wijst er dan toch
wel op, dat hy het niet gedaan heeft.
Misschien, zei de commissaris. Nu dan.
Juffrouw Abot en mevrouw Pale waren op den
tijd, dat de moord gebeurd moet zijn, steeds in
eikaars gezelschap. Dat geeft haar dus een ste
vig alibi. Meneer Pale hier heeft niet zoo'n
goed alibi... Is het wel, meneer Pale?
Calvin moest bekennen, dat dit niet het ge
val was.
En Paul zeiJa, wat mij betreft, Donat:
dat heb ik ook niet. Tenzij iemand van het
personeel me gezien heeft. Ik heb op de veranda
zitten lezen, tot het donker werd, en daarna heb
ik nog een poosje naar het weerlichten zitten
kijken. Ik was al naar bed gegaan, toen zij mij
opbelden. Maar ik sta er buiten; ik had er niets
mee te maken. Ik weet er ook niets van.
Zoo, zei de commissaris: Ik had anders ge
dacht, dat Lemain je misschien vandaag op je
kantoor in de stad was komen opzoeken, om
over zaken te spreken.
Ik ik spreek nooit over de zaken van
mijn cliënten, zei Paul na een oogenbllk.
Waarover moest hij je spreken?
Dat heeft hier niets mee te maken.
Me dunkt, dat dat aan mij ter beoordeeling
staat, Paul. Ging het soms over een echtschei
ding?
Ik kan daar niets over zeggen.
Hmm. Was het -soms, dat Eve niet wilde
scheiden? Waarom wilde hij scheiden? Wilde
hy soms met een ander trouwen?
Jeanne's nagels drongen zich ln haar hand
palmen. Paul's donkere gezicht verried geen
enkele emotie.
De regen tegen de ruiten was minder luid
ruchtig. Zonder dat ze het gemerkt hadden,
was het onweer bezig af te trekken. Het was
een oogenblik heel stil in de kamer, tot Paul
zei:
Ja, dat was het wel. Maar-re...
Wie?
Paul keek naar zijn sigaret. Lucie greep op
nieuw naar naar keel. Diane zei scherp, terwijl
haar lange vingers den kant van de tafel gre
pen en zij zich voorover boog: Richard wilde
niet met een ander trouwen! Er is geen andere
vrouw.
Langzaam en bedaard stond de commissaris
op. Hij zuchtte en richtte zich voor het eerst
tot Jeanne.
Het spijt me, juffrouw Jeanne, zei hy met
eenigen nadruk, maar ik denk zoo, dat u nu
moet vertellen wat er vanavond ln het huisje
is gebeurd. Jeanne's lichaam was als versteend.
Zij hoorde hoe Lucie een hoog, verschrikt gil
letje gaf. Zij hoorde hoe Diane zich plotseling
naar haar omwendde en zij hoorde Diane's
stem: Jeanne! Maar zij zij is de andere i
vrouw nietl Richard houdt niet van haar! Hij I
wil niet met Jeanne trouwen!
Wilt u met me meekomen, juffrouw Jean-
nS? zei de commissaris. Het het spijt me;
het spijt me heel erg. Zoo'n aardig jong paar
als u en Richard. Maar ik zie het zóó: u en Le
main zouden elkaar vanavond bij het huisje
ontmoeten. En zij kwam er achter en ging er
ook heen. En ik vermoed, dat de jonge Le
main zijn hoofd verloren heeft. Hij keek naar
Paul. Misschien is het beter, als Je haar uit
legt, Paul, dat zij als medeplichtige beschouwd
zal worden, tenzij ze nu vertelt wat ze weet.
Opnieuw was het een oogenblik doodstil. D#
regen had geheel opgehouden en de kaasvlam-
men stonden onbewegelijk.
Paul vermeed het, Jeanne aan te kijken en
zei: Hij heeft gelijk, Jeanne. Ik ben Richard's
vriend en advocaat, maar ik zal hem aanraden,
schuld te bekennen. Als jü kroongetuige wordt,
zullen ze je wel ongemoeid laten. HU kwam op
haar toe. nam haar handen en keek haar glim
lachend aan. Je doet beter, ze precies te ver
tellen, hoe hij haar gedood heeft, zei hy nog
eens, byna vleiend.
(Nadruk verboden.) (Wordt vervolgd.)